LEYDSE Ao.«7*f>' No. 4$ WyJagfe Courant. GROOT-RRÏTT NNTKN LONDEN den tj April. Het Antwoord op 't Geïchritv négens Gibialtar in myn voorige gemeld heeft tot Titul ^Aanmerkin gen op hel GeJJirifi, waarin onderz.ocht word Of' i overeenkomt mot dm ft on en met de Belangen van de Groot-Brittannife tïaiie,G l ÜTg^ALTJÏTI en PO'lQ'O M-4H0N aan de Spanjaarden weder te geevett. Den Voot- oaamften Inhoud van dat Antwoord Is als volgd Na dat den Autheui van 't Gefchrift vporaf erkend heeft, dat deTituh, door welkg 'Gr'oot-Brittannien in de pojfejjie van Gibraltar en Porto Malton gtkp- Wen it, onbetwijlehk^zjtn, tragt Hy de volgende tien Pointen te béweetcn t i. Dat in de afftand van die twee Plaatfen Ongevöeglykheden gevon den worden. Dat die Öngevóeglykheeden erkend zyn dóór wylen den Hertog van Orleans, Regent van Vrankryk, en wylen Koning George I. Zoo dat die twee Vorftén tér occafle van dé Negociarien over de Quadruple-Alliintié Maatregelen beraamt hebben om Gibraltar aan de Spanjaarden weder te geeveti. 4. Dat de grootfte Roem ónder béfchadfde Volkeren beftaat in het bevorderen van haar onderling Welzyrt, met zfelfs daar aan op te offeren Conqueften ofte oVérheérde Landen en Plaatfen, i. dien dezelve niét an ders dan door Twift, Haat, Oorlog Scu behouden zouden kunnen wordenj Vermits nu de Èngelfe In dat Geval zyn alzoo haar altöos-duurende Bezitting van Gibraltar en eèn altöos-duuréiide Haat der Spanjaarden tégen Hén onaffcheidelyk zyn endé nooit een édftë en opréchte Vreede tullchen de twee Natiën gewagt kan worden zónder de wedergeeving van Gibraltar Volgd dat de Engelfe een nieuwe Tgoem kunnen verwerven met Gibraltar aan de Spanjaarden wederom te pecveH. Dat het bezit der Engelfe van Gibraltar de Eét der Spanjaarden na- deelig en het Voor die Natie onvetdraagelyk i§ op't vafté Land van haare Monarchie een vreemde Mogentheid te zien heerfchen even als het onverdragelyk zouw zyn aan de Engelfe eenUytheemfe Heeifchappy op haar Eyland te zien. <5. Dat dé Engelfe voömafttentlyk van de Commeréie leevén en dat Span jen de Mogentheid is, die dezelve kan vétgUnneii óf Wedérneemen. 7. Dat de Spanjaarden in haare Staatén kunnen verbieden den invoer én het vertier van dc Engelfe Manv.fafturén 't geen het uyterfte Nadeel aan dezelve en aan het Ctedit der Engelfe Eondfer. zouw vezoorzaakën. 8. Dat de Engelfe in tyd van Ouluften nochte doot de Bezitting van Gibraltar nochte door haare fterke Esquadcrs nier in ftaat zyn haare Vaart en Handel tegen de Spaanfe Kapers te beveiligeili 9. Dat alle de Voordeeleiij die de Engelfe uyt hét Bezit van Gibraltar 'geniéte iloutere Nadeelen voor Hén zyn als zy de Vriendfchap van Spanjen niet hebben, en dat Tetl tienden uyt dit alles volgd, dat het Belang wanGroot-Brittannien ve racht ij tbr alt ar aan de Sta jna den Weder te geeven, Wat liet eerfte Point aangaat, kan 't niet anders dan vréémd fehynen, dat Spanjen Ongevoelykheden vind in den afftand van Gibraltar aan de Èngelfe na dac dezelve gefchièd is bèiéids voor zoo veele Jaaren na type deliberatie en op een plechtig Congres, (iaar de Minifters van alle Mogentneden van Europa tegenwoordig én die van Spanjen ondeifteund waaren met de wyzg en hoog te agten Raadgeevingen der Minifters vau Vtankryk En als Spanjen tegenwoordig zoodanige Exceptien zouw wil len te berde brengen,zouw het zich rerdacht maaken van niet ter goeder "Trouw in zyne Traftaten gehandeld té hebben. Vermits het voorgegeevene in de tweede en derde Pointen de Gehei men van de Staatkunde der Vorften is takendekomt het aan geen Par ticulier toe, zich daar meede te bemoeyen nochte derzelver Oorzaaken, én Öogmèiken te willen doorgronden Óm Uyt verfcheide Omftandig- héedén te oordeelèn moeten de Maatregelen om Gibraltar aan Spanj»n weder té geven niet zeer weezentlyk gewëeft zyn alzoo in het Traftaar van Madrid in den jaare 1721 geflooten nochte ter occafie van de Pre- hminaria, dooi Spanjen aangenomen qn geratificeerd niets daarygn ge- répt is Het Gemeen houd zich dan aan de uytkomft, dewelke is, dat de pietenfe Maatregelen en Beloften zonder uytwerking gebleven zyn. De Slot-Reden in het vierde Point kan in 't eerfte Lid goed weezen, tüaar het tweede Lid nogie het Béfltiyt kunnén niet aangenomen worden, om verfcheide Reedenen, narpentiyk Om dat vooraf een onderfcheid moet gemaakt worden tuflehen Con queften gemaakt door een Vorft, die zyn goede Zaak in Cen regtmatigen Oorlog beweerd, gelyk Gibraltar is, en lulfchen Conqueften, die gemaakt ■vordeli door Machiavelliftife Vorften en Overhecrders op Gronden van kwade Trouw, Heerfch-Zusfct, en andere Ongerechtigheden, waarvan dc dieuwfte Hiftorie veele Voorbeelden geeft Om dat 'er nooyt eenig Traftaat van Vreede gemaakt is zonder dat de eerve Party op de andere eenig Conqueft van Landen of Plaatfen 't zy op het vafte Land of daar buyten gemaakt heeftzoo dat alle Mogent- heeden van Europaom volgens de Grondftellingen van den Aurhtur te handelen altyd oorzaak zouden hebben onéerzoenélyice Haat te voe den en Prerenfien te formeeren als Spanjen tegenwoordig doed Om dat volgens die Grondftelling Van den Autheur de geheiligde Tróuw der Traftaaten niet anders dan Illufie ofte' Bedriegery zouw wee- xén zoo dra den een of den ander Luft kreeg om eenige Ongcvoeglyk- h'tit van Hadf, Taloufie, Twift 8cc. uyt te denken Om dat op die wyze de oude Bezitters van Stiaatsburg Lotharingeri, ïfeemen Holftein Pdmeren Lyfland FinlandSchoonen écc. van de tégénwoófdige Bezitters op pretext van 't Welzyn van de Societeyt te bevorderen, Rcftitutie zouden kunnen eyflehefi, en ftrogelyk wel opregt- maatiget Gronden als de Spanjaarden nu omtrent Gibraltar doeu. Hieruyt kan men een Slot-Reeden maaken reegelrégr tegen die van den Authéurte westen De grootfte fcoerri Onder befchaafde Volke ren beftaat daarin, dat zy iets kunnen toebrengen tot het Welzyn van de Societeyt met de behoeding van 't vertrouwen der plechtigftc Traétaatea gemaakt met rype Deliberatie, ter goeder Trouwe, en zonder Lift of Be drog, zelfs met aan dat Welzyn de Verbeeldingen de Gevoelens van On gevöeglykheden op te offeren i «u bevinden zich de Spanaarden in een zoodanig Gevalom dat 'er nooit een Welgegronde Vfeëdè én Vrïehdfchap tuÖchën Haal éh de Eré gel ft n zouw weeztn by aldicn de Traftaaten ih opzicht van Gibraltar niet in haar kracht zouden hlyven By gevolge is het een Point van \ocm voor de Spinjtardin, by dieTraffaattn teleruften en van haare Preien/ie aftewen* Vermits den Aüthèur iri hét vyfd'e Point ttagt tt doeri gelden de grgo- tfc Regel t }uod tibi non vit fieri alteri rtt fect'ie 5 dat is i DoeJ aan peen an der dat Gy itiet wilt dat 1' g Jlhicdr zóUw cc tl Engelsman Hem op zyri Woord knnncn vatten en verzoeken, zig voor éen moment in zvn plaits te ftttlen, én als dan zouw Hy omtrent op de volgende wyzë redéneeren: By aldiea dc Spanjaarden in *r be ic geraakt waaien van e'ehige FlaatS op de Brittannifche Eylandcn dooreen Oorlog, dié Gtbot-Brittannien onrechtmatig had ondetnömen Als de Engelfe om al het overige Van haare Eylanden te behouden vrywillige afftahd van die Plaats aan dé Spanjaarden hadden gedaan, ett in 't vervólg de teftitutie daat van eifch- ten, Onder Pvetéxr, dat de afftand van die Pldats Hen fmadelvk was en groote hinder roebragt ih het onderhouden van de Vriendfchap tufféheii de twéé Natiën By aldien de Spanjaarden zeg Ik in dat Geval waren, zouden zjr geenzintS kunnen vlndén dat het Kaar roemwaardig was die Plaats te reftit'Jeertn alzoo 't voornaméntlyk niet Weezen zóuw 'om de handhaving van de Viiendfchap te bevorderen rhaat om haar Hoog moed nbch meerder te voeden. In tégendéel zouden de Spanjaarden aan de ingéllè Vcrtooneri dat men onderfcheid moet maaken tuffchèn een rechtmaatige en een on.- réchtmaatige Bezitting tulfcbén Aanrindét en Verweeidet 5 tuflehen één ingebeeld Voordeel ér. een wefezéntlyk Goéd in de Societeyt j tuf» fchcn de ydele en de waare Roem tuflehen een Kwaad dat mén zich zelvé én door Zyn eigtn fchlrld hééft rè weég gébracht én ruflchèn Cen Kwaad dat aan iemand doot een ander verwekt is 5cc. Zy zouden Hen zeggen, dat men alle Ömftan igheden én den gehèélén Staat det Zaaken recht moet Inzien, óm te bevinden, dat duo cumfaciunt idem non eft idem. Item i. Damnum ipuod ijuit fa a eutpa fimit, nttt vidttür Jehtiri j dat ij Getykf Gevallen z.yh niet Altyd ivchgelyf, ctT een Leed dat iemand door z.yn eigen fthuld draaod, fthynd H> niet te dragen. Èri dé Engelfe zbtrdén in dat Geval bezindén dat ?.y de algèriièêné Wét van Srnum cuitjue, dut is, elk her zyne, verbroken hebbende, de Span jaarden gelyk hadden datmen het kwaad möeft draagéni zich de Con- junfturen onderwerpen en een andere tyd afwachten om zich van die Laft tebevryden. \Vat de Vriendfchap tuflehen de twee Natiën aangaat en haar onderling welzyn doen dé Spanjaarden hét een en 't ander afhangen van de Bezitting van Gibraltar^. De Engelfe doen even het zelve Wie heeft nu gelyk Te vooren hébben de Spanjaarden die Plaats gehad en bezeeten op «en rechtmatige wyze Tegenwoordig r.yu Je En- geile daar ran in 't Bezit, dat zy verkreegen hebbeu op de reehtmaatigftè en plechtigftc wyze als ooit eénigc Mogentheid een Conqueft verkree gen heeft Nu is de Uytfpraak heel licht te doen. Voor het overige als Spanjen de Vriendfchap wil doen afhangen van de Reftirntie van Gibraltarwaarom eifclrt mén dan ook niet op gelyké Reedenén en Tituis de Reftirutie van zoo veele Koningryken, Staaten en i'rovintietlwelke van die Kroon ten voOrdeele van den &c. ge- dtmembreeit ofte afgetrokken zyn geworden. Als mén, na dit alles gezégr te hébben, noch zouw willen ftaandè hou den dat Englands Roertr vereyfcht Gibraltar en Potto Ma on aan de Spanjaarden weder te gecven zouw mén zéei vreemde Denkbeelden van 't Point van Roem moeten hebben. Hét zesde Point beftaat in twee Leeden waar van 't eerfte hiér öhfid» dig is Van naby te onderzoeken maar weegens het tweede ftaat aan té merken Indien Spanjen eerryds het voordeel gehad Heeftom met eea onbepaalde Macht wegens de Commercie op de Weftindién te disponed* ten is het tegenwoordig gantfeh anders daar meede gelcegen Fuimut Troldat is, hMen gehad 5 De Waarheid hiér van is blykelyk; Aangaande het zeevénde Point kan gezegt worden Bv aldien éèfi Natie verfcheide Koopgoederen die volftrekt nóodzaakelyk zyn tot het onderhoud des Leevens en de Gemakke'ykheden van't zelve, zouw kun nen milfen 1 Een andere zouw ook veele Zaakén kunnen ontbeeréilj welke dienen niet tot Onderhoud van 's Menfchen Leeven maar orti Overdaad en pracht te voéden Men laat het aan den vetftandigen Lee- zer de Toepaffing hier op te maaken, ten aanzien Van dé onderlingfi Commercie tufl'chen de Engelfe en de Spanjaarden. Op het achrfte en negende Artikel woed gezegt Indien dé Spainfè CortimiffievaarderS voor dcezen ongeftrafr Pryzen en Veroveringen op de Engelfe Natie gemaakt hebben is het gef li-ed om dat het Groor- Briitannifche Hof om Réedenen aan 't zelve bekend, noch niet goed gevonden heeft Reptefalien re gebruyken Maar by aldien de Spaanfé Kapers met haare Kaperyeu blyven voortgaan zal men zien of de En gelfe doot haare Reprefiilien, door haare Esquaders, en door dc Poflr ffie van Gibraltar en Port Mahon niet in Staat zullen weézen haaie Vaart en Handel te befeherraen én op haat beurt die der Spanjaaiden te be lemmeren, en als dan zal onbetwiftelyk blyken, dat de supérioriteyt Het Èngelfe Zee-Machthaaie Bezittingen in America, en dié van Gibraltat én Potto Malton dé Vriendfchap det Engelfe even zoo noödzaakélyk aa» de Spanjaarden maaken als de Vriendfchap van déeze aan de En^ gelfe riutfig weezen kan See. Uyt dit alles volgd natuurlyk Dat het Belang van Groot-Brittaunien vereyfcht, niet dat Gibraltar en Pöifo Mahon aan dé Spanjaarden wédergegeeven werde j maar dat die twtfe Plaatfen, als zyndé gewonnën door een Oorlog, waarin de Engelfea en derzelver Geallieerden haar Bloed ec haare Schatten als verkwift heb ben Om haar goede Zaak tegen Ufurpatie ftaatiHe te houden voor al toos aan de Engelfe zouden blyven als éen kleide Vergelding voor haa- ren grooten Arbeid, a!4 een altoós-dunrend Gedcnktecken en een roem waardig Tyd-Merk van de groote verailde.ing in Spanjeu. Noch meetGelyk de Engelfe h«t bezit van Gibraltar en Porto Malioa van een Oneindig Belang voor haaren Koophandel vinden, is het natuut- lykér wyze onmogelyk Hén te Bewèegen, zich ooit, tot wat Prys het ook zouw mogen weézen diadt van té ontdoen én als des niet tegenftaande de Spanjaarden blyvên volharden met dié Plaatfen ttcdeiom te eyfehen 0 doen ay ietf dat evea zoo ftrydi^ i» met de gezonde Reedea als zy gd-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1729 | | pagina 1