Montgomery Clift: een held vol onzegbare pijn De schilder van het grijze weer Over de Crash wordt nu veel nagedacht Cultuur I c Leidse Courant I vrijdag 25 september 1992 Montgomery Clift is nooit een mythe geworden zoals zijn tijdgenoten James Dean en Marlon Brando. Toch schiep de gevoelige acteur met zijn delicate schoonheid een nieuw soort Hollywoodheld. Met zijn komst was het tijdperk van de stoere, vastberaden hoofdrolspeler voorbij. foto van Voorst van Beest Floris Arntzenius schilderde veel Haagse stadsgezichten, zoals dit gezicht op het Noordeinde. Wie eenmaal een Arntzenius aan de muur heeft, wil 'm nooit meer kwijt. Vandaar dat aan de overzichtstentoonstelling in het Haags Historisch Museum en Van Voorst van Beest ruim twee jaar voorbereiding vooraf ging. door Trudy van der Wees „Die natte straten, die prachtige strandjes...". Pieter van Voorst van Beest wordt lyrisch als hij praat over de schilder Floris Arntzenius. Sa men met het Haags Historisch Mu seum en Heemhage Holding organi seert hij vanaf morgen tot en met 15 november een grote tentoonstelling over deze Haagse kunstenaar. In to taal worden 170 werken tentoonge steld. Bij de expositie verschijnt een uitgebreide kleurencatalogus van de hand van Dolf Welling. Sommige deskundigen rekenen Arntzenius ten onrechte tot de Haagsche school, de stroming die het Hollandse polderlandschap en het leven van alledag tot hun thema maakte. Ongetetwijfeld hebben Is- raëls, Maris, Mauve, Mesdag invloed gehad op de jonge Arntzenius, maar daarna is hij zijn eigen weg gegaan, meent Van Voorst. Bovendien, hoewel Arntzenius ook landschappen, stillevens en portret ten schilderde, wordt hij vooral be wonderd om zijn sfeervolle, meestal Haagse, stadsgezichten. En dat is niet bepaald een specialiteit van de Haagsche School, met uitzondering van een man als Breitner. De Spuistraat, het Noordeinde, de Denneweg, de Lange Poten, talloze malen heeft Arntzenius ze geschil derd. In regen, mist en wind. En ze blijven bekoren, vanwege de sfeerte kening, en - zeker voor de oudere Hagenaars - het tijdsbeeld. Van Voorst van Beest, gespeciali seerd in Breitner en Israels, wordt al jaren gefascineerd door Arntzenius. „Wanneer we bij klanten over de vloer komen om collecties te bekij ken, zit daar ook regelmatig iets van Arntzenius bij. Het zijn nu eenmaal tijdgenoten. Ik werd hoe langer hoe meer door zijn schilderijen getrok ken. Probleem is alleen dat het me rendeel van zijn schilderijen zich be vindt in particuliere collecties, en wie eenmaal een Arntzenius aan de muur heeft hangen, wil 'm nooit meer kwijt!" Desondanks besloot de Haagse kunsthandelaar een tentoonstelling aan de kunstenaar te wijden. Via een advertentie kwam hij in contact met mensen die een Arntzenius in hun bfezit hebben, en die tijdelijk wilden afstaan voor de tentoonstelling. Dat Waren er uiteindelijk zo veel, dat sa menwerking gezocht met het Haags Historisch Museum, dat reeds diver- sè werken van de Arntzenius bezit. Kleindochter Floris Arntzenius werd in 1864 in Söerabaja geboren. Zo'n tien jaar la- tér reisde hij naar Nederland, en in 1892 streek hij samen met z'n moe der - inmiddels weduwe - neer aan de Balistraat 103. Hij trouwde met zijn overbuurvrouw, de schilderes Lide Doorman. Ze kregen vier doch ters, waarvan er nu nog twee in le- vpn zijn. Arntzenius kleindochter Floor van Raab van Canstein, die in Den Haag een antiekzaak drijft aan de Denneweg, is van onschatbare waarde geweest voor de samenstel ling van deze tentoonstelling. Ze opende de familie-archieven en dook brieven, foto's en andere herinne ringen op, die ervoor zorgen dat de figuur van Floris Arntzenius na een halve eeuw weer tot leven komt. Bo vendien bleek ze in staat haar hoog bejaarde tantes te bewegen om werk van hun vader aan Van Voorst vaii Beest af te staan. Een hele toer. „Ze wilden de werken niet te lang missen", zegt Van Voorst. „Het gaat weliswaar maar om een tentoonstel ling van twee maanden, maar het werk moet van te voren worden hier en daar gerestaureerd, enzo voorts. Dat kost tijd. De dames zaten soms tegen een strandgezicht aan te kijken, het leek wel nacht, zo vuil! Daar krijgt u een helder strand voor terug, zei ik dan. Maar toch, op de een of andere manier is het hun schilderij niet meer", zucht Van Voorst van Beest bij de herinnering. Grijs In 1969 vond in het Haags Gemeen temuseum een tentoonstelling plaats van werk van Arntzenius. Daarmee werd zijn werk eindelijk in grotere kring bekend. In het buiten land had men Arntzenius al eerder ontdekt. Op tentoonstellingen in München, Venetie, Pittsburg en Brussel werd zijn werk onderschei den met medailles. De nieuwe tentoonstelling levert niet alleen een nog completer beeld op van Arntzenius' werk, maar ook van de mens achter de kunstenaar. Vooral dat laatste geeft Van Voorst van Beest een warm gevoel. Want ondanks zijn trendy uiterlijk (Mic key Mouse-stropdas op streepjess hirt en modern brilletje) voelt hij een zekere verwantschap met kunste naars als Breitner, Israëls en hun tijdgenoten. Soms denkt hij dat hun geest nog rondwaart in zijn woning aan de Anna Palownastraat. Het huis was namelijk vroeger eigendom was kunsthandelaar Nieuwenhui- zen Segaar, die in zijn tijd veel op trok met de Haagse impressionisten. Het is niet ondenkbaar dat ook Arnt zenius er regelmatig op bezoek kwam. „Van Nieuwenhuizen Segaar hoorde trouwens ik de mooiste verhalen over Breitner, blijkbaar een nogal knorrige man die over Van Gogh zei: dat is kunst voor Eskimo's, en Is raëls, die hij bij goed weer naar Sche- veningen stuurde om maar weer 'ns een paar aquarellen te maken", ver telt Van Voorst van Beest lachend. Overigens, 'goed weer' is een relatief begrip. Voor Arntzenius en de Haag sche School, niet voor niets ook wel de Grijze School genoemd, beteken de goed weer in elk geval een grijze wolkenlucht, en vooral geen strak blauwe hemel. Hij schrijft in één van zijn brieven letterlijk: 'ik hoop maar dat het morgen grijs weer is'. Hij was niet de enige die er zo over dacht. Jan Voerman stond ooit op het punt met vakantie te gaan, toen er een prachtige wolkenpartij kwam overdrijven. Hij blèef prompt thuis, pakte z'n penseleri en ging schilde ren. door Henk Waninge Ze voelen zich thuis in de wereld van de glitter, traden op met de groten uit de showbizz, zoals Dean Martin, Sammy Davis jr. en Shirley Bassey en presenteren een show, die er heel Amerikaans uitziet en klinkt. Toch wordt Wall Street Crash gevormd door vijf volbloed Britten, die nog nooit in de Verenigde Staten zijn ge weest. Colin Copperfïeld: „Dat geeft wel eens aanleiding tot misverstanden. Veel mensen, ook landgenoten, den ken dat we uit Amerika komen. Na afloop van de Royal Command Per formance kwam de koningin-moe der naar ons toe, maakte een praatje en zei tot besluit: 'Bedankt voor jul lie bezoek". Steve Pert vult aan: „Toch zitten er wel degelijk Britse elementen in de show. De humor, die in Nederland het best wordt opgepikt, bij voor beeld. Maar die vergissing dat we Amerikanen zouden zijn, is wel be grijpelijk. Tenslotte hebben veel En gelse vocalisten een Amerikaans ac cent. En de invloed van de Verenigde Staten op de Britse muziek is enorm. Denk aan de rock and roll, Motown en rap bij voorbeeld. Typisch Britse muziek werd er in het begin van de jaren zeventig door Genesis en Yes Zang, dans, muziek, theater, humor en bovenal show: dat is Wall Street Crash ten voeten uit. Met deze formule trekken vijf Engelse performers al twaalf jaar door Europa. Met name het Nederlandse theaterpubliek is gecharmeerd van deze vorm van vermaak. De komende weken doet de 'Crash' ons land opnieuw aann. gemaakt, maar die periode ligt al weer ver achter ons". Perfect Op het jongste album 'Be there', op genomen in Zoetermeer, is goed te horen wat Wall Street Crash in huis heeft. In achttien nummers wordt een mengeling van jazz en rock, pop en swing gebracht, waarbij de vijf vo calisten door een tienmans-orkest worden begeleid. Het klinkt perfect, maar hier en daar ook gladjes. Met de kanttekening dat de schijf het na tuurlijk zonder visuele inkleuring moet stellen, wat in dit geval een paar slokken op een borrel scheelt. Gopperfield: „We zijn ons er terdege van bewust dat de show te klinisch kan worden". Pert: „Sterker nog, dat is in het ver leden wel eens gebeurd. Sindsdien zijn we heel kritisch. Als het gevaar bestaat dat de spontaniteit verloren gaat, steken we de koppen bij elkaar om het euvel te verhelpen. Het te genovergestelde is overigens ook wel eens gebeurd. Soms werden we zó meegesleept dat we de discipline ver gaten. Dan krijgje anarchie". Voor Wall Street Crash begon het twaalf jaar geleden. Copperfïeld en de zijnen belandden in de Country Cousin Club in de Londense wijk Chelsea. Ze konden daar veertien dagen lang elke avond optreden, maar kregen geen cent uitbetaald. Hét gezelschap was nog groter dan nu; acht zangers en tien muzikan ten. 'Dat wordt een financiële ramp', voorspelden Copperfields vrienden. De link met de beurscrash uit 1929 was gauw gelegd en zo ontstond de naam Wall Street Crash. Copperfïeld:. „Er kwamen veel men sen binnen, maar er gebeurde niets. Critici vonden het project te groots opgèzet. Hadden ze wel een beetje gelijk in, want als je met achttien man op een klein podium staat, loop je elkaar constant voor de voeten. Op de laatste avond - we hadden ons al verzoend met ons lot - wilde een BBC-producer ons spreken. Hij bood ons een tv-show aan. We werden ge vraagd voor de prestigieuze Royal Command Performance en waren even later voorpaginanieuws". Wat zich als een serieuze crash liet aanzien, veranderde in een vrolijke plezierrit langs de theaters van En geland en het Europese continent. Copperfïeld: „We hebben bewust voor het theater gekozen. We zou den het niet hebben overleefd in het rock 'n' roll-circuit: te weinig ruimte en geld. Het aardige van jullie thea ters is overigens dat de gewenste in tieme sfeer goed tot z'n recht komt. Direct contact met het publiek is be langrijk. In Engeland is de situatie momenteel niet best. Veel theaters gaan dicht door de economische ma laise en slecht management. Als je jong en Brit bent heb je het moei lijk". Hun verklaring voor het succes is simpel. Copperfïeld: „De show kent veel muzikale elementen: rock swing, maai' ook a cappella, ball* en dans. Dat houdt de aandat vast". Pert: „De formule is doordacht, wordt niet constant gedanst, gezi gen of grappen gemaakt: er is veel wisseling". Copperfïeld: „Waarvoor we moet waken is, dat het niet te comra cieel wordt. Tegelijkertijd is dat v moedëlijk de reden waarom we ni mer een grote hit hebben gehad". Pert: „Ik denk dat het publiek v de karakters houdt. We zijn vijf v schillende persoonlijkheden, die het podium niet anders zijn dan ai ter de coulissen. Daar houden mensen van. Er is geen muur tuss publiek en artiesten' Wall Street Crash denkt dat de si cesvolle formule nog een tijd slijtv. zal blijven. Is er na twaalf jaar tl ater, zeshonderd tv-optredens zesentwintig verschillende land en diverse tv-specials nog iets wensen? De twee knikken heftig een grote hit". Wall Street Crash treedt vanavo op in Amsterdam (RAI). Herhal gen: onder meer op 26 september Den Haag (Congresgebouw), 5 ok ber Rotterdam (Doelen) en 13 ok ber Utrecht (Vredenburg). door Renate van der Zee Als Montgomery Clift tijdens dat vreselijke ongeluk op die avond in mei was omgekomen, had zijn naam misschien dezelfde mythische klank gedragen als die van James Dean. Maar Hollywoods mooiste anti-held moest nog tien jaar leven. Tien jaar, die wel eens zijn omschreven als de langdurigste zelfmoordpoging in de geschiedenis van Hollywood. Toch speelde hij in diezelfde tijd schitte rende rollen; kwetsbare helden, ge kweld door een onzegbare pijn. In zijn boek 'Montgomery Clift, beautiful loser' schildert Barney Hoskyns de filmster af als een ge tergd mens en een buitengewoon ge talenteerd acteur, die het ongeluk had noch te sterven tijdens het hoog tepunt van zijn roem, noch lang ge noeg te leven om een geheimzinnige legende te worden. Een acteur wiens naam verbleekt bij die van de ster ren die veel aan zijn voorbeeld had den te danken: James Dean en Mar lon Brando. Met zijn boek wil Hoskyns Clift als nog het eerbetoon geven dat hem toekomt. Het is een prachtige uitga ve, bij uitstek geschikt voor de kof fietafel, met veel prachtige, vaak nog niet eerder uitgegeven foto's van een van de knapste acteurs van Holly wood. In sierlijk, misschien soms iets te rijk proza, vertelt Hoskyns het tragi sche verhaal. Een jeugd, gedomi neerd door een tyrannieke moeder, legde zijn schaduw over Clifts gehele leven. Zelfs toen hij eenmaal volwas sen was, scheen hij zich niet aan de verlammende greep van zijn moeder hebben kunnen ontrukken. Broadway-komedie Op 14-jarige leeftijd speelde hij zijn eerste rol in een Broadway-komedie en tegen zijn achttiende verjaardag had hij een redelijke bekendheid op gebouwd. Ondanks zijn uitgespro ken minachting voor de filmindus trie - 'Hollywood wuift z'n nogal le lijke vinger naar me' - speelde hij in 1948 op 28-jarige leeftijd zijn eerste filmrol: in Howard Hawks 'Red ri ver'. Zijn tegenspeler John Wayne had weinig waardering voor de verfijnde jongeman die zijn educatie in Euro pa had gekregen en zijn beste vrien den aansprak met 'mon vieux'. „This kid is a little shit", gromde hij. Besefte Wayne dat met de komst van een gevoelige, neurotische acteur als Montgomery Clift een nieuwe film held was geboren? Totdat Clift op het witte doek verscheen, was John Wayne de standaard leading man: vastberaden, stoer, mannelijk. En hier was een acteur van een haast delicate schoonheid die geen held maar een anti-held neerzette. Clifts prive-leven paste nog minder in de Hollywoodtraditie dan zijn spel. „Ik ben gewoon een eenvoudige man, die van zijn werk houdt", zei hij in zijn laatste interview. Niets was minder waar: Clift leidde een ge compliceerd bestaan. Hij was homo seksueel, maar kon daar niet open lijk voor uitkomen. Zijn onvrede met deze levenswijze uitte zich al aan het eind van de jaren veertig in drank misbruik. Clift heeft met belangrijke regis seurs als Alfred Hitchcock, Elia Ka zan en John Huston gewerkt. Hij was bevriend met glamoureuze ac trices als Elizabeth Taylor, Myrna Archieff Tijdens de opnames van 'Suddenly last summer' werd de door slapeloosheid gekwelde Montgomery Clift iedere morgen door een particulier chauffeur naar de set gereden. Loy en Marilyn Monroe. Hij was te zien in klassieke films als 'From here to eternity' en 'A place in the sun'. Hollywood was gul geweest. Toch heeft hij zijn leven lang niets anders dan afkeer gevoeld van de filmindustrie. „Hollywood is de verst van de realiteit verwijderde plek op aarde. Het is de laatste stad waar je de menselijkheid zou kun nen ontdekken zoals die werkelijk is", heeft hij ooit gezegd. Het werd hem niet in dank afgenomen. Ongeluk In 1956, toen hij naar huis reed na een diner met Elizabeth Taylor en Rock Hudson bij Michael Wilding, had hij een black-out en botste hij frontaal op een telegraafpaal. De ge volgen waren desastreus: de linker helft van zijn gezicht raakte prak tisch verlamd, zijn gebit was vernie tigd en na de operaties was zijn mond vreemd verdraaid. Hij stond erop de film 'Raintree country', waar hij op dat moment met Taylor aan werkte, te voltooien. Hij vreesde het ergste voor zijn car rière en wilde het publiek tonen dat het ongeluk hem niet had veran derd. Maar de dramatische wijziging in Clifts gelaatstrekken was in de film overduidelijk waar te nemen. Vervolgens begonnen de alcohol en de pillen zijn leven te domineren. Hij maakte er een gewoonte van tijdens diners en feestjes plotseling bewus teloos te raken. Hij haalde alle spie gels uit zijn nieuwe huis in Brent wood en sleet zijn dagen binnens huis met de gordijnen dicht. Marlon Brando was een van de wei nigen die erin slaagden hem te be zoeken. Hij probeerde over te halen met drinken te stoppen, een huma nitaire geste die volgens Hoskyns slechts werd ingegeven door puur ei genbelang. Brando zou geobsedeerd zijn door het idee dat hij zijn oude ri vaal nodig had als inspiratiebron. Navrant De rol die Clift misschien wel het meest eigen was, vormde die van de cowboy Perce Howland in John Hus tons 'The misfits'. De film schetst het leven van geisoleerde, door het leven getekende mensen die navrant genoeg worden gespeeld door geiso leerde, door het leven getekende filmsterren: Clark Gable, die nog voor de première zou overlijden en Marilyn Monroe, die geen jaar later zelfmoord zou plegen. Clift speelt een man die om zichzelf te vergeten vreselijke risico's neemt tijdens de rodeo's die hij afloopt. Te kenend is de scene waarin Perce Howland met zijn moeder telefo neert en haar bezweert dat ze hem nog zal herkennen na dat rodeo-on geluk. Marilyn Monroe, met Clift het zeer goed kon vinden, over hem: „That man is beautif but he is killing himself slowly' wist waar ze het over had. Montgomery Clift stierf in 1966 45-jarige leeftijd aan een hartaam it Voor hij naar zijn slaapkamer gil kt had zijn verzorger hem nog geze dat 'The misfits' laat voor de tele kt sie zou worden uitgezonden. Mfiei mijnheer Clift was moe en gaf n kennen dat hij die avond 'absolnle niet de wens koesterde' Perce Ho|e land terug te zien. Barney Hoskyns: 'Montgomul Clift, beautiful loser'. Uitgev Bloomsburry. Importeur: Nilssaj en Lamm, Weesp. Prijs: 52,75. het Haags Filmhuis is op het n ment een retrospectief van Montj mery Clift te zien.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 18