Popster zonder portefeuille 2; schaterlach De herwaardering van Nietzsches Cultuur Leidse Courant vrijdag 18 september 1992 Iedereen kent zijn naam als een vanuit de popwereld komende aanvoerder van de charitas. Wie het over Bob Geldof heeft, ziet daarbij een grote club artiesten die zich voor een goed doel inzet. Vrijwel nimmer denkt men dan ook aan de muzikant Geldof. Een probleem. Geen filosoof lijkt zo speciaal voor deze tijd geknipt als de bijna een eeuw geleden gestorven Friedrich Nietzsche. De verschijning in ons land van 'Herwaardering van alle waarden' onderstreept zijn grote betekenis. Een portret. door John Stoddart De organisatie van Live Aid - de kortstondige, door de media breed uitgemeten poging van de popwereld om de hongersnood in Afrika te be strijden - kan nauwelijk chaotischer zijn geweest dan de huidige weekin- deling van Bob Geldof. Bij de opsom ming van zijn programma wordt dui delijk waarom de 40-jarige Geldof nu nog vermoeider en verfomfaaider oogt dan in 1985. Hij heeft dagenlange interviewses sies achter de rug in München, Keu len, Berlijn en Hamburg voor de pro motie van zijn nieuwe solo-album, 'The happy club'. Hij heeft met zijn band, The Happy Clubsters, een eenmalig concert gegeven in Est land, waai- zijn muziek bijzonder po pulair is. En de dag ervoor maakte hij een stop in Andalusië voor de vijf tigste verjaardag van zijn zus. Op de morgen van het interview in de burelen van zijn platenmaat schappij in het westen van Londen was Geldof net naar Boedapest ge weest en om vijf uur opgestaan om zijn ontmoeting om negen uur met de Dalai Lama voor te bereiden. Zijn gesprek met de leider van de Tibe taanse boeddhisten werd opgeno men voor een nieuwe radio-ontbijt- show van Bob Geldofs eigen produk- tiebureau, The Big Breakfast. In de show, die vanaf 28 september op BBC 4 zal worden uitgezonden, zal Geldof verschillende wereldleiders interviewen. ,,Ik kan alleen maar met mensen praten die me interesseren", zegt hij met de ongekunstelde arrogantie van een man die dankzij zijn eigen wereldfaam zelden,of nooit voor een gesloten deur zal komen te staan. Ondanks de taalproblemen en de aanwezigheid van een tolk verliep het interview met de Dalai Lama goed. ,,Hij gaf de hele tijd van die on gelooflijk lange, ingewikkelde ant woorden op doodgewone vragen als 'Hoe gaat het met u?' Maar ik denk dat hij het leuk vond, omdat hij ge woonlijk niet vaak tegengesproken wordt". Een andere geïnterviewde is de Pale stijnse leider in ballingschap Yasser Arafat. Aangezien Geldof de meeste politieke en geestelijke leiders van de wereld al minstens eenmaal heeft ontmoet is het voor hem niet moei lijk ze voor zijn programma te win nen. „Ik bof', geeft hij toe in zijn na sale Ierse accent. Hij praat zoals al tijd snel. „Ik leef in mijn tijd en ik ben van mijn tijd. Ik kan iemand op bellen, iemand over wie ik heb gele zen, die me interesseert, en zeggen: 'Is het goed als ik langskom voor een kopje thee?' of 'Ga je mee iets drin ken?'. En dat doe ik ook echt. Ik leer de meest verbazingwekkende men sen kennen en praat dan twee of drie uur met ze. Dat vind ik leuk. Het amuseert me". Verveling Zoeken naar amusement klinkt als een wat frivool excuus om zomaar het leven van een volslagen onbe kende binnen te vallen. Het dient volgens Geldof echter een serieuzer psychologisch doel. „Ik moet razend druk blijven", legt hij uit. „Anders verveel ik me. Dat gebeurt erg snel en van verveling word ik depressief. Ik word voor een groot deel gemoti veerd door de angst voor depressie". Saai of vervelend is een interview met Bob Geldof in iedere geval niet, hoe vaak de termen ook opduiken in de conversatie. Hoewel hij misschien geen diepe peinzer is, toont hij zich een alert en eigenzinnig spreker met een aanstekende Ierse babbelzucht en een niet te stuiten woorden stroom. Via zijn depressies komt het gesprek op drugs. „Wanneer ik drugs uitprobeerde de den ze eerst wel wat ze veronder steld werden te doen. Maar na twee of drie keer verveelde dat me al". Een andere populaire remedie tegen de dagelijkse sleur, vakantie, ligt Geldof ook niet. „Paula (Yates, zijn vrouw) en de kinderen liggen nu op het strand in Australië, maai- ik ben niet zo goed in vakanties. Bovendien ben ik een hele slechte zwemmer". Warm bad Wat interesseert hem nu echt, in de mengelmoes van bezigheden waar mee hij zijn tijd vult? „Muziek", ant woordt Geldof onmiddellijk, opge wekt op een nieuw onderwerp over gaand. „Ik heb vaak gezegd dat mijn terugkeer in de muziek na Live Aid als een warm bad na een lange werk dag was. Muziek is het enige Waar ik echte bevrediging uit put. Het is een enorme catharsis. Ik weet dat men sen me hierom zullen weghonen, maar ik kan er niets aari doen". Zo assertief als hij op andere gebie den is, Geldof lijkt bijna verlegen wanneer hij het over zijn zeventien jaar als popmuzikant heeft. Hij vat zijn carrière samen als 'veranderlijk' en wijst erop dat „ze hier (bij Phono gram Records) nog nooit geld op me verloren hebben, en daarom hebben ze me op regelmatige basis inge huurd". Hij vertelt over zijn aan zienlijke succes in Duitsland, Scan dinavië en delen van Oost-Europa. Hij voorspelt dat zijn nieuwe single het goed zal doen in Italië. Maar de onaangename waarheid is, dat Bob Geldof thuis -zowel in Enge- land waar hij nu woont als in Ierland waar hij is opgegroeid - als persoon lijkheid bekender is dan zijn muziek (Geldof en de Verenigde Staten heb ben elkaar allang opgegeven). Na de onstuimige ontwikkelingen van de jaren tachtig is hij nu een beetje een popster zonder portefeuille gewor den. Zijn eerste band, het lichtge wicht rockgroepje dat zichzelf The Boomtown Rats noemde, deed het commercieel gezien goed in de nada gen van de punk. De band was echter al bijna in de vergetelheid geraakt toen Geldof in 1984 aan Live Aid be gon. Twee jaar later, toen het stof weer wat was opgetrokken, was Geldof beroemder dan ooit. Zijn muzikale carrière was evenwel totaal tot stil stand gekomen. „Ik had helemaal geen geld meer. Ik had geen andere baan en Live Aid hielp me muzikaal gezien geen stap verder. Het was een bijkomstigheid dat ik popzanger was. Dat was niet de reden dat oude dametjes in Ierland in de rij stonden om hun trouwring te 'verkopen. Ze waren niet geinteresseerd in wat ik buiten dat gebied om deed. En er wa ren een heleboel mensen die wilden dat ik de Robin Hood bleef uithan gen". Verwijzing Eind 1986 was Geldof terug met een nieuwe band, een vernieuwde zang stijl a la een astmatische Bob Dylan en een kleine hit, 'This is the world calling'. Veel critici beschouwden de titel van de plaat als een opportunis tische verwijzing naar zijn recente filantropische werk. Geldof haalt zijn schouders op. „Wat ik ook deed, het zat erin dat ik om die plaat aan de schandpaal genageld zou worden, maar ik was er tevreden mee. Ik vond dat Eric Clapton beter speelde op mijn plaat dan hij in jaren had ge daan. En 'ik kreeg de kans om door Europa te toeren met een paai- nieu we jongens die allemaal fantastische muzikanten waren. Dat vond ik ge weldig. Dat was ik!" schijnselen die op zich eenmalig zijn alsof ze een algemeen begrip verte genwoordigen. Zo dringt hij de we reld zijn eigen systeem op. Het is zijn manier om vooruit te komen in het leven; hij creëert vaste waarden en steunpunten om zich heen waarop hij zich kan orinteren, zo ongeveer als een woudloper die een bivak op slaat in de wildernis. Daar is niets tegen; hij moet dat bi vak, zijn o{d het oerwoud veroverde pleisterplaats, alleen niet verwarren met de werkelijkheid zelf. En dat is nu juist wat de mens hardnekkig blijft doen. Hij ontwerpt waarden, die ooit hun nut hebben gehad, maar maakt zich vervolgens slaaf van die waarden omdat hij er niet meer de betrekkelijkheid van begrijpt, zoals in het christendom is gebeurd. De mens is het slachtoffer geworden van de goden die hij zichzelf gescha pen heeft. Dionysos Net als Schopenhauer hecht Nietz sche veel meer belang aan het artis tieke denken, dat zich in een roes voltrekt en intuïtief is, dan aan het klassieke begripmatige. Dat helpt ons in het dagelijks leven en in de wetenschap wel vooruit, maar het geeft ons geen werkelijk inzicht. De muziek, voor Nietzsche de hoogste kunstvorm, is daarentegen oerbron van alle kennen, betoogt hij Nauw verwant met de bedwelmende kracht van de muziek is de Griekse god Dionysos. De Helleense cultuur, de bakermat van Europa, is eigenlijk voortgekomen uit het temmen van dat liederlijke, uitbundig erop los zuipende en vrolijk copulerende god- je; maar de getemde Dionysosn zit nog wel steeds in ons, dankzij hem kunnen we buiten onszelf treden en begrijpen dat het eigenlijke Zijn niets van doen heeft met het eigen maakwerk waai' wij doorgaans in le ven. Nietzsche was vier jaar oud toen het Communistisch Manifest van Marx de rijf Pf doo en Engels verscheen. Van he ndi lisme .verwachtte hij weinig maar hij heeft niet meer gezi nt. zeer deze doctrine de wereld greep, zou krijgen. Wat ont was als een strategie ders va.n hun ketenen te be eik werd een juk voor tientallen nen. Debet daaraan is voo ;er weest dat Marx en Engels 1 dij dachtenwereld niet als een ment wilden zien, als wapeigj. strijd, maar als absolute waar Het is een wezenstrek van ideologie dat zij pretende Ihc waarheid in pacht te hébb nd met veel bombarie overal heisP der ideologiën' wordt afgekon het nog maar afwachten i heilsleren zich over mi zullen schuiven, bij voorbeelt tatuur van de harde valuta. Nationalisme Vooralsnog lijkt het erop dat' box der passende antwoord zittf de communisme is weg, maar >er vooruitgangsgeloof van het I el soms aangeduid met de term t. nisme, heeft door het opkom le i tionalisme en de barbaarse t( tie beelden uit het grensgebied ek ropa, de Balkan, een enorme tei gekregen. De mens blijft onvi wc lijk, beseffen we, hij is een re lot die bejaardentehuizen, rou op een kerkhof en ziekei platschiet, de hele geschiet door. Nu we even niet meer weten daarmee aanmoeten en er ideologische windstilte hei Nietzsches stem luid en d rij] hoorbaar. Laten we het Idoi schaterlachend aanvaarden, ra meer vluchten in een ideologi e voor we knielen kunnen, sprak, met een kleine varia pr rathoestra. 1 lfi ve FRIEDRICH NIETZSCHB iln waardering van alle waarde taling: Thomas Graftdijk. I Boom. Prijs: 99. Misschien. Maar eigenlijk klinkt Bob Geldof meer als zichzelf - de on stuitbaar spraakzame, sjofele land loper - op zijn recentere platen, 'The vegetarians of love' en zijn nu nieu we 'The happy club'. 'The vegetari ans of love' werd geïnspireerd door een reis naar Louisiana, waar Geldof een paai- jaar geleden een televisie programma maakte. „Ik zag alle maal van die oude kerels Cajun-mu- ziek maken in een bar, ze gingen er echt voor, en ik dacht: als ik dat kan benaderen is dat wat ik wil doen". Cajun Met de hulp van producent Rupert Hine ronselde hij een aantal gelijk gestemde zielen van het Pinguin Café Orchestra en bracht hij in 1990 een album op de markt dat hij nu zelf 'The veggies' noemt. De plaat werd met echte Cajun-roekeloosheid in vijf dagen geschreven, gerepeteerd en opgenomen. „Ik dacht dat het misschien de laatste plaat was die ik zou maken. Het was de laatste van mijn contract". Van 'Vegetarians' gingen evenwel een 500.000 exemplaren over de toonbank. De plaat bereidde de weg voor de retro-pop van 'The happy club'. Daar had Geldof tien dagen voor nodig. Een groot deel van de nummers werd ter plekke in elkaar geflanst. Geldof plukte de woorden uit de lucht en de band fiedelde er een deuntje bij. Dwangmatig Zijn muziek is duidelijk een weer spiegeling van zijn dwangmatig rus teloze persoonlijkheid. „Ik heb ont stellend weinig geduld. Ik ben geen technologisch mens en ik word echt gek van het proces van platen opne men. Het verveelt me. Ik ben er ei genlijk helemaal niet goed in om popster te zijn. Waar ik van hou in muziek is datje de kans krijgt om je* zelf te verliezen". „Het is niet dat ik het applaus nodig heb. Ik kan dat als ik dat zou willen met zoveel andere dingen krijgen. Maar wanneer ik op het podium sta krijg ik daar zo'n kick van. Ik heb mijn hele leven lang nooit in een club of disco gedanst, maar daar sta ik' dan, daar spring ik in het rond; dan kan het me allenïaal geen moer sche len, ben ik volkomen op de muziek geconcentreerd". Hij grijnst inne mend. „Soms word je er ziek van om over jezelf te praten" (c) The Sunday Times, Londen Bob Geldof: 'Ik kan iemand opbellen, iemand over wie ik heb gelezen, en zeggen: Is het goed dat ik langskom voor een kopje thee?' die me foto rh ,r0 interesse! rs door Jan-Hendrik Bakker 'Misschien is er nog een toekomst weggelegd voor het lachen'. Een ci taat van de 19de-eeuwse, uit Pruisen afkomstige classicus, filoloog, mu ziekliefhebber, dichter en filosoof Friedridh Nietzsche. Zijn werk is een grote verzameling aforismen, waar van vele hun weg hebben gevonden naar kalenders, agenda's, schutbla den van romans, wetenschappelijke verhandelingen, encyclopedieën en bloemlezingen. Maar anders dan doorgaans het geval is met veel geci teerde wijsgeren is Nietzsche een buitengewoon scherpzinnige. Nietzsches woorden over de toe komst van het lachen komen uit zijn geschrift - men kan het raden - 'De vrolijke wetenschap'. In de filosofie hoort men dergelijke geluiden zel den. Daar gaat het ook om de toe komst, jawel, maar dan van het den ken, de mens, de moraal, of de we tenschap, en niet om zoiets profaans als de schaterlach. Nietzsche echter heeft de lach tot methode verheven. Optimist Het lachen heeft 'de filosoof met de hamer' geleerd van de 'hondse' den ker Diogenes, die twintig eeuwen eerder in het oude Athene de hoog geleerde Plato het bloed onder de na gels vandaan treiterde door er vro lijk op los te leven. Een losbol was Diogenes overigens niet, maar al leen met de lach viel het leven se rieus te nemen, vond hij. En ook Nietzsche heeft de lach tot systeem van zijn werk gemaakt. De man die de dood inluidde van God, Rede en Moraal was optimist, in tegenstel ling tot zijn geestverwant en voor ganger Arthur Schopenhauer. Het optimisme van Nietzsche heeft overigens niets te maken met 'slecht geïnformeerd pessimisme', want over de menselijke natuur wist Nietzsche meer te vertellen dan wel ke dominee uit zijn dagen dan ook, maar met welbewuste 'Lebensbeja- hung'. Er is geen andere antwoord op 'de ondraaglijke lichtheid van het schiedenis. En dan is er de legenda rische verhouding met het echtpaar Wagner. Nietzsche, die zelf .ook wel eens een muziekstukje schreef, ado reerde de Teutoonse componist aan vankelijk hartstochtelijk, later vond hij hem het toppunt van burgelijke decadentie, vooral toen Wagner een maal 'Parsifal' had geschreven. Hij was ook een goede vriend van Lou Salomé, de latere minnares van Ril- ke. Hij stierf in 1900, 56 jaar oud, elf jaar eerder was hij geestelijk inge stort; op het randje van de nieuwe eeuw, die hij zo diepgaand zou beïn vloeden. Beweging Het gedachtengoed van. Nietzsche is lastig samen te vatten. Het is in we zen zelfs onmogelijk, omdat het in strijd zou zijn met zijn opvattingen van wat denken eigenlijk is. Dat mag niet stollen tot gefixeerde begrippen, maar moet steeds in beweging blij ven. Een 'leer' heeft hij nooit achter gelaten. Hij sprak zich bij voorkeur uit in paradoxen, beeldrijke taal en scherpe polemieken. Zijn boeken zijn, anders dan die van vakfilosofen als Hegel en Kant, een literair genot. Volgens velen markeert Nietzsche het einde van de filosofie. Hij heeft, om een uitdrukking van Martin Hei degger te gebruiken, de metafysica 'am Ende' gedacht. Van Plato tot Hegel heeft de metafysica steeds ge probeerd de laatste grond van de werkelijkheid te denken. Maar de Waarheid bestaat niet, zegt Nietz sche, de waarheid is altijd en onont koombaar ónze waarheid. Dat is de consequentie van zijn beroemde uit spraak 'God is dood'. Het enige wat er is, is een voortdurende stroom, een dynamiek, waarin alles ver dwijnt en weer te voorschijn komt. In de nalatenschap noemt Nietzsche dat principe 'De eeuwige terugkeer van hetzelfde'. Vluchtigheid De mens probeert met zijn verstand greep te krijgen op de vluchtigheid van het bestaan, hij benoemt ver bestaan', zoals de formulering van Nietzsche-bewonderaar Milan Kiin- dera luidt. Want gaan we bij de pak ken neer zitten, we vervluchtigen toch even snel. Daarom moet de mens zichzelf overwinnen in de 'Übermensch'. Hij moet zijn noodlot in een zelfgeschapen lot omzetten. Over de nalatenschap van Nietzsche is veel te doen geweest. Zo heeft Nietzsches zuster er ongeremd in zitten knoeien, om daarmee het be grippenapparaat van haar broer ge schikt te maken voor de nazi's. Pas na de oorlog is duidelijk geworden wat een schade zij daarmee had aan gericht. De 'Nachlass' is aanvanke lijk door zusjelief gepubliceerd onder de titel 'Die Wille zur Macht'. Een ti tel die Nietzsche niet zelf gekozen heeft maar de nazi's wel aanstond, en die eenzijdig een bepaald aspect uit de laatste jaren van Nietzsches ontwikkeling belicht. 'Herwaarde ring van alle waarden' is een veel al gemenere en tegelijk ook meer Nietzscheaanse titel. Hoofdpijn Van Nietzsches kluizenaarsleven zijn de kleurrijke details overbe kend. Hij leed aan syfilis. Deze aids van de negentiende eeuw had hij van zijn vader geërfd, en zou verant woordelijk zijn voor een leven lang hoofdpijn. Beroemd is de otnhelzing van het blinde paard, aan het eind van zijn leven toen de eenzaamheid hem te veel werd. Nietzsche geest was toén al geheel verduisterd. De gebeurtenis is een bijbels tafereeltje geworden uit de Westerse cultuurge- Lekke ballonnetjes Nietzsches invloed op onze tijd is enorm. Van de 19de-eeuwers hebben aanvankelijk vooral Hegel en Marx hun stempel gezet op Europa. Maar nu het communisme is ingestort en ook andere ideologieën (christen dom en humanisme) als lekke bal lonnetjes verschrompelen, wordt Nietzsches aanwezigheid overal zichtbaar. Velen zien hem als de va der van het huidige postmodernisme en de Franse structuralisten, als de man die het instrumentarium lever de waarmee de destructie van het ideologisch denken werd ingezet. Nietzsche heeft ook aan de wieg ge staan van het existentialisme en de psycho-analyse. De verschijning in ons taalgebied van 'Herwaardering van alle waar den' is een gebeurtenis die in intel lectuele kring blosjes van opwinding teweeg heeft gebracht. Bijna dui zend bladzijden uit de beroemde 'Nachlass' van de schrijver zijn door Thomas Graftdijk over de grenzen van het beperkte academische mi lieu heengetild, zoals de Nederland se dichter Hendrik Marsman dat voor de oorlog al met zijn vertaling van 'Also sprach Zarathustra' deed. Nazi's Archieffoto Lou Salomé, Paul Rée en Friedrich Nietzsche, samen op de foto 1882). Lou arrangeerde de prent. Let op het zweepje dat zij in de hand heeft. Van Nietzsche is immers de uitspraak: 'Als u naar de vrouwen gaat, vergeet de zweep dan niet'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 16