Stemverheffing in het Paleis I Cultuur/C2 C Galerie/C4 Yoka Voorbach etst in paars aC.M lctueel/C3 Boeken/C5 in eei Doff zonder opsmuk Converseren met elkaar, dat moesten de kunstwerken die Rudi Fuchs aan het Lange Voorhout bijeen zocht. Een paleisrevolutie werd een gemiste kans. UIT DE BUREAULA VAN GABRIEL MARQUEZ/PAGINA C5 \T001 Cultuur LEIDSE COURANT VRIJDAG 6 NOVEMBER 1992 ZIJBALKON door Rob Vermeulen Is het de alom gesignaleerde normvervaging? Of komt het doordat we gewend zijn ongestoord via radio en tv te kunnen genieten van perfecte registraties van cabaret- en andere theatervoorstellingen? Dat laatste kan het toch niet zijn; we komen vaak genoeg in theaters om gewend te zijn aan het typische live-geroezemoes. Maar de herrie die de laatste tijd heerst voor Neerlands podia is in hoog tempo de grens van het ondraaglijke aan het naderen. Het gaat niet om het gekuch en keelgeschraap waar de uitbaters van klassieke muziekgelegenheden zich al jaren tegen te weer stellen. Dat is een vervelend probleem, maar het is beheersbaar. Langs wegen van wetenschappelijk verantwoorde publieksbeïnvloeding - van puntige affiches in de foyer via cartoons in programmatoelichtingen tot het uitdelen van kraakvrij verpakte hoestbonbons - valt er iets aan te doen. Nadat het Koninklijk Concertgebouworkest een halfjaartje geleden zo'n actie op touw zette, hebben we er niets meer van gehoord. Waar we daarentegen steeds meer van horen, zijn de mensen achter ons. Beroepshalve komen we doorgaans op alle mogelijke rangen en standen van theaters terecht, maar het maakt niet uit: altijd zitten ze één rij verderop, de lieden die aan kijken en luisteren niet genoeg hebben. Aanvankelijk dachten we nog telkens de pech te hebben, dat er een slechthorende deel uitmaakte van het achterliggende gezelschap. Zo iemand die herhaaldelijk moet worden bijgepraat omtrent hetgeen zich op het toneel afspeelt. Licht geïrriteerd maar vol begrip laatje dan na om telkens boos achterom te kijken. Totdat blijkt, dat iedereen alles perfect verstaat. Na veel verstoord genot geloven we het niet meer. Het is niet anders: steeds meer theaterbezoekers zijn niet langer tevreden met consumeren, ze willen meedoen. Al die mooie volzinnen zelf óók uitspreken, de clou van elke grap nóg eens ten beste geven, al dan niet voorzien van een eigen interpretatie. En als het een beetje ingewikkeld is, ook nog eens uitleg verschaffen, zonder zich af te vragen of er iemand in de buurt is die daar behoefte aan heeft. Het probleem is alleen beheersbaar met draconische maatregelen. Verbodsborden in de foyer, sancties in de programmaboekjes. En voor de overtreders gratis uitgedeelde, verplicht in te nemen slaappillen. Kraakvrij verpakt. HET VENSTER 'Een venster dat dicht zit benauwt mij. In alles wat ik doe - de meeste tijd ben ik aan het werk - heb ik ruimte nodig, vrijheid. Dat is ongetwijfeld de reden dat ik een onafhankelijk en vrij producent ben geworden; geen regels waar ik me aan te houden heb, behalve die van mezelf. Joop van den Ende Een marmeren buste naast een Romantisch schilderij, een beeld van Penck bijeen klassieke ruïne. Boeddha kijkt geschrokken naar de grond. Er gebeurt veel in de koninklijke kamers van weleer. Maar het paleis is vol. Te vol. door Ceesvan der Geer et vertrek van Rudi Fuchs naar Amster dam om daar direc teur van het Stede lijk Museum te wor den, plaatst de ope ningstentoonstelling die hij in het Paleis Lange Voorhout in richtte in een ander daglicht. Zijn eerste daar werd ook zijn laatste. Natuurlijk, alle kans dat zijn opvolger hem ooit uitnodigt voor een gastdirectie; niettemin is 'Het inte rieur' een afscheidstentoonstelling ge worden. Niemand die daarmee gere kend had. Fuchs zelf waarschijnlijk ook niet. Een van de consequenties van zijn ver trek is de inrichting van het paleis, niet eens zozeer ze tentoonstelling zelf. Zou den Fuchs c.s. ook zo nadrukkelijk hun stempel op het interieur gedrukt heb ben als bekend was geweest dat hij Den Haag voor Amsterdam zou verruilen? Zijn opvolger wordt nu geconfronteerd met een paleis, waar elke kamer een ei gen en vaak heel nadrukkelijke kleur gekregen heeft. Zalmroze, framboosro de of citroengele wandbekledingen ma ken het dan wel gemakkelijk de kamers van elkaar te onderscheiden, maar of men er vervolgens ook 'alles' kan han gen, is nog de vraag. Een bijkomend gegeven blijkt, dat het licht per kamer al naar gelang de kleur zeer wisselend is. Op zichzelf een inter essant gegeven, dat aanleiding kan zijn toekomstige presentaties juist op dat specifieke licht af te stemmen. Fuchs heeft zich, zo laat het zich aanzien, van die overwegingen weinig aangetrokken. Zijn keuze wil duidelijk maken, dat men in het voormalig paleis wél 'alles' kan hangen. En dat 'alles' is dan ook zeer letterlijk te nemen. Bekend is dat Fuchs een voorkeurs heeft voor confronterende opstellingen. Zijn Documenta is wat dat betreft le gendarisch. Nadien heeft hij dat model, in diverse varianten uitgewerkt, steeds herhaald. Zo ook nu weer, daarover straks meer. Daarnaast hanteert hij als thema voor de tentoonstelling het gebouw en de ge schiedenis ervan. In een toelichtende tekst stelt hij daarover: 'Het gescha keerde en soms melancholieke inte rieur van het Paleis Lange Voorhout draagt overal de sporen van een lang ge bruik: de geschiedenis van mensen en gebeurtenissen. Dat verleden wilden we aanwezig laten'. DISCREET En na op de ingrepen gewezen te heb ben, vervolgt hij: 'Vooral daardoor is het Paleis een huis gebleven - een huis met kamers, schouwen, deuren, alko ven, trappen, lambrizeringen, vensters, spiegels, hoeken, onregelmatig licht, schaduwen. De kunstwerken dwalen in de onwennige omgeving nog wat rond. Ze zijn afkomstig uit perioden van sti listische manipulatie. Hun schoonheid in het versierde huis is zeker op zijn plaats maar waar ze precies moeten staan of zitten - dat is het thema van deze eerste tentoonstelling die daarom ook de eenvoudige naam 'Het interieur' draagt. Als bezoeker stel ik u voor de kunstwerken discreet te volgen om te zien hoe ze met elkaar converseren. In Lüpertz op Fuchs: een bos van beelden en sokkels. hun houding ten opzichte van elkaar zijn het net mensen; ze kennen elkaar van zien en proberen nu tot een gesprek te komen'. Ieder die ook maar enigszins met kunst omgaat en ervan houdt, kan zich bij dit verhaal wonderwat voorstellen. Denk baar zijn honderden Paleizen, vol van schatten en vervuld van het zachte gon zen van de gesprekken die de kunstwer ken met elkaar voeren. Hoe prachtig. Hoe anders is de praktijk. Het paleis is vol. Te vol. Het heeft er alle schijn van dat Fuchs het dilemma - het paleis een huis of toch een museum? - niet heeft kunnen oplossen. De ge sprekken tussen de kunstwerken wor den met stemverheffing gevoerd. Ze lij ken soms zelfs op ordinaire ruzies: 'Wat doe jij hier? Jij hoort niet naast mij!'. En ook: 'Schuif eens wat op, ik ben er ook nog!'. Met andere woorden: Fuchs heeft zijn concentratiemodel dit keer wel erg ri goureus doorgevoerd. In elke zaal zijn voorbeelden aan te wijzen van schikkin gen die op botsingen lijken. Niet alleen omdat voorwerpen uit totaal verschil lende tijdvakken in eikaars gezelschap verkeren, maar omdat ze wezenlijk ver schillen. GEWELD Botsingen zijn er te over. De geometri sche sculptuur 'Water, vuur, aarde, lucht' van Carel Visser naast een don kerbronzen vrouwenkop van Julio Gon zalez, twee burgers uit Calais van Rodin die in de hal van het paleis een grote, opgetogen haas van Barry Flanagan ge zelschap houden. De opsomming is nog wel even verder door te zetten. Wat doet een marmeren jongensbuste van Canova naast een zeer Duits-roman tisch schilderij van een zeilschip door ene Carl Gustav Carus? Waarom richt een sculptuur van Penck zijn bronzen, scherp gepunte tak op een door Giovan ni Pannini geschilderd gezicht op een klassieke Romeinse ruïne? Geschrok ken van zoveel geweld kijkt een 15de- eeuws kalkstenen Boeddhabeeld, weg gescholen in zijn schelp, verlegen naar de grond. Van het door Fuchs gesuggereerde, dis crete volgen is dan al geen sprake meer. Eerder van vertwijfeling. Wat is de be doeling? Merkwaardige combinaties zijn er om tot nieuwe en dan ook ineens heel verrassende inzichten te komen. Maar welk inzicht wordt verkregen als - en ik citeer - 'het rauwe eerlijke ex pressionisme van Permeke, Lüpertz, Rainer en Kruyder als contrapunt fun geert voor de zoete schoonheid van Ro mantische meesterwerken'? Bovendien moet elk van de werken ook nog eens naar het interieur en de geschiedenis van het Paleis verwijzen. Heden en ver leden? Het is jammer dat het Fuchs, bekend als hij is, niet gegeven is om onopge merkt tussen het publiek te verkeren en de reacties te horen. Het zou hem aan het denken kunnen zetten over zijn rol als tentoonstellingsmaker. Heeft hij zich in zijn vérgaande en gepassioneer de specialisatie te zeer van zijn bezoe kers verwijderd? GEFORCEERD 'Het interieur' is echter bij alle verwar ring toch ook een meesterwerk, dat ge tuigt van zijn betrokkenheid, zijn inzet en vooral ook van zijn kennis. Het me rendeel van wat aan het Voorhout is te zien, is bruikleen en afkomstig uit soms kleine en weinig bekende collecties. Fuchs echter wist ze te vinden en haal de ze voor deze gelegenheid naar Den Haag. En nu staan ze daar, op zichzelf teruggeworpen, of geforceerd in eikaars gezelschap, zoals Donald Judd en Auke de Vries, de enige Hagenaar in dit gezel schap. Zijn cyclopische sculptuur, een rank ijzeren gestel, staat uitgestald op een sokkel die, net als de vloeren en de stoeltjes in de zalen, ontworpen is door Judd. Alle andere sokkels zijn uitgevoerd naar een ontwerp van Fuchs zelf: strak ke, geometrische stileringen van een halfhoge klassieke zuil. Ze zijn even na drukkelijk aanwezig als de beelden die ze dragen. Dat blijkt beneden waar ze, zes in het gelid, de beschilderde bron zen van Lüpertz dragen. Wie vanuit de achterzaal richting Voorhout kijkt, krijgt daar nog twee beelden van Kirke- by op dezelfde zware sokkels aan toege voegd. Een bos van beelden en sokkels. Een ander aspect, geheel tegengesteld aan de sokkels en de door deze opgeroe pen volte, is de rol van het licht. Onge hinderd valt dat binnen. Vooral 's mid dags, als de zon laag boven het Voor hout staat, maakt dat schel blikkerende zonlicht het kijken niet tot een genoe gen. Hopelijk regent het veel de komen de maanden. SAMENSPRAAK Biedt 'Het interieur' alleen maar te leurstellingen? Gelukkig niet. Er zijn ook heel mooie momenten en af en toe valt er een harmonische samenspraak te beluisteren zoals die keer, dat de 'Amphora d'Etoile' van Hans Arp een vroeg schilderij van Toon Verhoef ont moet en de studies van Pichlers 'Haus in einem Schlucht' (huis in een kloof) gezelschap krijgen van de decors die Carl Freidrich Thiele in de vorige eeuw voor de 'Zauberflöte' ontwierp. 'Het interieur' is zeker geen misluk king. Wel een gemiste kans. Publiek dat in de eerste plaats voor het paleis komt, had voor de kunst - en Fuchs' omgang daarmee - gewonnen kunnen worden. Gehoord de opmerkingen en gezien de reacties gebeurt dat meer niet dan wel. Zelfben ik na mijn bezoek aan het Pa leis ook nog even naar het Gemeente museum gegaan om er Fuchs' 'Verza meling aan zee' nog weer eens te zien. Daar, in het museum, raakt men weer volledig in de ban van zijn magie. Zoals hij daar een Armando aan een Bacon koppelt door er een 'Baadster' van Ma rino Marini tussen te zetten, zoals hij daar zaalovergangen gebruikt als kader voor vergezichten op een schilderij in een volgende zaal, en hoe hij daar de golfslag van een beeld van Auke de Vries met een schilderij van Lüpertz in een zee van groen zet, is grandioos. Ge not van hoge klasse. En, het is er stil in het museum. Zo stil, dat men er het zachte spreken van kunst kan horen. Fuchs zal dat stille museum daar in Amsterdam nog gaan PALEIS LANGE VOORHOUT, DEN HAAG tentoonstelling 'Het interieur'. Geo pend: di-zo 11.00-17.00. T/m 24 januari.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 17