Schipper kan 'idiote' informatie niet missen finale Dmitry Shapko: Jonge Rus klinkt als Dexter Gordon Ccidóc Qowiant Schippers woedend op NOS HILVERSUM De NOS heeft zich de woede op de hals gehaald van schip persverenigingen en Rijkswaterstaat door de uitzendingen van de waterstanden vanaf 1 oktober te beëindigen. De Nederlandse binnenvaart kan deze informa tie, die dagelijks rond half tien wordt uitgezonden, nog niet missen, vinden de klagende partijen. Zij willen eerst een onderzoek. Het NOS-bestuur besloot in maart van dit jaar om de zogenaamde uitzendingen voor doelgroepen van Ra dio 5 te weren. Dit om plaats te maken voor programma's die passen in het be leid van de 'zenderkleuring'. Ook de land- en tuinbouwberichten moeten hier door wijken. Bij de NOS vindt men bovendien dat er andere mogelijkheden zijn om de schippers de informatie te leveren. De schippers stellen dat autotelefoon en Teletekst te vaak onbruikbaar zijn door storingen. Voor het bepalen van hun hoeveelheid lading zijn zij aangewezen op de waterstanden van de grote rivie ren. Rijkswaterstaat en de schippersverenigingen, die vinden dat de NOS de mogelijke gevolgen van de beslissing eerst moet onderzoeken, willen in augus tus met de NOS om de tafel in een poging de uitzendingen voor nog eens drie jaar veilig te stellen. De kans dat dit gebeurt, wordt door een NOS-woordv.oer- der als nihil omschreven. ZATERDAG 1 AUGUSTUS 1992 PAGINA D3 Schippers luisteren dagelijks naar de waterstanden op de radio. Wat voor buitenstaanders oersaai is, bepaalt voor hen de hoeveelheid lading die ze kunnen meenemen. VAN MULKEN I FOTO: PETER ROTTERDAM/LELYSTAD - „Konstanz... 366... min 1". Het voorlezen van de waterstanden op Radio 5 duurt dagelijks vijf minuten. Terwijl onwetende luis teraars gefascineerd dan wel ge ïrriteerd luisteren, krabbelt de bemanning op de schepen driftig mee. Zo ging dat 58 jaar geleden en zo gaat het tot 1 oktober. Het NOS-bestuur besloot vanaf die datum de dagelijkse portie „vol komen idiote informatie" (Ra dio 5-coördinator Jan Haas broek) uit de ether te halen. Of kunnen de schippers dit tij nu wel eens keren? De eendracht in schippersland valt te verklaren uit het gezamenlijke belang van de beroepsgroep. Het 'wassen' en 'vallen' van de rivieren bepaalt voor on geveer 5500 binnenvaartschippers hoe veel lading zij kunnen meenemen, hoe diep hun schepen in het water mogen liggen. Wie te veel laadt en op de bo dem vastloopt, krijgt geen verzekering zo gek de kosten van het lostrekken te betalen. „Had je maar beter naar de waterstanden moeten luisteren", rea geert men daar. Er zijn zelfs tevoren vastgestelde (extreem) lage waterstan den waarbij de schippers een toeslag op lading krijgen, omdat de tocht anders niet rendabel zou zijn. Daarbij komt nog de veiligheid op het water: bij laag water is de vaargeul smaller. Geheime codes Het eerste voornemen om de uitzen dingen met de waterstanden te schrap pen dateert uit de oorlog. De bezetter vreesde dat de waterstanden in werke lijkheid geheime codes voor het verzet bevatten. Hemel en aarde werden be wogen om de nautisch onkundige Duit sers te overtuigen van- het nut van de gegevens, waarop dezen de gegevens pas na lezing liet uitzenden. Anno 1992 moeten schippersverenigingen en Rijkswaterstaat de NOS op andere ge dachten brengen. Tijdelijk overigens: „We hebben over twee of drie jaar nieuwe informatiesystemen voor alle schippers. Maar nu zijn die er nog niet," zegt K. Wierenga, hoofd Berich tencentrum bij Rijkswaterstaat. De ge gevens voor de nieuwslezer worden door zijn dienst vanuit Lelystad gele verd. Niet alleen Wierenga's dienst, maar ook de hoofddirectie van Rijks waterstaat stellen zich op het standpunt dat de waterstanden nog niet uit de lucht kunnen. Henk van Hoorn, plaatsvervangend di recteur radio bij de NOS, luisterde ook wel eens naar de waterstanden. "Het heeft wel iets," zegt hij over de mystiek van de onbegrijpelijke plaats- en cijfer reeksen. Een enkeling gebruikte de vijf minuten wellicht als rust-therapie, Van Hoorn weet dat dergelijke uitzendin gen voor doelgroepen het grote publiek van de zender afjagen. De 'zenderkleu ring' bij de NOS moet daar een einde aan maken. Van Hoorn: "We willen de hele dag een pakket radio bieden dat geschikt is voor een breder publiek. Daarin passen de waterstanden niet. Evenals de land- en tuinbouwberichten, die verdwijnen ook. Dat soort informa tie kunnen de regionale zenders beter verzorgen. De schippers hebben toch ook Teletekst, de autotelefoon en de marifoon?" vindt Van Hoorn. "Onzin," zegt Wierenga van de Berich tendienst. "De waterstanden zijn voor de schippers die juist niet regionaal werken. De Waal, de Rijn, de Neder- rijn-Lek, de IJssel, de Maas... dat gaat allemaal naar het buitenland en terug". Volgens Wierenga zijn de autotele foon, Teletekst en de marifoon welis waar alternatieven voor de uitzendin gen op de FM-band, maar deze midde len zijn niet altijd even goed bruikbaar. "Voor Teletekst moet je het schip stil leggen omdat je anders niets ontvangt en nog lang niet alle schippers hebben autotelefoon aan boord. Bovendien werken die niet overal", aldus Wieren ga. Zijn dienst is wel al bezig een infor matiesysteem via een computer aan boord en (toch) een 06-lijn te maken. Verrast „Na al die jaren zo'n maatregel zonder overleg". Wierenga en diens chef Scha- fer kunnen zich het telefoontje niet her inneren waarin de NOS de beslissing aankondigde of besprak. Schafer: „Ter wijl we altijd zo'n goed contact met ze hadden". Ook bij de schippersvereni gingen waren ze verrast, blijkens de op merking van secretaris R. Zwiers van de koninklijke schippersvereniging Schuttevaer: "We hebben de NOS kort voor hun besluit zelfs nog gevraagd de waterstanden eerder uit te zenden, tus sen zeven en acht 's ochtends in plaats van om half tien. Dan kunnen de schip pers ze nog gebruiken voor hun lading van die dag". „Wat doet de rivier?" Op de Onafhan kelijke Schippersvereniging (ONS) worden ze nogal eens gebeld door schippers die in het buitenland geen waterstanden konden luisteren. „Of er worden'familieleden ingeschakeld om in Nederland de waterstanden te luiste ren, zodat ze die later telefonisch door kunnen geven" zegt J. de Vries van ONS. Ook bij de Koninklijke Schip persvereniging Schuttevaer kennen ze het belang dat de schipper aan informa tie hecht: "Een centimeter kan het ver schil betekenen van twee tot acht ton lading meer of minder, afhankelijk van de grootte van het schip," zegt Zwiers. „De schippers laden hun schip op die gegevens af. Als er wordt gezegd een centimer stijging bij Keulen, dan weet een schipper dat een dag later die stij ging bij Duisburg is, en weer een dag la ter bij Nijmegen". In Duitsland is een proef om de water standen uit de ether te halen inmiddels teruggedraaid. Of de zenderkleuring in Hilversum ook voor enkele minuten zal wijken, is echter de vraag. De schip persverenigingen en de berichtendienst van Rijkswaterstaat hebben om een ge sprek verzocht. "Als daar niets uitkomt zou het kunnen zijn dat minister Maij (verantwoordelijk voor rijkswaterstaat, red.) met minister D'Ancona (verant woordelijk voor de NOS, red.) om de tafel gaat zitten. Die laatste zal sowieso een oordeel moeten vellen omdat een besluit van het NOS-bestuur alleen door de minister kan worden herroe pen. Zwiers: "Kijk, over een paar peil- stations valt te praten, die kunnen er misschien uit. Maar dan praten we over enkele seconden tijdwinst, meer niet". Van Hoorn: "Misschien zouden we moeten bekijken, als die schippers die berichten toch eerder willen hebben, of we niet vóór zeven uur 's ochtends iets kunnen regelen. Op*lie tijd is Radio 5 nog niet in de lücht. Later is uitgeslo ten, dat weet ik zeker". Personeel Bij het Berichtencentrum in Lelystad zal een dergelijke vervroeging on overkomelijke problemen opleve ren. De gegevens van de peilstations in het buitenland kunnen daar niet eerder dan half acht 's ochtends binnen zijn. „Het zou in ieder geval tot een verho ging van de personeelskosten leiden," aldus het algemeen hoofd Schafer. Hij weet nog wel een paar redenen waarom de waterstanden op de radio moeten. „Wat bijvoorbeeld te denken van de ca ravans en de koeien die in de uiterwaar den staan?" Dmitry Shapko: ,Jazz maken met liefde voor de traditie I FOTO: REMY WVLMS DEN HAAG Hij heeft jazz Ie ren spelen door tussen de staatsstoringen door naar The Voice of America te luiste ren. Naar het programma van de Amerikaan Willis Connover. Diens Jazz Hour begon met El lingtons Take the A train' en heel jazzliefhebbend Oost-Euro- pa zat ervoor met het oor tegen de luidspreker. In het geniep. Ook Dmitry Shapko, een jonge Rus uit de plaats Ufa in de Oeral. Dmitry Shapko heeft Rusland inmid dels tijdelijk achter zich. Hij is in Ne derland beland. Blijven steken eigen lijk, want hij had een uitnodiging van jazzleraar Dave Liebman om op de be faamde Berklee School of Music verder te studeren. Shapko had in Rusland een bandje gemaakt en dat aan een Ameri kaan meegegeven. Die moest het over handigen aan jazzpublicist Jamey Ae- bersold. Het kwam via-via in handen van Liebman. Shapko kreeg diens invi- tatiebrief drie maanden te laat door de post thuis bezorgd en had daarna moei lijkheden om een visum voor Amerika te krijgen. Maar Liebman gaf ook op het Koninklijk Conservatorium in Den Haag les. Dus pakte Shapko alsnog z'n koffers en volgde een aantal workshops van hem in de Nederlandse residentie. Hier speelt de jonge tenorsaxofonist in middels samen met onder anderen Rob Agerbeek en Hein van der Gaag. Shap ko is een klein wondertje uit de koker van de jazzcommunicatie. „Ik luisterde stiekem, zoals zovelen, naar het pro gramma Jazz Hour van The Voice of America", vertelt hij. „Daar sprak je natuurlijk niet in het openbaar over, want dat kon je lelijk opbreken. Ik had zelf een klassieke basisopleiding gehad. Onder meer van mijn moeder die op het plaatselijke conservatorium les gaf. Ik kom uit een muzikale familie. Mijn vader is klarinettist en mijn grootvader was een beroemde klassieke zanger. Van de radio pikte ik de jazz op, leerde ik allerlei vormen van improvisatie ken nen en ik begon stukken na te spelen. Lesboeken voor jazzmuziek waren er niet. Wat er in omloop was, was soms wel tien keer van elkaar gekopieerd". Hij kreeg aanvullend jazzmateriaal van ervaren muzikanten die door het land trokken met dansorkesten en voor het bal begon nog even een uurtje pure jazz speelden voor collega's en liefhebbers. Heiligen Willis Connover (z'n naam is een ver bastering van de achternaam Couwen- hoven; hij is van Nederlandse afkomst) mag je bijna de vader van de jazz in Oost-Europa noemen. Jazzcriticus en - muzikant Ruud Kuyper speelde ooit in Joegoslavië op een festival waar Con nover eregast was tezamen met pianist John Lewis. Kuyper: „Ze werden er bij na als heiligen van de jazz begroet". Dmitry Shapko vertelt nog een fabu leus verhaal rond de legendarische jazz - presentator. Op een gegeven ogenblik hoort hij in diens Amerikaanse pro gramma de Russische jazztrompettist Valerie Ponomarev spelen. In Rusland heëft hij hem nog nooit gehoord. Pono marev is op dat moment een van de Jazz Messengers van drummer Art Bla- key. Shapko: „Ik was zo verbijsterd dat een Rus zo goed jazz kon spelen, dat ik er tegen vrienden over begon. Ssstt, waarschuwden die onmiddellijk, wist je dat niet? Ponomarev heeft jaren in Rusland in allerlei obscure clubs moeten spelen, hij is naar Amerika ge gaan en zijn naam kun je hier nu beTer niet noemen. En", vervolgt Shapko, „weetje hoe Ponomarev jazz had leren spelen? Via datzelfde Jazz Hour van Willis Connover. Ponomarev kende het repertoire van Art Blakey daarvan zó goed, dat hij zonder repeteren met The Jazz Messengers kon meespelen. Bla key was verbijsterd". Archie shepp De 29-jarige Dmitry Shapko geeft de indruk voor jazz en jazz alleen te leven. Wanneer ik hem zie op het North Sea Jazz Festival waar hij met pianist Rob Agerbeek speelt, ziet hij saxofonist Ar chie Shepp binnenkomen. „Hem moet ik horen", zegt Shapko gehaast. „Ik heb hem nog nooit 'live' gehoord, en ik ben net zoals hij nogal experimenteel be gonnen. Hij schijnt ook weer terug te zijn bij een klassiekere manier van jazz improvisatie". Na het concert van Shepp zie ik hem weer. Shapko is te leurgesteld. Heeft niet gehoord wat hij verwachtte. Hij komt ook even kijken bij een groep zeer jonge Haagse jazz musici-conservatoriumstudenten, maar besluit toch maar niet mee te 'jammen'. Het niveau is hem duidelijk te ongelijk. Shapko neemt z'n jazz en zichzelf se rieus. Hij heeft z'n 'klassieken' grondig bestudeerd. Niets nieuws voor een jazz muzikant. Maar op de Nederlandse conservatoria krijg je daar riant de ruimte voor. Shapko moest 't allemaal achter de Russische stoorzenders van daan pulken. Wat de toon betreft die hij uit zijn tenorsax haalt, zou hij een kind van wijlen Dexter Gordon kunnen zijn. „Ik houd erg van Gordon, maar ik houd ook van Coleman Hawkins en Lester Young. Ik wil in m'n spel de bin ding met die traditie bewaren". Trots We zullen Dmitry Shapko nog wel even in Nederland blijven tegenkomen. Op allerlei plekken waar jazz gemaakt wordt. Maar uiteindelijk wil hij toch te rug naar Rusland. Hij is trots op z'n Russische cultuur, trots op zijn geboor testad Ufa waar ook Rudolf Nurejev vandaan kwam. En hij is blij dat hij als Rus midden tussen de jazzgroten op het North Sea Jazz heeft kunnen spe len. „Vorig jaar was er nog een Oosteuro- pese avond" zegt hij. Hij kijkt er wat moeilijk bij. „Eén zaal met allerlei mu sici uit het voormalige Oostblok bij el kaar". Dat hoeft voor hem dus niet zo. Er is geen verschil tussen jazz daar en jazz hier. Russische jazzmensen horen niet apart. Dmitry Shapko hoort bij de grote traditie. „Een traditie die het waard is om van te houden" zegt hij. „We moeten goed oppassen wat we ermee doen. Als we 'm niet verder dragen, gaat hij verloren. Ik wil met liefde voor die traditie mijn muziek maken".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 23