'4!
rt
sa s
bfc P. den Hengst en Zoon 1-824 -en i8s;zeg: met
opzigt tot- Amsterdam-: zonder Handel moet en zal
die Stad diep'zinken" Niet alleen stemmen wij dit
gezegde diens Schrijvers volkomen toe, maar voEgen
er zelfs bij, dat zonder handelen zonder "dien -hanclel
waar van Amsterdam steeds de zetel was, met een
woord dat zonder den Koophandel cn de Zeevaart van
Amsterdam het gelieele Land diep zinken Zal.
'In liet genoemde Werkje vonden wij een tweeledig
onderzoekvoor eerst waar in de vermindering en lret
verval des handels moet gezocht wordenvooral en in
•het bijzonder met betrekking tot Amsterdam ten andere
of er middelen kunnen gevoqden of aangewezen wor
denom dit verval niet alleen zoo mogelijk te stuiten,
maar eene vernieuwde levendigheid aan den handel
terug te gevenimmers voor zoo verrede tijd dien
wij beleven, dit gedoogt. Ook hier zagen wij met
genoegendat onder de oorzaken waar door weleer die
hooge trap van gezegenden voorspoed bereikt werd
vooral mede (bi. 17. eerste stukgerekend worden
de weinige regtendie den handel bezwaardenen
welke bovendien nimmer strikt werden afgevorderd
dewijl men toen begreepdat men veel eer den handel
beschermendan uit denzelven eene bron van inkoms
ten voor den Staat zoeken moest: om dat men den
handel als eene weldadige plant beschouwdewaar
iedere drukking, verlies van sappen te weeg brengt.
Over de eigenlijke vrijheid van handel stellen wij ons
voor, bij eene volgende gelegenheid opzettelijk te spre
ken. Thans wilden .wij ons slechts bij eenige meer al-
gemeene overwegingen bepalenwaar toe ook de
lezing van dit geheele belangrijke iets over en voor den
Koophandel van Amsterdam ons deze en gene aanleiding
gegeven heeft.
Gedurende de eerste groote helft der achttiende
eeuw, zegt die Schrijver (bl. 19. van het eerste stukje),
bleef alles bloeijendeen men handhaafde tamelijk wel
den roem.door .onze Voorvaderen in de zeventiende
eeuw zoo glansrijk verkregen: Het komt ons onder
verbetering voor, dat reeds inde eerste helft, of eigen
lijk in het eerste vierde gedeelte der XVIII eeuw, de
handel merkelijk ondermijnd is geworden, en dat de ge
volgen van de slag, die -aan denzelven bij den vrede
van Utrecht en bij de handélstractaten aldaar in 1713
gesloten, is toegebragt, eenen zeer verderfelijken in
vloed op den bandel gehad hehben. Wij moeten ons
eenigermate verplaatsen -in dien -tijden het een en
«nder uit denzelven in herinnering brengen ten einde
te doen zien wat eigenlijk hierbij de allermeeste op.
werkzaamheid verdienten eenen schadelijken invloed
gehad heeft.
'Behalve de negen Hredes-Traktatendie in J7J3 te
Utrecht gesloten werden, en waarbij wij (die nog kort
te voren in onderhandelingen te Ceertruidenberg de wet
hadden kunnen gevenindien men destijds wijsheid ge
noeg bezeten had om den voorspoed te dragen en van
denzelven behoorlijk partij te trekken) eene zoo ver
nederende rol moesten spelen werden er door de
Zeemogendheden nog bijzondere Traktaten van Koophan
del gesloten; onder deze was het traktaat, tusschen
frankrijken Engeland, te Utrecht den r3 April 1713 ge
sloten, zeker niet het minst gewigtige. Het merk
waardige 18de artikel van hetzelve, hield den grondslag
inwaarop de veiligheid des zeehandels van onzijdige
Mogendheden gebouwd werden erkende als regel en
rigtsnoervan het volkerenregt que Ia Liberté desnavt-
res emporte cc lie des marchandisesof vrij schip
vrij goedook „le pavilion couvre la marchandise."
De onderdanen van beide Staten zonden ongestoord
scheepvaart efi'handel kunnen drijven, zonder dat men
ten aanzien van de. eigenaars der scheepslading onder
scheid mogt maken, van waar het schip kwam, noch-
nrerwSarts het bestemd 'was. Naar dezelfde beginselen
"werden ook de Commercie traktaten van Engeland met
Spanje en van de .Rept/bliek der vereenigde Nederlanders
met Frankrijk en Spanje in 1713 en t7i4 daargesteld,
en zoo werden bij den Utrechtschen vrede twee grond
beginselen voor het Eiiropisch volkenregt en ftaatkun-
iig stelsel (système politique) vastgesteld: te weten
idien van het Evenwigt, de Balans van Europa en
dat de onzijdige vlag de lading van het schip dekt en
bescherm^, .De eerstgemelde dezer grondregels is
sedert de hoeksteen van het Europische staatsregt ge-
worden; de laatstgemelde, nadat dezelve dikmaals
geschonden en ten laatste door den.Britschen drietand
geheel om verre gestoten was, heeft eerst weder door
het denkbeeld der gewapende onzijdigheid in 1780,
en daarna door Napoleons eischen in den oorlog van
1812, om dien grondregel weder in den zin ven de han
delstraktaten van Utrecht te doen herleven, een geheel
bijzonder gewigc eq eigenaardige waarde bekomen.
Over de geschiedenis van den regel vrij schip vrij goed
bestaat een zeef lezenswaardig stuk van Bieder maan
ten titel hebbendeLe traité d'Utrechtreelami par la
France, Leipzig 1814, hetwelk hier te lande weinig
bekend schijnt'te zijn, doch wel zeer belangrijk is.
Maar boe fraai en uitlokkend die Traktaten ook mog-
ten klinken, niets is zekerder dan dat de Hollanders
zich toen reeds hebben laten verschalken, door de
Engelschen en Franschen zamen, maar vooral door de
eersten die onder den, door de onzen niet begrepen,
dekmantel van het Assiento-Traktaat, zich van toen af
oenen voet in Zuid-Amerika hebben weten te verschaft
fen, en aldaar onzen handel hebben getracht uit te
sluiten. Assiento is een Spaansch woord, van meer dan
eene beteekenis, doch in de geschiedenis van den sla
venhandel beteekende het de door Spanje met onder-
sch .-idene Mogendheden gesloten* overeenkomst betrek
kelijk tot het fegt om slaven in Zuid-Amerika te mogen
invoeren. Karei V stond dezen handel allereerst aan
de flamingos toe. De Spanjaarden trokken dien
handelstak weder aan zich in 1552. Vervolgens stond
Filips II denzelven in 1580 aan de Genuescn af; toen
geraakte dezelve in handen eener Handelmaatschappij,
die daarbij zeer groote winsten deed. Portugal bezat
dien bandel sedert 1696. Toen Filips V den Spaan-
ichen troon besteeg, begunstigde hij bij het verdrag
van den 27 Augustus 1701Frankrijk voor een' tijd
van tien jaren met dezen handel. Dit wekte den na
ijver van Engeland op; daarom moest ook Frankrijk,
bij de Preliminairendie te Londen den 8 October 1711
onderteekend werden, den Assiento-handel op denzelf
den voet als hetzelve dien genoot, van toen af, en
wel provisioneel voor eenen tijd van 30 jaren aan En
geland afstaan. Dit werd bevestigd door het nadere
Assiento-Traktaathetwelk den 26 Maart 1712 te Ma
drid gesloten werd en dit was een der gewigtige han
del - voofdeelen welke de Utrechtscbe vrede tusschen
Spanje en Engeland den 13 Julij 4713 aan laastgemelde
Mogendheid verzekerde. Ten gevolge hiervan ver
kreeg eene vereeniging van Britsche kooplieden (As-
sientistendie zich dan ook daarom, en welligt ook
met het geheime inzigt om eenen ruimeren, omvang
aan .hare Speculatie:; te kunnen geven, de Zuidzee-Com-
pagnie noemde, van den 1 Mei 1713 af aan het regt
om jaarlijks 4800 slaven in Spaansch. Zuid-Amerika in
te voeren, en één schip van 500 tonnen met goederen
bevracht naar Portobcllo te mogen zenden; doch- moest
de Koning van Spanje eenig deel van den winst genie
ten. Deze, voor de Britten,uit hoofde van den
sluikhandelzeer gewigtige Assientowerd met -eeni
ge nadere wijzigingen den 25 Mei 1716 nog weder
vernieuwd. Nog voor dat de bedongen tijd verstreken
wasontstonden er oneenigheden over dezen Assien
to en .dezelve gaf ook mede aanleiding tot den oor
log van 1739. De vrede van Aken, 18 October
1748 verlengde wel den Assiento nog voor eenen
tijd van vier jaren, omdat door den oorlog even zoo
lang het genot daarvan was opgeschort gebleven, edoch
dit punt der vredes - artikelen werd door een bijzonder
verdrag te Madrid, den 5 October 1750, .geheel op
geheven. De Engelsche Zuidzee - Compagnie deed
afstand van den Assiento waartegen de Spaansche Rege
ring haar honderd duizend pond sterling betaaldeen
eenige andere handels - voordeelen inwilligde. too
streefde destijds Engelanddoor middel van verdragen
welke DumontRaussetIVenk en von Martensin hunne
verzamelingen opgenomen hebbenom eenig deel te
bekomen in den Slavenhandel op Spaansch - Amerika
cn honderd jaren later, maakte Engeland op het Weener-
Congresde afschaffing van dien handel in Menschen.
tot eene Europische wet des vredes!
Het 'lijdt bijkans 'geenen twijfel, dat de verbazende
vorderingen van handel en wei vaart, waartoe Engeland
thans opklomallermeest van den vrede van Utrecht
dagteekenen, en dar de Holiandsche Staatslieden van
dien tijd, eenigzins .onoplettend geweest zijn in het ga
deslaan der .toenmalige gesteldheid van den handel der
werelden dat zij dien aanwas uit het oog verloren
welke Engeland vin dien tijd af verkreeg.
Nederland bleef van toen af)ioofdzakelijk dpor den
Oostindischen handeldie in dat tijdperk zeer blóeide
nog wel eenen geruimen tijd de eerste koopstaat van
Europamaar Nederland Veronachtzaamde zijne zee-
magtterwijl .Engelands handel, Landbouw en Fabrie-
tevens jaar op jaar met reuzenschreden toenamenen
dat Rijk in diezelfde mate ook zijne oorlogs - vloten
vermeerderde.
Onze betrekkingen op Spanje en Portugal hebben
nog -steeds blijven voortduren; evenwel het overwigt,
hetwelk Engeland op het laastgenoemde -Rijk verkreeg
deed ook aldaar onzen "handel geen voordeel. De
«eer -ervaren Schrijver-vau het tets, hierboven -aange-
QHot vervolg op At .kmt va» deze diladzZ)
w 5 2 y .2 Cj sa
a.C w '?-r o -
S o o e e -a
cj CJ 5
*-§ §L= >-S O'S.SsSIJ,
CJ CO V- J-e -
5-Ë 2 -2
Wy c -c
g ,0 «is» w g
r* r- aJ "S O
- - geg g &-= 5
Q -O
S
I. cj
c
ij
3 O fi-a p
-U V r
2 e S i>
-2
M O VS 'is C- 5»
2 S3 if; U O
5J cli- t«
bD
N
4-J E
.0
S 5 S
OJ
>1is" 3=1 2
0 'n X3 S
S- 0
AES Oh
C
y E O E m .^L -E
2 "n S^'E-r; 0 'E
o» "O S ld
c :s» E c
d o cj
no"
E 5
flj J_» e
g X fcc
g
c O E
S n'&2
n 2 Z
•O» <U "O
s-s
5 S-l
E C
S3 cj 5^
i SS
to 2
C I
1
S hn g
O
-
3 o
4= -c «J-
bO S
3 nj E S 'Jr*
e-^- CS
c 2 'g'
.cj
ee <U c
5 1- E
M.S
1>
CJ
-O
r. S
E
r- CJ *4)
5 5
-c o B
bD
cj i-> 0
O S
0 0 2 -
p.-!
ro N o
Ev g O
CJ r-s
'5 2 3
bp B
u
CJ
O T3
-O 5 u
EaC-E
:a>o
c Ul
a> ,E CJ
cj E
C
E o o
4M-Z
-E 53
g rt 'o s
Zj "73 E CJ
S 1 2
u. AZ
o o
<u q
T3 rt
CU o
O O -E4 cf)
-C r
E "E
JJsgiSgl
2"H
il M O ,~f
'jSSS
CJ
E CU
CJ
N u 2
cj
2
*2 c~
EO ,SU
~E
CJ .CJ
V. *T3
;2 a
N -E -C
E 0 r- rzL
3. E E
cj
o E
cc.
1 rt CJ
u. M rt 1/3
"J bfi -S
2 JJ 2 g cï
S C3 C
;..<u o
l t-< J*
'512
3
CJ CJ
CJ
N - a
cj at
o y
:È-= &"3 E
ïC=yA
tc
CJ
NT S
cj jè cj
CU
"3 y Cu
n
O CS I u t
I, y (U y rt DE O
CJ AZt O AA h£ CJ CJl3
"2 - B 'u S .E2J
££"E <najg',cB>
E j C CC '2 c.1 u
AZ c E u "J
w g CJ 'E
ce c: üc M K o
2 y g o "g* o 1 ■- u
S^>--CNOo cj
'c O) N
g'lT5ssa-8-S a
S E --oa; J-a
- o o
E E g? O O O
.jo r, N E: E
cj E
bj} E -E
'E O o r. E .2
~E
"^Sgg ."5 g:=r
oS»ü"£=|v-"*|
e "E 2 Aü E "E r
~tU ~CJ C- M y r-
Ti o aj-c E Sé 5 n .1 2 -
.X. C». <11 C5 C X y T; D
.E
AZ o
CJ bD
„Sc
"E AZ'.
Z-S -
cS.SPü S 'y^ J=-E.Xcjcj
E--X3 S'E CJ 2E J= "c 2 c.'^j
S-i -^j Zi CZ S3 ->1
llf-a.H lil§lig I
I-a S A'S Ó-S
•g-O M-l O
C-coSc
'5;° c7? - 2
CCS
CJ
bO
c»
te ,u 2 y y
Ev CJ
g j E ri, *-» u,
"E .<U Ni g o
O CJ
OJ 2 c ar
»-» E bp
S N
- S-^3 8
CJ u 5 y
.j; y "u y u -
g .S a 1
51 3 2 5, Z.
.:j{; v.vo
M CJ A* CJ
y n oü
E J. bC|- o y-
SJ Xzi-O U W g
5fi
i g
bD 3 5
CJ SP X2 ^4
o bc*2'
-E ju
""E
!s r.
2 o cj
u e y o
- -"'UÈIj
E 0
- of)
CJ CC -
r~ E
t- .X ir.Az
O C '->>
g-s
O
f O -És CJ
O rt W
C
c *-•
O (U
E
ES E Qtri
U-. O R g 2
5v S.^ 3
a
ja O as o e
r- u y o
'=-E
Z c*2 g-°
rt L U -E
S b£ 0 Jai «S w c
.E-e a
,•2 - c.^
?ëg,-r|.|
S rt
S -O eg >-n»
Ü-SSJJ*
CJ IE* a-i T3 2 E
<v u cj
E l "3 £- 5.
.Sp"° S
o
a «j e cu ,3—.
O l"°i BV
2 JH-*S o
§T3 J= Jrf' y S
cs u E, y t) y
N J3 <U ÜT B W M M