:mwïi n BIJVOEGSEL, BËHOORENDE TOT DE LE YD SC HE COÜIANT, N®. 34.; J4. Aan hen, die buiten (laat zijn de kosten daarvour goed te maken, hetgeen ter beoordeeling (laat van den Krijgsraad, zal"uit de Contributie - kas worden te gemuit gekomen.' 55. Be Sabelkwasten en verdere dillitrctive teekenen voor de Onder-officieren en Schuttersen de zwarte Uas en Schakot of ronde Hoed, zulien uit de Contributie. Kas worden bekostigd en aan hen uitgereikt. Uit dezelf de Kas zullen mede gevonden worden de onkósten voor de klégding der Tamboers - Majoor Bataiilons-Tamboers, Tambders en Pijpers. 56. De Kleedingllukken en diilinctive teekenen der Schut ters en Ondér-officieren, in het voorgaande Artükel ver- meld, zullen, na een gebruik van vier jaren het eigen dom worden van hén aan wie dezelve zijn afgegeeven •waarvoor de zodanigen ook verpligt en gehouden zjjn de zelve in behoorlijken (laat te houden. 57. De Officieren en Ónder-officieren der dienstdoende Schutterijen dragen, eik naar hunnen rang, dezelfde di. ftinctive teekens ais mede het Veldteeken welke bij de (taande Armée in gebruik zijn, uitgezonderd dat dezelve van Zilver jn plaats van Goud zullen zijn. 58. De rustende Schutterijen zullen, des verkiezende, geene Monreeringen hebben. Alleen zullen d» Onder of ficieren een* Oranje Band zonder goud of zilver om den linke* arm dragen. De Hoofd - officierenKapiteinen en fubal terne Officie ren der rustende Schutterijen, zullen dezelfde Monteerin- gendistinctive teekenen en Veldteeken dragenals die der dienstdoende Schutterijen. 59. De Krijgsraad van elk Corps Schutterij heeft de di rectie over dezelveen zorgt voor de onderhouding der Reglementen van orde en disciplineboven es behalven bet geen bij andere AYtjj kelen dezer Wet aan denzelven in het bijzonder is opgedragen. 60. De Krijgsraad is zamengeileld in plaatfen waar ién of meer Regementen geformeerd zijn, uit: EenColoneleen Luitenant -Colonel of Majoor; een Ka pitein een eerjien Luitenanteen tweede Luitenanteen Seriant - majoor een Serjant een Corporaalen een Schutter. In de plaatfen, waar êen Bataillon geformeerd is. uit: Een Luitenant-Coloneleen Majoor; een Kapitein. es verder, zo als in de plaatfenwaar één of meer Rege menten geformeerd zijn. In de plaatfenalwaar twee of drie Compagnien zijnuit: Een Kapitein een eer/te Luitenanttwee tweede Luite nants; een Serjanteen Corporaal. en een Schutter. In de plaatfen, waar eene Compagnie is, uit: Een Kapiteineen Luitenant; een Serjanteen Corpo raal en een Schutter- 61. Het prefidie van de Krijgsraden zal worden waarge nomen door den oudllen Officier in rang der zitting heb bende Leden, en zal de Prefident, ingevalle de (temmen (lakeneene befiisfende (lem hebben. 6a. In de Leden van den Krijgsraad wordt vereischt de yolle ouderdom van dertig jaren; wanneer echter in fom- mige plaatfen het niet mogelijk ware alle de Leden van die jaren te vindenzal men ook tot jongeren mogen over gaan mits in alle gevallen meerderjarig. 6j. De verkiezing v«« 4c 1,to™ ucs Krygsraaaj welke elkander in den derden graad van bloedverwantfchap of zwagerfchap niet mogen betlaan gefchiedt voor de eerde reis door het plaatfeljjk Beftuur, op voordrigt vlo den Commandant en Chef. ï- De naderhand te verkiezen Leden worden door het plaat- lelijk Beftuurop voordrage van een dubbeltal, door den Krijgsraad teformeeren, gedaan. 64.. De Leden vah den Krijgsraad zullen altijd in hunne Uniform-ter Vergadering verfchijnen. 65. leder jaar zullen van de Krijgsradenuit negen Le. ded beftaande, drieen van de Krijgsraden uit zeven of Leden beftaande twee Leden aftreden, lijk de-Bra de Krijgsraad geconftitueerd is zullen dade- door het lot u.«(n aftreding voor de eerfte drie jaren De aftredende LecuWen. dadelijk weder verkiesbaar n^met hunne toefletnming De commanderende Officier is in, 1 i. van den Krijgsraad. -n Prefident 67. De werkzaamheden van den Krijgsraad regelen naar de bepalingen in Art. 74 en volgende dezec Wet voorkomende, en voorts naar het door denzelven te ma ken Reglement van orde en adminiftratie, hetwelk aan ie goedkeuring van bet Plaatfeljjk Beftuur zal onder worpen worden. 68. In de Plaatfen waar een Regiment of Bataillon ge formeerd ia, Zal een Luitenant-Kwartiermeester als he- cretaris bij dezen Raad fungeren en in die, waar fiechts eenige Compagnien zjjn geformeerd, zullen die funetien door een Serjant-Majoor uitgeoefend worden. 69. Bij den Krijgsraad wordt de Auditeur toegelaten zo dikwijls zjjne werkzaamheden zulks vorderen. 70. De raad wordt bediend door den Tamboer-Majoor en den Bataillons-Tamboer ais Boden', die ook de noo- dige citatien doen, en door een Tamboerjaarlijks te Verwisfelenin de Plaatfenwaar Hechts eenige Com- pagnien zijn. 71. Voor de waarneming der opgemelde posten van Auditeur en Secretarisy gelijk ook voor die van Adju danten, Chirurgijn-MajoorTamboer-Majoor, Batail lons -Timboer en Tamboers en Pijpers, zal jaarlijks uit de contributie- kas eene zekere betaling of dedommage- ment worden'toegelegdwaarvan het montant naar de lokale omftaiidigheden geregeld en altijd met de meeste zuinigheid zal vastgefteld worden. De voordragt daarvan zal door de Plaatfelijke Regerin- g»n gedaan worden aan de Staten der Provincie, welke daaromtrent, onder Onze goedkehring zullen beflisfen. 7a. De kosten op de Schutterijen vallende zullen gevonden worden uit de te heffen gewone contributien de verhoogde contribütien of uitkoopgelden en de hier onder te bepalen boeten. Ten aanzien der regeling van de contributien en de wijze van derzelver .perceptie en verantwoording zal door de Plaatfelijke Beduren eene voordragt aan de Sta. reu der Provincie of Landfchap gedaan worden welke daaromtrentonder Onze goedkeuring, zullen beflisfen. 73. De penningen der contributie-kas mogen tot gecne andere einden bedeed worden, dan tot zulke uitgaven, welke tot deq dienst der Schutterijen noodwendig ver. «recht worden. 74. Elk Lid der Schutterij, welken rang hij ook he- Icleeden moge is gehouden' in alles wat den waren- diièr.st aangaatzijnen meerderen tv gehoorzamer. 75. De bepalingen ten aanzien' der Schutterlijke krijgs- ucht, zijn alleenlijk toepasfeljjk op de gevallen, wan- C 3 g' W s. S t» S5Q neer cfe' Leden der Schutterij ondér de wapenen of in werkelijke 11 dienst Zijn; na het eindigen van den dienst, keert'elJÊvvedér in den algemeenen kring der burgers. 76. De ftratfcn welke door den Krygsraad kunfién worden opgelegd, zijn: 1. Geldboete i welke nimmer zal kunnen te bóven gaan de fomm$ van air- 2. Huis - arreiftten lan'gfte voor zes dagëh- 3. Provoost-Srfést, ten iangfte voor.drfd dagenrén *en koste van dén "gecondenineerden hetzelve zal. nim mer met eenige fiuïtfng oï andere verzwarende oio- ftandrghèderi mógén vergeld 'gaan. 4. Süfpenfie van aëfrdjenst. 5. Degradatie tot eenen- minderen rang. 6. Casfatie uir den diénggr 77. De vonnisl'en,' welke -degradatie of casfatie inhou den zullen, alvorens te' wordep gcéxccateerd jïvorden gezonden aan het Plaatfeljjk ö'eftiiur ter approbatie. 78. De geldboeten en arresten Zullen ten opzigte der Ondér-Officieren met een dejjjd'c Vgrdjoogd en, teu op- zigte der Officieren, verdubbelt! worden. 79. De geldboeten op eéftige daad gefield, welke niet /meer dan 30 ftuivers beloopen, kfcnnen door den cora- tnandërendeh Officier worden opgelegdzonder dat de Krijgsraad daarvan cognitie neuïe. 80. Wanneer de vergrijpen tegen de krijgstucht met .Zodanige verzwarende omftandig heden gepaard zijn wel ke bfj de lijfftralTelyke wetten onder de misdaden worden gerangschiktv zulien de befchuldigderi aan den gewonen Regter wordèh overgegeveni 81. Aan den gewonen Regter zal ook dadelijk moeten overgeleverd worden elk Lid der Schutterijdié zich in arrest bevindt, en door denzelven wordt opgeëischt» on verkort het regt van den Krijgsraaddie vermeenende dat de behandeling der zaak tot deszelfs cogfcitie be hoort zich aan het hoogere r.egterlijkc collegie, hetwelk tot befiisfing hiervan bij de algemeene Wetten is bevoegd verklaard, kan adresferen. 1 :j 82. Elk Officier heeft het regt eenen onderhoorigèn Officier, Onder-Officier, of Schatter, die zich, gedu rende den dienst ,^chdMig maakt aan een bedrijf, waar op hoogere firaf dan huis-Arrest gefield is, huis-arrest aan te zeggen, of ook, iiV zwaardere gevallen, in verze kerde bëwaring te doen jfemen. 83. Hij zal daarvan tén zelfden dage moeten kennis ge ven- aan den Auditeur- Militairdie den volgenden dag bij den Krijgsraad zodanig voorfielhetzij rot ontflag of voortzetting der zaak, moet doen, als hij vermeent te behooren. 84. Die zich met daden tegen zijnen Superieur verzet, zal met provoost-arrest en casfatie geftraft worden. 85. Die denzelven op eenige andere wij *e dreigtvloekt of fchendt, zal met provoost-arrest gefirafc worden. 86. Zijdie anderen tot ongehoorzaamheid aanzetten zullen, naar gelang van hunnen rangof piet provoost arrest en casfatie of met próvóbst-?rrest en degradatie of wel met pïoVoost- arrest è'eftraft worden. 87. Een Officier, die.opzettelijk verzuimt of weigert den diensthem door zijnen Superieur bevólenwaar te oemen> of de orders hém gegeven na te komenzal met provoost-arrest, ea, -bij verzwarende omftandlgheden met degradatie of casfatie geftraft worden. Een Onder - Officier zich daaraan fchuldig makende f zat worde» gellrifc mét provoost - arrest* of degradatie, gewone Schutters met huis - óf provoost arrest. 88. Een Officieé die zijne Wacht verlaat zal met Pro voost-arrest geftraft worden. Gelijke ftraf zal ondergaan een Schildwacht die zich van zijnen pp$t - verwijdert. Onder - officieren of Schutters hunne; Wacht zonder ver lof verlatende zullen naar de omflandighedenmet Huis of Provoost - arrest geiflraft worden. 89.--*Zij die, in dienst zijnde, op last van hunnen Su* perieur, weigeren een lid der Schutterij te arresteren, gelijfc'foede zij, die eenen geatrefteerden zoeken te ont weldigen zullen als medepligtigen befchouwd en behan deld worden. V": 90. Die het hem opgelegde Huis - arrest violeert zal met Provoost-arrest gelhaft worden. 91. Die bij Exercitiën of op de Wacht zich aari.Dron- kenfehap fchuldig maakt, zal naar de omllandigheden 92H'Üs- of Provoost-arrest ?eftrafc worden Vöor iederYWsJv&^'cirien of Wachten te laat komt, zal bbéte, niet te boveYgVi?.1? het uur verbeuren eene geld- voor ieder kwartier binnen hét'fwt? een' halven Stniver; niet te bovengaande twintig StuiVers'."irvf?ne geldboete fchjjnende j zal hij met hoogere Geldboete of geftraft worden. -«r Met gelijke Geldboete zal geftraft worden die zich van de Exercitiën té !Vroeg. verwijdert. 93- Die bij ongewone oproepingen van Brand Oproer of dergelijke niet/ter -behoorlijker tijd komenzullen met Huis- of Provoost - arfèstdegradatie of Casfatie, naar de omftandigheden, geftraft worden. 94. Die onder de Wapenen zijnde, Tabak rooktzal verbeuren acht Stuivers. 95. Wanneer een Schutter voornemens is meer dan éénen nacht buiten zijne woonplaats door te brengen, is hij verpligt daarvan behoorlijk1 ^kennis te geven aar. den Kapitein zijner Compagnie. De Officieren en Onder- <55 officieren ztiiléri buiten hunne woonplaats niet mogen ver- nachten, zonder vooraf gedane kennisgeving van hun a voornemen, te weten: de Luitenants en Onder - officie- 2 ren, aan den Kapitein hunner Compagnie, en dé Kapi- '3 teinen Majoors en Luitenant-Colonels aan den com. manderenden Officier. De commanderende Officieren zullen mede niet buiten c de plaats ihogen vernachtenten zij zij alvorens het Plaatfelijk Beftuur daarvan verwittigd en het Commando Si aan deh in rang opvolgenden Officier hebben overgeven, -j» Beide deze laatfte kennisgevingen zullen fchriftelyk moe- g ten gedaan worden. Zy die deze bepalingen niet in acht nemen zullen naar g-elang der omftandigheden geftraft worden- g 96.-Db vcommanderende Officier ^ich van zijn Corps 5 verwijderende, zal aan den Officier aan wfen bij het. Commando'opdraagtaanwyzihg doen deT Wapenen en. 2 5 Am munitiën en van alle veri-ere benodigdheden wélke, gedurenile. zijne afwezéndheid^ zonder kunfien wótden vereisch>> en tevens, opgave.doen Van allé' dienst^rrig- tingen .wélkegedurende zijne afwezendhéidzullen moeren .pl'aats hebben. -\ 9 7- l)e Kapiteins, Adjudanten-Majoors 'de L" tenant-.-. Adjudanten, de Onder - Adjudanten eh de Luitenants Kwartiermeesters zullen buiten "toeftemming van dan ilu vétviij* dt kant ran deze Mlaig.) i -f o c a 'Ata,' D .4 C, W c «4 0 a; *b 't -jf- C tt> 3. .1 2 s a o c öjtf -iw O c; 3 x 9 z 5 - 9. q .5? o i LC-U-» G w, ?fS» H - Z1 w. 13 "O :V N o co 1» fc 2± N o o c <0 .2? on E u c: O "3 O cé'-rn 5^5 5 -o o E 13 2' S.a a C- X 3 Mtj 3 O L T, 1 -'w z o-:?trS O C: c Zo (U •- A <u u, 9*41 4; V-* 2-n.2 l= 2 2 SC -a H c c«.s a» "T3 o o a> -O' 4» u y B 3 d öpR-M5* 2"0 - ei ,<!o d 'Z-,w" gr e 5" Q- *3 "o O - c 2 .2 £.5 3> -S2S*.. U -o's - S P G C 4< w O cj a M N X M <5 CL,_- C rZ o®- we Ge* w -?0 O rt - -4» a- e "H- .«-SüS :B» c*C 2 e 0 S; C u, cru x o. Si^.6 O 04 O X - C -o ar c c ir* 13 -Zr b c| g e* i U S 10 Mj - a 0 o o :c» -o M gi&-| o O e - bC M W> 3 bC— c .s:a.S Je i-* *2 twa te?1 71 g 6 J3 00 2 s» Sü Sgo-^g :g cd, -o ófl I -'S E f'p .55 rrn :»o:»o C-p 5 B t s e g P"0 S 0 -.c- c; o «j t u o ••£- 5 o r-.TI t-, 64 2 pr r li o,*— b£^ i- 2 -5"o .<b .5 o> a» -5 e xz c 64 OÜ<J- U. 44 43 CJ -O Ü-S--4» V. Ü£ZZ 2.5, 2 Oa f* mCccc« -r i» S7JS ;C3>a40ps2ia>2-- w p O u u u- e o e 3 o o S e J>ti >5 Ad 6* 4* aü ca W2.2 3 Ngjjo |p 3 5 «-Pi's e 3 o ^5 o<-"^r>c 0 a,^ - cv® ■3 3 S»g 5.0.; s - ;h s ïêf.I'8 8&gl a M "2 O t4^ c 4» e> 65 64 -3 64 4> G bD.Ü s - s -2 C.-o 2 ^3 Za 64 a tA Ue 64 W =3^9 «!*0 S i -S's-s s.5 5 5;S*S BUL - bfiw.t-R NïJi O O .Z-S 2-2 c^^~r— bo d 2 b 3.s c-s v s a «r-s. C Aö "O a 8*^ -3 - -3 a 64 (Tor -3 N "3 a S|«f5S|S*-gSS sSSs> o-- -ss»02K 35p:N-2,i<=*l>s e -P w 2 .2 o m O O r 64 64 3 O G' 0 c O a> 5c*,i OK'-Clfn. u-ruB o oja g 3 s S 5 -"5 S 2 2;js. 2 2 s 5,3^*3 2 I'S"2 al B h3^-Sï2S - Ui «4 44 - 64' -3 - 64 - O 64 m C -rc a E 64 s J" >- fd -a 2 c x u-, .2 O 6> G o 1» ..O w'-»«g -d V' ^5 u S" C c ?f O Q4»o u g c O O' 2 w G -=3 J4 C O c 3 c4 - S .c n g -2 X -© 2 '5- .2 a r u "Ê'2 ea Hj2 i *o:M"S?,ï:3sB*?£i - -O O, bJj O -3 S' SS2.1 IA 09 64 (D' O 9= V v S SU-3"5 S F c S R g'«*2 e-S c S - H w GD 64 E 2 73 z c? J2 g t 2 5 2 2 a 64 2 c -a -o bc.2. U p lC3CJ3C 06 JT -o c73 c J2 ,^cu a o-0 c c c;Qx cO c oc a> .2' 2 0:0*2 «J g""S' o* 5 S S S-S SOS'S H«5"=

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1815 | | pagina 5