De Harde Klasse tussen Moskou en Peking Het theezakjes-trauma van Edward Brahmah Zaterdag /Reizen TOERISME 81c Leidse Courant 1 zaterdag 31 oktober 1992 RUSLAND/CHINA Men reist niet met de Transsiberië Expres, men belééft de beroemdste trein op aarde, die slingert door de Oekraïne, Siberië, Mongolië en China. Het landschap is een schilderij waarnaar je uren kunt kijken. Als je tenminste niet wordt afgeleid door een Chinees die zijn hond opeet of een Rus die dronkemansliederen zingt. deert hem niet. Wadim en Steve zit ten opgetogen naar appels, tomaten en een klomp boter in een vettig pa piertje te kijken. Oleg voegt daaraan mierzoete melk in blik toe. Steve haalt een pot pindakaas tevoor schijn. Wadim vindt het prachtig dat hij, met Oleg als tolk, kan praten. Hij blijkt een chemicus te zijn uit Tsjer- nobyl op weg naar een plaatsje vlak- blij Irkoetsk waar een fabriek is ont ploft. Een milieuramp dreigt. Hij vertelt het alsof hij naai* een feestje gaat. Corine en ik bekijken opeens de to maten en komkommers van Wadim met andere ogen. Kunnen we die ge woon eten? Radio-actief voedsel? Wadim ziet ons twijfelen en zegt: ,,Maar weten jullie dan niet dat in heel de Sovjet-Unie de ene na de an dere fabriek ontploft en is ontploft? Dat heel veel plekken vervuild zijn? Waarom denk je dat ik in Tsjernobyl blijf wonen? Die plaats krijgt hulp uit het buitenland. De rest van het land niet". Gerustgesteld zet ik mijn tanden in.de tomaten. Oleg maant Wadim dat hij niet zulke sensatieverhalen moet vertellen. ,,Pff', zegt Wadim lachend. „Vroe ger mocht je nooit iets zeggen. Nu wel. En dus praat ik. Trouwens, zo lang te leven heb ik ook weer niet. Ik heb last van mijn lever, veel hoofd pijnen". Vindt hij eigenlijk dat er veel is ver anderd in zijn land de laatste jaren? Wadim vindt de vraag lachwekkend. „Alles is driehonderd keer zo duur geworden. Maar de mensen die vroe ger, voor Gorbatsjov, de dienst uit maakten in het land, doen dat nog steeds". Hij pakt onze Moskou Ti mes waarin een foto staat afgedrukt van Lenin en steekt met een mes de ogen uit van de oud-staatsman. „Zo denk ik over het communisme", zegt Wadim. Hij neemt een slok van zijn glas pure alcohol gemengd met wa ter. Ik heb alle gevoel voor tijd verloren. Kijk door het vuile raampje naar buiten en zie bomen in mooie hersft- kleuren, uitgestrekte velden die eruitzien alsof ze al een tijdje braak liggen en vervolgens weer bomen in mo,oie herfstkleuren. 'Vroeger dacht ik dat een treinraam me de vrijheid verschafte om naar de wereld te staren; nu lijkt het iets dat me van mijn vrijheid berooft', lees ik in een van de boeken van Theroux. Het landschap is zo onveranderlijk dat het een schilderij kan zijn dat te gen het raam is geplakt. Er is te weinig zuurstof in de coupé voor ons vijven en dus doe ik het raam open. De geur van roet prik kelt mijn neus. In Nederland had me dat nog zo romantisch geleken. Als ik mijn hoofd buiten het raam gooi zie ik de puffende stoomlocomotief voor ons uit rijden en de achterkant van de trein als een staart achter ons aan slingeren. De nacht is rustig in onze coupé. In het gangpad daarentegen klinken dronken stemmen. Iemand valt te gen onze deur aan. Hij probeert naar binnen te komen. De mijnwerkers zingen een lied. Ik controleer of de coupédeur goed op slot zit; De volgende ochtend proberen we de restauratiewagen. Met roebels kun je hier niet terecht en dus is het eten niet te betalen voor de gewone Rus. Als we de plastic bloemen op de tafel tjes zien staan-en een kauwgomk- nauwend ventje met een ontevreden mond expres de andere kant opkijkt als we hem wenken, weten we het ei genlijk al. Naar een goed ontbijt kunnen we fluiten. Het jongetje raadt aan de Solyanka te nemen, soep met vette brokken. Maar het is te vroeg om te experimenteren en dus gaan we sjagrijnig terug. Oleg is ook al niet vrolijk. Olga heeft klanten ontvangen die nacht, ge woon waar hij en de andere coupége noten bij waren. „Een kopje chai?" troost Wadim. Het blijkt echte Chir nesethee. Film 'Kadoen, kadoen', zegt de trein. Weer duizend kilometer. Een dag, een nacht. In industriestad Perm kunnen we naar buiten om inkopen te doen op het perron. Oude vrouw tjes verkopen eten dat er slecht uitziet als zijzelf. Le Stalin kijken hen aan vanafb kels. Als een film trekt het lan voorbij. De saaie bossen van d maken plaats voor het ruiger rië dat bedekt is met een dur sneeuw. De taiga, het woud, geel. Sverdlovsk, Omsk, I birsk, Krasnoyarsk, Illanskaj kolossale van Rusland verbal Al twee en een halve dag zijn het rijden en nog steeds lig dan driekart van het land vooi Het is twee uur's middags en aan mijn wodka. Ik zie in mijn heid iets terug van het Russi.' voel van verlatenheid. In feit de Russen in de trein niets i dan drinken en bedriegen. Zi ken altijd en ze drinken alles tussendoor slapen ze of maken zie over geld. Het liefst met de pen Chinese handelaren in de Die zijn slim en dol op louche jes. In het klachtenboek dat in ell gon hangt lees ik in het versli Australische toeristen dat e gevecht heeft plaatsgehad vi stenen door de ruit zijn gevloj bloed heeft gevloeid. Vogelkooitjes In het stuk van Irkoetsk nat king, de Transsiberië Expres nu de Transmongolië Expres moeten we nieuwe coupégei twee jongens uit Berlijn. Er zitten nu geen Russen meei trein, daarentegen wel erg vee nezen en Mongolen op weg naa met vogelkooitjes en pannetjes Slechts met één Chinees va! beetje te praten. Hij heeft ee; hondje bij zich. Om op te ete grijpen we later. Want de vo! dag laat hij trots zien hoe hetk in een pan met kokend water We vinden troost bij andere i ten. Een paar kilometer ten zuid Oelan Oede wordt het land| ling droog en woestijnachtig, i gin Van de Gobiwoestijn die duurt tot in China: eerder struiken dan bomen, een rui land dat her en der bedekt zand, hoge bolle heuvels. Midden in de nacht bereiken Mongoolse grens waar we ei stilstaan. De rest van de rei loopt vlekkeloos. We rijden ovi ge rechte rails door de enorme strektheid van grasland. Af en er een ruiter, dik bepakt teg wind met een bontmuts op het die zijn weg zoekt in de leej geen wegen, geen karresporen anders dan de ronde tente gburrs. Mongolië is het grootst land dat ik ooit heb gezien, biet onder een blauwe hemel, hi daar een kudde paarden," ee meel, een man, een wolf. „Ni Hao", hoor ik de Duitsers nen. 'Ni Hao. Mir Kino' wat Chinees zoiets betekent als: nog een keer met me dansen?' belendende coupe waar ook t ten huizen leest men over Chin rine staat gebogen over een p grond van Peking, ik pak eer gids. Als we de Chinese Muur door d veis zien slingeren is Ruslani I meer dan verleden tijd. We zie ren die achter hun ossen aa ken, terrassen, meisjes in s blauwe Mao-kleding, zwarte kens, een schapenherder, gele ren en overal fietsen. 'Welkt China' proosten we. Op het station van Peking ko Chinees die zijn hond heeft op ten naar ons toe om afscheid men. „Waf', zegt hij en geeft 01 hand. Zijn lach galmt door de h ENGÉLAND Het kopje thee is niet meer wat het geweest is. Althans, als we Edward Brahmah mogen geloven. De op-en-top Brit heeft in Londen een museum ingericht ter meerdere glorie van de echte, ouderwets gezette thee en koffie. Een bizarre verzameling potten temidden van 350jaar roemruchte historie. door Rob Goor Kijk uit voor het theezakje! De waar schuwing is duidelijk. „Het theezak je datje normaal koopt veroorzaakt een buitengewoon rode kleur in je kopje en in de theepot. Bovendien zinkt het ook nog. Zulk soort thee is niet wat het moet zijn" Het proza is op te tekenen uit de bro chure van het Brahmah tea coffee museum, een wel heel Brits museum op een steenworp afstand van de To wer Bridge in Londen. Hier, tussen de eeuwenoude theepakhuizen aan de zuidoever van de Theems, opende Edward Brahmah dit jaar het mu seum van zijn dromen. Brahmah is het prototype van de man-met-bolhoed. In 1950 begon hij op een theeplantage in Malawi en al snel zat hij tot z'n oren in de thee- en koffiehandel. Hij schreef boeken vol over de 350 jaar oude geschiedenis van het warme vocht in het Westen en de cultuurschokken waarmee één en ander gepaard ging. En Edward Brahmah sloeg aan het verzamelen. Ruim duizend theepotten heeft hij inmiddels, plus bijna 500 koffiepot ten en -apparaten. Antieke, moder ne, deftige, extravagante, dwaze, mooie en vooral zeldzame exempla ren. Ook de grootste theepot ter we reld staat er natuurlijk, goed voor 860 kopjes. De geschiedenis is in het museum ruimschoots tastbaar gemaakt. „Wist u dat het de Hollanders waren die de thee naar ons land brach ten?". Naast de historie en de liefde voor het keramiek heeft Brahmah echter nog een belangrijke missie voor met zijn geesteskind. De strijd tegen het snelle instant-bakkie leut of troost. Zijn afkeer tegen hpt thee zakje is echt hartgrondig. Voor Edward Brahmah begon het door Agaath Garschagen „Dit doe ik nooit meer", zegt mijn reispartner Corine verontwaardigd als de stevige Mongoolse douanière haar om twaalf uur 's nachts uit de wc annex wasruimte heeft geblaft. „Ik sta daar half-bloot. Verstijfd van schrik omdat dat mens de deur, zon der kloppen, heeft openrukt. En dan wordt ze nog kwaad ook, omdat ik niet heel snel maak dat ik weg kom". Ik zie een verwilderde blik. Haar trui die ze overhaast heeft aange trokken, zit binnenstebuiten. „Waarom wilden we dit ook al weer zo graag?" vraagt ze nablazend. Nog geen twee minuten later staan we naast el kaar in het gangpad van de trein, de Transmong olië Expres om precies te zijn van Irkoetsk Peking. Armen omhoog. Om ons heen staan, be halve onze comparti mentgenoten, afkomstig uit Berlijn, alleen maar Mongoolse soldaten. Me dailles op de borst, een grote revol ver op de heupen. „Woef, woef', ver staan we. Er blijkt iets mis te zijn met de visa van de Duitsers. Een verkeerde da tum of zoiets. „Dollar, hundred dol lar", brult een van de douaniers in zijn beste Engels. Hij zwaait wild met zijn vuisten door de lucht: „No pay, no train". Verdwaasd kijken we elkaar aan. „Wat bedoelt hij nou? Moeten we betalen? Maar, waarom?" Boze blik ken onder een grote pet als we niet meteen reageren. Twee collega's van hem komen dichterbij. Ze hebben een knuppel in de hand en slaan die zachtjes tegen de buitenkant van hun rechterbeen. Als de man die ons heeft toege schreeuwd zijn geduld Verliest en aan onze rugzakken begint te trek ken, haalt een van de Duitsers zijn portefeuille uit de broekzak. „Ik geef je één dollar als je ons met rust laat", zegt hij resoluut. „Die verkeerde da tum is niet onze fout, maar van die verdomde Russische reisorganisatie Intourist". We zien machteloos toe hoe hij uit de trein wordt geloodst. Na een uur komt hij terug. Lachend. Tien dollar heeft hij moeten betalen. Dat is wel iswaar meer dan één, maar een hele boel minder dan honderd dollar. We trekken een fles wodka open om de thuiskomst van onze vriend te vieren en komen na een paar uur tot de conclusie dat Russen, Aziaten - ei genlijk alle mensen op de hele we reld behalve Nederlanders en Duit sers - rare figuren zijn. Die helemaal niet geïnteresseerd blijken in glas nost, perestroijka en noem nog maar eens wat politieke termen op, maar louter één doel voor ogen hebben: het westerlingen zo moeilijk moge lijk maken op vakantie. Het idee om eens een keer met de trein dwars door Rusland en China te reizen was al heel oud. Corine en ik praatten er al over toen we nog op de middelbare school zaten. Beiden fans van de boeken van Paul The roux fantaseerden we hoe het myste rieuze Siberië aan ons voorbij zou trekken terwijl wij diepzinnige ge sprekken zouden voeren over de zin des levens en mannen in het bijzon der. Pas dit jaar hakten we de knoop door. Het was nu of nooit. Het Trans-Siberian Handbook van Bryn Thomas, een soort bijbel' voor de treinreiziger in Rusland, werd ge speld, wc-papier ingeslagen, kosten beraamd en hotels geboekt. We ko zen voor de Transsiberië Expres van Het Jaroslavl-station in Moskou. Overal staan mensen uren te wachten. foto's Brahmah Tea s Coffee Moseum Een tea-set. De Engelse drop-theepot, een van de ruim duizend fantastische 'objecten' van Edward Brahmah. kwaad al in de jaren '50, toen Gina Lollobrigida herself The London Coffee Bar opende. De Engelsen ruilden massaal het traditionele kopje thee in voor een bak koffie. De reclamecampagnes Voor koffie en thee schreeuwden de zegeningen uit van het snel gezette of getrokken brauwsel. Stel je voor: geen delicaat proces van langzame en vooral aan dachtige bereiding, maar één, twee, drie en drinken maar. Het theezakje en de oploskoffie werden de nieuwe pilaren van het British Empire. Weg eeuwenoude ceremonie van het theedrinken in stijl. Om de oude traditie in ere te hou den, is Brahmah niets te dol. Terwijl premier John Major het vorige week zwart voor de ogen werd van de mijnwerkers, lokte hij theedrinkers samenstelling Rien van den Anker en verzamelaars naar zijn 'Tei nalia Roadshow'. Een snuistf dag waarop iedereen welkom Experts zorgden voor taxatii werkelijk alles wat met thee t ken had, échte thee natuurlijk, Tot slot van de rondgang doo museum schenk Edward Bra! thee of koffie, naar keuze, drinkt hij thee. „With milk, of se". Het Edward Brahmah teal fee museum is gevestigd in Ma Street, bij Butlers Wharf. Heti dag open van 10 tot half zes. Reizen met de Transsiberië Expres is een belevenis. en dito vrouwen, vaak vreemden voor elkaar (bij het toewijzen van de coupés wordt geen onderscheid ge maakt in geslacht, aldus Intourist) die samen luid smakkend een kip verorberen. Ik word er somber van en ga even een praatje maken met provodnik Sacha, de conducteur die verant woordelijk is voor het wel en wee in onze wagon. Hij laat een sporttas vol ikonen en ander gestolen waar zien. Zijn coupé is tot de nok toe gevuld met de kooltjes waarmee hij onze wagon warm moet stoken. „Kopen", vraagt hij me naar de kooltjes wij zend. „Ik niet stoken". Het zou nog weieens een koude reis kunnen wor den. Hoer Naast ons huisje, in nummer zes, zit een opgedirkte dame in badjas. Ze heeft sloffen aan, een uitgegroeid permanent en continu een raar plat Russische sigaretje in haar mond hoek. Olga heet ze, hoer van beroep en niet vies van mannen. Ze kijkt vrolijk als ik met haar kennis maak. Eén van haar coupégenoten blijkt Oleg, een ingenieur uit Novosibirsk die aardig Engels spreekt. Via hem krijg ik te horen dat Olga aan het werk zal gaaif gedurende de reis. Ze heeft een zoontje thuis in Moskou die veel geld kost. Twee van zijn on derwijzers moeten elke maand van cadeautjes worden voorzien, anders zouden er hele dikke onvoldoendes volgen. Oleg en ook de twee andere coupé genoten blijken best bereid om zo nu en dan op de gang te gaan zitten. Mits Olga hen wat toeschuift na tuurlijk. „Alles is te koop in Rus land. Mijn volk is zichzelf kwijt", zegt Oleg. Hij heeft tien maanden gespaard om de treisreis van vijftig gulden te kunnen betalen. Maar hij wil zo graag zijn moeder weereens zien. 1 Ik nodig Oleg uit in onze coupé die nu al naar lijven, kool, muffe tabak en sardientjes ruikt. Maar de lucht Moskou naar Irkoetsk. Daar, in het Parijs van Siberië, zouden we een paar dagen onze benen strekken om vervolgens door te gaan met de Transmongolië Expres richting Pe king. In totaliteit: zeven dagen in de trein. Sober Het Jaroslavl-station in Moskou, 19 september 1992. Ik ben op zoek naar wagon twee, coupé zeven, van trein nummer twee naar Wladiwostok. Het is enorm druk. Een wirwar" van trainingspakken, bontmutsen, beenkapsels en jenge lende kinderen. Om hen heen staan hoog opgestapeld kartonnen dozen, tassen, kooien met levende kippen en verder niet te definië ren balen stof (kleren?) met touwen eromheen. Ons huisje voor de ko mende dagen ziet er so ber uit. De Harde Klas se: twee banken, twee bedden er boven, een flinterdun lopertje in het gangpad, een chroomkleurige wc, smoezelige dekens. Van een was ruimte, een sierspiegel, koperwerk en gevernist hout zoals beschreven in menig folder is geen sprake. Ze zullen de duurdere Zachte Klasse wel bedoelen, concluderen wij. Als de trein een paar uur op weg is en ik vluchtig heb kennisgemaakt met eoupégenoten Wadim uit Bransk die nauwelijks, een woord Engels spreekt en Steve uit Brighton ga ik een ommetje maken door de wagon. Eerst even de buurt verkennen, daarna wacht mij Dostojevski's Idi oot. In coupé negen zitten drie mijnwer kers uit Jakoetsja met een gitaar. „Kom, kom", wenken ze me. Ze drinken wodka. De fles gaat in een moordend tempo van hand tot hand. Een van de mannen spreekt een beetje Duits. Als hij praat blinken drie gouden tanden me tegemoet. „Rusland slecht, Amerika goed. Geld, veel geld", zegt hij. „Ik heb niks". Als ik op wil stappen pakt hij zijn gi taar en gaat spelen. De andere twee zingen. Mooie, treurige Russische liefdesliedjes die slecht aflopen. „Ik mis mijn vrouw. Ik heb haar in maanden niet gezien", zegt de man die een beetje Duits spreekt om ver volgens te vragen, terwijl hij een traan van zijn wang veegt: „Blijf je slapen?" Ik laat hem alleen met zijn verdriet. Als ik weer terugloop naar mijn ei gen coupé zie ik besnorde mannen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 28