Europees hulpplan nodig voor behoud Marshall huis 'finale ZATERDAG 20 JUNI 1992 PAGINA: LEESBURG „Generaal Marshall zat in die tijd geregeld in deze stoel peinzend voor zich uit te staren. Het moet in 1947 geweest zijn. Ik was nog niet zo lang bij hem in dienst. Hij was pas minister van buitenlandse zaken. Bijna nooit deed hij zijn mond tegen me open, maar op een avond zei hij opeens toen ik hem nog laat een kopje koffie bracht: 'Sergeant, het gaat niet goed zo. We hebben weliswaar de oorlog gewonnen, maar half Europa ligt plat. Onze bondge noten daar moeten worden ge holpen bij de wederopbouw, want anders worden ze straks on der de voet gelopen door de communisten en krijgen wij het weer moeilijk, zo niet moelijken Maar ik heb een idee. Als we ze geld lenen en we stellen als voor waarde dat ze dat hier in Ameri ka moeten besteden dan snijdt het mes aan twee kanten. Zij kunnen hun land opbouwen en onze industrie krijgt een enorme impuls. Ik ga het morgen onmid dellijk aan president Truman voorleggen'." Sergeant William J. Heffner is al gerui me tijd met pensioen, maar voelt zich weer zeer vief sinds hij betrokken is bij het initiatief van enkele plaatselijke ho temetoten in Leesburg om Dodona Manor, het landhuis van zijn voormali ge baas, in oude luister te herstellen. Ze willen het laten inrichten als museum en in gebruik nemen als internationaal conferentieoord, waar op hoog politiek en zakelijk niveau overleg kan worden gepleegd. Daarvoor is een bedrag nodig van tien miljoen dollar, tegen de huidi ge koers ongeveer achttien miljoen gul den. Het moet iets worden a la Mount Vernon en Monticello, de landhuizen van de eerste Amerikaanse presidenten Washington en Jefferson, al sinds tien tallen jaren grote toeristische trekpleis ters in de staat Virginia, betrekkelijk dicht bij de federale hoofdstad Was hington. Sergeant Heffner komt graag opdraven als het comité dat zich voor de restaura tie van Dodona Manor inzet, gasten ontvangt. Hij leidt ze trots rond in het vervallen pand, laat zien waar Marshall werkte, de maaltijden gebruikte, stu deerde en gasten ontving. Dat waren er veel. Niet alleen politici en militairen, zoals president Truman en veldmaar schalk Sir John Dill, maar ook echtge notes van vooraanstaande tycoons als Vanderbilt en de vrouw van de Chinese leider Tsiang Kai-Shek. Na zoveel jaren schaamt sergeant Heffner zich er niet voor een klein geheimpje te onthullen. „Mevrouw Vanderbilt vroeg me tegen het slapen gaan weieens om een biertje. Dat paste toendertijd een dame eigen lijk niet, maar ik gaf het haar wel". Sergeant Heffner woonde tot de dood van generaal Marshall in 1959 op een zolderkamer van Dodona Manor, ooit gebouwd door een nazaat van Ameri ca's eerste president George Washing ton. Leesburg ligt op nog geen vijftig ki lometer afstand van het federale rege ringscentrum en hij reed de generaal meestal heen en weer. Hij weet alles van zijn vroegere baas. Van diens mili taire loopbaan die in 1941 zijn bekro ning kreeg met de benoeming tot chef staf van het Amerikaanse" "leger. Hij werd maar liefst 29 keer onderschei den. Sergeant Heffner is uiteraard ook pre cies op de hoogte van Marshalls politie ke carrière, waarin eind jaren vijftig het ministerschap van defensie volgde op die van buitenlandse zaken, goed voor zestien nationale en internationale de coraties. De sergeant volgde ook Mars halls wetenschappelijke loopbaan, die hem in totaal zeventien (eredoctora ten opleverde aan onder meer presti gieuze universiteiten als Harvard, Prin ceton en Oxford. Dit alles werd echter in de schaduw gesteld door de eer die Marshall in 1953 in Oslo te beurt viel bij de ontvangst van de Nobelpijs voor de Vrede. De ultime bekroning voor zijn plan dat hij in 1947 publiekelijk ont vouwde tijdens een speech op de uni versiteit van Harvard: economische hulp op grote schaa( aan West-Europa. Dat plan heette officieel The European Recovery Programma, maar kreeg al gauw de naam Marshall Plan. Het kreeg allerwegen een warm onthaal. Zestien landen profiteerden er uitein delijk van. Deze week was de Russische president Boris Jeltsin op staatsbezoek in de Ver enigde Staten en tijdens allerlei bespre kingen viel weer veelvuldig de naam van Marshall. Jeltsin en zijn collega's van de andere voormalige Oostblok- en Sovjetstaten zouden maar wat graag voor een eigen tijdse versie van het Marshall Plan in aanmerking komen. V oorbeeldfunctie Bea McPherson-van Wijk (46) heeft daar alle begrip voor. Zij is na de oorlog in Utrecht geboren en woont nu in de buurt van Leesburg. Zij is een van de vele vrijwilligers die zich voor de res tauratie van Dodona Manor inzet. „Mijn vader kwam uit Loenersloot, mijn moeder uit Veenendaal. Ze heb ben me veel verteld over de oorlog en de tijd daarna. Uit hun verhalen weet ik hoeveel wij Nederlanders en andere Europeanen aan Marshall te danken hebben. Zonder zijn plan was de herop bouw nooit zo'n succes geworden". „Ik werd eraan herinnerd toen ik met mijn collega's van de bank waarbij ik werk een uitstapje maakte en daarbij werd gewezen op Dodona Manor in Kingstreet. Ik wist helemaal niet dat Marshall in dit huis had gewoond. Tot enkele jaren geleden woonde zijn stief dochter erin, Molly B. Winn. Nu staat het al weer enige tijd zo goed als leeg. Het is te koop. Aanvankelijk moest het bijna vier miljoen dollar opbrengen, maar nu kunnen we het voor drie mil joen dollar kopen. Dat geld hebben we echter niet. Maar West-Europa staat nu aan het toppunt van zijn kracht. Ik vind eigenlijk dat Europa en dus ook Nederland best eens iets mag terug doen voor de hulp van destijds. Dit huis kan een voorbeeldfunctie krijgen voor de hele wereld". Bea van Wijk heeft inmiddels Dries van Agt, de ambassadeur van de EG in Washington, voor haar actie gewonnen. Hij heeft het fonds alle mogelijk hulp toegezegd. Daarin staat hij overigens niet alleen, want ook de Nederlandse ambassadeur in Washington, Hans Meesman, en vrijwel al zijn collega's van de EG-landen, hebben plaats geno men in het comité van aanbeveling. Ook de vorige Engelse premier, Marga ret Thatcher, heeft het comité inmid dels geschreven de restauratieplannen toe te juichen. Generaaal Vemon A. Walters, de vroe gere ambassadeur van de VS bij de Verenigde Naties en in Duitsland is ere-voorzitter van het fonds dat de be nodigde gelden probeert in te zamelen. En professor Brown Morton, die een wereldfaam heeft op het gebied van restauraties, is benaderd en bereid ge vonden de herstelwerkzaamheden te begeleiden. Documentaire De verwachting in Leesburg is dat de belangstelling voor de restauratie van Dodona Manor in de VS pas wordt aangewakkerd wanneer eenmaal de an derhalf uur durende tv-documentaire is uitgezonden die onlangs is gemaakt on der de titel 'George Marshall and the American Century'. Dat gebeurt in het najaar tijdens prime-time, de drukstbe- keken uren. In de documentaire wor den historische beelden afgewisseld met interviews met stiefkinderen, fami lieleden, militairen, politici en mede werkers die herinneringen ophalen aan Marshall. Een videoband ervan gaat naar bijna twintigduizend scholen van het voortgezet onderwijs in de VS om te gebruiken tijdens de geschiedenisles. De band wordt ook beschikbaar gesteld aan bibliotheken, universiteiten en an dere in geschiedenis geïnteresseerde groepen in elke stad en staat. Van Agt zegt namens de EG zijn best te doen dat de documentaire wordt over genomen door de Westeuropese tv-sta- tions. De geldstroom ten behoeve van de res taurantje van Dodona Manor moet daarna op gang komen. De verwachtin gen zijn hoog gespannen. Het is de be doeling dat het complex uiterlijk over vijfjaar, in 1997, in gebruik kan worden genomen. Bea van Wijk vindt dat echter te lang duren. „Ik hoop dat het eerder kan en dat met name de mensen in Nederland nu al een bedrag, groot of klein, over maken naar de rekening van het Geor ge C. Marshall Home Preservation Fund bij de ABN/AMRO in Amster dam". Sergeant Heffner hoopt de ingebruik name van het gerestaureerde Marshall Huis nog te kunnen meemaken. „Ik ben nu 83. Deze actie houdt me echter zo levend dat ik het nog wel tot die tijd uithoudt. Zo God het wil". Bij het afscheid brengt hij een saluut. Aan Marshall en de gulle gevers van straks. Bea McPherson-van Wijk in de oude leunsteul v ren gaan i de generaal: Dit huis mag niet v Sergeant William J. Heffer bij het bed waarin generaal Marshall in 1959 stierf. I FOTO'S: PERS UST CeidócSou/umt1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 32