De vette jaren voor het
peloton lijken voorbij
Ferry de Groot: Elke keer lijk
ik weer een jeugdherbergvader
Tour de France
ficidócGotnant
ZATERDAG 4 JULI 1992 PAGINA 37
Jelle Nijdam: na drie overwinningen mag ik eerder naar huis.
door Henk Lankester
Zundert Als het Jelle Nijdam is
gegeven om in de eerste week drie
etappes te winnen, ontbreekt hij in
het moegestreden peloton dat zon
dag 26 juli in Parijs de Champs Ely -
i sées opdraait.
i De 28-jarige Brabander wordt de
laatste week van juli vader en zou
dolgraag de geboorte van zijn eerste
kind meemaken. „Een heel mooi
J moment in je leven lijkt me dat. Ik
zal er op de fiets wel een paar keer
aan denken. Maar Raas hoeft niet
bang te zijn dat ik eerder afstap. Of
ik moet drie etappes winnen. Dan
heb ik mijn werk gedaan en kan ik
met een gerust hart eerder dan de
j rest van de ploeg naar huis".
Nijdam gaat er echter gewoon van
J uit, dat hij de Tour de France uit-
rijdt. Niet alleen, omdat fietsen nu
eenmaal zijn beroep is, de kans dat
hij drie etappes wint in de eerste tien
dagen is even groot als een zege van
Jean-Paul van Poppel in de zwaarste
I bergetappe. „Drie lijkt me inder-
daad wat veel. Al weetje het natuur-
lijk nooit. Maar als ik dit jaar weer
1 één etappezege kan meenemen naar
huis zou ik al tevreden zijn", beseft
i Nijdam, die tot dusver zes keer als
ritwinnaar werd gehuldigd in 'La
Grande Bouclé',
j De Brabander zal waarschijnlijk grif
zijn handtekening zetten voor één
I etappezege. Zoals alle Nederlandse
ploegen met schrik en beven toele
ven naar de Tour. Het vertrek van
de sponsors, het uitblijven van een
l klassieke Nederlandse zege dit vóor-
i jaar; ook bij Nijdam overheersen de
twijfels. „Het voorjaar was een dra
ma. Al moet ik zeggen, dat we als
ploeg nog behoorlijk wat ereplaatsen
hebben meegepakt. Zelf kwam ik
ook elke keer in de uitslag voor. Al
leen die ene grote klassiekerzege is
uitgebleven".
Jammer
Nijdam rekent vervolgens tevreden
voor, dat hij toch flink wat FICP-
punten binnensleepte. En dat Buc
kler er in het wereldbekerklasse
ment ook goed voorstaat. De consta
tering, dat het bovendien niet altijd
goed kan gaan, is vervolgens snel ge
maakt. Alleen beseft ook Nijdam
wél, dat de verwende Nederlandse
supporter met dit antwoord niet te
vreden is.
..Ik kan toch moeilijk gaan zeggen,
dat Nederland niet meer meetelt. Je
hebt het met de Italianen gezien, die
werden ook door niemand meer se
rieus genomen, maar opeens ston
den ze er. Dat kan ons ook overko
men, want met Breukink, Theunis-
se, Maassen, mijn persoontje, Van
Poppel en Rooks hebben we genoeg
troeven in handen. Dat het er tot op
dit moment niet is uitgekomen, zegt
me niet zoveel. JEerder gaf ik al aan,
dat er meer jongens rondrijden in
het peloton die willen winnen. Het
kan dus niet altijd prijs zijn".
Even later stelt Nijdam toch ook met
pijn vast, dat de 'vette'jaren van het
Nederlandse wielrennen voorbij lij
ken. „Het gat achter Rooks, Theu-
nisse en Breukink kan alleen wor
den opgevuld door Eddy Bouwmans.
Verder verwacht ik veel van iemand
als Wilco Zuyderwijk, maar anderen
blijven" hangen. Talentvolle ama
teurs, maar bij de profs lukt het niet.
Namen noemen vind ik niet netjes,
maar in vergelijking met vroeger
breken er minder jongens door bij de
Pech
Nijdam vindt ook dat hem en de
ploeg niet veel kan worden verwe
ten. „In de klassiekers is er hard ge
reden, maar Maassen en Van Hooy-
donck waren net niet goed genoeg
om te winnen. Niemand kan zichzelf
iets verwijten. Slechts die ontsnap
ping van dat groepje van "Durand in
de Ronde van Vlaanderen was een
fout. Al moeten we dat ook weer niet
opblazen. Dirk de Mol won vijf jaar
geleden ook Parijs-Roubaix na een
monster-ontsnapping. Zulke dingen
gebeuren eens in de weet ik hoeveel
jaar".
„Als er toevallig een Nederlander in
dat groepje had gezeten, had je nie
mand gehoord. Dan was het tactisch
slim geweest, nu word je door velen
afgemaakt. Mensen, die zelf nog
nooit op een fiets hebben gezeten en
niet weten wat je er voor moet doen
om te winnen. Wat dat betreft is het
net als met voetbal: iedereen meent
er verstand van te hebben".
De Brabander weet dat oppertunis-
me in de journalistiek ook niet
vreemd is. „De ene dag ben je die gi
gant met de turbo-dijen, de andere
dag ben je niets meer. Dat gegeven
stoort me niet. Het publiek denkt nu
eenmaal zwart-wit. Nu is het prof-
wielrennen de verschoppeling,
straks als de Tour de France beter
afloopt dan de meesten nu verwach
ten en Breukink de Tour heeft ge
wonnen, liggen de kaarten heel an
ders. Dan staan al die mensen, die op
het ogenblik vinden dat we er niets
van kunnen, weer bij een criterium
achter een dranghek".
Somber
Nijdam beseft wél dat het uitblijven
van prestaties in de Tour vervelende
consequenties kan hebben voor het
vaderlandse proffietsen. „Met Raas
merk ik duidelijk dat het in Neder
land niet gemakkelijk is om een
nieuwe sponsor te vinden. Dat heeft
Jan ook toegegeven. Hij had ver
wacht dat een multinational wel snel
zou toehappen. Wat dat betreft zegt
het genoeg dat mensen als Post en
Raas moeten leuren. Als zij niemand
meer kunnen strikken, ziet het er
heel slecht uit".
Over zijn eigen toekomst maakt de
Brabander zich weinig zorgen. Nij
dam weet zich in de belangstelling
van Spaanse (Lotus) en Italiaanse
(GB&MG Boys) ploegen. Het liefst
blijft hij evenwel Jan Raas trouw.
„Ik denk dat ik nog wel een ploeg
kan krijgen als Raas stopt. Het liefst
zou ik echter bij hem blijven. Alles is
perfect geregeld, maar als er in Ne
derland geen werk meer is, verdwijn
ik naar het buitenland. Voor het Ne
derlandse wielrennen is dat een
slechte zaak. Nu bestaan er nog een
aantal Nederlandse ploegen. Mocht
je straks alleen TVM hebben, dan
neemt de belangstelling van het pu
bliek ongetwijfeld af. Winst van Buc
kler spreekt nu eenmaal meer aan
dan een zege voor een Italiaanse
werkgever".
Vorm
Na het klassieke voorjaar scherpte
Nijdam zijn vorm aan in de Ronde
van Spanje. De renner uit Zundert
won de proloog en kreeg daardoor
meer zelfvertrouwen. „Spanje is
leuk, een klassieker is leuk, maar
voor mezelf, de sponsor en het pu
bliek blijft een etappezege in de Tour
van onschatbare waarde. Dat bete
kent ook meteen dat het heel moei
lijk is om op het podium te komen. Ik
weet alleen van mezelf, dat er elk
jaar twee of drie momenten zijn in de
laatste kilometer om een jump te wa
gen. Dat blijft natuurlijk mijn spe
cialiteit. In elke Tour zijn er drie
etappes, waarin je op die manier
kunt winnen. En anders heb ik altijd
nog de proloog of een andere vlakke
etappe, waarin je het geluk kunt
hebben dat je in de goede groep te
recht komt".
Tot dusver behaalde Nijdam dus zes
etappezeges in de Tour, maar de eer
ste spreekt hem nog altijd het meest
tot de verbeelding. „Ik won de pro
loog in Berlijn en pakte de gele trui.
De eerste keer is me het meest bijge
bleven. De andere keren was ik wél
blij, maar die eerste keer blijft spe
ciaal. Zo'n proloog ligt me, maar ik
heb meer specialiteiten. Er mag in
die paar kilometer proloog helemaal
niets fout gaan. In Spanje liep het in
derdaad goed, misschien lukt het in
Frankrijk weer".
Kopmannen
Uitblijven van Nederlandse succes
sen, we constateerden het al eerder,
en een vrije val van het trio Breu
kink, Theunisse en Rooks zal de af
takeling versnellen.
Nijdam: „Als dat gebeurt, heb je
kans dat de sponsors zich nog meer
van het wielrennen afwenden. En
dat heeft Zijn consequenties voor de
werkgelegenheid in het peloton.
Niet voor mezelf of voor de kopman
nen, wel voor de jongens, die num
mer twaalf tot achttien zijn. Die zul
len vrezen voor hun plekkie".
Nijdam is echter niet somber als de
naam Breukink valt. „Hij heeft be
wezen een tijdrit aan te kunnen,
maar neemt veel risico door alles op
de Tour de France te zetten. Ik zou
het niet willen, omdat ik het te ge
vaarlijk vind. Bovendien wil ik niet
slechts één maand van het jaar hard
rijden. Ik wil me laten zien in ver
schillende wedstrijden. Breukink
speelde verstoppertje de afgelopen
weken. Hij reed veel wedstrijden als
training. Dat neem ik op mijn beurt
met een korreltje zout, want als hij
in Spanje kan winnen, doet hij dat.
Aan de andere kant moet ik zeggen
dat Erik iemand is, die kan pieken",
zegt Nijdam, die als coureur zelf nog
een jaar of drie wil meegaan.
„Na die tijd stop ik ermee. De jaren
tussen je dertigste en veertigste zijn
de mooiste van je leven, die wil ik
dan ook niet fietsend doorbrengen.
Maandenlang achter elkaar in ho
tels verblijven, nee zo wil ik die pe
riode in mijn leven niet doorbren
gen. Leuke dingen doen met je gezin,
dat trekt me. Tot die tijd zal ik mijn
beste beentje voorzetten. Nu is het
dus allemaal wat minder, maar dat
kan snel veranderen. Eerder gaf ik
Italië al als voorbeeld, waarom zou
dat straks niet met ons land\
ren"?
Ferry de Groot is als chef-
sport van NOS-radio onder
meer verantwoordelijk voor
de verslaggeving tijdens de
Tour de France. Als
regisseur bepaalt hij welke
stem er door de
Nederlandse huiskamers
schalt als bij voorbeeld Erik
Breukink als eerste de top
van de Alpe d'Huez bereikt.
door RehC Dons
Op een groot videoscherm wiegt het
lichaam van een donker meisje heen
en weer. Michael Jackson zingt zijn
nieuwe hit: 'In the closet'. Ferry de
Groot kijkt gebiologeerd naar het
beeld en zegt terwijl hij een biefstuk
met patat verorbert: „Fantastisch,
het ritme is elke keer hetzelfde,
maar elk nummer wordt een wereld
hit. Dan heb je klasse".
In één hokje past Ferry de Groot, de
44-jarige chef-sport van de NOS-ra
dio én artiest niet. „Godzijdank
niet", zegt hij, „want ik zou er ook
onmiddellijk weer uitbreken. Als ik
iets saai vind worden, dan wil ik
meteen wat anders".
Desondanks is de combinatie van
chef-sport en artiest toch heel op
merkelijk. Ferry de Groot werkt nog
geregeld mee aan André van Duin
produkties, zoals vroeger De Dik-
voormekaar-show en kortgeleden de
afleveringen van Animal Crackers.
„De activiteiten voor Van Duin zijn
niet structureel. Als ik tijd, zin en ge
legenheid heb, dan werk ik eraan
mee. Ik heb aan hem totaal geen ver
plichtingen. Bovendien werkt André
van Duin de laatste jaren samen met
Joop van der Ende. En dan hoeft het
voor mij niet zo. Nee, mijn creativi
teit stop ik in mijn werk bij de NOS
en in het bandje, dat ik samen met
Chris Latul, voorheen de gitarist
van Massada, vorm".
„We hebben een contract met de pla
tenmaatschappij Telstar. Daar zijn
nu twee plaatjes uit voortgekomen.
Eén onder de titel 'Het meisje van
008' en de laatste heette 'Diana',
maar dat plaatje is geflopt. Zo'n
ramp is dat overigens niet, want ik
zie dat plaatjes-opnemen als een
hobby. En vergeet niet dat er elke
week ruim honderd singles de prul-
lebak in verdwijnen. Die worden dus
nóóit gedraaid. Eigenlijk is dat met
ons laatste plaatje ook gebeurd.
Jammer, maar niets aan te doen".
„Voor mij is het wel een reden om ex
tra veel bewondering te hebben voor
een megaster als Michael Jackson.
Het ontwikkelen van een eigen
sound spreekt mij ook aan, maar de
illusie dat ik ooit nog eens een groot
artiest word, heb ik al lang opgege
ven. Waarschijnlijk zou dat ook niets
voor mij zijn, elke dag die mensen
aan je voeten. Nee, geef mij dan
maar mijn werk bij de radio. De col
lega's daar liggen soms aan mijn voe
ten, maar meestal niet. En dat
maakt het werk van een chef-sport
erg afwisselend".
Futiliteiten
Vanaf vandaag is Radio Tour de
France elke middag te beluisteren.
Ruim drie weken sjouwt Eerry de
Groot met zeventien medewerkers,
onder wie vier verslaggevers, achter
de profwielrenners aan. En dat deze
.zomer voor de vijftiende maal.
„En elke keer voel ik mij weer een
jeugdherbergvader", aldus Ferry de
Groot, die sinds drie jaar chef-sport
is en daarvóór deel uitmaakte van de
technici. „Het is voor zeventien vol
wassen kerels niet gemakkelijk om
drie weken van huis te zijn, want ze
gaan zich altijd aan elkaar storen.
Meestal heeft het niets met het werk
te maken. Er bestaat heus geen haat
en nijd over wie het langst recht
streeks in de uitzending is geweest,
maar het zijn altijd futiliteiten,
waarover wordt gevallen".
„Doorgaans heb je dat niet in de ga
ten. Als je een keer een dag op stap
bent met iemand en die komt een
kwartier te laat, dan vormt dat geen
probleem. Maar als het drie weken
achter elkaar gebeurt, dan is het
voer voor een fikse ruzie. Ik sta er
dan tussenin. Vandaar dat ik mij als
een soort jeugdherbergvader voel".
„Meestal bemoei ik mij er niet mee.
Maar soms ontkom je er niet aan,
omdat het van een chef wordt ver
wacht. Dan probeer ik zo'n ruzie al
tijd een beetje belachelijk te maken
door er de draak mee te steken. De
kemphanen voelen zich dan meestal
voor paal staan en houden vervol
gens snel met hun bonje op. Een
sterke grap komt de sfeer altijd ten
goede".
„Zo vreemd is het overigens niet dat
wij wel eens ruzie in de tent hebben,
want dat heb je overal. Ik heb 't ge
middeld twee keer per Tour de Fran
ce, dat ik mij ontzettend kan opwin
den. Voorbeelden? Elk jaar is er een
discussie over hoe wij de tijdritten
gaan volgen. Ondanks het feit dat we
's avonds bij het diner keiharde af
spraken hebben gemaakt, is er altijd
wel eentje die 's ochtends begint te
zeiken: 'Kunnen we het niet beter
zus of zo doen'. Dan schiet ik uit
mijn slof, want van dat geouwehoer
ben ik niet gediend. Het is dan overi
gens zó over, maar het is wel frap
pant dat er elk jaar weer zo'n mal
loot bij zit".
Vergadercircuit
Velen in Hilversum waren verrast,
dat de NOS-directie drie jaar gele
den voor Ferry de Groot als chef-
sport koos. Omdat, meende men, hij
niet de juiste persoon zou zijn voor
het vergadercircuit dat inherent aan
zijn functie is. Na zijn nieuwe func
tie eerst een halfjaar te hebben aan
gekeken, heeft Ferry de Groot zich
echter vereenzelvigd met zijn nieu
we rol.
„Ik zou niet anders meer willen",
zegt hij lachend. „Ik heb het nu uit
stekend naar mijn zin. Maar ik moet
er ook weer niet aandenken dat ik
dit tot mijn 65ste moet doen. Dat
wordt mij een beetje te benauwd.
Maar de functie op zich is leuk. Ik
vind het een uitdaging om er met
een groep mensen iets van te maken.
Het zijn allemaal zeer eigengereide
klootzakken, maar als je er dan toch
iets moois van kunt maken, vind ik
dat schitterend".
„In het begin waren er wat kleine
problemen. Niet zo gek overigens,
want ik was één van de technici en
daarna werd ik ineens chef. Sommi
gen hadden wat moeite om dat te ac
cepteren. Ik wil geen namen noe
men, maar met één persoon lukte
het niet. Maar ook Ferry de Groot
moest uiteraard even aarden. Als er
nu beslissingen genomen moeten
worden, kijkt men meteen naar mij.
Ik moet dan soms autoriteit tonen,
terwijl jk vroeger altijd alleen mee
zat te dollen".
Ferry de Groot heeft zichzelf als op
volger van Jaap Hofman bij de NOS-
radio aangeboden. Tijdens een be-
zuiningswoede kwam hij met een
uitgewerkt organisatieplan, dat on
der meer inhield dat één vacature
niet vervuld hoefde te worden.
„Eerst heb ik een proefperiode van
een half jaar gehad", vervolgt De
Groot. „Maar het beviel mij direct
uitstekend. Ik presenteer niet, want
daarin is Felix Meurders bij voor
beeld veel beter. Maar bij het sport
programma Langs de Lijn doe ik de
regie. Ik bepaal wie en hoe lang aan
het woord komen. Sommigen dach
ten dat ik gespeend was van enige
sportkennis, maar dat is niet waar.
Ik weet weliswaar niet wie er in
tweede klasse van de waterpolocom-
petitie op de derde plaats staat, maar
daarvoor hebben wij gespecialiseer
de medewerkers. Het is echter niet
zo dat ze mij alles wijs kunnen ma
ken. Want ik zorg ervoor dat ik rede
lijk op de hoogte blijf'.
Afgeserveerd
De Amsterdammer van geboorte
ontkomt er niet aan om ook de pa
pieren rompslomp voor zijn reke
ning te nemen. „Voor grote evene
menten, zoals de Tour de France,
moet je enorm veel regelen. Daar
kom je pas achter als je op de stoel
van de chef zit. Het is dus niet alleen -
tijdens de Tour hard werken, maar
ook in de periode daarvoor. Eind juli
ben ik helemaal afgeserveerd. De
Tour is leuk, maar doodvermoeiend.
Je loopt van 's ochtends vroeg tot 's
avonds laat te zeulen met allerlei
spullen. Hele dagen zitje in de auto
en als je pech hebt, is het nog snik
heet ook. Toch is het elke keer weer
een ervaring om de Tour mee te ma
ken. De vervelende dingen ben je na
een paar weken weer vergeten en de
leuke blijven voortleven".
Ferry de Groot is nu dus 44 jaar. Vol
gens eigen zeggen is hij veranderd.
Niet meer de grappenmaker die met
een gehuurde brommer tijdens de
uitzendingen van Langs de Lijn door
de gebouwen van de NOS scheurde
en daarmee de lachers op zijn hand
kreeg. „Dat te wouw- en te woopie-
figuur ben ik niet meer. Die leeftijd
ben ik gewoon ontgroeid, maar dat
houdt nog niet in dat ik tegenwoor
dig een droogstoppel ben. Ik houd
nog steeds van een goede grap. Al
leen merkt de luisteraar daar meest
al niets van".
„De verslaggevers die rechtstreeks
in de lucht komen, worden van tevo
ren gewaarschuwd. Dan vind ik het
nog wel leuk om tegen Piet Teeling
te zeggen: We gaan onze luisteraars
nu vermoeien met Piet Teeling bij
het roeien. Als Teeling zijn lachen
kan houden, merkt de luisteraar er
niets van. Dit zijn eigenlijk geen leu
ke grapjes om nu te vertellen. Maar
als je zo'n uitzending in de regieka
mer meemaakt, dan kun je daar wel
om schateren. Daarvoor moetje ech
ter in de spanning van de uitzending
zitten. Het is soms overigens echt
verbazingwekkend, dat alles goed
loopt. Dat komt natuurlijk ook om
dat we een goede groep hebben. En
als er eens iets fout gaat, improvise
ren we gewoon. Geen hond die het
merkt. Zo werken wij al jaren. Ook
zometeen weer in de Tour de Fran-
gebeu- Ferry de Groot, chef-sport NOS-radio én artiest, past niet in één hokje.
foto John de Pater