Afscheid lijkt op nieuw begin k Maria Verheij schrikt van haar boek in etalage E ^ieuw ezicht in o^laamsche 'ot C3 Haarhuis in vijf sets onderuit C5 VENGEANCE Re E M JAN D. SWART Polio LEIDSE COURANT ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1992 iuis ou Moulin g T" engeance was al gestopt, 101 liet zich op veler verzoek overhalen tot een uitge breide afscheidstoernee ,nu plotseling weer springle- ?oor de Nederlandse hard- ir irmatie dreigt dan ook een neer verwacht dilemma: met noed doorgaan of vasthouden oorspronkelijke plan dat t in een gedenkwaardige zwa- in het laatste weekeinde van muzikanten, die op 8 oktober ard in Den Haag aandoen, afgelopen weken aan hun imen gaan twijfelen door de tende ontvangst van het 'sou- lbum' The Last Teardrop '84- handzame verzamel-cd (met nieuwe nummers) verkoopt r dan gehoopt, maar wat ei- nog belangrijker ié: 'Hilver- behoorlijk gecharmeerd van 'Hoe je het ook wendt of keert, voor Nederland waren wij de top. Dat je daar geen stuiver aan overhoudt, of beter gezegd alleen maar schulden, dat moet je maar als een van de lessen voor de toekomst beschouwen'. de bijna gelijknamige single. En daaraan heeft het Vengeance in het verleden maar al te vaak ontbroken. Grote man Arjen Lucassen, gitarist en voornaamste componist, durft de hardnekkige Gooise desinteresse als een van de hoofdoorzaken van Ven geances commerciële falen te be stempelen. „Als we hier één keer een redelijke hit hadden gescoord, zou alles toch anders zijn gelopen. Fi nancieel hadden we dan veel minder ellende gekend, in het buitenland zouden er ongetwijfeld meer deuren zijn geopend, kortom in allerlei op zichten zou er heel wat meer speel ruimte zijn geweest. Maar helaas, we kwamen er op de radio nooit door. Tot nu dus, met 'As The Last Tear drop Falls', dat wel ineens volop wordt gedraaid, waardoor we op de valreep weer met een soort luxe pro bleem worden geconfronteerd. Ie dereen begint plotseling te roepen dat we niet mogen ophouden, terwijl we zelf al met nieuwe projecten bezig zijn". Vengeance heeft in negen jaar tijd best iets bereikt, zeker voor Hol landse hardrockbegrippen, stelt Ar jen Lucassen. De opsomming van successen bevat onder meer een ca talogus van vijf albums, enkele rele ases in de Verenigde Staten, drie tourneès door Duitsland, optredens Archieffoto Vengeance In afscheidsbezetting v.l.n.r. bassist Jan Bijlsma, zanger Ian Parry, gastdrummer Ernst van Eee en gitarist Arjen Lucassen. in Engeland, Frankrijk en Italië. „Dat alles maakt dat we een jaar of vier, vijf redelijk van onze hobby hebben kunnen leven en daarop mag je best trots zijn. Hoe je het ook wendt of keert, voor Nederland wa ren wij de top. Datje daar geen stui ver aan overhoudt, of beter gezegd alleen maar schulden, dat moetje maar als een van de lessen voor de toekomst beschouwen. Ik bedoel, op hetzelfde niveau opereren, maar dan in Amerika, dat is wel meteen 'kas sa', dat zie je aan Guns N' Roses". Het zijn zeker niet alleen externe factoren geweest die het leven van de groep stilaan hebben verzuurd. Ven geance heeft zelf in de loop der jaren ook een hele reeks (beleids)blunders gemaakt. Als gevolg daarvan zag zanger Leon Goewie het een kleine driejaar geleden al niet meer zitten en stapte op. Die doffe dreun is de band in feite nooit meer te boven ge komen, erkent Arjen) Lucassen, zij het in bedekte termen, omdat hij Goewie's Britse opvolger Ian Parry als zanger zeker niet minder hoog aanslaat. „Maar, Leon was nu eenmaal ons uithangbord. Met hem hadden we het nodige krediet opgebouwd, had den sommige maatschappijen blind getekend. Daar staat echter tegen over dat de komst van Ian, met wie op vocaal gebied technisch veel meer mogelijk was, voor de nodige verse impulsen heeft gezorgd. Op een ge geven ogenblik hebben we allemaal ook echt geloofd dat we eindelijk zouden doorstoten", reconstrueert de rijzige Hagenaar het jongste ver leden. „Achteraf zegje, we hebben veel te vroeg gejuicht, maar op het moment dat we naar een nieuw platencon tract moesten uitzien, zag alles er gewoon heel goed uit. De persoonlijk manager van The Scorpions, Uwe Block, kwam zelf naar ons toe en be loofde dat hij ons wel aan een inter nationale deal zou helpen. Nou, dat hebben we gemerkt. Al met al heb ben we een jaar lang op die vent ge wacht. Zelf heb ik ook nog een ver mogen gespendeerd aan faxen naar Amerika. Het eind van het liedje is geweest dat ik een, fax van wel vijf meter van hem ontving, zijnde een contract dat zo listig was dat we er nooit akkoord mee konden gaan Die 'lelijke miskleun' zou geen blij vende schade hebben veroorzaakt als Vengeance zich aan het thuis front niet al te arrogant zou hebben gedragen. „Dat we zelf niet eens veel wilden investeren in een demo, om dat onze kwaliteiten toch wel vast stonden, zegt denk ik wel genoeg", aldus Lucassen met spijt in zijn stem. „We gingen ervan uit dat in de busirress de naam Vengeance al voor zich sprak, niet beseffende dat daar ook negatieve kanten aan zaten". «r Kardinaal Danneels Kardinaal Danneels ontkent spreekverbod He Belgische kardinaal Danneels ontkent dat hij een persconferentie over het boek 'De laatste dictatuur' van de rebelse Vlaming Rik Devillé heeft verboden. De priester schrijver liet het van de week op het laatste moment afweten op een perspresentatie. De kardinaal zou hem een spreekverbod hebben opgelegd. Danneels weerspreekt dat en zegt dat hij het boek over de overheersende rol van de paus in de rooms-katholieke kerk op de dag van het verschijnen zelfs nog niet had gelezen. Inmiddels heeft hij dat wel gedaan. De kardinaal vindt de inhoud 'onaanvaardbaar'. 'De laatste dictatuur' is volgens Danneels theologisch en kerkelijk een zeer gebrekkig epistel, vol met fouten. In een gesprek moet volgens de Belgische aartsbisschop blijken in welke mate de schrijver zich identificeert met het boek. Devillé zelf zwijgt in alle talen. De provocerende titel is bedacht door uitgeverij Kritak in Leuven. Devillé wilde zijn boek aanvankelijk 'Parochie zonder paus' noemen, maar dat lag volgens de uitgever commercieel niet zo goed. Devillé bekritiseert de hiërarchische, niet-democratische opbouw van de kerkgemeenschap. Hij vindt dat die bijna middeleeuwse structuur niet meer past in een samenleving die gekenmerkt wordt door individualisme, persoonlijke vrijheid en democratie. Het gesuggereerde, maar door het aartsbisdom ontkende spreekverbod voor de auteur, is volgens sommigen precies die vorm van machtsoefening die Rik Devillé in zijn boek afwijst. Jeugdherinneringen van Pieter Verhoeff 'egisseur Pieter Verhoeff heeft bij de VPRO zijn jeugdherinneringen ingeleverd. Het gaat om een script dat de werktitel 'De vuurtoren' heeft meegekregen. Pieter Verhoeff heeft juist de VPRO gekozen om zijn vroegere belevenissen in Friesland op televisie te brengen, omdat hij lang in vaste dienst was bij deze omroep. De winnaar van verschillende Gouden Kalveren, onder meer voor de speelfilm 'Van geluk gesproken', leverde daar in 1990 nog het programma 'Jiskefet' af, dat hij zelf omschreef als 'een rare combinatie van buitengewone .-I*. foto AP Toch nog. Het heeft eventjes geduurd, maar van de week zijn Glenn Hicks uit Boise (Idaho) en Dorothy Gill uit Alice Springs (Australië) getrouwd. Het stel had vijf maanden vaste verkering tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen Hicks als soldaat was gestationeerd in Australië. Daarna verloren ze elkaar uit het oog. Totdat Dorothy een brief schreef aan de burgemeester van Boise met de vraag: 'Waar zit toch dat oude vriendje van mij?' precisie en nonchalante speelsheid'. Bovendien schreef hij het werk op verzoek van de VPRO. Het wachten is nu op een financiële bijdrage van het Stimuleringsfonds voor Culturele Omroepprodukties voor met het opnemen kan worden begonnen. Aardig detail is dat het verhaal in de Friese taal wordt opgenomen en later met Nederlandse ondertiteling wordt uitgezonden. Dat laatste gebeurt overigens niet eerder dan najaar 1993. Naar bed met het Britse parlement ngelands beroemdste prostituée Lindi St. Clair heeft van de week voor opschudding gezorgd op een receptie, tijdens welke haar autobiografie 'It's only a game' werd gelanceerd. In dat boek legt ze haar hele ziel en zaligheid bloot. Zo beweert ze naar bed te zijn geweest met meer dan tweehonderd Engelse parlementsleden. Namen noemen doet ze niet, 'want ze houdt van haar mannen en wil hen geen pijn doen'. Met de opbrengst van de autobiografie hoopt St. Clair een enorme belastingschuld te kunnen betalen. Het dringende verzoek van Maria Ver heij is om de clou van haar verhaal niet te onthullen. Het is aan de lezer om uit te vinden met wie Manna een gelukkige toekomst opbouwt. Haar roman 'De rode cirkel' zit vol aanwijzingen, zegt ze. Een beetje opletten en dan kan aan het slot niemand ontgaan wie Manna's ge liefde is. „Er zijn veel mensen die het twee keer lezen. Eerst om te weten wie het is, vervolgens om te kijken of ze de aanwijzingen ontdekken". Lacht: „Het boek heeft 85 pagina's. Als je het twee keer leest, is het best nog een pil". Met 'De rode cirkel' maakt de Voorburg- se Maria Verheij, net zeventien, haar debuut. Haar roman die zojuist is ver schenen, prijkte in april nog als manus cript op haar literatuurlijst. Maria, nu studente politicologie aan de universi teit van Amsterdam, was toen leerlinge van het Haagse Gymnasium Haganum. Een zelfgeschreven boek op de lijst zet ten, mag dat? Met die vraag kwam Ver heij eind 1991 bij haar docent Neder lands. 'Als het kwaliteit heeft, vind ik het goed', antwoordde drs. R.B. Kareis. Zo'n vier maanden later leverde ze het manuscript bij hem in. Nu is 'De rode cirkel' in vrijwel elke boekhandel te vin den. Maria: „Dat moet haast wel; er zijn er zoveel van besteld. Het ligt zelfs in sommige étalages. Als ik het zie, schrik ik me echt rot". Fantasie De zeventienjarige Manna is op zoek naar de perfecte liefde en vindt die uit eindelijk. Fantasie en werkelijkheid wisselen elkaar af in 'De rode cirkel'. Of zoals Maria het zegt: „Er zijn twee ver haallijnen; een speelt in het heden, de ander in de toekomst. De hoofdpersoon droomt, eigenlijk is zij helderziend; haar foto Maurice Nelwan 'De rode cirkel zit vol aanwijzingen', zegt Maria Verheij. droombeelden worden werkelijkheid". Manna ontwikkelt zich tot een meisje dat zeer wijs is voor haar leeftijd. Zij sig naleert zaken die haar generatiegeno ten meestal ontgaan. Maria: „Iemand vroeg me laatst of ik door het vele na denken niet met mezelf in de knoop raak. Maar het zijn de gedachten van de hoofdpersoon, niet die van mij". Ze voegt er in een adem aan toe dat de moe der in haar boek - een wat tuttige, hypo criete vrouw - ook niet haar moeder is. „Veel mensen dachten dat zij beledigd zou zijn, maar ze weet gewoon dat zij het niet is. Dat kan ze zien aan bepaalde ei genschappen. De moeder in mijn boek heeft trekken van mij bij voorbeeld en van nog veel meer mensen". Uitgevers meldden zich prompt toen in april bekend werd dat een 16-jarige gymnasiaste met eigen werk op de lite ratuurlijst stond. Maria koos Amber, naar haar idee de meest serieuze. De an deren vond ze te commercieel. „Het ging niet om mijn boek, maar om mijn leef tijd. Zo van: 'jij bent zestien, nu moeten we het boek uitgeven, dan maken we er veel geld mee'. Of het goed was, speelde geen rol". Zinnen Aan het boek is nu veel aandacht be steed, zegt ze. Henk Figee van uitgeverij Amber redigeerde 'De rode cirkel'. „Aan het verhaal is hij niet gekomen", haast Maria zich te zeggen. „Er is alleen geke ken of zinnen goed lopen, of erbij voor beeld in één regel niet drie keer het woordje 'dat' zou staan. Er is niets ver anderd zonder dat ik het heb gezien'. De studente kijkt uit naar recensies. Voor kritiek is zij niet bang. „Natuurlijk is het jammer als het boek gekraakt wordt. Maar recensenten hebben dat recht; ze moeten er wel goede redenen voor hebben". Als ze wordt opgehemeld, is dat leuk en tegelijkertijd een belas ting, zegt Verheij. Bij een volgende ro man wordt dan teveel van haar ver wacht. De mooiste kritiek die ze kan krijgen? Maria: „Dat het boek redelijk goed is en dat het een belofte inhoudt. De weg zou dan voor mij open zijn om een tweede boek te schrijven". Van Maria Verheij had je kunnen ver wachten dat zij Nederlands was gaan studeren. Psychologie had al evenzeer in haar lijn gelegen, zo blijkt uit 'De rode cirkel'. „Als je een boek wilt schrijven, heb je geen studie Nederlands nodig. Psychologie is interessant en het is leuk om bepaalde dingen op te zoeken, maar ik zou het niet willen studeren. Je kunt er niets wezenlijks mee, vind ik". Politicologie biedt haar meer mogelijk heden, zegt ze. „Je kunt met die studie veel kanten op, zoals ontwikkelings werk, milieu en internationale betrek kingen". Maria denkt dat haar toe komst in ontwikkelingswerk ligt. „Ik zou in de Derde Wereld kleine projecten willen opzetten. En dan geen plannen bedenken achter een bureau, er écht heengaan. Daar valt weinig mëe te ver dienen, maar dat maakt me niets uit". Zij constateert even later nuchter dat ze nog van gedachten kan veranderen. Het boek heeft Maria Verheij intussen een contract opgeleverd. Voor het dag blad Trouw schrijft ze een wekelijkse co lumn op de jeugdpagina Zanzibar. Een enkele mede-student is daar van op de hoogte. Over 'De rode cirkel' heeft ze met geen woord gerept. „Waarom zou ik het vertellen? Het is toch niet van be lang voor mensen? Stel dat ze het weten, dan zouden ze misschien anders tegen me aankijken. Nu vinden ze me aardig of niet". Ideeën Een tweede roman valt niet snel van Verheij te verwachten; zij wil eerst af stand nemen van haar eerste werk. „Er wordt door de uitgever geen druk op me uitgeoefend. Als ik pas over vijfjaar met een nieuw boek kom, is het ook goed. Maar bepaalde situaties die me interes seren, schrijf ik wel op. Die ideeën gooi ik in een grote schoenendoos. Dan heb ik toch al iets voor een volgend ver haal". De rode cirkel is verschenen bij uitgeve rij Amber en kost 24,50 gulden. Cr is deze week bij ons thuis werkelijk geen dressoirkastje onbespied gebleven om te weten te komen wanneer we voor 't laatst waren gevaccineerd tegen polio. Uit de gekste hoeken werden mappen en dozen te voorschijn getoverd en die werden vervolgens ook allemaal onprotocollair uitgeschud boven het aanrecht, want we zochten maar één ding en dat was dat boekje met de verlossende keurstempels. Ook wij wilden op onze beurt elk risico uitsluiten pardoes tegen het virus aan te lopen, wat mijn inziens ons goed recht was als u zou weten waar en temidden van wie we wonen. Tot goed begrip van de verwarring moet u weten dat ikzelf ben opgericht in het voorjaar van 1946, negen volle maanden na de bevrijding, in vreugde verwekt door twee mensen van wie de enig overlevende me deze week bij hoog en bij laag bezwoer dat ik in het kader van een nationale prikactie reeds in 1957 de eerste te pakken had, maar uit de veelheid aan opinies begreep ik dat een tweede wellicht toch safer zou zijn. Nu is mijn administratie één grote vuilnisbelt en als zodanig óók nog een gevaar voor een goed huwelijk, want ik schudde al zoekend tot overmaat van ramp brieven uit m'n archief die ik volgens mij beter had kunnen vernietigen. Sommige raakten zodoende niet eens de grond. Maar goed, uiteindelijk bleek iedereen gelukkig stevig in het harnas te zitten. Zelfs ik, dankzij een vergeten cocktailtje van difterie7tetanus en polio aan de vooravond van een bezoek aan een onderontwikkeld werelddeel en zodoende wandelen wij iedereen in ons dorp weer met optimisme tegemoet zonder terstond iemands geloofsvisie in twijfel te trekken. Want dat ga je wel krijgen, merkte ik. Dat is des mensen. Per slot van rekening schuift vijfennegentig procent van de bevolking de mouw omhoog, omdat vijf procent daar door diep geloof vanaf ziet. Nu moet men tijdens zo'n beginnende epidemie wel oppassen om mensen scheef te beloeren op basis van hun opvattingen, zoals men ook niet moet oordelen over wat uzelf niet begrijpt of verkondigd hebt gekregen. Ik lijk nu de dominee zelf wel, maar ik bedoel dit: voordatje het weet heb je er in Nederland een mensentweespalt bij en vooreerst wilde ik dat voorkomen. Maar tegelijkertijd kan ik er met alle respect voor geloofsovertuigingen met m'n pet niet bij, dat sommige mensen in polio bij een kind een zonde zien en deze dus ook maar op advies van de verkondiger van Gods woord berustend over zich laten afroepen. In dat geval begon ik toch maar, over de verantwoordelijkheid van de dominee heen, in naam des Vaders een eigen gesprek om voor alle zekerheid die preek nog eens te checken. Men kan mij veel wijs maken, maar als ik nu, waar u bij bent, bij wijze van spreken, in gebed zou gaan met de man hierboven, en vergist u zich niet in de keren dat ik dit met ontzag en groot succes deed, en ik zou hem vragen wat wijsheid is, polio of niet, dan geef ik u zijn antwoord op een brieije.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 17