Zwerver voelt zich geen idealist, maar realist Meyer niet nerveus, maar wel opgewonden Olympische Spelen D 10 Leidse Courant zaterdag 25 juli 1992 i „Nee", zegt Ron Zwerver in het res taurant van 'zijn eigen' Bankrashal, nabij de zaal waar hij tientallen liters n zweetdruppels achterliet, „ik n 'juist helemaal geen dromer, of ialist, zoals ik vaak ben omschre- n. Ik ben een realist". ant, wil de Amsterdamse volley- Ier maar zeggen, het is uiteinde- toch allemaal zo gelopen als hij f min of meer heeft voorspeld. In- rdaad deden zich al enkele jaren leden voldoende mogelijkheden or om bij voorbeeld in Italië een lu- itieve verbintenis te signeren, 'erver verhoogde met elke weige- ig evenwel zijn marktwaarde, met i gevolg dat hij uiteindelijk het vet- contract op zak heeft dat een Ne- rlandse volleyballer ooit binnen- epte. ink zij de steenrijke voorzitter Be- tton van de Italiaanse topclub eviso gaat hij vanaf volgende tand als een miljonair door het le- i. Elke vergelijking met collega's, al eerder voor het geld kozen, at volgens hem mank. „Na een ir heb ik iedereen ingehaald", ver st hij naar zijn contract, dat naar 'luidt 1,3 miljoen gulden op jaar- lectie die, onder leiding van bonds coach Arie Selinger, later zijn assis tent Harrie Brokking, maar nu toch weer Selinger sr., met de oogkleppen op richting Barcelona koerste. Zes jaar gunde Zwerver zich om zijn doel te bereiken. Hij moest constateren dat voor anderen die tijd te lang was. Jan Posthuma ging als eerste naar Italië, nadat coach Arie Selinger al op jacht was gegaan naar de Japanse yen. Zijn beste volleybalvriend Peter Blangé koos twee jaar geleden voor het geld, Ronald Zoodsma en Rob Grabert deden hetzelfde. Verwijten Zwerver verweet zijn ploeggenoten destijds die stap. „Maar", zegt hij, „achteraf kun je stellen dat die zes jaar in feite te lang was. Een termijn van vier jaar is eigenlijk beter. Dat fealiseer ik me op het ogenblik. Zo als ik ook weet dat ik fouten heb ge maakt. Ik ben er bij voorbeeld achter dat er binnen een collectief ruimte moet zijn voor meerdere karakters. Iedereen steekt nu eenmaal anders in elkaar, daar kan ik thans wel be grip voor opbrengen". Wie twee jaar geleden met Zwerver over laten bestaan dat hij zichzelf om de tafel zat, ontmoet anno 1992 bereiken, dan worden we olympisch kampioen. Het doel wat we ons heb ben gesteld ligt hoog, maar het is haalbaar". Zwerver maakt zo vlak voor de Olympische Spelen een relaxte in druk. „Omdat ik er van ben over tuigd dat alles wat je ergens instopt er ook weer uitkomt. Sinds de wed strijden voor de World League tegen Italië, begin deze maand, hebben we met z'n allen het gevoel dat we goed bezig zijn. Dat het zo langzamer hand begint te kloppen. Ik heb dat gemerkt aan uitlatingen van team genoten. Jij hoeft niet alles alleen te doen, wij zijn er ook nog, hoorde ik dan. Een groot moment vond ik het onlangs dat onze spelverdeler Peter Blangé zelf vroeg om een wissel, om dat hij niet meer wist waar hij de bal len heen moest sturen. Zijn vervan ger Avital Selinger zette ons vervol gens weer op het juiste spoor. Dat vond ik een perfect gebaar van Blan gé". Onvervangbaar Met een uitspraak als 'ik ben onver vangbaar' heeft Zwerver er in de af gelopen weken geen misverstand 'ijsmaken vraag is natuurlijk of Ron Zwer- bovendien een realist is als hij 'eekt over olympisch goud. Over ee weken bestaat daarover duide- cheid. De exact twee meter lange lette van het Nederlandse volley team: „Wij zijn niet het enige d dat kans maakt op goud. De renigde Staten, het GOS, Brazi- j, Cuba, Italië en Holland zijn de j_ jtididaten. Ik maak me zelf in elk tel telkens wijs dat ik in het beste lm van de wereld speel. Als wij al- ieder voor zich, onze topvorm hoog inschat. Terecht ook merkt hij op dat hij in de Nederlandse sport wereld behoudens de atleet Erik de Bruin geen ander kan ontdekken die dermate fanatiek te keer is gegaan in de afgelopen jaren. De schijnwer pers zijn daarom vooral op hem ge richt. Hij voelt vanwege die consta tering overigens geen extra druk op zijn schouders. „Op dit moment in elk geval niet, maar wie weet sta ik straks stijf van de zenuwen. Ik heb me voorgenomen vooral er van te ge nieten. Ik voel me nu gewoon fijn, zeker van mezelf. Ben ik dan soms door iemand te vervangen? Nee, „Ik ben trots dat ik het zo heb ge daan", verwijst Zwerver naar zijn manier van handelen, waarin het ei gen belang ondergeschikt werd ge maakt aan dat van het team. Ooit, in 1986, begon de opbouw van een se- een ander mens. Hij verafschuwde altijd de praatjes over mooie auto's en horloges, die sommigen van zijn ploeggenoten er op na hielden. Wij- jaar er voor moeten zorgen dat ik n dat leek er toch niet in te zitten. En dan ga je denken: tja, maar ik wil wél een medaille. Er móét gepresteerd worden. Gegeven het feit dat we spreken over een redelijk korte termijn heb ik er nu vrede mee dat het allemaal zo is gelopen. Ik moet zeggen dat we nu zelfs in een heel goede harmonie met elkaar samenwerken. We zijn, denk ik, allemaal een beetje veranderd, ook de jongens uit Italië". Zelfvertrouwen De terugkeer van Arie Selinger heeft volgens Zwerver veel ten goede ver anderd. „Tijdens het EK van vorig jaar voelde ik mij niet lekker. Ik mis te iets. Vandaar dat ik heb gepleit voor de terugkeer van Selinger. Vol- leybaltechnisch was Brokking ook erg goed, maar met de terugkeer van' Selinger is het zelfvertrouwen weer gegroeid. Daér ontbrak het aan". Zwerver spreekt de hoop uit dat Se linger eveneens aan het team blijft verbonden tijdens de finalestrijd om de World League, het toernooi dat volgt op het olympisch toernooi. Daarna gaat ieder zijns weegs. „Dan komt er voor mij weer een nieuw doel", stelt Zwerver. „Ik ben nu 25 jaar. Ik zal in de komende vijf zend naar een fraai klokje om zijn pols: „Kijk, wat ik nu draag. Ik loop vandaag de dag ook met zo'n ding om m'n pols. Ik betrap mezelf erop dat ik informeer bij Peter Blangé of die BMW van hem lekker rijdt". Het was ook nog slechts twee jaar ge leden dat Zwerver uiteindelijk aan de basis stond van de breuk met de nu weer teruggekeerde Blangé en Zoodsma. Hun rentree heeft hij kun nen accepteren. „Zoodsma is een at leet, een groot talent. Blangé heeft fluwelen handjes. Hun vertrek was in menselijk opzicht de grootste te leurstelling in mijn sportloopbaan. Twee jaar geleden dacht ik nog dat we met anderen hetzelfde doel zou den kunnen gaan bereiken. Maar financieel onafhankelijk kan spelen. Daar is straks wat mij betreft alles op gericht. Mijn werkgever is dan nummer één. Pas daarna komt even tueel het Nederlands team". Omdat de NeVoBo nog geen duidelij ke koers heeft uitgezet, weet Zwer ver niet of het afscheid definitief is. Die vraag is voor hem op dit moment ook niet zo interessant. De missie is bijna volbracht. „Wat gaat de bond doen? Wie wordt de nieuwe coach? Ons is niets ge vraagd. Het is ook aan de bond om dat te bepalen. Destijds stond de bond trouwens ook niet aan de basis van het later gevoerde beleid. Het was een initiatief van een stelletje spelers. En niets anders". Gal SP W Elana Meyer deelt de koppositie tijdens een race in Hengelo. Uitgerekend op Nederlandse bo dem smaakte Ela- I na Meyer het ge noegen zich voor het eerst officieel in wedstrijdverband buiten haar ei gen continent te meten met andere wereldtoppers. Het leidde, zei ze, niet tot nerveuze gevoelens. „But I am exicted". Een atlete over de tra lies van een sportboycot, die na lan ge onderhandelingen op het hoogste niveau wegsmolten. De wereld kent Zola Budd als het atletieksymbool uit een land dat door een jarenlange sportboycot uit de uitslagenkolommen werd geweerd. Elana Meyer loopt echter minstens zo snel als haar landgenote. Zij is nog slechts wereldberoemd in Zuid-Afrika. een gegeven moment toch naar ver langen. Ik zat vorig jaar tijdens het WK in Tokio op de tribune als meer dan belangstellend toeschouwer. En toen had ik wel iets van: hier had ik ook kunnen lopen". Het is thans zo ver dat Elana Meyer zich samen met nog 79 atleten uit Zuid-Afrika op olympisch niveau kan presenteren. „Dat geeft een kick", zegt de hardloopster, die 7 au gustus in Barcelona op de tien kilo meter zal uitkomen. „Nee, ik ben niet nerveus. Ik ben wel vreselijk op gewonden. Het is vreemd om tegen mensen te lopen, die je alleen maar van de video-banden kent. In Zuid- Afrika kent iedereen elkaar door en door. Ik heb van Zola Budd overi gens wel begrepen dat het er heel an ders aan toegaat. Bij de bochten is het keihard knokken voor je plaats. Mede daarom doe ik ook aan de tien kilometer mee. Dan kun je je iets aan het strijdgewoel ontworstelen". Het laat zich raden dat Elana Meyer voor honderd procent achter de her vormingen in haar land staat. „Ik heb het verschil tussen blank en zwart nooit willen zien", zegt ze. „Als atleet maak je onderdeel uit van het systeem. Je kunt er verder niets tegen doen. De huidige ontwikkelin gen juich ik dan ook toe. Pas nu kun je ook iets terugdoen. Ik geef atle- tiek-clinics voor jeugdige zwarte at- Op tijd Voor Elana Meyer komt het ophef fen van de sportboycot precies op tijd. Lange tijd stond ze in de scha duw van Zola Budd, die na haar hu welijk inmiddels Pietersè heet. Vol gens Meyer is het voormalige sterre tje, dat in 1984 al aan de Olympische Spelen van Los Angeles deelnam op een Brits paspoort en uiteindelijk bezweek aan de gigantische politie ke en publicitaire druk die op haar schouders ruste, volwassener gewor den. „Ze is getrouwd, ze is ouder en wijzer". Twee jaar geleden versloeg Meyer haar rivale voor het eerst. In 1991 liep ze de beste seizoentijd op de 3.000 meter (8.32,00) en 5.000 meter (14.49,35). Op 1 november 1991 ver beterde ze in Cape Town het wereld record op de vijftien kilometer met een tijd van 46.57 minuut. De Zuida- frikaanse records op de drie, vijf en tien kilometer zijn alle in haar bezit. „Ik kan, verwacht ik, nog veel snel ler. Ik ga me richten op de wereldre cords op de vijf en tien kilometer. Dat hoeft niet vandaag, ook niet morgen, maar eens zal ik in staat zijn de snelste tijd op deze afstanden te lopen. Ik vind het nu al fantas tisch om in Barcelona te mogen lo pen. Natuurlijk is het dan prachtig om een record te breken, maar al leen al mijn aanwezigheid op de Spe len is voor mij iets aparts", houdt ze de olympische gedachte van liever deel te nemen dan te winnen ge meend staande. Sensatie Elana Meyer, die het lopen met een studie bedrijfskunde combineert, verwacht later vooral op de mara thon haar slag te kunnen slaan. Vooralsnog probeert ze succes te boeken op een kortere afstand, de 10.000 meter, die ze overigens pas driemaal in haar leven in een wed strijd afwerkte. „De marathon lijkt me een sensatie, maar daar wil ik de eerst komende jaren liever nog niet aan denken". Zoals ze ook de recente discussie over de deelname van Zuid-Afrika aan de Spelen slechts zijdelings heeft gevolgd. „Het was meer dan een gerucht natuurlijk, maar bewust heb ik me afgesloten van al die ver halen. Voor mij geldt al enige tijd maar één doel en dat is Barcelona. Daarop ben ik gefocusd. Het zou slecht zijn geweest voor de sport in dien wij niet hadden kunnen deelne- Dat in Zuid-Afrika, waar de laatste maanden de gevechten in alle hevig heid weer dagelijks losbarstten, nog niet alles koek en ei is hoeft niemand Elana Meyer te vertellen. Per week loopt ze gemiddeld 120 ki lometer en bij voorkeur waagt ze zich in alle stilte al om zes uur op straat in haar huidige woonplaats Stellenbosch nabij Kaapstad. „Het is min of meer noodzaak om een gaspistooltje op zak te dragen", zegt ze. „Maar daar ben ik inmiddels wel aan gewend geraakt. Ik ben zelf nooit lastig gevallen, maar ik ken wel nare verhalen van anderen". Elana Meyer is voor de media een interessant object, omdat ze hard kan lopen. Maar vooral omdat ze 25 jaar geleden in een land werd gebo ren dat sinds 1960 als gevolg van een apartheidsregime verstoken bleef van internationale sportcontacten. Het is daarom dat ze eerst op Schip hol, later aan de vooravond van een Grand Prix-wedstrijd in Stockholm, maar deze dagen ook Barcelona tel kens zal moeten uitleggen hoe de topsporter uit Zuid-Afrika zich heeft gevoelt^ als een geketende sporter in eigen land. Jos Hermens, ex-atleet en thans at- letiekmanager, heeft haar voorspeld dat vragen van politieke aard haar pad onverbiddelijk zullen kruisen. Meyer beantwoordt ze aanvankelijk vriendelijk, maar zal vervolgens toch opmerken dat ze er natuurlijk ook niet de hele dag bij stil staat. „I just love to run", speelt ze dan weer de onnozele dame. foto Jacques Zorgman on Zwerver, thans een optimist: „Als we allen in topvorm zijn, kunnen we olympisch kampioen worden". Ron Zwerver stelde zich zes jaar geleden een doel. Met het volleybalteam wilde hij een olympische gouden medaille veroveren in 1992. Nadat hij een weg bewandelde met de nodige obstakels, langs hoogte- en dieptepunten is hij thans twee weken van het eindpunt verwijderd. Aan de vooravond van de Spelen is hij optimist. Isolement De pijn over het niet mogen concur reren met atletes van waar ook ter wereld was voor Elana Meyer vorig jaar voor het eerst hevig voelbaar. „Ik had me er altijd bij neergelegd dat ik me niet kon meten met de an deren. We kenden de Olympische Spelen als het grootste sportevene ment ter wereld, maar door het iso lement was het onrealistisch te ver onderstellen dat je er zelf aan kon deelnemen. Omdat de politieke situ atie in ons land zich in de afgelopen jaren wijzigde en de geluiden over het opheffen van de sportboycot steeds sterker werden, ging ik er op

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 31