-* to F c to S 2 i ft mm A'- .1.3,0' ley dse MAAND AG *s GRAVEN ft AG E den 4 Augustus. ij befluiten van den 8 July 1815, No. 13 en 14, heeft Z. M. den Veldmarfchalk Hertog tan Wel lington. verheven tot Prins tan Waterloo* enden Graaf Clan cariy Ambasfadeur - Extraordinaris - nan het Hof van de Nederlanden, tot Marquis \hn Iielts den* N\ 94- 3 t COU R AN T. l'i <u «--' J i«3?S*S v' RAPPORT door de Commisfte tot herziening dèr GRONDWET ran de VEREENIGDE NEDER- LANDEN aan Z. M. den'Korting gedaan. AAN DEN K0N1 NG. SIRE! De Commisfie door Uwe ftlajefteit benoemd tot herzie ning van de Grondwet der Vereenigde Nederlanden, en •het voordellen dér wijzigingen door de vergrooting van het Grondgebiedde oprigting van het Koningrijk der Nederlanden, en de bepalingen der Tractaten van Lon den en Weenen nodig gewórden, beeft zich van deze taak gekweten met al den Ijver, welke het gewigt der -zaak en de bègeefte óm aan hét vertrouwen, door Uwe Majefteit in haar gefteld^te beantwoorden, vorderde. Uwe Majefteit .heeft ih het afgelopen jaar aan de Aan- ziènlykeh re Amftérdam byeen gekomenverklaard dat dezelve de Soevereiniteit aanvaard had, Ónder de uit- druklijke'voorwaardedat dé vrijheid der perfooneH de -zekerheid der eigendommen alle burgqrlyke voorregtea in één woord, die èen waailjjk vry Volk kenmerken by eene doelmatige Grondwet zouden gewaarborgd wordeq. Deze woorden dankbaarlijk in aller harten geprent, de zeden en gëwoonten des Volks zijn huishoudelijk be- ftaaninrig'tiflgen door de eeuwen beproefdhadden dan ook den grond gelegd eener eerile Grondwet, by welker zamenftelling zeker mistrouwén voor loutere befpiegelin- gep geheerscht hééftdoor zo veel Staatsregelingen van het oogenblik geregtvaardigd die Grondwet is niet eene vrucht van hec vernuft, maar berekend naar de behoöf- j ten der Natie in het begin der 19de Éeuw. Zij had niet opgebouwdwat door den tyd geheel ver ballen was; zij had enkel vernieuwd het geen met vrucht kon behouden blijven en in dien geest had zij de Staten der Provinciën doen herlevenmaar tevens haar beftaai gewijzigd. In hunne betrekking tot de algeratene Lands- regeering was hünfle bèmoéyenis niet altyd boven billij ke bedenkingen verheven geweest; die bemoeyenis heeft opgehouden; maar belast mét het inwendig beftuur heb ben de'Provinciale Stateh oneindig veel toegebragt tót de welvaart van het Landdat beftuur wa'S hun terug gegee- ven, gelijk mede aan de Steden en het platte Land, die vrije regeling hunner inwendige huishouding was verze kerd, v.elke met het algemeen welzijn beftaanbaar kati gerek(?nd wórden. De Wet had voorts den Souverein bekleed mét al het gezag en de raagt, Welke gefchikt is om zijne hooge waar digheid allerwege te doen eerbiedigen. Zij had de Wet- geevende magt geplaatst in de zamenftemming van den Vorst met de Staten - Generaalbenoemd door de Provin ciale Staten, welke iéder op hunne beurt gekozen worden door alle Ingezetenen die ee'nig belang in 's Lands wél- vaart hadden. In zulk een wel ingerigt zathenftcl van Wetten en inrig- 'tingen erkenden de Leden der Commisfie uit de Zuidelijke Provinciën fpoedig de gronden hunner aloude gefteldheid, de beginfeleh hunner aloude vrijheiden onafhankelijkheid cn het heeft weinig fnöeite gekostSire t deze Grondwée te wijzigen en te fchikken naar de behoeften van twee Volkerendieeenmaal tot hun ongeluk en dat van ge- heel Europa gefcheidénniets meer tér harte hebben dan zich nu ter bevordering van eigen welvaart en aller Volkeren waar belang door cenen onvetbreekbaren band té 'vweenigen. Daartoe bepaalde zich onze taak: ten grondflag van on ze werkzaamheden die eerfte weten hare welmeenende en vaderlijke bedoelingen genomen hebbende, zo hebben wij de algemeene begyifelen en bijzondere bepalingen daar In voorkomende, geleidelijk nagegaan. Wij hebben getTachcSire! in uwen geest in té dringen, er. aan de Staatswetnaar welke uw fchoon Rijk zal be- ftüund worden dat kenmerk van regtvaardigheid en alge- meene wclwille'ndhcid te geeven dat men in alle uwe da denin alle uwe gevoelens telkens weder vindt. Verre was van ons de trotfche waan in alles te willen voorzien, alles te regelen, en wij hebben aan de onder vinding van Tateren tijd ook haar deel ter volmaking vaè dit werk gelatendikwijls hebben wij alleenlijk de fon damenten gélegd waarop uwé wijsheid, door andere raads lieden en den rijd zeiven voorgelicht, de inrigtingenves tigen zalwelke nu meer aangeweezendan daargefteld zijn en daarna zonder fchadeljjke overhaastingmaar te vens zonder onnodig dralen opgetrokken het gebouw vol maken zullen, waarvan wQ de omtrekken geteekend, de gronden gevestigd hebben. Bij de verdeeling van hét Ryk hebben wij voor de Noordelijke Provinc-fin die der eerfteGrobdwet behouden, en alzo aan elke Provincie hare oude grenzen met weinige veranderingendie Haar belang zelve kenfehetstterug gegeven. Gelijk belang Heeft ons bewogen voor de Zui- gelijke Provinciën cenen tegengeftelden grond aantenee- men', en de uitgeftrèktheld dèr tegenwoordige Departe menten te behoudenmei verandering alleenlijk van de benamingen, (Art. a. feen tijdverloop van meor dan no jaren heeft tusfehen de Ingezetenen der Departemen ten betrekkingeit daargefteld, welke men niet kan los- fcheuren, zonder ontallyke belangen te kwptfenén eene verwarring te weeg te brengen, even moeijelijk voor de Regéringals onnut, ja fchadelyk voor de Ingezetenen zelve. Wy hebben den rang der Provinciën bepaald zo als die voor hare fcheiding beftond ten tijde van Karei V. De Provincie Luxemburg welke den titel van Groot hertogdom voert, cn die voor Uwe Majefteit en deszelfc 'ÓEN 7 A UG US Vu*. Huis de; plaats der voorige Duitfche Staten bekleedtis voor,bet Ryk eene zeer belangrijke aanwinst. Wjj we- .ten, Sire! dat verdragen, tusfehen de Leden van -uw 0 Vor-stelyk „gedacht gefloten -aan den-tweêclèh, uwer Zo- '-o ncn bepaalde regten.op de Nasfaufche Staten gewaarborgd hebben; maar wij gelóven, Sjre 1 dat aan de Staten-'Gé neraal moet; worden, overgelatenofb, Tiet'zy bij wege eener'overgifte Van Domeinen óf op eeiilge Andere wij ze, daaromtrent de vergoeding Voor te lfellen1 welke het meest gefchik.t zijn "zal om te vóTdoen £ah hetgeen de fcjtliykheid eischt,'en de erkentenis; dèr natie voor- fchrijft. Wy verftouten ons 'nog, Sire! .denl v/ensch re uitendat i met overeenftemtning uwer Böndgehootea, zodanige fchikkingen gemaakt górden, door welke hét Groot - Ilertógdom Luxemburg nimmer en in geen gevat kan ophouden "een gedeelte vin het Koningrijk uit te ma- keu, deze tfénsch is gegrond op het belang van dén Staats maar niet niinder op dat van Europa zelve. Al de waarborgen, welke biji de eerfte Grondwet aaft de perfoonlyke vryheid én het rustige bezit der eigen dommen gegeven wareD_, zijn .ook in het nieuw Ontwerp te vindenen w|j hebben niet nódfg gehad Veel daarbij te voegen. Alle willekeurige gevangenneming is verboden (Art.i68.') Vorderen gewigrige bedenkingen eene politieke aanhou ding bipnen drie dagen moet dan de aangehouden per- Toon aan den Regter worden aangegeven-'-TArt. 169 Niemand wordttegen zynen wilaan aln dagelijk- fchen Regter onttrokken. (Art. 1Ö7. De .óhregtvaardige ftraf van verbeurdverklaring blyfe afgefchaft. (Art. .171.) Alle vonnisfen worden in het ópehbaar uitgefprokeh Art. 174 ^die> 'in .burgerlijke zaken te vellen, moe- T 'd -o 6' C Z '-Sf-'ïb C El'-p r 'y e n «no.5 /o i» <u o.- -5 '5•=-* S- K(?.£'2afl-5'=« - O too' Z 5- CJ t; rj 3 C' C - .C P J5 2 n n U M o 5 O b u -O 1. c .ïf 3ï "v Ji *0 -gr- tit S''.j3«aISIsS-s0,oa-a3 <u b« C of i. M o h 0 v 'U k i 0 TO -3 J y W <u O W a-' o a it S£. ,G a a 1 "'S' 1 rW o «,opy 5;-g 5 S3 1 2 5 TO *1 u v. G P O F T si N c-« v. «j: c <u U <U -a o y Sflsf J c o-" ,C 3 ,p X <u 6 _o a> - ©o c C V- C F bo SS'"-;: E ■- v - V o73 s 07 O "O S S-o W 3X O G ft? O R> ca - s s <u TO :c?3 •- <u-ö sa p -«j E* ten de gronden inhouden .op welke zy berusten (Art. o3 173)'* in. criminele Vonnisfen .moét iu misdaad met alle xö^'i 52 5"^ 2 :c» o <0 5 c-3 cl 3 G CC st.3Ïï t. w 3 .2 C E o q I c. I a>TO o Q> -> S s; „»2 Jj S S 3 ej u v. E 9 O c C 07 i7 ej - - hare oraftandighedenen de 'Wet, die den grond tot 'veroordeeÏÏng oplevert, uitgedrukt worden. (Art.. 17a.) Niemand mag van zijn eigendom ontzet wordend dan, wanneer Hét algemeen belang zuljcs vorderten tegeü éene blllijkè fchadél.oosftelling. (Art. 164.) De woning, van elk onderdaan des Konings is hem een 'veilig verblnf Art. 170.) t De wet erkent en regelt op eehe voegzame wjjze het fégt van elk Ibge?etènom zyne belangen bij *s Lands Regétiög in te brengén. (Art. 161.) Zij gedoogt geehe voorregten in het ftuk der belastin gen. (Arf, 'ï£8. Des Konings onderdanen zfln; zohder onderfcheid van geboorte of Godsdienstige begrippentot Ambten eè Bedieningen bevoegd. Art. 11 en 198.) Tot de hqogére posten zijn alleenlyk verkiesbaar inge zetenen geboren uit 911 dersbinnen het Ryk gevestigd Art. 8maar 'tot alle andere kunnen ook zq%geroe pen worden dié door wetduiding of naturalifarie voor Nederlanders gehouden worden. Het gastvrije Nederfand toch zal, bij voortduring, befcherming en hulp verlee- nen aan allen, diedoor deszelfs zachte wetten en.va derlijke regering geloktzich in hetzelve nederzetten 'maar het regcom "over de hoogére belangen van het Volk zljjim ft'ém uit 'te brengen en aan de befturi.ng der ^emeéne zaak deel te némenkan aan niemand worden toegekenddie niét de liefde voor het Vaderland met de eerfte^ melk heeft ingezogen., De vryheid der Drukpers is aati geene andere bepalin gen onderworpen, dan élke andere daad. der Burgeren de verantwoordelijkheid namelyk van den Schrijver, Drukker en Uitgever. (Art *27.) Wjj hebben onder de eerfte pligten van 's Lands Rege ring gebragt de zorg voor het openbaar Onderwys: het zelve toch verïpreidt bij alle clasfen der maatfehappij >-.^5:5.2? nuttige kennis, en by derzèlver befchaafde ftanden die u S u"J,,e liefde voor de Wetenfchappen en fraaije Letteren, \yelke het 'leven veraangenamen, een gedeelte van den waren 5 q.c volksroem uitmaken en met dé welvaart z,o wel als met - de zekerheid van den Staat in een waarlijk belangrijk verband liaan. Art. 226. ïn weinige Landéh is zo veei voor dé onverrtiogenden ged&an als in Ye; ónze; men zoekt vergeefs elders zo veel Gedichtenwaar de Gr^saard eene rustplaatsde zwakke hulp én bijftand, en de jeugd kosteloos ouder- wys vinden kkn. Het levendig belang, dat Uwe IViaje- ïleit in die^ gedenkteel>enen van vooryaderlykcn gods dienst, chrlstelyke liefde én weldadigheid ftelt, is by de Grondwet aan alle önz'e Koningeü vóorgtfehreven. (Art. 225.5 !v By hetzelve is eindelek het dierbaard^ van alle regten Verzekerd, de vrijheid van geweten. (Art. 190.") Wy dhr ven onsvlèljen, ^Lreldat deze onderfebeidene bepalingen aan lïyve edele bedoelingen beantwoorden. De SredenÖiftricten en Dorpen .rigten hunne huis houding naér elks plaatfelijke gefteldheid in mits maat het algemeen belaDg daarbij niet worde uit het oog ver loren. De plaatfelijke Rederingen befturen als goedé Uuisvadérs maar hunne byzondere huishouding maakt 'een gedeelte vart de algemeene uit; zq moeten dós dezer belangen niet Jcwetfen. (Art. 155.) De Staten der B'rovincien keuren de hegrooting der plaatfelijke uitgaven goed. (Art. iró.) De algemeene Re gering neemt daarvan des npodsjj kennis en befchikt daaromtrent zo als het algemeen welzijn vo.rdeit. (Art. 159.) Zy fchorst en ftelt buiten werking alie de handelingen der plaatfelijke Régenqgeij welke te£én de wetten en he: algemeen belang aandruifchen. (Art. 155 De gemeenten ten platte Lafldé zullen hunne oude of later afgebakende fcheidingen behouden, of ook geheel niéuwe verkrijgen; huniie^ oude en beftaande of geheel nieuwe benahiingen aannemennaar mate de oraftandig heden én het plaatfelijke belang zulkè medebrengen. Dit aiies zo wel als de wijze waarop het beftuur zal ge regeld worden, wordt bij reglementen bepaald door dep Koning vast te ftellen na ineen men sdvks vau de Pfu- Hé't YsrPiil'g op de -I c/it van deze. Zlordz:} 3J <U c. S a N O 1-J G cl *-• -o O u. W O TO TO 47 C - jj c -3 x: c 07_ri»47oj;^> g«S3sS,'C.c,e&2fe-2g-S Egïs «j'D r c w «i C 0 (-.cTOTO-3 TO 'O >«7 s rC'5C«7c«'0 T3 -g =fcv^ïais V- U .47 cl 47 "J 't: O 47 c o Ot.^TO> JO" - N O P fl S J- n ?7 Si C CM 5 2 TO Zto O G, 5 Cu a U -Ö u 47 C 0 «7 a o c. TO 7"*S-3 5c^5<ij 2< 2 TO y> TO Ito s s§£-Sf c- re <u R> - a -c *3 <3 r; 07 2 n 5 r. B F aftjf E U ÏSjd E -Q 5 t_ u c ;s? te rS S dl o „wB5-5i5»«cg cn o P v> a ca P v 3 rï i.51 -t-aü -- - »*>s V 17 47 - 07 •- H 87 ?47V3?TO-pTO Uw KJ Xt - tid TO o g- a M 0 3 -°^TO 5J17 O O to:» J N U3 TO V u c «7 p c:» O QJZ 47 47 a, o c 97 ■z'è, 5-c S.5.« q -Z G .2 «i'r i w-a 5 =- s5 47 o A n BI U C7 CT :»3 ixi p- TOwo C V j- V ^_;r? -Ot3._ tx u O u S a u S f"0 CU bO C 87 5P ij .2 S Gi I--S .5f i-o C O Cl tic Ji 87 J *09 e 2 1 TO 47 M 47 ft tl©. \n" «7 O n <9 o .5 e X 47 C7 -3 t&X O TO tj ÏS.E S 0 a r - N S O c 7i 5 0 5?'C5 o 2 ii 2 èl r- - U C «rt - -o T» u oS« G o 0 ""to -2 "rt c -Ïh u C M £TO 17 QJ 47 - J JÜ TO 47 S ■cjcnwcjc3i_aja7 £^7—5 N 87 >Q n 2 r* N 4> S SjfS srw I 11 -s b 5 f .s a ï'ÏS-lfig^sS'SjfSgssgl 2 a ,5 C SS 25sai r- e» L. g - a-c'3 S x

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1815 | | pagina 1