COURANT. L E Y D S E z Vs. V a A°. 1814, 1. WOENSDAS N°. m'Y DEN 21 SEPTEMBER. c J* 2 BfifS -3 fe'3 i ^u t< fc* 3 c^3 c 1> i> z: gS 3 a fa *3 e «-> 5 -o v r u .g -s O r*<S S P R L N D. ETERSBURG den 31 Augustus. De Graaf van Romanzow tot hiertoe Cancelier des Rijks ge weest, en na verzogt en bekomén ontflag, op- gevolgt door den Graaf van Ncsfelrodeis gis tervan hier naar zijn Landgoederen in de Ukrai ne afgereist. Voor zijn vertrek heeft hg aan de kas der Invaliden een alleraanzienlijkst gefchenk vereerd be- flaande in alle de kostbaarheden, die hem door vreemde Souvereinengedurende de waarneming van zijnen post als Cancelier bg verfcftfeide Staatshandelingen waren vereerd geworden, als Snuifdoozen met'Brillanten omzet en dergelijke, alshtede ille de hem toekomende Emolu menten, en tractementen, Het eerde gëfchènk wordt alleen op 70 duizend Roebels gefchat- Zijne Keizerl. Maj. heeft den Pfüisfifchen Gezant, Ge neraal Major von SchÖlerterfton'd bij zijne aankomst in St. Petersburg de St. Anna orde van de eerde Clasfe vereerd. De Oostenrgkfche Generaal Kolleris Keizer Alexan der tot Petersburg te gemoet gezondenom Z. M. of> hoogstderzelver reize naar Weenen te geleiden. Zie hier het Adres van het Synode den Rijksraad fen Senaat aan Z. M. bij gelegenheid van deszelfs roemrijken intogt in Parijs Alletdoorluchtigflc Grootmagtigjle Groote Heer Keizer Zelfsbeheerfcher van geheel Rusland! Na het toebrengen van lof, eere, prgs en dank aan den Allerhoogften God, die zijne genade over u zó Wón- derdadiglijk heeft geopenbaardwendt zich het verrukte, door uwen roem boven alle Rijken verhevene, én door u gelukkige Rusland, hed'en tot u, Gezalfde des Hee- renen brengt door zijn Allerhefïïigfte 'SgnodeRijks raad en Senaat, welke gezamenfgk voor u de knieën bui gen u het algemeene offer uwer getrouwe Onderdanen afinhet offer hunner harten, verrukt door uwe groote daden die in de Jaarboeken der Wereld geene weergade hebben. HoorAllergenadigfte Heernaar het geroep uwer Kinderen en ontvang in gunfte den dank, dien zg uit het diepfte huns harten tot u opzenden- Maa't hoe zullen wij u waardiglgk danken voor de onwrikbare ftandvastigheidmet welke gg u verlatende op de liefde en trouw uwer Onderdanen, die gij daardoor verhieft niet geaarzeld hebtora den Vrede té verwerven inèt den arglistigen vgtnd, die döor het gelukte indringen over onze grenzen trotsch geworden waswaarme.de zul len wij u danken, die de veiligheid van ons Vaderland, door de herftelling van het eigen beftaan der aan hetzelve grenzende Staten bevestigd hebt! welke lof kan genoeg zaam zgn voor u die ons aan deu vermetelen vijand ge wroken hebt,.niet ^lleen doen: m wen zegerijken intogt in zijne Hoofdftad, maar oók door den volkomenen val van dezen fchrikkelijken onderdrukker van Europa dié de troonen deed fchuddenen alle Volken en Staten aan zgn ijzeren fcepter waande te onderwerpen Terwgl wij u hoogelgk roemen als Overwinnaarzegenen wg ook uwe genade, die voor het aangezigt der geheele wereld door grootmoedige vergiffenis aan de overwonnelingenen door hunne bevrijding van het juk des dwingeland? geken merkt is. Wie van de Koningen der Aarde konfit u ge lijk o gij verheveneWie hunner is erdie de wapenen verhief ter verdediging des Vaderlands of ze van fret eene tot het andere einde van Europa droegniet om Jjjrfoonlijken roem in te oogflenmaar om vreemde Vol ken verpletterd onder het juk van onverzadelgke heèrsch- zucbt, en die geene hulpe hadden, te redden en hunne wettige Vorsten terug te geven? Wievermogt door zijne wijsheid en door zachte "overtuiging, gedurende zijne grootlle (lerktede vgandelgke Natiën tot zgne Bondge- nooten te makenterwgl hij daardoor hun eigen welzijn ichiep! Uwe daden, 6 Heer! zullen met uwen naam, den naam van Alexander den Grootenden grootmöedigen Be- fchermer van Europa, den herfteller der wettige Rege ringen vereeuwigd worden. Reeds legt u de geheele wereld, die uwe grootheid aanftaart, eh de flem der on partijdige nakomelingfchapvoorkomt, alle deze titels bij. Maar gij, waardige Uitverkorene des Allerhoogftendie alle uwe groote daden eenig en alléén aan zijne algoede Voorzienigheid toefchrijftvindt geen welgevallen aan vu fluit wilden mono QOOt u-n>.n 00% m nu jT U dus gehoorzamend, Heer 1 krenken wy uwe befcheidenheid niet door het gejuich van onzen lof, maar de algemeene zegeningen van uwe en vreemde Volken en de zegen Gods die (leeds met u is rechtvaardigen de ftoutheid uwer Kinderen diezóó aan u verkleefdu den van allen eenftemmig bevestigden Titel, die aan de coedheid van uw hart, aan onze gevoelens jegens u be- antwoordt, en zonder wiens verwerving geene ware groots heid beftaatden Titel van Gezegende aanbieden: zij fme- ken u ten vurigfte, verwerp dit offer niet, dat uvan uwe Zonen gebragt wordt. Op dat echter de gevoelens onzer dankbaarheid, die wij tl hier mede uitdrukken, niet ilom mogen zijn voor de Nakomelingfchap zo wenschten wjj die door een zigtbaar teeken hoe wel uwer onfterfe. lijk Monarch! niet waardig genoeg, te doen kennen, en deswege fmeken wij, Gezegende! ons niet te weigeren, om in uwe Refidentie voor de toekomende tyden een Ge- depkftuk op te rigtenhet welk uwe groote daden ver kondde; niet, om den roem van uwen onvergetelijken naam te vergrooten maar ons voor onze Nakomelingen te rechtvaardigen. Ta! mogen zij ons niet eenmaal gevoel loosheid jegens de weldaden vcrwjjten, die Gij over ons hebt uitgeliorten mogt dit Gedenkftuk aan de Zoonen izer Zoonen tot in de laatfie tjjden een bewijs van onze iiefde en onbepaalde toewijding aan U zijn Het is op dit Adres, dat Zijne Keizerlijke Majefteit eene Ukafe heeft toegezonden van den volgenden inhoud: Het verzoek dat het Synóde, de Rijksraad en de dirigerende Senaat my gedaan hebbenom ter mijner erre in de Refidentie een Gedenkteeken op te rigten, en mij den eernaam van den Gezegenicn te geven firekt mij tot zeer veel geneegendewijl ik dsar in aan den eene:: kap:, den zegen opmerk van God, die over ons regeert en van déb atjtleren kant lie gevoelens der Staatsügchamen van het Rusfifche Rijk, welken mij de vlcjjendlte bena ming geven: Alle mijne pogingeh zijn daar heen gerigt om door vurige Gebedsn Gods zegen over mij en mijn getrouw Volk af te fmeken; en door mijne geliefde On derdanen, en vooral door het geheele Menschdom geze gend te worden, is mjjn vurigst verlangen en zoude myn hoogiie geluk uitmaken. Doch niettegehllaande alle miine pogingen, om hier toe te geraken, kan ik, als Mensch mü de roekeloosheid'niet veroorloven, om dien Eernaam aan te nemén, noch mij den waan aanmatigen van te ge- looven, dat ik dat geluk heb bereikt. Ik oordeel dit te minder beftaanbaar met mijne grondbegfnfelendaar ik altijd, en bij alle gelegenheden, mijne trouwe Onderdanen heb aangemaand tot zedigheid en nederigheid, en ik hun zelf tot geen Voorbeeld wil zijn dat met die gevoelens ftrijde. Derhalven, mjjne volkomene dankbaarheid betui gende aan de Staatsügchamen mijns Rijks, verzoek ik hen van dit alles af té zien. In uwe'harten is het, dat ik een Gedenkteeken wensch te bezitten, gelijk gij er een in het mijne hebt. Dat mijn Volk mij innerlijk zegene, zoals ik het zégen Dat Rusland gelukkig zijen dat de Voor zienigheid mij en Rusland hare Godlijke befchermin'g fchenke 1 De hoogde Collegien des Rijks hebben intusfehen be- fioten, deze Ukafe, gelijk mede alles wat in deze zaak verhandeld is, ter gedachtenis voor de Nakomelingfchap in eene bijzondere Doos in de Zaal des Beftureuden Senaats te bewaren. ZWITSERLAND. BASEL den 7 September. De Zwitferfche Caiftons hebben veel moeite, het eens te worden, en elk oogen- blik is het te vreezen, dat er een Burger-oorlog zal uithar den. Deier dagen zgn ernftige onlusten in Oberland (een gedeelte van het Canton Bèrn) uitgebroken De misnoègdeti zijn in een vrij groot aantal bijeen ^getrok ken; zij hadden Opperhoofden, en hebben hunne grie ven blootgelegd, welke drie hoofdpunten bevatten. Zij eifchen namelijk: 1.) De vrijheid der Oud- Raadshéeren Schilt, Michelen Blattner, die zonder wettige redenen gearrefteerd warpn2.) de uiterlijke afllanddoor het Canton Bernvan deszelfs pretenfiën op de Cantons Ar- gau en Waadland, als welke een burgerkrijg in Zwitfer- land zouden veroorzakenindien Bern niet daarvan afzag; en eindelijk eene nieüwé mildere en- fnin verdrukkende Conftitutie vóór het Oberland. Men verzekertdat deze eifeben rtiet gepastheiden cordaatheicl gedaan zijn en dat veelë leden in een der laatfte zittingen van den Groo ten Raad te Bern er bp hebben aangedrongen dat men Recht zou doen aan deklagcender öberlanders die bij wei gering gezind Schijnenzieh zelve Recht te verfehaffen. De Colonel Laharpe is te Zurich. Daar dezelve bij Keizer Alexander zeer hoog in de gunst Haat, en daar men weetd&t hij zich onmiddelijk naar Weenen bij dien Monarch bègèven moet, zo trachten de onderfcheiden partijen zijne genegenheid te winnen. Hij geniet eeü zeer groot aanzien. DUITSCHLAND. WEENEN den 8 September. Hare Majefteit de Ko ningin van Sicilië is, op haar Lustüot tc Heizendorf, dezen nachtplotsling aan eene Beroerte overleden. Morgen wordt de Koninklgke Pruisfifche Staatscance- lier, Vorst van Hardenberg, ter bijwoning van het Con gres alhier verwacht. BERLYN den 13 September. Bij eene Koningl. Ordon* nantie in dato 7 dezer wordt bepaald dat dé Trefoor- en Thaïér-fcheinen geheel en al buiten omloop bullen gebragt worden; er zullen namelijk van dezelve nog in dit jaar vernietigd worden een Millioen en 500 duizend Thalers en in elk der volgende jaren ten minften 300 duizend Thalers. Zijne Doorluchtigheid.de Staats - Cancelier Vörst van Hardenberg is gister van Riër naar Weenen vertrokken. HAMBURG den 16 September. Uit Saxen wórdt het volgende gemeld. Over de gezindheden en het (taalkun dig gedrag van den Koning van Saxen^ is door vèrfchei- den Schriivers reed5 menig oppervlakkigja beleedigend oordeel geveld;- hê'twellcb.erlrike en wel onderrigte Saxers ftilzwggend verachten konden, daar dergelijke beoordëe- lingen door de rechtvaardige en weldadige Regeering des Konings, door de liefde en verkleefdheid zijner Onder danen, en door de achting van Buitenlanders genoegzaam wederlegd worden. Maar een opftel in dén Rhynfcken Mcrcttriusgetiteld: Pligt en Recht van Saxen draagt te zeer den ftempel van vuilaardige boosheid en fchaam- teloozen laster, en is te zëer berekend, om het Saxifche Volk zijnen Regent te doen. miskennen, dan dat het ltii- zwijgend zou kunnen voorbg gegaan worden De Schrijver beweert, van kundige mannen die gemeen zaam waren met den loop der toenmalige handelingen en alle geloof verdienen, het volgende als eene onbetwist bare daadzaak te weten: na éene bekendmaking van den Koning van Saxen aan het Weener Hof bij zijn vertrek naar Bohemen dat het zich met dat Hof vereenigen en tot alle deszelfs maatregelen wilde toetreden, was de Ge neraal van Langenau van Praag naar Weenen gezonden om de onderhandelingen aanteknoopenOostenrijk had hem bereidwillig ontvangen, en in vertrouwen op trouw en geloof van een Duitfchen Vorst den Koning alles on bewimpeld medegedeeld wat men voornemens was te doenen hoe men gereed w4s lostebreken wanneer Napoleon de voorwaarden niet wilde aannemen. To.cn daarop de Koning, op uitnodiging Van Napoleon, van Praag naar Dresden gekomen was had hij hem zonder noodzaak, en uit eigene beweging het geheele geheim dier handelingen ontdekt. Tot beloening daarvoor was een verdrag gefloten dat aan den Koning de Mark Bran denburg, en een gedeelte van Bohemen bad verzekerd. De Schrijver vraagt hierop eiken Saxer of zulk een ver raad hem niet tegen de borst lluit? Hij vraag: de óude Het vervolg oè de Kant van deze Blaihs- I 2.2 O - c a g 5! M hX) 2 T3 2^ O c s.jd - u C ï-1*1 -4" W Q e «t (U r- "O :t =2 3 w <U i 6 h 2 p"2 O «j II t- u. o <U oj bJS «);a - o - -G -O CX. u c og-S 5 -3 Stj v O-S "ZZ O t- -O - -5 5 c A- b 2 S 5 .SP C r, - r "S *4 NO S-2 «.5' *05 t. - w <u rr u» N bOjt 4, w sj "5. B L' t3 c a 0 s -a 5. K-sSlll 5-^ •a 4i C -C u M T3 3 .2 SP a J <i> c «V O e °Iü'ï s .S*«s' !- T3 «-1 O W bJC O O I fcn Q. c -a OJ. S'vT v S E-Sj s» A a O 4# 41 4» ja 0< .2 ei U .5 4> O tX 0 a s e t= H- '"Je 4»-«J «"O o a." c d« o 11 25 c M--; N qj 41 u a 2 5 n 13 c N 1— ,u n 13 O bO <u Q-js., c B O -o r O 5^=«b p ■=g i »i*a 41 *-• rr~ fa O o O cN=3 SSSo B rji >- - n 2 - 'i. o J- C r, C fH-Q .C c *- wx u l-l «1 S tl u S C c f-Q .C c 4» 13 tj 42 4^ .2 5 a g 5^.5 Si - to 4» I 5-* o as ex 4» cï P-N pl>J- ï^*.ji4iW Ei; Bra'oj r- 41 4» «uis -« o s M c u: M -t .«ïgE" 5-i. O.S 4: ---J 41 P p N tT i_ t. O O c'" o ÖO.O O u 4) as P. 5 -.s i"M.s *2. a Si jj a 3.. u Bj cü fze o i2 ci w f c zrx M cl U O -■« 41 f* P4 .5 'N c c S C T3 41 c, C o Of4 KS - O 41 '2 eizi -S.S2 O 4> 3 41 C - .C? O "TS O f U c -0 f? O s -"t-s-gfsl X ei co 4> l w 41 c"anS3-ë 3 S3 S -Q-g g e o -a C -3 g3c0SS>5S^ CS V- u. a-°SgS"|S.-» 5ÏÏ«:sï bOOG *0 u o« C SZ 4A O C U o 41 'O 2-° Z .g§ZS5-|8 u 0 h c «J c -Ö CC ïj Jr C3 n 41 cs >13. ,"3 C to 4. c~* vs rz v> *cz O ij 4» 3 C._3^2 jti o •3 v K>.5 g - 't: T3 c w; w 5'3 r o -»;r£x> iz - *-'•" -O •JrS n 4> 41 oj U5 F tX~ C i o W CM. r C r 5?C O C -F. ^0,^04)0 bfles Clrc^3 S3 13 41 C w v Ui 4» -C •- 41 «-> S g SjjS E S N ïi?" 4> u O J-J I gJ-0 "S g S :°.5 5/5 up.—^ 41 .vd - c g teoW>«-3-e c M 04>CrtC"F04IC3 M C X> 41 C fcO T3 i= S 8 hn# - tóF0 2 ■J"" c p-. 4i C q» Sess.ë-"gia. "CJ C 4» 41 13 «•S oj Cé, u E 4» oec L> G O u~T3 U 41 ,j 3 'O c. a S JJ o 5 t 5 4- c 13 p— -G Qj c 5 •"N^o a r°^ zfs 1 az E jz P si A 2'= '13 f e a G ei <U faO'G c 5-g or rC, ^gl bf c CO 4-< -o o s - F .c-öo 3 u w ta 5.S QJ l'fs i- E C CC g P «x C E 3 «E. S N i -O Q "2 S-SU i S Sif o F -2? 0 -o o c w> a CJ O C jj - 'O r_- o c c o 5-0 f "c T' g - 13 'd -F F o 4- c o«-r C-3 c c U: C^,bO^ 131 9 Jiiêj 41 41 a«xi as s S c c c 41 P- C 41 bo rt F ÜJ C C '•E? 9 r: t> o 4» 2 13 -T3 O 41 41 r. M OU u y O U cü - O. C •e 41 U 4> 13 U. c. eo c 2 e - 5 5 - ?ÏC»P 2=2- 41 S 'N e 4» O t !C8> - c c y f o O 5 G 13 XQ 13 ^5 «X5 C fcx 4> '-£*0 N bi c C O E 4» ai *3 13 41 CJ 4» s - 5 e •- cS >.■5 N S «jt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1814 | | pagina 1