a i cure a l'onvert ir.c de Ja failliteet qu'il n'y aucun imlice £e dob ui -de frtiude niet l'appellation au néant.?r Cet arrêt rendu par la cour impériale de Paris, est daté iuj Mars i3i2. Un juif, obligé <ïe prêter serment en justice, doit - il le prcter suivant le rit de sa religion? Rés eff. par un arrêt de 4a cour impériale de Colmar, rendu le 7 Janvier 1812, dans la cauae des sieurs Kahn. L'ouvrier ou l'artiste qui a refu des matières premières pour les mettre en.oeuvre ou pour les perfectionner a-t-il - un privilége sur celles dont il se trouve nanti au moment de. ,1a faillite du propriétaire, pour ce qui lui est düen raison de son travail Rés. aff. par un arrêt de la cour im périale de Colmar, du 7 Mars 1812, rendu dans la cause? du sieur Dollfas, contre le sieur Ilaherstock. Peut-on admettre!,d'après de simples présomptions la prv'uve testimoniale de la libération d'une crcance con- statée par écrit Rés. nég. par un arrêt de la cour impériale d'Amiens, rendu le 17 Juin 1812, dans la.cause des sieurs Brcjpi; frère$. Banqueroute simple. Par 'jugqmenfr rendu par le tribunal correctionnel de Lyo», Je 25 Avril 1812, Claude Laroche êgé de 32 ans, marchand de vin, natif de Salie, département du Rhone, demeurant Lyon Port - du - Temple avail .été .declare coupable de ban queroute simple. 1. Pour ne pas ayoir tenu tous les livres auxquels-il était oblige; a; pour «e pas avoir régulièrement tenu ceux. qu'il a représgntés3. pour ne pas avoir-fait les Inventaires an- nuels qui lui éraient prescrits; 4. et enfin,.pour avoir, peu de jours-ayant sa faillite et par conséquent dans un temps cm il était certain que son actif- était de 50 pour cent au- <lcssous,de. son passif, fait des emprunts et notamment d'un sieur Imbert, d'une so.mme.de 3000, fr- 11 avait été condamné par ce jugement, it 2 mois d'empri- sonnemeut.,, et a-ux dé pens liquidés k 105 fx. 74 c., outre ie Cjüt et accessoires du jugement. 1, La cour impériale de Lyon a prononcéle 26 Movembre dernier .qu'il a été bien jugé en ce que Claude Laroche a été déclaré coupable de banqueroute .simple; mal jugé, en ce qu'il n'a été condamné qu'a deux mois. d'empr.isonne- ment: rdformant sur ce chef ie jugement dont {est appèl, le condamné k 4 mois. d'emp-isonnement; ordonne que ledit ju gement sortira son plein et entier effet dans toutes ses autres depositions.;, condamuejedit ledit Laroche aux dépens. Banqueroute frauduleust- Arrêt -rendu par la cour d'assises du département del'örne, séant a Alenponle 19 Juillet j.812, confirmé par un arrêt de la colli de cassation en date du 15 Octobre de la même an-née; le sieur Joseph La in -marchand demeurant k CoA- dé snx-v Noireau .convaincu de banqueroute frauduleuse -a été .c .ondaniné a cinq années -de- travaux forcés-ordonraé t- qn'avsnt de subiiircette peineil sera attaché au cnrcan, sur Jplace pufelique, I Alenpon, deuiaée aux exéeutionsqu'il het Koop co ltrsctwaarvan hier gefproken wordt10. dagen vrooger dagt.kend dan de opening van het faillisfementen dat er geeneriei aanduiding is van erg of list doet het appèl tc.niet. - Dit Arrest door het Keizerlijk-Gerechtshof van Parijs afge- geeven, is in dato 7 Maart 1812. Een Jood, verpligt om geregtelijk eed te doen, moet hij dien-afleggen volgens de ordes van zijnen Godsdienst? Bevesti gend befloten bij een Arrest van het Keizerlijk Gerechtshof van Colmar. den 7 January 1812 afgegeeven in de Zaak der Heerén Kahn, Barnheim eifPicard. De Werkirtan of Kunstwerker, die Grondftoffen heeft ont vangen om. die te bewerken of te voltooijen; heeft die een voorregt op die, welke hij onder zich heeft op het oogenblik van het faillisfement des Eigenaarsnaar gelang van het geen hem wegens Arbeidsloon verfchujdigd is bevestigend befloten bij een Arrest van het Keizerlijk Gerechtshof van Colmar, in dato 7 Maart 1812., in de zaak van den-Heer Dolifas tegen deu Heer Haherllock. Kan men op enkele vermoedens toeiaatcn het bewijs bij'ge tuigender vrijtlelling van eene fchuldvordering by gefchrifte geftaaft? Ontkennend befloten bij Arrest van het Keizerlijk pe- rechtshof van Amiens afgegeeven den-17 Junij 1812 in'de zaak van de Heeren Gebroeders Breton. Eenvoudig Bankroets Bij gewijsde van de Tucht - Vierfchaar van Lyon in datö 25 April 1812, was Claude Laroche, oud 32 Jaaren, Wyn- koopergeboortig van Salie, Departement van de Rhone, woonende te Lijönport du temple^ fchuldig verklaard aafi eenvoudig Bankroet.- 1. Om het niet houden van alle de Boeken waartoe hy ver pligt vvks; 2. om het niet' gtregelcThouden "dér zulken die hij vertoond heeft; 3. oin het niet maaken der jaarlijkfchelnventat risfetidie hem voorgefchreven waren en eindelijk 4. om datf liij maar weinig-dagen voor zijn-faillissementen mitsdien in een tijd-dat hij zeker was dat zijn actief 50- per Cent minder was dan zijn pasfief, Geldleeningen'had gedaan-, en bijzóndeé van den Heer Imbert, van eene fomme van 3000 Francs. Bjj dat gewijsde was hij veroordeeld geworden tot 2 Maan den-gevangenis en -in de-kosten getaxeerd op 10; 'Francs 74Cerh times, boven de onkosten en bijvallen van het gewysde. Het Keizerlijk Gerechtshof van Lijon heeft den 26 Novemt ber laatstleden tiitfpraak gedaan dat te recht is gewezen dat Claude.Laroche fchuldrg is verklaard aan eenvoudig Bankroet; en kwalijk ge weezen,- daar in,' dat hij fl echts tot 2 Maanden gevangenis veroordeeld is goworden -in dat (tuk verbeteren'- de het gewijsde, waar van geappelleerd wordt, condsiu- neerd denzelven tot 4 Maanden gevangenisgelastdat het opgemelde gewijsde in alle deszelfs andere fchikkingen geheel en volkomen effect zal forteeren; -veroordeeld deu gezegde» Larochein.de kosten - li BedfHglijk Bankroet. Arrestafgegeeven door het Hof van Zitdageri'Van het Dé partement de l'Orne; zitting'houdende te Alènyónden July 1812', geconfirmeerd door een Arrest het Hof vaii Casfa- tië in dato 15 October deszelfden Jaai'sde Heer Jofejih Lainé Koopmanwoonende te Condé 'fur Noireauovertuigd van bedrieglijk Bankroetis veroordeeld ge#brdeiï tót vijf Jkarèn "gedwongen arbeid; geordonneerd, dat, alvorens die ftraf te ondergaan, hij-aan de Kaak zal worden gêlleld bp het publls-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1813 | | pagina 2