„Tijd van zwemmende schoolkinderen voorbij" Amazone Van Grunsven streeft naar perfectie SPORT Trainer René Dekker van zwemmende broer Ron: I gg/idaeSou/umt ZATERDAG 13 JUNI 1992 19 René en Ron Dekker vormen een twee eenheid. Met Ron (25) in de rol van top zwemmer en zijn zeven jaar oudere broer als trainer/coach. Gedreven baasjes, wier carrière zo zoetjes aan ten einde loopt. Het fanatieke duo heeft zich ten doel gesteld om nog één maal te vlammen. De Spelen in jj Barcelona moeten voor Ron Dekker bekro- ii ning vormen van alle getrooste inspannin gen. AALTE De welbe- jraakte gymnastiekle- iar René Dekker spreekt echts af en toe met stem- irheffing. En dan vooral a|s zijn zwemmende broer 01 on door de man in de raat in een kwaad dag- :ht wordt geplaatst. k wil er niet moeilijk over epen, het zou best kunnen dat de uitstraling mist, die n kampioen zo eigen is. 3 aar ik kan echt kwaad wor- n als iemand zich weer eens it ontvallen dat-ie met wat ?er training al lang wereld- mpioen was geweest. Klink- are nonsens natuurlijk, al is een gegeven dat Ron aller- nst bekend staat als een liningsbeest. Zo zijn er meer een, waarover ik me vrese- boos kan maken. Op een eer moment werd het hem rboden om de centrale trai- ig te bezoeken. Nou vraag ik Wanneer dringt het einde tot de bond door, dat de tijd arin je uitsluitend te doen met schoolkinderen, al ver iter ons ligt". toonde René Dekker zich een talent, dat dicht tegen vaderlandse top aanleunde. hteraf stel ik vast dat faal- 'st me heel lang parten 1 ïft gespeeld", doet hij aan fkritiek. „Ben op mijn der begonnen, verhou- igsgewijs dus vrij laat. Door vositeit verspeelde ik deel- ne aan de Europese jeugd- npioenschappen in Genè- terwijl ik nota bene de tijd ik moest zwemmen, al eens gerealiseerd. Later kostte ziekte van Pfeiffer me nog is een jaar. Ik heb het in '81 a h nog eens tot één A-inter- c d geschópt met Italië als te- ïstander, als invaller". duchten is ook het jaar, waarin né Dekker tijdens de A-fina- >m het nationaal kampioen- ïap concurrentie te duchten van een jong, aanstor- Ïnd talent. Zijn naam: Ron cker. „Voor mijn broer ld dat nummer zijn eerste ite wedstrijd in", herinnert oudste van de twee zich. ij eindigde als achtste, ter- ik als vijfde aantikte. Het zo ongeveer de laatste ;r, dat ik hem voor bleef. Ja, ;m het maar de aflossing de wacht. Toch brak Ron goed door bij de winterti- strijd van 1983 in Hengelo, ;ar over de hele linie voor- 'ffelijke prestaties zijn gele- d. Het ene record na het an- e sneuvelde. Inmiddels was i Groningen als vanzelf in trainersgilde verzeild ge kt bij de zogenaamde Start- neenschap Groningen, eeg de verantwoording voor B-groep en de jeugdselec- kon zo mooi een stuk erva- opdoen". Eenmaal afgestudeerd aan de Academie Lichamelijke Op voeding ging René Dekker op diverse basisscholen aan de slag als gymleraar en als zwemtrainer bij De IJssel, wel ke laatste job hij na dit seizoen na tien jaar opgeeft. Dat René zijn broer van haver tot gort kent, behoeft geen be toog. Het tweetal is dusdanig op elkaar ingespeeld, dat de een feilloos aanvoelt wat de an der bezig houdt. „We heten al lebei puur prestatiegericht te zijn", benadrukt de dertiger. Om er ontwapenend en in één adem aan toe te voegen: „Toch zijn we misschien niet de stre bers, die ten.koste van alles het hoogste willen bereiken. Het is gewoon waar dat Ron nooit echt in de prijzen is gevallen. Is deels het gevolg van het voor topsporters onvriendelij ke klimaat in Nederland,-al pas ik ervoor om dat als excuus aan te voeren. Het ontbrak hem altijd net aan dat bekende laatste stukje, dat het verschil aangeeft tussen pakweg goud en een klassering net buiten de medailles. Relatief gezien is in al die jaren het best gepres teerd op het EK van '89 in Bonn, waar hij op zowel de 50 meter vrije slag als de 100 school als vijfde eindigde. Met tijden, waarbij hij akelig dicht bij een plak is geweest. Een kwestie van tweetiende van een seconde. Later ga je dan op zoek naar de oorzaken. Mist Ron net het vermogen om de snelheid lang genoeg vast te houden of zelfs nog op te voe ren of is veel terug te voeren op de mentale kracht? Dat laatste aspect spreekt Ron doorgaans niet zo aan, staat er minder voor open dan een ander. Daar staat weer tegenover dat hij die persoon respecteert als die er onverhoopt baat bij heeft". Persoonlijkheid Succes op de valreep of niet, dank zij de sport is Ron Dek ker - van de partij op EK's, WK's en Olympische Spelen - uitgegroeid tot een persoon lijkheid. De stotterende, verle gen tiener van voorheen heeft plaatsgemaakt voor een zelfbe wuste man met een uitgespro ken mening. Kritiek, tenzij ge fundeerd, laat hem koud. Bo vendien is hij een eerlijk mens, die zonder dralen toe geeft dat het gebrek aan waar dering hem menigmaal heeft dwarsgezeten. Ongewild zorg de hij er voor dat-ie in het nieuws verscheen, zoals bij de Spelen van '88 in Seoel. René Dekker tovert een glim lach op zijn gezicht. „Het ver haal is bekend, hè. Ron was in gedeeld in de niet bijster gun stige derde serie. Met een eind tijd, viertiende boven zijn bes te chrono kon het alle kanten op, te meer daar er door bijna alle deelnemers iets langzamer werd gezwommen. Wat ge beurt er? Ron eindigt samen met een Hongaar op de gedeel de achtste positie, zodat een barrage uitsluitsel moest ge ven wie er in de eindstrijd ver schijnt. Waarin hij het dus niet redde. Jammer. Op de Olympi sche Spelen van '84 in Los An geles werd nog het systeem van duizendsten van seconden gehanteerd en als dat ook in Korea het geval was geweest, had Ron in de finale gestaan. Het is namelijk gebleken dat hij vier duizendste sneller was dan die Hongaar. Kennelijk wilde de jury het risico vermij den, dat een sporter er uit lag omdat bijvoorbeeld aan het ene aantiktegeltje twee milli meter meer cement zat..." „Misschien had Ron naar Amerika moeten gaan", mij mert René Dekker. „Wellicht lag daar de sleutel tot wereld- prestaties. Zijn armslag is su per, dat is laatst bij opnames van dichtbij met een camera weer eens overduidelijk aan getoond. De problemen doen zich voor bij de beenslag, die niet vlekkeloos is. Nooit ge weest ook. Komt zo goed als ze ker omdat zijn ene been ietsje langer is dan het andere, ter wijl eveneens rotatiebeper king in de heup is geconsta teerd. De lengte van zijn slag op dit discontinue nummer wordt steeds iets korter naar mate een race vordert. Omge rekend in cijfers betekende dat dat hij 2 1//2 centimeter per volledige slag toe moest geven op de latere winnaar Adrian Moorhouse. Ofwel, dat kleine extra beetje kracht bepaalt het verschil tussen goud en een vijfde plaats. Opvallend is dat zijn grootste concurrent in Ne derland, Michael van Rijn, juist wel over een hele sterke beenslag beschikt. Ik heb er vrede mee dat hij Ron's opvol ger wordt. Alleen dit jaar nog niet, natuurlijk". „Ik ken Ron wel zo goed, dat hij straks de zwemsport in geen geval gefrustreerd de rug toekeert, maar voldaan terug blikt op al die jaren. Als mens komt-ie er heel sterk uit te voorschijn. Hij is uitgegroeid tot een vechter, met een enorm doorzettingsvermogen. Een ty pische laatbloeier. Binnenkort richt hij zich op een maat schappelijke loopbaan. Het wordt tijd ook. Maar ik zou er geen bezwaar tegen hebben als hij in Barcelona nog even een medaille grijpt. Wat is er mooi er dan stoppen op je hoogte- Haalbaar In zijn eigen kansberekenin gen komt Ron Dekker in elk geval uit in Barcelona. De li mieten voor de olympische se lectiewedstrijden, dit weekein de in Amersfoort, zijn in zijn ogen scherp maar haalbaar. Bovendien is er altijd nog de achterdeur van een estafette nummer. Dekker begint dan ook met een gerust gevoel aan de selec tie-wedstrijden. Hij heeft een gedegen voorbereiding achter de rug en voor zijn gevoel er al les aan gedaan om deelneming aan de Olympische Spelen af te dwingen. „Ik ben nu alleen nog afhankelijk van de vorm van de dag. Als Barcelona on bereikbaar blijft, zal ik flink balen, maar dan kan ik mezelf geen verwijten maken. Voor alsnog ga ik daar niet vanuit", zwemmende V broer Ron dit weekeinde afvaardiging naar Barcelona is de Deventer zwemmer vol goede moed. De selectiewedstrijden worden gehouden op een Amerikaanse manier. Dus in de vorm een eenmalige wedstrijd waar ge woon de limiettijd moet wor den gezwommen om voor uit zending in aanmerking te ko men. Hard maar duidelijk. Aanvankelijk was er sprake van richttijden en zouden zwemmers die daaraan net niet zouden voldoen 'be- spreekgevallen' worden. Mede op aandringen van de zwem mers is daarvan afgeweken, omdat de richttijden in bijna alle gevallen als onhaalbaar scherp werden aangemerkt. De zwembond en het NOC hebben aan dat verzoek ge hoor gegeven en de limieten versoepeld. Wel onder voor waarde dat die tijden moeten worden gezwommen om voor een ticket naar Barcelona in aanmerking te komen. Voordeel Dekker beschouwt die drem pelverlaging als een voordeel, ook al moet hij persoonlijke re cords breken om voor uitzen ding op individuele nummers in aanmerking te komen. In het geval dat niet lukt mag de Deventenaar hopen dat met hem drie anderen gezamenlijk de limiet halen van de 4 x hon derd meter vrije slag of 4 x honderd meter wisselslag. Als op die manier uitzending wordt afgedwongen kan hij zich ook inschrijven voor indi viduele nummers. jloor i IENK RUIJL tP Voor haar geen in de rij en snelle ilamejongens die weg- )en met haar afbeel- ig. Neen, dressuurama- ie Anky van Grunsven zij verdedigt aanstaand ekeinde haar nationale ?1 in Haaksbergen zich wel degelijk psporter' maar de zo passende glitter en gla- >ur gaat aan haar voor- moet lachen. Gezeten in het taurantje van haar manege iet zuidelijke Erp, becijfert ky van Grunsven (24) nauw- irig haar inkomsten. „Een nsor? Die heb ik natuurlijk zegt ze. „De enige in- nsten die ik rechtstreeks >r m'n sport krijg, heb ik te iken aan de toelage van het C waardoor ik ben verplicht n beste paarden niet te ver- 'en tot en met 1994". Voor overige beseft ze dat dres- rrijden geen vetpot is. Bij doorsnee wedstrijd ont- igt de winnaar van de dres- ir zo'n tweeduizend florij- voor de beste in de kür soms meer dan het dubbe- tlaar. „Straks in Haaksber- er voor het eerst een 0 te winnen", kijkt ze voor- „Nou, dat is een unicum, >r". 1 zijn bespiegelingen, waar- We niet de conclusie mogen wen dat het Anky van Grunsven slecht gaat. Ze vult alle dagen met haar grootste passie en kan daarvan-goedle ven. In dat opzicht telt haar faam als beste amazone van dit land natuurlijk mee. „Ik krijg voldoende klanten om elke dag les te geven. Daar kan ik van rondkomen", zegt ze. Met dank ook aan die niet onbe middelde vader, die door een lucratief bouwbedrijf dat zijn beide zonen inmiddels overna men, zijn kinderen een aardig op weg kon helpen. Dochter lief wilde een paard van vijf duizend gulden en kreeg dat prompt. Al moest ze er wel voor soebatten. „Mijn vader is mijn grootste sponsor", zegt ze. „We zijn thuis verwend, ja. Mijn beide broers en ik, wij hadden bepaald niet te klagen. Maar: we hebben nooit iets voor niks gekregen. Zodra m'n vader het gevoel kreeg datje er zelf niets voor wilde doen of la ten, dan ging het feest niet door. Ik moest ervoor werken, m'n best doen om bepaalde dingen te krijgen. Daarom ben ik ook op dit niveau beland. Omdat ik van huis uit heb le ren knokken om iets te berei ken". Drammerig De andere kant kent Van Grunsven ook. De HAVO- scholiere die het in zich had het gymnasium en de universi teit te bereiken. „Had makke lijk gekund" vprt«»i+ Tk vond HAVO echter wel ge noeg. Ik wilde met paarden werken, daar ging het me om. Ik vond zesjes op school dus voldoende. Zo ben ik: dram merig. Als ik iets wil bereiken, dan lukt me dat ook. En als ik ergens niet achter kan staan, dan geloof ik het ook verder wel". De perfectioniste die Van Grunsven is, heeft wat dat be treft een uitstekende vriend gevonden. Trainer en huisge noot Sjef Janssen moet haar verder brengen in het veld van internationale amazones. De karaktertrekjes die hij daarbij vertoont lijken akelig veel op die van zijn pupil. „Mijn ou ders zeggen wel eens", doet Van Grunsven een boekje open, „dat wij altijd ruzie heb ben. Dat is maar schijn. Hij is net als ik een perfectionist en een zeurpiet. Ik kan moeilijk mijn mond houden als Sjef iets vertelt. Tja, dan barst de bom wel eens". - Toch is dat perfectionisme vol gens de amazone het geheim achter haar successen. Ze be schouwt de vijfde plaats op het EK in 1991 als grootste triomf tot nu toe. Al mochten ook de nationale titels in '90 en '91 er zijn. „Ons geheime wapen is", legt ze haar relatie met Jans sen uit, „dat we nooit tevreden zijn. We zeggen: gisteren was dit goed, maar vandaag willen we verder". Wat werkelijk niet goed was, oordeelt Van Gruns ven, was haar debuut tijdens de Spelen in Seoul waar ze als 32e van de 64 deelnemers in het individuele klassement eindigde. Straks, in Barcelona,- hoopt ze het beter te doen. Sa men met Tineke Bartels-De Vries, Ellen Bontje, en Anne- marie Sanders-Keijzer verte genwoordigt ze Nederland in het landenklassement, even als destijds in Seoul; slechts de paarden zijn anders. Terwijl ze samen met haar viervoeters Bonfire en Olympic Cocktail ook individueel aan de weg hoopt te timmeren. „Ik zie wel waar we eindigen. Zelfvertrou wen is niet mijn sterkste punt". Champagne Het viertal Barcelona-gangers is overigens ook uitgerekend het kwartet dat dit weekeinde om de nationale titel strijdt. „Wie daarna komt, ligt ver ach ter ons". Een viertal dat het goed met elkaar kan vinden. „We-zijn dikke maatjes. On derling kunnen we ook goed met elkaar praten over de pro blemen die we ondervinden". Van Grunsven mikt nog im mer op een grensoverschrij ding van 1600 punten in de Grand Prix. „We hebben afge sproken", meldt ze, „dat de eerste van ons vier die daar over heen gaat, trakteert op champagne". Van Grunsven raakte op 12-ja- rige leeftijd aan de paarde- sport verslingerd. Ze probeer de nog even als springruiter door het leven te gaan, maar haar eerste aanwinst 'Prisco' bleek meer geschikt voor de dressuur. „Prisco had zo'n lief koppie", zegt ze. „Ik heb er flink mee geboft. M'n vader kocht Prisco voor vijfduizend gulden en hij bleek nog heel goed ook. Toch is het best een lijdensweg geweest, met veel ups en downs. Je blijft knok ken met zo'n paard en dat schept een enorme band. Dat is trouwens ook hetgeen door leken vaak wordt onderschat. Het ziet er allemaal zo gladjes uit als een amazone optreedt. Dan denkt men: hé dat is ge makkelijk. Mijn klanten zeg gen wel eens: jij hebt makke lijk praten, want alles gaat voor de wind. Ze vergeten dat ik echt dezelfde problemen met een paard heb als zij. Daardoor wordt deze sport ook onderschat, jammer". Pensioen Van Grunsven, die Prisco in middels met 'pensioen' stuur de, is zich ervan bewust dat de dressuursport niet bepaald aantrekkelijk is voor de om standers.. De piaffes, pirouet tes en galopchangementen spreken Jan Publiek niet al te zeer aan. „Het ziet er saai uit", zegt ze. Om eraan toe te voe gen dat met de intrede van de kür, die overigens niet bij het NK hoeft te worden uitge voerd, veel ten goede is ge keerd. De ballettende paarden op muziek bleken de toeschou wers op de banken te krijgen. „Een gouden greep, die kür", vindt Van Grunsven. Die even zeer beseft dat haar sport soms irritant afhankelijk is van het nukkige jury-oordeel. „Dat is een probleem, ja. De jury-le den weten niet altijd waar je mee bezig bent. Toch zijn we in Nederland op de goede weg; er kan tenminste nu met de jury leden van gedachten worden gewisseld. Ik heb evenwel vaak het gevoel gehad dat ik was benadeeld. Al zal op den duur mijn reputatie ook in mijn voordeel zijn gaan wer ken. Internationaal gezien loopt het soms de spuigaten uit met het oordeel van de jury-le den. Nu hebben de Amerika nen vaak weer het voordeel van een gunstige uitslag. Zal wel met politiek te maken heb ben". Imago telt in macho voetbalwereld door FRANK WERKMAN Toen ze een jaar of achttien waren, werden ze nog wel eens met elkaar vergeleken, Enzo Scifo en Gerald Vanenburg. Ze waren even oud, hadden zo'n beetje het zelfde uiterlijk en konden allebei meer dan verdienstelijk met de rechtervoet een bal beroeren. Toen al tekende zich een kenmerkend verschil af tussen beide jeugdige voetballers, die alle twee bij een gereputeerde club acteerden, Anderlecht enAjax: hun naam. Uit die van de mijnwerkerszoon met zijn zuid-Italiaanse voorouders klonk toen cd een klank door die zweemde naar muziek. Het kind uit het burgermilieu in Utrecht moest luisteren naar een naam, die slechts schimmen opriep van mistig polderlandschap. Sinds die eerste opmerkelijke schreden op het profvoetbalpad van het ontegenzeggelijk talentvolle duo heeft dat onderscheid zich uitgediept. Want onder de donkere krullen bleek ook een verschillend karakter schuil te gaan. De door de grijze cellen gestuurde creativiteit in het rechterbeen bleek niet in staat ook het moreel op een identieke wijze te stimuleren. Enzo Scifo besteeg snel de hoogste toppen, handhaafde zich daar enige jaren knap, werd Belg en pas later geconfronteerd met een terugval. Gerald Vanenburg klom ook rap op, bereikte een bepaald niveau, maar kon daarna de echte doorstoot nooit realiseren. De Nederlander herhaalde desondanks tot in den treure zo snel mogel ijk naar het Mekka der broodvoetballers te willen verkassen. Maar het bleef bij hem altijd bij het voornemen. Scifo ging echt (terug) naar zijn geboorteland, slaagde daar weliswaar niet direct, maar heeft na een Frans omweggetje nu toch in Italië algemene erkenning afgedwongen. Dezer dagen werd weer bekend dat Gerald Vanenburg bij PSV blijft. (Alsof dat nieuws is?) Makelaars, die met een videoband vol technische hoogstandjes van de Nederlander de voetbalstadions in Italië waren afgereisd hadden opnieuw overal nul op het rekest gekregen. De mislukte missie Vanenburg in de Serie A te stallen kan nooit zijn veroorzaakt door diens gebrek aan technische vaardigheden. Als het op een balletje-hoog houden aankomt klopt de PSV'er de meeste Italianen. Neehet moet informatie uit het wandelgangencircuit zijn, die er voor heeft gezorgd dat hij opnieuw met het schaamrood op de kaken door Eindhoven zal moeten drentelen. Ook tot over de Alpen en Apenn ijnen moet het beeld zijn doorgedrongen van de wat zeurderige pseudo-vedette, die met een hoog stemmetje zijn gemoed lucht over gebrek aan waarderi ng die hem al zijn hele leven lang ten deel is gevallen. Kijk, dat nu is een imago dat in het Italiaanse macho-voetbal al helemaal niet op prijs wordt gesteld. Ook het inmiddels volwassen uiterlijk van Gerald Vanenburg dwingt in dat opzicht geen nieuw respect af. Waar Enzo Scifo uitgroeide tot prototype van de Latijnse held met de wat grove trekken van de kompel, bleef de Nederlander de gedaante houden van een schoothondje dat zich zo af en toe keffend in de kuiten van een passant werpt. Heeft de buitenwacht misschien toch een verkeerde indruk van de man, die dikke tranen plengde over zijn steeds weer schipbreuk lijdende poging Hannibal te volgenDeze week publiceert het weekblad Voetbal International een artikel over Gerald Vanenburg. Het zijn echter niet de teksten van de oud-Utrechter, die de aandacht opeisen, maar de illustratie bij het interview. Immers, wie staat daarop een grote kleurenfoto afgebeeld naast een glanzend pronkende Harley DavidsonHet toonbeeld van super-mannelijkheid, dat inhoud kan worden gegeven dank zij een interessant inkomen! Het is zo waar Gerald Vanenbu rg! In één klap had de voetbal miljonair zich kunnen hebben ontdaan van zijn oude imago. In weerwil van het feit dat tegenwoordig ook veel vrouwen op een motorfiets, zelfs Harley's, rondrijden. Maar voor Vanenburg is het een foute foto. Ten eerste staat hij er ook in dit geval naast. Bovendien draagt hij een jasje, waarvan de kwaliteit leder superieur is, maar dat een motorrijder slechts tijdens een wandelingetje met de hond door het bos draagt. Die pose, die kleding, maar vooral die melancholieke blik van Gerald Vanenburg bevestigen een oude opvatting: met die voetballer wordt het internationaal nooit meer wat. Hij mag eigenlijk blij zijn dat-ie ooit zo'n lang contract bij PSV afsloot. Arm Vaantje. Anky van Grunsven met Bonfire: „We zeggen: gisteren was dit goed, maar vandaag willen we verder". FOTO GERARD DAMOISEAUX

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 19