|Het ergste moet nu nog komen
Waar blijven de gewonden?'
Overlevenden bespreken
hun geluk in de chaos
Emoties daklozen komen
pas los in sportcentrum
Reputatie schrikt vijanden af
VTiTF! IrR A MP LEBBE COURANT H
T U1U VJ1VX11T11 VRIJDAG 18 SEPTEMBER 1992 I
Amsterdam - .,Hé man, is 369
geraakt? Ik wil weten hoe het
met die vriend van mij zit". De
agent haalt zijn schouders op.
Hij kan ook deze man geen ant
woord geven. „Het spijt me. Ik
ben hier ook net en ik heb er
nog niets van gezien".
Duizenden mensen bewegen
zich zondagavond langs de af
rasteringen rond de Kruitberg
en de Groeneveen, de flats in de
Bijlmermeer waarvan een deel
van de bovenste verdiepingen
door het neergestorte vliegtuig
compleet weg lijkt gevaagd.
Rond het gat woeden branden.
Maar ook elders in de verder
volstrekt donkere flat staan hér
en der appartementen in brand.
Brokstukken van het vliegtuig
smeulen halverwege de avond
nog na.
De agenten langs de afrastering
hebben opdracht niemand
meer tot de directe omgeving
van de ramp toe te laten. Ook
mensen die zeggen familie of
vrienden in de getroffen flat te
hebben, wordt geduldig maar
beslist de toegang ontzegd.
Zelfs een man die er woont en
dat met een legitimatie pro
beert aan te tonen, komt er niet
door. Vrienden nemen de .tus
sen zijn snikken door vloekende
man met zachte hand mee, ter
wijl ze intussen journalisten op
een afstand houden. „Hij kan
nu niet praten. Dat zie je toch
wel. Morgen snapt hij wel dat
hij geluk heeft gehad".
Geluk gehad. Dat is inmiddels
het gespreksonderwerp in de
talloze groepjes Bijlmerbewo
ners die langs de afrasteringen
verspreid staan. Velen van hen
hebben het vliegtuig zien aan
komen of in ieder geval het
zwaar grommende geluid ge
hoord, vlak voor de klap.
„We kennen hier natuurlijk het
geluid van laag overkomende
vliegtuigen", zegt iemand uit
de Grubbehoeve, pal tegenover
de getroffen flats. „Twintig,
dertig keer per dag horen we
dat hier. Maar deze keer was
het geluid wel erg zwaar. Een
paar tellen later was het alsof er
tientallen bliksems tegelijk in
de lucht waren. Ik rende naar
het balkon en wist niet wat ik
zag. Het is nu alweer een paar
uur geleden maar ik sta nog
steeds te trillen op mijn be
nen". Naar huis gaan wil hij
nog niet, ook al valt er buiten de
afrastering maar weinig van de
gevolgen van de ramp te zien.
„Ik kan toch niemand bellen.
Vanaf kwart voor zeven krijg ik
alleen nog een gesprekstoon. Ik
hoop maar dat mijn ouders zich
realiseren dat ik niet in die flats
doorAad Wagenaar
Amsterdam In het Bijlmer
sportcentrum waren rond mid
dernacht de meeste daklozen,
of zij wier woning onveilig was,
aangekomen. Ze werden in
groepjes met taxi's, stadsbus
sen of wagens van het Leger des
Heils van de tijdelijke opvang
centra in de wijk naar het grote
centrum gebracht, waar een
slaapvoorziening voor ruim
vijfhonderd mensen was ge
maakt.
Stil en op het oog rustig lieten
de mensen, begeleid door Rode
Kruis-helpers en geestelijken,
zich door het geüniformeerde
cordon naar binnen leiden.
Sommigen droegen baby's en
kleuters in dekentjes of duwden
een wandelwagentje, men had
wat bezittingen bij zich in een
koffer of een rugzak, plastic tas
of vuilniszak en ook nam een
aantal zijn fiets mee naar bin
nen. De meeste van de daklozen
hadden een plakkertje met hun
naam op de borst.
Eenmaal binnen, waar tiental
len soldaten en medewerkers
van het Leger des Heils en Rode
Kruis zich over de mensen ont
fermden, ontlaadde bij velen
zich pas de emotie. Roy Mun-
gra. raadslid van het stadsdeel
Zuid-West, vertelde dat hij ge
tuige was hoe een Surinaamse
vrouw in shock raakte, toen
men haar vertelde dat van drie
van haar kinderen gevreesd
moest worden dat ze onder het
puinlagen.
Ambassadeur
Mungra: „De stemming in de
grote Surinaamse gemeen
schap van onze wijk is wel te
vergelijken met die van juni
1989, toen bij Paramaribo het
SLM-vliegtuig was neergestort.
Ook toen was er in de Bijlmer
na de eerste ontzetting die vre
selijke onzekerheid over wie
precies de slachtoffers zijn."
Om half een vanmorgen arri
veerde de Surinaamse ambas
sadeur Ramkishor bij het Bijl
mersportcentrum. Binnen
sprak hij ruim een half uur met
zijn landgenoten, waarna hij
met een escorte naar de plaats
van de ramp ging, circa ander
halve kilometer verder. Kort na
zijn vertrek werden binnen in
het sportcomplex op verschei
dene plaatsen de lichten ge
doofd om de daklozen
heid tot slapen te geven.
Jeruzalem - De Israëlische
luchtvaartmaatschappij El Al is
vaak het doelwit geweest van
Arabische pogingen tot beschie
ting, kaping of erger, maar
slechts eenmaal is een El Al-
toestel uit de lucht gehaald. Dat
was in 1955 - door Bulgaarse ge
vechtsvliegtuigen
De Bulgaarse regering zei dat
haar MiG's het passagiersvlieg
tuig uit de lucht schoten omdat
het clandestien het Bulgaarse
luchtruim was binnengevlogen.
Later bood Sofia excuses aan.
Bij de ramp kwamen 35 mensen
om. De talloze bedreigingen
aan het adres van El Al, die
hoofdzakelijk voortspruiten uit
het conflict tussen Israël en de
Arabische wereld, hebben er
voor gezorgd dat de luchtvaart
maatschappij waarschijnlijk de
best beveiligde ter wereld is.
Ie r Alexander Münninghoff
ii sterdam - „Ik dank God
li ik hier ben", zegt mevrouw
h Atuanene, een dertigjari-
Ihanese die na een korte be-
deling voor wat lichte
ndwonden het Academisch
lisch Centrum weer mag
aten.
vertelt, zichtbaar onder de
■uk en nog verward, wat
r in die paar minuten van
soverheersende paniek is
rkomen, voordat zij samen
haar dochtertje van zes en
r zoontje van drie de red
de sprong van de tweede
lieping van het als een fak-
brandende Kruitberg-blok
durfde.
e hadden net gegeten, toen
rde ik een geweldige klap en
ik overal vuur en vlammen,
een ging ik mijn kinderen
ken. inaar de kamer van
n dochtertje zat op slot, ik
rde haar om hulp roepen en
on alleen maar schreeuwen
)ova, Jehova, Jehova, Jeho-
Even later stond ik, met
n zoontje in mijn armen, op
balkon en daar stond mijn
htertje ook opeens. Toen
we gesprongen en nu heb-
we niets meer: geen huis,
n kleren, de Nederlandse re-
ing moet voor ons zorgen",
lestina Arema, eveneens een
tigjarige vrouw uit Ghana,
op de zevende verdieping
Kruitberg te hoog voor een
ong. Samen met twee vrien
den en haar beide kinderen ont
vluchtte zij het vuur door over
de hele breedte van de galerij
aan de balkonkant telkens de
glazen scheidswand tussen de
flats kapot te slaan, totdat het
reddende trapportaal was be
reikt. Haar verwondingen zijn
beperkt gebleven tot enkele
snijwonden, ze mag nog dezelf
de avond het AMC verlaten.
Van de 26 gewonden die het
enorme medische complex uit
eindelijk kreeg aangeleverd
moesten er twee naar het
brandwondencentrum in Be
verwijk worden overgebracht.
Vier slachtoffers zijn in het
AMC opgenomen, een van hen
moest worden geopereerd, twee
hebben brandwonden die niet
zo ernstig zijn dat Beverwijk
moest worden ingeschakeld,
een heeft inwendig letsel. Twin-
tig gewonden konden in de loop
van de avond naar huis.
Fase nul
Het was juist die onwerkelijke
rust op het AMC die dr. H.J.
van der Reijden, directeur alge
mene medische dienst van het
ziekenhuis en tevens de coördi
nator van het klaarliggende
rampenplan, al vrij snel tot de
sombere conclusie bracht dat
het aantal doden bij de ramp
wel eens dramatisch hoog zou
kunnen zijn. „Wij hoorden om
18.55 uur van omwonenden,
dat er in de Bijlmer iets vrese
lijks gebeurd was. Na een kort
gesprek met de politie heb ik
toen fase nul van ons rampen
plan laten ingaan, wa.t inhoudt
dat al het personeel stand by
moet zijn. Maar zeven minuten
later al waren de berichten zo
danig, dat fase één moest wor
den afgekondigd".
Het draaiboek voorziet dan in
een personele bezetting van het
AMC als op een normale door
deweekse werkdag: de EHBO
wordt volledig bemand, evenals
de chirurgie. De operatie-ka
mers worden paraat gehouden,
anesthesisten en psychiaters
(voor de behandeling van
shock-gevallen) - opgeroepen.
Ook de ondersteunende dien
sten (transport en bewaking)
worden naar het ziekenhuis ge
haald.
Alles en iedereen, van de lin
nenkamer en de kantinedienst
tot de geestelijken en de sociale
hulpverleners, functioneert bij
fase één binnen de kortst moge
lijke tijd op volle sterkte. On
danks alle ellende die er ge
weest is en die in deze eerste
nachtelijke uren nog lang niet
volledig te overzien is, kan Van
der Reijden over één aspect van
de ramp tevreden zijn: „Ons
plan, waar we ook op geoefend
hebben, heeft prima gewerkt.
Om 19.10 uur zag het hier al wit
van de artsen en verpleegkun
digen".
Wachten
En toen volgde het lange wach
ten op de stroom van gewonden
waarin het rampenplan ook
voorzag, en waar iedereen klaar
voor stond in het AMC, maar
die helaas, zo luidde de algeme
ne conclusie toen rond elf uur 's
avonds de paraatheid naar fase
nul werd teruggebracht en het
complex weer zachtjes leegliep,
is uitgebleven.
Het eerste slachtoffer werd
kort voor zevenen door familie
leden per eigen auto afgeleverd,
en kreeg het label 'ramp 1' om
gehangen. 'Ramp 26' arriveer
de tegen negenen per ambulan
ce. Daarna werd het onheilspel
lend stil bij het AMC. Toen men
om tien uur begon met de
slachtoffers naar hun naam te
vragen en officieel te registre
ren (ook deze gang van zaken
staat nauwkeurig in het ram
penplan omschreven: eerst hel
pen. dan registreren) stond het
AMC reeds een uur als het ware
op de uitkijk en begonnen de
aanwezigen angstige voorge
voelens te krijgen.
Van der Reijden weer: „Wij
gaan bij calamiteiten van deze
omvang uit van zestig slachtof
fers die we per uur binnenkrij
gen. De capaciteit om die
stroom op te vangen is organiek
aanwezig. Maar al binnen een
uur had ik, ook alweer conform
het rampenplan, die capaciteit
opgevoerd tot 160 bedden.
Want ja, een duidelijk beeld van
de situatie hadden we niet, het
enige wat we wisten was, dat er
zich iets verschrikkelijks had
voorgedaan".
Een paar mensen die in het
AMC waren opgenomen in ver
band met een operatie die zij de
volgende dag moesten onder
gaan zijn naar huis gestuurd
om extra bedden vrij te maken,
meldt Van der Reijden. Nadat
de GG en GD vanaf de plek van
de ramp omstreeks elf uur had
laten weten dat er geen gewon
den meer verwacht werden,
konden deze mensen alsnog
worden teruggehaald.
Hartoperatie
In de hal van het ziekenhuis,
waar een stille verslagenheid
heerst en groepjes artsen en
verpleegkundigen met elkaar
staan te praten, loopt een man
met aan zijn arm een huilende
vrouw en daarnaast een somber
kijkende zoon en een al even
min opgewekte schoondochter.
„Nee. ik ben geen slachtoffer",
zegt de man, „ik woon wel in de
Bijlmer, maar daarom ben ik
niet hier". Het blijkt dat hij op
de lijst staat voor een open hart
operatie; begrijpelijk en mense
lijk, dat er in zijn gezin paniek
uitbrak toen men over de ramp
hoorde - nu zou die operatie wel
eens niet kunnen doorgaan.
Het is een navrante situatie,
een soort baas-boven-baas in
leed en ellende dat zich hier
aandient. Maar de man toont
zich groots: „Onder deze om
standigheden gaan die mensen
natuurlijk voor, dat spreekt
vanzelf'.
Een uur later besluit dr. Van
der Reyden om fase nul van het
foto anp
Mevrouw Ruth Atuanene heeft haar als een fakkel brandende appartement
kunnen ontvluchten door met haar kinderen van tweehoog naar beneden te
springen. Met een taxi werd ze later naar het inderhaast ingerichte
crisiscentrum gebracht.
rampenplan af te kondigen. De
frustratie staat iedereen in het
AMC op het gezicht te lezen. Nu
zal het verder hoogstwaar
schijnlijk uitsluitend om doden
gaan, en daar heeft het zieken
huis geen bemoeienis meer
mee. Die worden immers over
gebracht naar hangar nummer
elf op Schiphol-Oost; ook al
weer een voorziening die in het
rampenplan is opgenomen.
ir Hans Leber en
niquevandeVen
tsterdam - De aanblik van
dfelkaar gestorte betonlagen,
Smeulende, hier en daar nog
e ndende resten van het vlieg-
0 en de massa's brandweer-
len die koortsachtig zoveel
P gelijk spuiten op de flat rich-
li maakt de omvang van de
ïp duidelijk. De bevolking
i de Bijlmer hoorde de piloot
lg de Boeing 747 nog één keer
s gas geven, in een laatste po-
Ia zijn eigen leven en dat van
nensen beneden hem te red-
1 Zonder succes. Onder de
1 rinblokken moeten vele tien
er en slachtoffers liggen.
3^ was etenstijd, er werd tele-
ïale gekeken in de flats Groe-
>1 een en Kruitberg. De ont-
n<nningsruimte, een bar zoals
in veel flats in de Bijlmer-
ër voorkomt, was open. Een
dagavond die begon als alle
ere, met Studio Sport,
dt om zes minuten over half
h en in één klap een ramp.
„Ik was op weg naar een verga
dering toen ik een vliegtuig zij
waarts over zag komen. Het
toestel vloog hartstikke laag en
trok sterk met de neus omhoog.
Recht op de flat Kruitberg af.
Toen verdween het toestel uit
het zicht, ik hoorde een enorme
knal en zag overal licht. Ik
stond er misschien vijfhonderd
meter vandaan, maar overal
dwarrelden metalen deeltjes uit
de lucht", vertelt buurtbe
woonster Van Rooijen. De flats
Groeneveen en Kruitberg zijn
in één klap tientallen meters
van elkaar verwijderd. Ruim
tachtig flatwoningen liggen in
puin, hun bewoners eronder.
Eerste ooggetuigen spreken
niet van hysterie, maar van ver
bijstering.
Opdringerig
Een dikke rookwolk vult de
kloof waar om half zeven nog
enkele honderden mensen leef
den. Op de grond slaan vlam
men uit een metershoge berg
puin. Tientallen ambulances
IMPENPLAN AMC WERKT PERFECT
blazen de aftocht. Ook de eerste
hulp-arts Liesbeth Lavi ver
trekt: „Ik kan hier niets meer
doen. Je bent hier licht gewond
of dood. Het enige wat ik heb
gedaan is een mevrouw gehol
pen van 46 jaar. Zij was van de
derde etage door een ruit naar
beneden gesprongen en kwam
verdwaasd naar me toe gewag
geld. „Waar zijn m'n zes kinde
ren", vroeg ze. „Waar zijn m'n
zes kinderen?"
Alle soorten materieel dat hulp
verlenend Nederland ter be
schikking heeft, is op de plek
des onheils; tientallen brand
weerwagens, ambulances, poli-
tie-auto's, paarden, honden, tot
knuppels van de Mobiele Een
heid aan toe. De ME moet er
aan te pas komen om de opdrin
gerige nieuwsgierige meute op
afstand te houden van het
rampgebied. Als op een jaar
markt slenteren duizenden
mensen rond het afgezette ter
rein. De bevelvoerder van de
vrijwillige brandweer Noord
van Amsterdam heeft er geen
goed woord voor over. „Die
mensen staan in de weg".
Pas als de leden van de groep
Noord het terrein bij de flats be
treden, beseffen zij de ernst van
de situatie. „Dan slik je wel
even", zegt de bevelvoerder.
„Het enige dat we te horen kre
gen was dat er brand was. We
hebben direct een zijvleugel
van de flats doorzocht naar ach
tergebleven mensen. Maar we
troffen niemand aan. Collega's
die er eerder waren hebben het
middengedeelte doorzocht. Zij
zijn nog mensen tegengeko
men. Zoiets is nooit een pretje".
Volgens een snelle berekening
van de brandweerman moeten
er enkele honderden collega's
aan het werk zijn. „Ze hebben
werkelijk alles opgeroepen, tot
aan Purmerend toe". De mas
sale aanwezigheid van hulpver
leners kan geen levens redden.
Het gat dat de Boeing 747 van
de Israëlische luchtvaartmaat
schappij El Al heeft geslagen is
dodelijk. In het felle licht van
schijnwerpers liggen twee
brancards van het traumateam
klaar, maar ze blijven onge
bruikt. Een ziekenbroeder ver
baast zich over het geringe aan
tal gewonden als tegen tienen
het sein wordt gegeven dat hij
huiswaarts mag. „Er zijn maar
een paar wagens die hebben ge
reden". Zelf heeft hij een ge
wonde man uit de bar naar een
ziekenhuis overgebracht. „Van
die man was niet veel over; ik
hoop voor hem dat-ie het niet
heeft gehaald, geloof ik".
Plunderen
Even ontstaat bij de brandende
flats opwinding als blijkt dat
enkele jongeren plunderend
over de galerijen lopen. De ver
laten woningen waar binnen
het licht nog brandt en tele
visietoestellen aan staan, zijn
voor hen een prooi. Een enke
ling wordt gearresteerd, agen
ten worden op de veilige uithoe
ken van de flats op wacht gezet.
Ook uit andere delen van de
Bijlmermeer komen berichten
binnen over plunderingen. De
rovers weten dat de politie het
druk heeft met andere zaken.
Binnen de omheining wachten
tot diep in de nacht rijen ambu
lances op slachtoffers. Maar ge
wonden blijven verder uit. Zo
lang het vuur niet is geblust,
kan niet naar slachtoffers wor
den gezocht en hoe meer tijd er
verstrijkt, hoe kleiner de kans
op overlevenden. De 'blijvers'
weten dat zij geen gewonden
maar doden zullen gaan vervoe
ren. De sterke noordoosten
wind snijdt en wakkert het ge
temperde vuur weer een beetje
aan. Honderden hulpverleners
kijken en wachten. Nerveuze
spanning heeft plaats gemaakt
voor berusting in een voldon
gen feit: hier valt niets meer te
redden. Het Leger des Heils
verleent hulp aan de hulpverle
ners. Soep en brood in een door
dingende geur van brand en ke
rosine. Een brandweerman
staat bij te komen met een kop
koffie in de hand. „Het ergste
moet nog komen, als ze de be
tonplaten optillen".
-tfeloos van angst en verdriet zoeken omwonenden steun bij elkaar.