Cultuur Opstekers Citages Mythologisch Dekbedden UU |=f==f BAVA Wï Religieus Eenvoud Goede zet Achtbaan Leidse Courant vrijdag 18 september 1992 EXPOSITIES GALERIE GUTHSCHMIDT Prinsestraat 39, Den Haag: 'Opstekers'. Wo en vr 10.00-18.00, do 10.00-21.00, za 10.00-17.00. T/m 1 november.. Dat Galerie Guthschmidt niet eerder nog in deze rubriek vermeld werd, is een gevolg van de tot nu toe gehanteerde opzet. Guthschmidt heet wel galerie, maar het kenmerk daarvan - een i ontbrak, al waren er af en toe wel tentoonstellingen, zoals de in 1991 gepresenteerde expositie 'De maat van de hand is heilig'. Meestal echter werd volstaan met de presentatie van nieuw werk van kunstenaars die aan de galerie verbonden zijn, zonder dat dit nadrukkelijk als tentoonstelling geafficheerd werd. Inmiddels heeft Marleen Guthschmidt, zelf sieraadkunstenares, ontdekt dat (een aankondiging van) een tentoonstelling meer nieuwsgierigheid en dus belangstelling wekt, zeker als zo'n tentoonstelling dan ook nog aan de hand van een thema georganiseerd wordt. Guthschmidts thema voor de openingsexpositie van het nieuwe seizoen is 'De opsteker', niet alleen een hooivork met lange steel, een voordeeltje of een buitenkansje, maar ook - noteert u even, mijnheer Van Dale - een speld die gedragen kan worden op zowel een dames- als herencolbert. Guthschmidt nodigde voor de vormgeving van die reversspeld, zoals het ding tot nu toe heette, niet alleen sieraadontwerpers uit, maar ook grafici en beeldhouwers. Ze nam daarmee in zoverre een risico, dat ze maar afwachten moest hoe de opdracht geïnterpreteerd zou worden. De deelnemers hadden ieder de vrijheid om vanuit de eigen discipline te werken en met elk, door hen te kiezen materiaal. Meestal werd dit toch het traditionele goud of zilver, maar daarnaast zijn er ook toepassingen met aluminium, titanium, plastic en staal. Die vrijheid van ontwerp heèft in een aantal gevallen gefeid tot interpretaties die soms nauwelijks nog met het thema te maken hebben. Of wel, men maakte wat men altijd al maakt, of het werden opstekers die meer object flan reversspeld zijn. Een mooie middenweg zijn de opstekers van Guthschmidt zelf. Als haai- speld niet gedragen wordt, kan deze op een fraai sokkeltje geplaatst worden, zodat er een totemachtig sculptuurtje ontstaat. Twijfelgevallen zijn de opstekers van Lilian ter Horst) kleine kleurige bordjes waai- het bestek boven zweeft; grappig, zeker, maai- in het dragen nogal kwetsbaar, lijkt me. Opstekers zonder meer en bovendien heel fraai van ontwerp en uitvoering zijn de spelden van Frans Janssen, Annêtte Clay en Fabiola Sormani. Janssens spelden lijken ontstaan uit een ontmoeting tussen Klee en Miro, waarbij David Smith welwillend toekeek en die van Sormani bewijzen hoe groot nog steeds de geldigheid van de Art Nouveau is. Lekker bonkig en mannelijk zijn de opstekers van Albert in 't Veld: brokjes titaan, zilver en leisteen als hapjes op een stokje geprikt. SEASONS GALLERIES Toussaintkade 70, Den Haag: Maarten van Dreven - schilderijen. Wo-zo 11.00-17.00. T/m 30 september. Het genre dat Maarten van Dreven met zijn schilderijen beoefent heeft (nog) geen naam, terwijl het toch al een flink aantal jaren beoefend wordt. Niet door de minsten bovendien: onder anderen de Spaanse groep 'Equipo Chronica' en het Haagse equivalent daarvan, de tijdelijke groep ABN (wat toen stond voor Andrea, Blokhuis en Nobbe) zijn, c.q. waren meesters in dit genre. De al bestaande term 'citationisme' lijkt me op Van Drevens werk niet van toepassing, omdat hij meer doet dan alleen citeren. Hij manipuleert de werkelijkheid - én de kunst. 'Citages'is misschien een goede naam voor Van Drevens geschilderde collages, waarin beeldelementen van soms zeer verschillende herkomst geciteerd worden. Het feit dat die citaten geschilderd worden, verschaft de maker meer mogelijkheden dan het knippen, Archieffoto Frans Jansen maakte deze vijf opstekers: Klee ontmoet Miro. schuivèn en plakken dat de collagetechniek biedt. Geschilderde beeldelementen kunnen aangepast en naar behoefte verfraaid, vergroot of verkleind worden en - belangrijk! - ze kunnen in ruimtelijke constellaties gesitueerd worden. Het onmogelijke wordt mogelijk. Zo laat Van Dreven in het schilderij 'Black hole II' de grote koperen vloersculptuur van Walter de Maria uit de collectie van Boymans wegzweven in de ruimte van een klassieke koepel, die op zijn beurt als een planeet met eigen ring in de ruimte van het heelal zweeft. Pure illusie die alleen schilderkunstig te realiseren is fof als een 'v irtual reality' met een computer). Hetzelfde doet hij ook met Brancusi's zuil, die als een vreemd ruimtevoertig door de stratosfeer zweeft. Verwarrend wordt het als Van Dreven aan die zo realistisch ogende illusies ook nog optische effecten toevoegt, zoals in de twee schilderijen van schaalvormige koepels. Hun patroon van kruisvormige en zeskantige openingen laat in het midden of die koepels hol of bol zijn. Dergelijke raadsels zijn niet aan de orde in een reeks kleine stillevens. Daar volstaat Van Dreven met het objecten van verschillende herkomst en uit verschillende tijden en culturen. Ook in de werkelijkheid is het voorstelbaar, dat naast een Afrikaans masker een marmeren Griekse kop staat, of dat een door Picasso of Matisse beschilderde vaas gezelschap krijgt van een Chinese vaas. Confrontatie verrijkt immers het inzicht! Van Dreven is overigens niet zo maar en ineens tot deze 'citages' gekomen. Ze staan aan het voorlopige einde van een ontwikkeling die inmiddels zover gevorderd is, dat het tijd wordt voor een overzicht. Intussen wel even bij Seasons naar dat recente werk gaan kijken voordat het in particuliere collecties verdwijnt. NOUVELLES IMAGES Westeinde 22, Den Haag: Ina Barfuss/Thomas Wachweger - schilderijen en werken op papier. Di-za 11.00-17.00 en zo 27/913.00- 17.00. T/m 7 oktober. Gevraagd naar de thematiek van zijn werk dicteert Thomas Wachweger in 1985 aan Paul Steenhuis van Metropolis M: 'De strijd met jezelf, schrijf dat maar op, de strijd met jezelf. Een verklaring die zeven jaar later nog steeds geldig is en die, gezien de tentoonstelling bij Nouvelles Images, ook geldt voor zijn vrouw Ina Barfuss. Van haar hangen er in de voorzaal van de galerie een aantal tekeningen die Wachwegers statement volledig bevestigen: kleine, expressieve figuren, gevat in dikke contouren. Ze lijken het getekende equivalent van dagboeknotities, ook door het formaat. Appreciatie van dergelijke kunst hangt sterk af van de mate van herkenning en vervolgens identificatie die ze bij de kijker oproepen. Dat (te?) persoonlijke element is minder nadrukkelijk aanwezig in de grote tekeningen die Barfuss en Wachweger samen maken. Die grote bladen, complex van beeldopbouw, geven pas bij langduriger beschouwing hun geheimen prijs; gaandeweg namelijk maken zich steeds meer figuraties uit het duister van de inkt zichtbaar. Ook laat zich dan vermoeden, dat 'Festung Europa' van Ina Barfuss en Thomas Wachweger. het Wachwegers bijdrage is, die aan deze tekeningenserie - titel 'Festung Europa' - een algemeen geldiger, wat bijna mythologisch karakter geeft. Symbolen van dat mythologische karakter zijn onder meer een vrouwfiguur als een twee-armige kandelaar, die schalen draagt als gold het offeranden, een tweelingfiguur met een Januskop waarin de ogen weggestreept zijn, een Moeder Boom die een Kindje Tak aan de hand meeneemt, of een geweidragend dier dat als een vreemd ros Beyaard niet vier maar zes 'Heemskinderen' op zijn rug meedraagt. In dergelijke voorstellingen, momumentaal van allure, krijgen alle beelden, ook die van een spade of een bootje op gestilleerde golven een nadrukkelijk symbolische betekenis. Ze vormen aanleiding tot verhalen die zowel het epos van de mensheid als die van elk individu verbeelden. Dat effect is overigens wel persoonsgebonden. Dat blijkt als Barfuss zonder Wachweger én in kleur aan de slag gaat. Dankzij de duidelijke afbakening die door het gebruik van kleur verkregen wordt, tekenen alle elementen zich duidelijk af. Wat in het zwart/witte en gemeenschappelijke werk nog als één geheel ervaren kon worden, valt nu in fragmenten uiteen. Het is nu aan de toeschouwer om die losse elementen tot het geheel van een verhaal samen te voegen. Door de helderheid van de kleur is hun echter bij voorbaat hun raadselachtigheid (en hun oerkracht) ontnomen. Gezien de schilderijen van Wachweger bij N.I. zou die duister- magische kwaliteit van de gemeenschappelijke werken wel eens zijn verdienste kunnen zijn. Zijn schilderij 'Sartres Spiel' laat meer vermoeden dan het te zien geeft. De uitwerking van de achtergrond (een interieur?) en van de figuur van Sartre, vergezeld van een (cycladisch?) menssymbooltje, is ondergeschikt gemaakt aan het abstracte proces van het souvereine schilderen. Duidelijk is dat ook té zien in het schilderij 'Amazonas', waar niet het herkenbare verhaal, maar het schilderen zelf verteld wordt. Dat het vervolgens toch een suggestief verhaal geworden is, vol tropische geheimzinnigheden, dankt Wachweger aan zijn beheersing van hèt metier. RONKES AGERBEEK Korte Molenstraat 11a, Den Haag: Peter Keizer - schilderijen. Wo-za 11.00-17.00, zo 27/9 van 13.00- fotoJ.Littkemann 17.00. T/m 7 oktober. Wat zich op de schilderijen van Peter Keizer afspeelt, laat zich moeilijk raden, want vrijwel de gehele voorstelling heeft hij toegedekt en weggestopt onder een plat vlak, dat door zowel verschijning als functie aan een dekbed of een quilt doet denken. Sleutels om zijn raadsels op te lossen verschaft hij overigens wel: aan de zijkanten van het dekkende vlak steken blote voeten uit, groot en onbeholpen als de schoenen van Philip Guston. Minder duidelijk is waarom Keizer zo'n 'dekbed' versiert met 'slagroom', dikke strepen witte verf, zo uit de tube op het doek geknepen. Is dat de schilder in hem die onder alle verhalen een streep zet en een einde maakt aan de sprookjes? Ook, maar anders doet hij dat in het ogenschijnlijk vrolijke, maar zo zo onheilspellende schilderij 'Openlucht': boven een raster van acht kleurige vlakken, landschap geworden doofde drie magere boompjes op hun horizon, staat een massieve donkere lucht, waaruit dikke druppels naai- beneden vallen. Het lijkt vloeibaar goud, maar dat zou nog wel eens aardig tegen kunnen vallen. Terecht, datje bij zulk weer wegkruipt in de enige schuilplaats die een schilder rest: het schilderij. Musea In het Stedelijk Museum Cathar Gasthuis (Oosthaven 18, Gouda) poseert Cornelius Rogge onder t 'Vanitas' een drietal wagens eni aantal vrijstaande panelen, waa maskers zijn gerangschikt. De maskers, geïnspireerd op dell{ ^cultuur, hebben dankzij een huid'van zand, pigment en bindo del een angstaanjagend uiterlijk. Ze verwijzen naar de tijdelijk! van het leven en de vergankelijk! van de roem. (Ma-za 10.00-17.0(1 1,2.00-17.00, t/m 4 oktober). Ook nog t/m 4 oktober zijn in seum Boymans-van Beuningéi to's en grafiek van David Hocki zien. Het Rotterdamse museum voor deze tentoonstelling haar bezit aan met bruiklenen, zodajj vrij goed beeld van deze Engeli Artkunstenaar geboden wordtj za 10.00-17.00, zo 11.00-17.00). Dit weekeinde is het de laatste genheid om in het Haags GemeJ museum 'Het aquarium' vanl Birzate bekijken. Negentien schilderijen, vijf objeS van piepschuim, twee beelden! tien asfaltplaten geven de bezoel mede dankzij het bijzondere f van de Mulierzaal, het idee oif water te verkeren. Openingen Twee openingen morgen. Bij Art Propos (Maziestraat Den Haag) de tentoonstelling Allard Bos (de hele middag). In de Regentenkamer Hofje Nieuwkoop om 16.00 uur de m festatie Nederlandse Antillen een expositie van tekeningen schilderijen van Rudy Mar (Warmoezierstraat 44, Den Haaj ADVERTENTIE ,<A'ek halogeenverlichling I 79. Loosd «ÜJ» EXPOSITIE 19 september - 11 oktober 1992 'De ogen van Oxydiaen' Les yeux d'Oxydiaen'. Magisch expressionisme, Noordeinde 117 2514 GE Den Haag 070-3655751 Openingstijden: woensdag t/m zaterdag 12.00-17.30 zondag 13.00-17.00 Informatie over deze rubriek kunt u verkrijgen onder telefoonnummer 070-3190792 CD'S MOZART Mis in c KV 427 - Meistermusik KV 477. Collegium Vocale, La Chapelle Royale en Orchestre des Champs Elysées o.l.v. Philippe Herreweghe, m.m.v. Christiane Oelze (sopraan), Jennifer Larmore (sopraan), Scot Weir (tenor) en Peter Kooy (bas) - Harmonia Mundi France MOZART Requiem in d KV 626 - Maurerische Trauermusik KV 477 - Ave verum corpus KV 618. Schütz Choir of London, Schütz Consort en London Classical Players o.l.v. Roger Norrington, m.m.v, Nancy Argenta (sopraan), Catherine Robbin (alt), John Mark Ainsley (tenor) en Alastair Miles (bas) - EMI Het Requiem wordt beschouwd als de onomstreden top in de religieuze muziek die Mozart heeft gecomponeerd. De Mis in c echter bezit andere, maar eveneens buitengewone kwaliteiten, doordat het werk een unieke synthese vormt van de barokke en klassieke stijl. In geen andere compositie heeft Mozart op een zo schitterende wijze de barokke polyfonie (Bach, Handel) geïntegreerd in zijn eigen idioom, waarbinnen overigens ook opera- Archieffoto Roger Norrington: uitschieters naar boven en beneden. hchtige elementen een rol spelen. De muzikale veelzijdigheid en rijkdom is hier duizelingwekkend. Het is niet.overd'reven de Mis in c als de bekroning van de muziek van de 18de eeuw te beschouwen. Kortom, wie van Mozart én dit werk én het Requiem bezit heeft de beschikking over twee toppen in de muziekgeschiedenis. Maar nu de vraag: welke opnamen van deze twee werken. Als het om de Mis gaat is dat niet zo moeilijk. De nieuwe versie op Harmonia Mundi France is welhaast volmaakt. Dit is weer een van die uitvoeringen van Herreweghe, het aan niets ontbreekt, of het nu gaat om duistere droefheid of om ontwapenende vreugde. Solisten, koor en orkest vormen daarbij een perfecte eenheid. Net zoals deze uitvoering behoort ook Norringtons weergave van het Requiem tot de categorie 'authentiek'. Maar daarmee houdt elke overeenkomst op. Norrington, de gretige maar onvoorspelbare Britse muzikant, is ook hier een dirigent met uitschieters naar boven en naar beneden. Zijn interpretatie van het Requiem - de incomplete partituur werd in dit geval voltooid door Duncan Druce - bezit frappante schoonheden (de innigheid van hèt Lacrimosa, de lichtheid van het Domine Jesu Christe)Maar ontaardt ook af en toe in regelrecht haastwerk (het hakkerige Kyrie) of'liedjes-achtige' oppervlakkigheid (Recordare). Ook solisten en koor vormen geen eenheid. Wel is het instrumentale aandeel heel fraai. Derhalve: Herreweghe's weergave van de Mis zij van harte aanbevolen, maar als het om het Requiem gaat is met name Gardiner (Philips) te prefereren. (AvdV) GÓRECKI Symfonie nr. 3. London Sinfonietta o.l.v. David Zinman, m.m.v. Dawn Upshaw (sopraan) - Elektra Nonesuch Muziek die zo'n vijftien jaar als reactionair en naïef gold kan ineens - de smaak fluctueert nu eenmaal - bewonderd worden om haar zielsvërrukkende eenvoud. Dat is het geval met de derde symfonie van de Poolse componist Henryk Górecki. Nu de eigentijdse muziek gepolariseerd is in 'nieuwe eenvoud' en 'nieuwe complexiteit' is er in die eerste categorie ruimschoots plaats voor Górecki - hij wordt al enige tijd gepropageerd door het Kronos Kwartet - en in het bijzonder voor die ongeveer 55 minuten durende symfonie. Het valt moeilijk te ontkennen: in het kader van de 'nieuwe eenvoud' is deze muziek exemplarisch. Je hoeft er volstrekt niet bij na te denken en voelt je opgenomen in een brede stroom van deinende strijkers, waarboven enkele malen een sopraan fijne melodische draden spint, puur en droevig, want in deze symfonie staat de nagedachtenis aan de Poolse slchtoffers van de Tweede Wereldoorlog centraal. Gelukkig is de sopraan hier de onvolprezen Dawn Upshaw en gelukkig staat de voortreffelijke David Zinman voor het even voortreffelijke ensemble London Sinfonietta. Glansrijk is ook de opname. Kortom, aan alle eisen is voldaan. Maar is het nieteen beetje navrant, r dat een eeuwenlange muzikale ontwikkeling via ingenieuze missen van de Oude Nederlanders, verheven late werken van Beethoven en het intellectualisme van de Nieuwe Weense School, blijkbaar kan uitmonden in zp'n ideeën-arme monster-symfonie, die nog bloedserieus genomen wordt ook. (AvdV) BRAND NEW HEAVIES 'A heavy rhyme experience volume 1' - Acid Jazz/Phonogram Aan de jazzfunk van de Britse formatie The Brand New Heavies ontbrak altijd iets. Hun met 'acid jazz' aangeduidde dansmuziek was vaak vrijblijvend, soms ronduit een slappe hap, hoewel Simon Bartholomew (gitaar), Andrew Levy (bas) en Jan Kincaid (drums) voortreffelijke musici zijn. Nadat de groep twee jaar geleden in New York optrad, raakten rap-acts als Gang Starr verzot op de muziek van de Heavies als basis voor jazzy raps. De samenwerking tussen de Britten en een aantal Newyorkse rappers op 'A heavy rhyme experience' blijkt nu een goede zet. Niet alleen komt de warme muziek van de Heavies de raps van Main Source, Gang Starr en de geweldige Black Sheep ten goede, maar de muziek heeft nu eindelijk een sterke inhoud. Naast 'old school'-raps van Kool G Rap en Masta Ace, voorzien de Heavies ook ragga-rappers als Tiger en Jamalski van de juiste begeleiding. En: geen sample te horen, slechts de funky grooves van de Brand New Heavies. Deze samenwerking is voor herhaling geschikt en gezien de toevoeging 'volume 1' in de titel zal een vervolg niet lang op zich laten wachten. (EQ) TOM WAITS 'Bofte machine' - Island/BMG Ariola Vijfjaar na de voltooiing van zijn trilogie 'Swordfishtrombones/Rain dogs/Frank's wild years' laat Tom Waits weer van zich horen met een volwaardig studio-album. Niet dat FT Tom Waits: houdt van tegenstellingen. de gorgelende surrealist uit Californië stil gezeten heeft in d( tussentijd. Hij acteerde in films (o.m. 'At play in the fields of the Lord'), schreef de muziek voor d Robert Wilson-opera 'The black rider' en componeerde de soundtrack voor Jim Jarmusch' 'Night on earth'. Ondanks al die interessante activiteiten is 'Bone machine' to het belangrijkste wapenfeit van» afgelopen vijfjaar. Tekstueel ongrijpbaarder dan ooit en muzi nog nooit zo elimentair extreem, voert Waits de luisteraar mee op duizelingwekkende achtbaanrit door hemel en hel. 'Hell is boiling over and heaven i full', stelt hij, om vervolgens iedi illusie over een hiernamaals te d vergeten met de opmerking dat 'we're all gonna be just dirt in th ground'. Waits houdt nu eenmai van tegenstellingen. Als tekstschrijver - veelal gesteundi zijn vrouw Kathleen Brennan hij als geen ander de belevinsgwereld van het kind te benaderen. 'I don't wanna grow krijst de 43-jarige zanger. Muzikaal heeft Waits 'Bone machine! zo kaal en simpel mogi gehouden met overwegend gitaa bas en het inmiddels voor hem typerende percussieve potten en pannen-geluid. Een organisch rommeltje, zo schijnt het. Maar schijn bedriegt. De iristrumente botsen en springen in een spann kader waarin alles tot in de punt geregeld is. Een bonte stoet aan stijlen passeert de revue: blues, gospel, punk, ballads, mambo, ja en wat al niet meer. Toch vorme zestien stukken een opvallende eenheid en zo laat 'Bone machifl zich ook het beste beluisteren. (1 BIJDRAGEN: ERIK QUINT ENAADVAN DERVEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 18