Is Afrika
nog te helpen?
'finale
Eeidóa&owumt
De ergste crisis van de eeuw, zo wordt de situatie in
Afrika genoemd. Veertig milioen mensen dreigen om
te komen van honger en dorst. Niet alleen in landen in
de Hoorn van Afrika, maar ook in het zuidelijk deel
van het continent schreeuwen ze om bijstand van de
internationale gemeenschap. In Nederland start mor
gen een actie van de gezamenlijke hulporganisaties om
een week lang geld in te zamelen voor noodhulp. De
organisaties rekenen wederom op gulle giften, ook al
is vrijwel het gehele volk in de ban van het EK-voetbal.
Maar zal het publiek er dan nooit eens genoeg van krij
gen om weer de beurs open te trekken? Het is per slot
van rekening al de vierde actie in zes jaar. Oftewel:
wordt het ooit nog wat met Afrika?
ZATERDAG 13 JUNI 1992 PAGINA 32
In een Etioptsch vluchtelingenkamp smeekteen jongen huilend om eten.
Ach ja, zucht Thomas van Velt-
hoven. Hij kan ook wel begrijpen
dat het tijdens het Europees
kampioenschap voetbal niet zo
gemakkelijk is om contact te krij
gen met 'onze jongens'. De coör
dinatorvan de Afrika-actie heeft
al een fax gestuurd waarin hij de
voetballers vraagt sympathie te
betuigen, maar het is nog even
wachten op een antwoord. Want
zou het niet prachtig zijn als de
voetballieden op de een of ande
re wijze laten weten dat er meer
gebeurd in de wereld?
Van Velthoven heeft ook nog niet zo'n
duidelijk idee hoe dat precies moet uil-
pakken. „Misschien kan een speler tij
dens een interview met Kees Jansma
het gesprek zo'n wending geven dat er
even aandacht voor Afrika is", oppert
hij. Maandagavond de beeldbuis maar
goed volgen om te kijken hoe Dennis
Bergkamp, tijdens de nabeschouwing,
via de stugge GOS-verdediging terecht
komt bij de noden in Somalië.
Want wie heeft ooit beweerd dat voet
bal èb noodhulp niet samengingen? De
negen hulporganisaties die voor deze
actie weer samen optrekken (giro 555)
lijken geen enkele vrees te hebben voor
een debacle als gevolg van de alom aan
wezige EK-koorts. Maar ze beseffen
terdege dat een potje voetbal in Zwe
den ertoe leidt dat miljoenen landgeno
ten veertien dagen niet al te zeer ver
moeid willen worden met honger en
verderf. Thomas van Velthoven, in
'normale' weken secretaris Afrika van
de Novib, heeft gemerkt dat een aantal
actualiteitenrubrieken een houding
heeft van 'we kunnen wel wat uitzen
den, maar als er op het andere net voet
bal is zullen er weinig mensen kijken'.
„Sommige rubrieken zijn bereid om te
gaan schuiven met hun programma's
zodat ze niet tegelijk met het voetballen
op de buis zijn. Maar er zullen altijd
nog wel mensen zijn die toch wel naar
de actualiteitenrubrieken kijken. En de
kranten en radio, die vast en zeker ook
veel aandacht besteden aan de actie en
aan Afrika, bereiken de mensen na
tuurlijk ook nog", zegt Van Velthoven.
Van een heuse tv-actie zoals in de eer
ste helft van de jaren tachtig, waarin al
les geheel in het teken van hongerend
Afrika zou staan, was toch al geen spra
ke. De organisaties voelden daar vol
gens de coördinator zelf niets voor.
„We hebben ontdekt dat zo'n avond
ook niet nodig is. Het zou zelfs best
eens zo kunnen zijn dat het elkaar bijt:
aan de ene kant aandacht voor de pro
blemen en aan de andere kant die
show- en glamourachtige elementen.
Dat is niet nodig. We vinden het veel
belangrijker dat er een journalistieke
aandacht is, dus dat er verteld wordt
wat voor problemen er zijn en hoe die
ontstaan zijn. Het publiek waardeert
dat meer dan dat er liedjes worden ge
zongen en een Afrikaans bandje op
treedt. In zo'n 'informatieve' aanpak
past ook het versturen van lesmateriaal
naar alle basisscholen waarin we vragen
de actie op de een of andere wijze te
steunen. Ook^ hebben we alle burge
meesters een brief geschreven en ge
vraagd hun invloed aan te wenden om
sportactiviteiten ten bate van de Afri
ka-actie te initiëren. Kortom, wij heb-
Eén schaal waterleliezaad moet de ergste honger stillen van deze moeder en haar kind in
Sudan. FOTO: ANP
ben onze verwachtingen van de actie
zeker niet bijgesteld omdat er een EK-
voetbal is. Het belangrijkste is dat men
sen weten wat er aan de hand is. En het
Nederlandse publiek heeft ons nog
nooit in de steek gelaten. Ook niet bij
andere acties waar heel weinig tv-aan-
dacht was".
Burgeroorlogen
De toestand in Afrika is dit keer vooral
nijpend geworden omdat behalve in de
Hoorn van Afrika (Etiopië, Sudan en
Somalië) ook in andere delen van het
continent (Angola, Malawi, noorden
van Kenya, Namibia, Mozambique,
Zimbabwe, Zambia) grote voedselpro
blemen zijn ontstaan. Het ontbreken
van voldoende regenwater leidt tot mis
lukte oogsten. Maar er zijn meer oorza
ken. Vooral in de Hoorn van Afrika
woeden al tientallen jaren burgeroorlo
gen. Door deze onderlinge twisten blijft
'er van de landen weinig over: wegen
zijn er niet, er is veel te weinig zaai
goed, er is een schaarste aan landbouw
gereedschap en er is geen overheid die
de landbouw een stimulans kan geven.
„Er zijn allerlei vluchtelingenstromen
op gang gekomen. Die leiden ertoe dat
in bepaalde gebieden ook gewoon veel
te veel mensen zitten", zegt Van Vel
thoven. „In andere gebieden wordt niet
meer aan landbouw gedaan omdat er
overal mijnen liggen. De capaciteit om
aan landbouw te doen wordt duidelijk
onderbenut. Bovendien, mensen die
verzwakt zijn, wat vooral geldt voor
Etiopië en Sudan, komen niet meer tot
reusachtige prestaties. In andere lan
den zie je dat na vele jaren een dictator,
zoals Barre in Somalia, is verdreven,
maar dan liggen er vervolgens weer al
lerlei clans met elkaar overhoop".
De voedseltekorten in de Hoorn kon
den in voorgaande jaren meestal opge
vangen worden door aankopen in zui
delijk Afrika. Daar is een relatief ge
zonde landbouwstructuur en werden
overschotten geproduceerd. Rijke lan
den kochten voedseloverschotten
(maïs) van bijvoorbeeld Zimbabwe en
gaven deze aan noodlijdende landen.
Maar landen als Zimbabwe hebben nu
zelf hulp nodig, omdat door de langdu
rige droogte van de oogst weinig te
recht is gekomen. „In heel veel dorpen
zijn de mensen bezig het allerlaatste
voedsel op te eten. Soms eten ze maar
één keer per week", vertelt Willem
Hooglugt van Mensen in Nood.
Hij voorziet dat de hongersnood een
ander gevolg kan hebben in landen
waar de afgelopen tijd een, vaak broze,
democratie is ontstaan. „Als je niet te
eten hebt word je ontevreden en dan
ontstaat er onrust. In Zambia zijn ze ac
tief bezig aan het werken aan democra
tisering, maar als er honger heerst gaat
dat minder goed. Voor Namibia is er
ook een groot gevaar. Het land is net
twee jaar onafhankelijk. Het risico be
staat dat honger wordt geassocieerd
met democratie. Dan wordt er straks
gezegd: toen hij, de dictator, er nog was
hadden we tenminste te eten. Men gaat
weer terugverlangen naar een sterke
man. Met dit soort effecten moet je he
laas rekening houden".
Waarschuwing
Noodsituaties als die van dit moment
moesten eigenlijk tot het verleden be
horen nadat enkele jaren geleden een
speciaal waarschuwingssysteem werd
opgericht om dreigende voedseltekor
ten tijdig te signaleren. Via satelliet-
beelden en rapportage door een net
werk van medewerkers berekent de
VN-organisatie voor voedsel en land
bouw, de FAO, waar wellicht moeilijk
heden kunnen ontstaan. Willem Hoog
lugt zegt dat begin dit jaar al duidelijk
was dat de honger vooral in de
maanden juli, augustus en septem
ber ongenadig zou toeslaan. „In fe
bruari hebben we als hulporganisaties
een beroep gedaan op de EG om met
hulp te komen. Ook zijn we toen zelf al
hulpgoederen gaan sturen. Een collega
van mij in Malawi zag dat er voedsel
schaarste dreigde. Hij heeft toen voor
een ziekenhuis voedsel ingekocht zodat
ze daar in ieder geval wat reserve had
den".
Het waarschuwingssysteem mag dan
wel gewerkt hebben, maar de interna
tionale gemeenschap was echt niet on
middellijk in rëp en roer. Het hoofd van
het FAO-bureau, P. Newhouse, toonde
zich zeer teleurgesteld over het trage
reageren van de donoren, zoals de rijke
landen worden genoemd. „De westerse
regeringen lijken niet meer zo geïnte
resseerd te zijn. Ze hebben hun aan
dacht blijkbaar op andere zaken ge
richt", zei Newhouse onlangs. Hij doel
de natuurlijk op het feit dat de westerse
wereld er sinds kort een nieuw zorgen
kindje bij heeft: Oost-Europa. Ook de
huidige economische dip waarin veel
landen verkeren, doet de ver-van-mijn-
bedproblemen vaak vergeten.
Toezeggingen
De klacht van Newhouse lijkt gehoord,
want vorige week maakten de Verenig
de Naties bekend dat er inmiddels voor
526 miljoen dollar aan toezeggingen
(door zo'n 30 westerse landen) voor hu
manitaire hulp binnen waren. Maar
niettemin constateren de hulporganisa
ties ook dat 'Oost-Europa' de aandacht
van Afrika afhoudt. „De Muur was nog
maar net gevallen toen wij al brieven uit
de Derde Wereld kregen. Mensen wa
ren bezorgd over de gevolgen. Wij als
Mensen in Nood zijn ook wel actief in
Oost-Europa, maar de prioriteit zal bij
Afrika blijven liggen. Het zal niet ten
koste van Afrika gaan. Door de pu
blieksacties die worden gehouden, zijn
politici ook min of meer gebonden om
met wat extra's over de brug te komen.
In die zin heeft zo'n actie dubbel ef
fect".
Novib-medewerker Van Velthoven
meent dat westerse regeringen het aan
trekkelijker vinden om in Oost-Europa
te investeren, omdat deze landen het in
zich hebben om er binnen een afzien
baar aantal jaren -bovenop te komen.
„Dan zegt de westerse wereld: laten we
de condities scheppen om dat te laten
slagen. Met een land als Polen wordt
onderhandeld om de schulden versneld
af te bouwen. Voor Afrika geldt dat
niet. Het heeft te maken met de politie
ke wil om de situatie eens rigoureus aan
te pakken. Wat dat betreft leek de situ
atie een aantal jaren geleden haast nog
gunstiger dan nu".
Schulden
Het hoge woord is er uit: politieke wil.
Want de problemen zijn niet alleen
maar een gevolg van droogte en burge
roorlogen. Een van de grootste hete
hangijzers is de schuldenproblematiek.
Door de schulden zijn de landen niet in
staat een goed stelsel van bijvoorbeeld
onderwijs- en gezondheidsvoorzienin
gen op te bouwen. Ook zouden er eens
redelijke prijzen betaald moeten wor
den voor Afrikaanse produkten
grondstoffen, vindt Van Velthoven
Probleem voor Afrika is echter dat zt
niet in de positie verkeert om die te be
dingen. „En nog altijd schermt de Eu
ropese Gemeenschap de markt te vee
af voor landbouwprodukten uit Afri
ka", sneert de actie-coördinator
„Want het is toch eigenlijk van de zottf
dat wij hier paprika's en aubergine!
kweken, terwijl ze in Kenya en Zambir
prachtig groeien. Maar ze komen ei
hier niet in. We moeten ons ook goe(
realiseren dat er altijd nog meer gek
uit Afrika naar ons toe komt dan dat e
geld van ons daarheen gaat. Met ande
re woorden: we verdienen nog steed
aan Afrika".
Natuurlijk moeten de hulporganisatie
doorgaan met hun werk en natuurlij
moeten de regeringen en regeringsin j
stanties zich blijven inzetten om di
soort landen (verder) te helpen ontwik
kelen. Maar worden de ontwikkeling}
werkers, zoals dat bij menig burger va j
tijd tot tijd het geval zal zijn, nooit een
overmand door de gedachte: wordt he
nog wel wat met dal werelddeel? Mer
sen in Nood-medewerker Wilier
Hooglugt laat geen spatje moedelooi
heid doorklinken in zijn verhaal. „Elk
keer sta je weer versteld van de span
kracht van de mensen daar, terwijl z
het ene na het andere over zich hee
krijgen. Dat geeft ons de moed en d
inspiratie om door te vechten. Ik'gee
direct toe: er mislukken heel wat pre
jecten, maar soms lukt het wel. Neei
de Sahel, daar zijn structurele verbete
ringen aangebracht. Niet dat alles koe
en ei is, maar zo'n absolute ramp als i
de jaren zeventig zien we daar niet wee
gebeuren. Het wordt echt ooit wel w<
met Afrika, alleen zal het langer dure
dan wij hier vanachter onze bureaus hc
pen. Wij moeten ook niet gaan bepale
hoe het daar moet. Maar we moeten
wel de kansen geven en op dit momei
ontnemen we ze meer kansen".
Zijn collega Van Velthoven zegt
degelijk af en toe last te hebben va
moedeloosheid. „Als secretaris Afrik
valt het ook wel zwaar om te moete
constateren dat het ook dit jaar wee
misgaat". Maar ook hij noemt de situ:
tie van de Sahellanden als een hoopgt
vend voorbeeld. En ook in de Hooi
van Afrika ziet hij perspectievei
„Maar het is een ontzettend diepe pi
en steeds komen er problemen over d:
continent heen die de put nog diept
maken. Het zal de komende jaren oo
nog heel moeilijk worden. Eigenlijk
er maar één boodschap: enorme steu
er naar toe. En alle regeringen die ni<
dat doen wat ze moeten doen, nameli
werk maken van democratisering i
mensenrechten, aanpakken. Juist i
dat Oost-Westconflict uit de wereld
en Amerika en Rusland gee
vriendjes meer binnen hun invloed
sfeer hoeven te houden moet strei
gekeken worden naar wat voor man aa
het roer is in een bepaald land. Maar
mensen daar zullen zelf ook initiatievi
moeten nemen, want dat mis je nog
veel. In veel landen hebben het kolon
aal regime en de activiteiten van missi
narissen in hoge mate geleid tot aflia
kelijkheid. Na de koloniale overhee
sing kwamen er dictators en weer on
stond er zo'n situatie van: we kunnf
zelf niets ondernemen, het moet vi
een sterke man afkomen. Gelukk
komt men nu steeds meer tot het bes
dat ze het daar dus ook helemaal ni
van moeten hebben, maar dat ze h
zelf moeten doen. Maar ze hebbt
onze steun daarbij nog steeds nodig'