34- u 01 a a 7L~ 3 1822. LEY D.S Z ,A:.x vss:?? jt A%: vy.K N°. -p K 2 WOENSDAG ',^s _Z^E3s -1 |Ë2==# Dp"—' CO U RANT. I) E N 20 MAAR T* sj a a c a» o T> J Ts o ^rj x Sr*v **--5 9 fl 2J o - F S c =5 .- - "^"^"JsfSE^g X "O ,j 1» -- a "•oS'C - >iM -C? >1 ■-» r N 1 - O X M «J •-.- U c £d S-» ci SL'"? 5 «0 i** .2 a c *1 0,2 •j WIJ WILLEMde Gratie GodsKoning der t ffcderlandcn Prins van Oranje Nas/au Groot- Hertog san Luxemburg «wz. enz.* enz. pp het rapport van Onzen Minister van binnenlandfche éïen en Waterftaat van heden, S No. 7, BZ, nopens ip tfloop der verrietingeo van de CommisGe tot het :jrk der fchadevergoediog, ter zske van de ramp, op •fp !2den Januarij 1807 aan de Stad Leijden overgeko- tiü. gedaan. overeenkomftig het reglement, dieoaan- •fade gearrefteerd den 5len October 1807, en Ons be* Ijit van laMeÖ 1821 No. 72; iflerzien her voorfchreveo reglement en beflnit; ijjebbeo befloten en befloiten «Lrt I* Iogevolge het bepaalde bij art. 23 van hetzelve (lletnenr, wordt al het ter zake voorfchreven verrigte, ®|allezias gefchied overeenkomftig hetzelve reglement 5?Ons opgemeld befluit, door Ons goedgekeurd, fl. Aan de Heeren Mr. W. P. KluitJonkhr. G. A. M '|u B»mmelMr. D. M. G. IJeldewier Leden, en Mr. iTA. du Pui en G. IV. van GaasbeekAmanuenfes der ^mmisfie tot het werk der fchadevergoediog wegens de [fnip, den I2den Jaouarij 1807, aa* de Stad Legden overgekomen wordt bij deze Onze bijzondere tevreden.* s-jid betuigd niet alleen over hunne te dezen gehoudene uuwkeurige en omflagtige adminiftratiemaar vooral ter hunne vijftien jarige volharding in de opöffering in tijd en moeite aan die adminiftratie te koste gelegd, de belaoglooze dienden welke zij daar door de Ingezetenen der Stad Lejjden hebben bewezen jjf waar door zij zich eene aaefpraak op derzelver duur- D'm? erkentelijkheid en achting verworven hebber; gordende dezelve Cotcoisfie mitsdien, als zoodanig, bij ,'ïen van de baar te dezen opgedragen taak op de jjrvolfte wijze ontflageo. ïfArr. 3. Onze Minister van binnenlandfche Zaken en fiterftaat wordr gemagtigd dit befluit ter kennisfe van ej opgeroeide Heeren, als mede vao het Publiek,, te lengen, bij de Advertentiewelke door hem, ingevolge lei. 24 van het boven aangehaald reglement, moet wor- 1,0 gedaan zuileode na dat de generale rekening van it! geheele door de mildadigheid van In- en Buitenlao- {irstot (land gebragte Fonds van fchadevergoediog zal s/o gearrefteerd, ten openlijke blijke van het doelmatig libruik hetwelk van hetzelve Fonds, overeenkomftig idt gemelde reglement en Ons befluit mede hier boven jt meld, is gemaakt, door denzelveo Onzen Minister 2l nadere Advertentie, aan den verderen inhoud vao «egden 34ften artjjkel worden voldaan. «Gegeven te 'sGraveohage den csften February des jaars ,,Zaen van Onze Regeriog bet negende. d WILLEM- «■j CgettekendJ G. de Met van Streefkerk. Accordeert met deszelfs Origineel De Grifier ter Staats - Secretarie geteekendL. H. Elias Sc hovel, Voor eensluidend affchrift, De Secretaris-Generaal bij het Ministerie van Binnenland/the Zaken -en IVaterftaat Ie Wenckeba c,h. la De Minister vao Binoenlindfche Zaken en Waterftaat, 'oor de plaatfing van boveoflasode Koninklijk befluit, ^kldoeode. aan den last, hem dienaangaande daarbij gegee- t<|o. brengt tevens, ter aanvankelijke nakoming van des* verderen inhoud, bij deze^'ter kennis» zoo van ft publiek in het algemeenals wel in het bijzonder ■t) alle in- en buitenlanders, welke, doof hunne vrij* 'illige giften tot leniging en herftel van xfe ramp vao *ydfn van den 12 Januari) 1807, zoo krachtdadig bebj- "tn bijgedragen, dat, blijkeUs de aaoteekeningen van het fthardelde bfl het ministerie van binnenlandfche Zaken, Bo vóór dén Jare 1811 als na den Jare 1813ten aanzien bet doelmatig gebruik dier vrijwillige giften, in allen tfele is gehandeld overeenkomftlg het teglemeot, daarom* *»etir vastgefleld bij Koninklijk befluit van den 5 October t f07 N°. 13 alsmede het nader befluit van Zijne Majc. »o den ia Mey 1821 N®. 72; datbfl art. 94 van het- tlve reglement, bepaald zijnde, dat door den Minister ih Binnenlandfche Zaken aan bet publiek zou worden 1 fonis gegeven van de globale fommen welke, ioeevolge it reglement, ter vergoeding der onderfebeidene foorten t in fchaden. en in welke proportie, zijn uitgedeeld, hij In d'.c bepaling zal voldoen zoodrauit de menigvuldige rhrifcuren, de voor die kennisgeving gefehikte ftaat zal" )n opgemaakt, docb dat hij alvorens bij deze voorlopig irmeent te moeten berigtendat, naar inhoud van on* irfcbeiden artikelen van bet bovengemelde reglement, 1 illedlge vergoeding is gegeven: |i. Vao alle fchade aan lieden beneden de vQf honderd ildens gegoed f. Van alle Winkelwaren en Gereedfchappenter uitoe* nmg der Ambachten benodigd; 3. Van een derde of 33J ten honderd der getaoxeerde aarde van alle, door de ramp vernielde, of teo gevolge id die ramp, op hooger last', gefloopre Huizen. Dat voorts met het verleenen van verdere fchadevergoe- «g is te werk gegaan ala volgt: dat de werkzaamheden, tarioe betrekkelijk, bepaaldelijk aan de, volgens opge* eld reglementaangeftelde Commisfie van fchadevergoe* log z\jn opgedragen geweest; dat deze werkzaamheden jbben beftaao 10 de uüdeeliog vao geldelijke fchadever- Jfdiog, die niet reeds op eene andere wijze mogt zijn 'beterd naar eene omgekeerde evenredigheid der fchade bet vermogen der fchade geleden hebbeode p.-rfnnen 1 als dat vermogen was na het lijden van de fchade io dar. naarmate ieraaod meer vermogen hai overgellou- |n. hij minder fchadevergoediog zoude erlangen, terwijl it vermogen zoude moeten blijken door eeoe opgave van K die fchadevergoediog begeerde aan eene do >r e-nen jtcïilen eed, tot eenwigdureod gebeirnhoiidiag verhort It Cammisfie van twee LeJca van dea Raad en tw.-c Notarisfenen dienvolgens gerangfehikt zoude worden ondfr eene der tien navolgende klasfen. ren grondrtag hebbende eene geometrifche progresfle van 1 2 48 enz, te weten 500 tot f I 000. 1,000 - 3 OOG. 2,000 - 4.000. 4,000 - H.OOO. 8.000 ló.coo. 16,000 - 32 000. - 32.000 - 64,000. - 64.000 - 128.000. - 128,000 - 256,000. - 256,000 - 512,000. terwijl wijders, deze klasfificatie vastgefleld zijnde, zoude worden uitbetaald aan de ifle klasfe 100 pet Cent. <v <U ;sï£"::ïr,;« O <K S S B '3 a „lï S 5.Ü S..S '5 ..S^ B-? o°;.T! s; w S e *2 e* o e*-o jr fl M U<- ~T, w B -J a X -o ,,TJ «55 H r- z 5 v c 'si e - 5*° 3 a 1 C C a ifle klasfe van boven 2d2 ft ff 3^e n 4^e tt ft 5de M 6de 7^e tt 8fl® tt tt 9*e ft tt lode b <v -a o 2 o> 2 o a N 1 O J 3tu d ca H O O ai - o sa* js| SS*" r, O T» «f H g\S S SS^s|=BS-; rr'S-iiüflssi 5 0"0«>w3w0S'3l_fc'2'0'a s o 1 O u 13 I O..Z v 9j <u ij O 9* X X X O' J - - cu 2de 90 3 de 80 4de 70 w 5de 60 6de 50 7de 40 8fte 30 9de 20 10de w 10 of zoo veel meerder of minder als het bedrag der vrij. wiRige giften zou gedogen, doch fleeds in de opgcmelde percentsgewijze evenredigheid; dat, overeenkomflig deze i^jepaling en eene nadere verordening, omtrent de inijtl- hog der opgemelde Commisfie, de Notarisfen J. P. van Klinkenberg Dozy en F. Bo$yaan de eerfte werkzaamheden van het ontvangen der opgaven der gegoedheid hebbeo deel genomen doch vervolgens op hun verzoek van de verdere deelneming aan de volgende werkzaamheden 2jjn ontflagen en alstoen de Commisfie is zaraengefteld ge worden uit de drie leden van den Raad met de twee Amanuenfes, in Zr. Ms. bovenftaandebefluit vermeld alle welke perfoneo, op den 20 MeiJ en den 2 Jaoij 1808, zijn beëedied; dat wjjders, door dezelve Commisfie, in de jaren 1808 en 1809, is gedaan eene eerfte uitdeeliog van fchavergoeding in opgemelde evenredigheid van 100 90, enz. percenten, én wel. Inde teklasfe aan 497 perfonen ten bedrage van f150,138: 7 91.876: 7 70,139:14 96,901: 3 88.953: 9 62,216:14 41,922: 9 42,879: 7.255--IO 1,189: 6 «vao a >3: 2 0 x cocjOOV. c* Q r- w X N3 a 2 2 o 2 o TJ C TJ c b£ 'J Jan 2 o C <u a. o j: «o *- N .2 a ■Sslg 5 g SPC 2 .0 - rt V N 4 a a - o S'K.J!S sf- a's .2 •'-t* aj D o «a •- r, -o o .ja - M x -2 2 s O V I O - I-SS 1 cx— a w I- ,w. Si - n q t> 1 ri s.t (J N a> w o ecu. U t, J O T3 '.Zo» -= - M g O n c CO o ca ^SisSsgs w -o w Oi u C -l'** O J a O O' 0 -a 3 •r cj 2 *- 3 "w. t; S2^«1=SSÏ- ^Baw0 -„rs •U'O a, O o 3 -■ o s a« -5 - T3 o -N s 2 - s s 5 SSU S 6 U O 2 '5 "2 1 a»-X«*- -O T3 X O B 0 D. O 2 2 O - ^3 C p l-s i£.s t - s ■Su.o£ £Zeq ÖB w tt tt 28 it 264 ft ft tt a M it 3e it it 154 it V tt it 4e tt 125 it tf it it it 5« tt it 113 it it it it 6e >f if 71 tt it tt ft 9t 7e ft it 47 it it ft 9t it it 8e it ft 30 11 ft it it it tt 9e it ft 8 tt it it it tf 10e if it 2 n it it I 31 I Totaal dat van deze uitdeeliog door overlegging van Ixetuit voormelde opgaven opgemaakte Register der Scbavergoe- ding begeerende eo tot Schavergoediog geregtigde perfo nen. naar dg tien onderfcheiden klasfen, alsmede van derielver ktMtaótlendocr de Commisfie rekening is ge* daan opden 21 en 22ften Maart 1810 aan den door zijnen Ambts-eed mede tót eé'nwigdureode geheimhouding ver bonden verklaarden toenmaligen Minister van Binnenland fche Zaken den Baron G. A. G. van der Capellen en de laatstgemelde kwitantien, benevens de iodividueele opgaven van 'gegoedheid door deozelveo in tegenwoor digheid der Commisfie zijn verbrand doch het eerst- gemelde Register ten dieolie eener volgende uitdeeliog na van wederzijde behoorlijk te zijn verzegeld, eerst bij het Ministerie van Binnenlandfche Zaken, doch vervol gens. na de ontbinding van hetzelve, door de inlijving van het Koningrijk Holland io bet Franlcbe Keizerrijk bij dé Regering der Stad Leiden is gedeponeerd geworden; dat dezelfde inlijving het als toen niet geraden makende, om vooreerst aan de reeds gedane uitdeeling eenige pu bliciteit, of aan de voorgenomen tweede uitdeeling eenig gevolg te geven te meer, daar er nog meerdere vrijwil- lige giften uit de Oost- en West - Indifche Koloniën wer* den te gemoet gezien dezelve Commisfie is voortgegaan met uit zeker ander tot dergelijk weldadig einde opgerigte en onder hare beheeriog geftelde fonds, aan de geheel en al door de ramp verarmde lieden volgens aan haar vooraf gegeven autorifatiën wekeljjkfche uitdeelingea in ftilte te doen; doch dat zij na de herflelliog der onaf ban gelijkheid van den Nederlaodfchen Staat, het tjjdflip herboren ziende waarop zij met hare werkzaamheden weder opeolijk konde te voorfchijn treden io de maand December 1819, zich aan ons heeft gewend, met het voorflelom de rekening van het boven bedoelde fonds van haar af te nemen, vervolgens tot eene cwsede uitdee ling van fchaaeveTgui.uiijg ---1. werkten einde te brengen, en van al het verrigte, vol gens het reglementeerst aan Z. M. den Koning eo daarna aao het Publiek, keonis en rekenfehap te geven; dat Wij, bij Zr. Ma. befluit van den 30 December 1819. No. 85, geaurorifeerd zijnde, om deze zaak, overeen komflig het reglement, te termineerenvan de meerge melde Commisfie de rekening van het aan haar toever trouwde bijzondere fonds van onderftand voor geheel ver armde tot ons volkomen genoegen hebbea afgenomen dat Z. M. wijders bij b?fluir van deo 13 Mei 1821 No. 73 omtrent de tweede uitdeeliog van febavergoedingdie bepaling heeft vastgefleld, welke, hoezeer fleeds ip den geest van het reglement, echter, door verloop van tijden verandering van omflaodighedenhoofdzakelijk vvaren geworden; dat dien ten gevolge het, io den tijd b*j de R'.'geeung der Stad L?ydsn gedeponeerde register van klasfificatie, hierboven vermeld rc voorfchijn is ge-, brsgt, de ftaat van deszelfs Zegels g*af ?o oegeciocel'eerd bevonden, io hetzelve tot i>rctfi-• geiend dier twj de uit- C liet vtfvoig cdt Kdrt- ran Jeic BidtftPj <i> cs. w a. <u -0 Q V M jd .22 a.:Ï -e O aj 0 - o E a 1. u "1 o* D S S'3 ej S "3 S »ïn.:» B w W P -a o S a e g-a g x 2*0 s lig -.ï=ë-- 3 M SN x oA - a -Z Ci V. a sa o zsrj aï2; a 5:^2 00*- *- j- w s s <14 O 0 P - -00 a o c i Q S x - g* V it D - Q S - Ot art c o - - <J s. w CU -4M I «w a to «- a> ic o ui c? m 10 m ca i> x* 1 o N - O M i ts.>taoe~o c\Ö inN N.O <3 a o 2 Safe O, Tt-C^O ei - d f-, oi«o T - aco O «o «O «tOO "4- rr) CX 1. n T3 o S a *s s s o~< „v I 4- I co 1 oc v a w V Cl •r 4, "O os SÏSS8S»* H (-3 w 'O w U O X g S eo e -p u 1 2 S l ar ZZ w 0 9 0 ta <y 3 O OT3 i fa." a e p-._ JS s n o. a o *- *0 o ft ft ft S 1 M x ct co Tf ir. O o -j x 2 a J5 z S ft X t. ft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1822 | | pagina 1