Irritatie groeit bij Hans van Breukelen Adri van Tiggelen: „geen postbode" QddóaQowumt ZATERDAG 6 JUNI 1992 35 Ie historie spreekt tegen ons. Er nog nooit een land twee keer hter elkaar kampioen geweest, lar daarin ligt natuurlijk wel er de uitdaging. Al vind ik die otivatie ook op het moment dat ;het veld op kom en ze 'ouwe lui' anderen. Dan denk ik: ik zal sn laten zien dat die Van Breu- ten misschien wel een lui is aar nog niet zo oud". :nje-doelman Hans van Breukelen ift vertrouwen in het komende EK. De nen van Michels en Advocaat zou- hun lesje wel eens kunnen hebben ierd, verwacht de keeper. „Als wij iets ;estoken hebben van het EK en het dan bestaat de kans dat er in Zweden team staat", is hij van mening. „Het was de ideale situatie. Het WK was irentegen één van de grootste afknap- •s die ik in mijn voetbalcarrière heb egemaakt. We hadden zoveel kwali- dat we kans maakten om wereldkam- en te worden wanneer je die kwalitei- had kunnen bundelen. Maar het luk- ïiet, omdat men, de numero één of de 1 nero twintig, zich niet kon wegcijfe- voor dat totale doel. Dat is de les ge- :st van het WK". kunt zeggen dat de aanloop naar Ita- niet klopte, dat er veel mensen in de zijn geraakt," beseft Van Breukelen. kunt pok zeggen dat het niet klikte ;en Libregts en de spelersgroep. Of je it er het feit bij dat er een stemming yeest is wie de coach zou moeten wor- terwijl de eerste afspraak was dat van het drietal De Mos, Beenhakker jruijff het zou worden. Als je dan op [WK de strijd meemaakt die werd uit- ichten in de Telegraaf en het AD, in iersoon van Gullit en Michels, dan dat zaken, die geen basis vormen om staties neer te zetten. Op het laatst je je te irriteren aan jezelf, terwijl ik van dat WK juist ongelooflijk veel voorgesteld". H|s ik dat spiegel aan de huidige situa- dan zeg ik sinds Michels er weer is, we eindelijk weer rust hebben in de In het begin escaleerde dat nog be- »g rlijk naar aanleiding van dat geval "hald Koeman, Portugal uit, de eerste ilificatiewedstrijd. Michels had als *g rwaarde gesteld dat al het geëmmer. Be pers afgelopen moest zijn. 'Als er PI is, kom je naar mij toe'. En Ronald .m met een interview waarin hij mis- ien wel gelijk had, maar dat daardoor tegen die afspraak indruiste. Mis- jen was dat wel het mooiste wat Mi- Ss op dat moment kon overkomen, at hij daarmee een voorbeeld kon en. En het was nog een van de top- ook!" imwork i Breukelen anno 1992 is ie- d die graag lezingen houdt en daarin ekt over 'teamwork', waarvan hij het ng zelf ging inzien tijdens zijn loop- L als doelman van Oranje. „Het gaat len tijde over het team. Altijd moet 'een, of het nu één van de twintig ;rs is, of de trainer, de materiaalman e dokter, hetzelfde doel voor ogen ten hebben en zich daaraan onderge- kt moeten maken. Gebeurt dat niet heb je geen team en kunnen die indi- ele kwaliteiten nooit de doorslag ge lukkig merkte ik tijdens de laatste strijden dat men weer bereid is om n met elkaar te gaan doen. Zo'n jerking van Van Basten, die op tv 'Ik ben ook maar een onderdeel van .feeheel', vind ik klasse," zegt de doel- f, waarbij hij zijn rechtervuist in zijn .lerhandpalm slaat. „Dat is wat we no- hebben!" 5 iedereen zich kan schikken in zijn £11 er alles aan wil doen dat we straks iöteborg toch weer op dat bankje zit- jte springen," doelt hij op de huldi- B nadat de Europese titel was binnen gehaald, „dan heb je pas kans dat er weer succes komt. Anders gaan we er naartoe en halen we misschien met veel geluk de halve finale, maar daarna is het Wc schijnlijk over". Bij de herinnering aan de nasleep aan het EK beginnen zijn ogen te glinsteren. „Dat ik de koningin mocht ontmoeten vond ik een hoogtepunt. Ik ben blij dat ik mijn vakantie toen heb uitgesteld orrf naar Den Haag te gaan. Dat was iets unieks. Dat meen ik oprecht". Parallellen In de laatste jaren van zijn carrière, houdt Van Breukelen zich al nadrukke lijk bezig met de toekomst. Via lezingen over zaken als teamwork, „maar ook over de overeenkomsten tussen een topspor ter en een ondernemer of een topsporter en een vertegenwoordiger... Er lopen zo veel parallellen",, vindt Van Breukelen. „Ik vind het leuk om mensen in een to taal andere bedrijfstak die parallellen aan te reiken om te laten zien dat je in feite allebei in het zelfde schuitje zit". „Wat veel belangrijker is dat ik daardoor ontzettend veel contacten heb gelegd in het bedrijfsleven. Ik heb mijn oren en ogen altijd heel goed open gehouden", klinkt het zelfverzekerd. „Ik weet ook heel sterk wat er onder sponsors leeft. Zowel bij het Nederlands elftal als PSV. Een eigen bureautje omtrent sportspon soring zou me aan de ene kant heel lek ker lijken, onafhankelijkheid spreekt me enorm aan. Maar ik heb ook een aantal aanbiedingen liggen van zeer gerenom meerde bedrijven die al een boel know how hebben. Daar zou ik dan relaties gaan leggen en ideeën ontwikkelen. Ik denk dat ik in zoiets terecht kom". „Het is voor mij ook een uitdaging om als geheel onafhankelijk journalist te func tioneren. Als ik die kans had, zou ik 'm pakken. Ik zou die sport op een andere manier kunnen benaderen, zo eigenwijs ben ik ook wel weer om dat te denken. Maar ik weet dat, waar je ook werkt, dat er je krant of tijdschrift een bepaalde fi losofie van werken heeft. Een andere ul tieme uitdaging is als manager aan de gang te gaan bij een club met mogelijk heden. En daarin een beleid uit te zetten. Ik denk dat ik door de jaren heen een beeld heb kunnen vormen hoe het zou moeten functioneren. Maar dan zit je met hetzelfde probleem: word ik dan een uitvoerder van beleid of krijg ik de vrije hand en word ik na twee of drie jaar be oordeeld. In het eerste geval zeg ik: het spijt me. In het tweede geval zou ik be reid zijn om er in te stappen. Om een be leid te voeren door trainers aan te trek ken en samen daarmee een groep men sen neer te zetten die voor het zelfde doel gaan en bereid zijn zich ondergeschikt te maken aan dat doel". Nadrukkelijker De ambitie om aan een tweede carrière te beginnen, komt bij Hans van Breukelen steeds nadrukkelijker boven. „Het stra mien ging me op een gegeven moment beklemmen", beschrijft hij de dagelijkse gang van zaken bij een topvoetbalclub. „Dat alles geregeld wordt... Dan moet je zus, dan moetje zo. Voorbeeld: op vrijdag speelden we tegen Roda. Het weekend hadden we hartstikke leuk gepland met 't gezin. Donderdags op de training werd er gezegd dat we zaterdagochtend vroeg* zouden, vertrekken naar Italië, om een vriendschappelijke wedstrijd te spelen; een boel geld voor de club. Op dat mo ment word ik gek. Ik weet: ik moet. Want ik sta in principe 24 uur per dag onder contract. Maar langzaam maar zeker gaat het me irriteren. Die onverwachte din gen die erbij komen. Waardoor dingen die je privé plant, gelijk aan de kant moeten. Na zeventien, achttien jaar gaat dat irriteren. Je komt op het station of het vliegveld en de tickets worden uitge deeld. Alles is geregeld. In het hotel: ka mers zijn geregeld, je krijgt de sleutel en hoeft alleen nog maar naar je kamer te lo pen. Perfect, zo hoort het ook. Maar ik heb nu zoiets van: ik wil het zelf wel eens regelen. Dat lijkt me veel leuker". Idoor GEP LEEFLANG „Er zijn internationals die niet in staat zijn de bal tien keer achter elkaar op hun voet hoog te houden. Types als Van Tiggelen en Van Aerle hebben de goede mentaliteit. Ze gaan over lijken als het moet. Dank zij hun instelling zijn ze aan de top gekomen. Als ze in balbezit zijn, kijken ze wie het dichtst bij hen staan en spelen hem de bal aan. Zij kennen hun grenzen. Daarom vind ik Van Tiggelen en Van Aerle intelligente voetballers". Citaat van Ar nold Mühren. Al vóór de contouren van Oranje vastere vormen aannamen tijdens de eerste oefenwedstrijden tegen Oostenrijk en Wales wist Adri van Tiggelen het zeker. „Ik speel", wist de verdediger, die kort na het be gin van het duel met Wales licht geblesseerd uitviel maar snel her stelde. „Michels heeft wel eens ge zegd dat Van Tiggelen speelt, wan neer hij wordt geselecteerd. Waar om zou hij iemand van 34 jaar op roepen voor de bank?" „Per slot van rekening heb ik slechts heel weinig keren gefaald", is hij van mening. „In de kwalifica tiewedstrijd tegen Portugal, uit, speelde ik heel slecht. Daarna werd ik enkele wedstrijden dan ook niet meer opgeroepen. Maar verder ben ik gewoon een type speler dat er altijd staat". „Wat dat betreft maakt het ook niet uit hoe oud ik ben," vervolgt Van Tiggelen. „Vanwege die leeftijd speel ik echter wel nadrukkelijk met de gedachte om na het EK te kappen. Op een gegeven moment gaat het allemaal gewoon te veel van je vergen. Het wereldkampi oenschap is weer twee jaar verder en in de voorbereiding daarop moet je zo veel wedstrijden spelen datje in combinatie met de compe titie tot het uiterste moet gaan. Als PSV ook in de Europa Cup een aantal ronden doorkomt, heb je de kans dat je jezelf over de kop loopt. Misschien is het maar beter om de eer aan mezelf te houden. Twee EK's en één WK is eigenlijk wel ge noeg". Aarzeling „Toch is het moeilijk om het juiste moment van stoppen te pakken", aarzelt de international. „Als je een goed EK draait, dan is het uiterst moeilijk om te zeggen datje er mee stopt. Dan denk je automatisch dat je nog wel een paar wedstrijden mee kunt," verwacht hij. „Mensen denken ook dat ik na komend sei zoen stop bij PSV. Ik weet het niet. Die stap zou nu. moeilijk te zetten zijn, omdat ik nog gretig ben. En één ding is zeker: ik ga niet op een lager niveau spelen. Door de per fecte omstandigheden bij Ander- lecht en PSV ben ik daarvoor te veel verwend. Ik kan het echt niet meer opbrengen om te trainen op een veld waar bijna geen gras meer op staat, of zelf m'n kleren te was sen". Is hij bang voor het moment waar op hij de voetballerij vaarwel moet zeggen? Adri van Tiggelen is even stil. „Wat is bang?", repliceert hij. Dan: „Op een gegeven moment sta je er toch voor. Ik weet echt niet wat ik dan moet doen. Financieel onafhankelijk ben ik niet. Natuur lijk verdien ik goed, maar dat is pas het geval sinds Anderlecht en PSV. Bij het CFK (contractspelers- fonds; red.) heb ik het een en ander opgebouwd, maar tot mijn 65e kan ik het heus niet uitzingen. Wat ik trouwens ook niet wil hoor. Maar wat? Geen idee. Gewoon weer post bode worden, zoals ik ooit eens riep, in elk geval niet". „Ik wil best iets doen in de voetbal lerij", zegt de karakterverdediger, „maar dan niet in het betaalde voetbal. Laten we eerlijk zijn: je moet het kunnen overbrengen, 't Is voor een trainer niet gemakke lijk om twintig man in het gareel te houden. Ik zou niet met die gasten kunnen omgaan, 't Zijn toch alle maal verwende jongetjes. En als trainer word je altijd gedold; je bent altijd het pispaaltje. In het amateurvoetbal iets doen, trekt me meer". Koffiedik Of Oranje na het Europees kampi oenschap 1992 drastisch van ge daante zal veranderen, zoals wel eens wordt gesuggereerd met het oog op leeftijden van spelers, is volgens Van Tiggelen dan ook kof fiedik kijken. „Eigenlijk zijn al leen Hans van Breukelen en ik ver over de dertig. De rest kan nog ge makkelijk mee tot het WK", vindt hij. „In Oranje zitten natuurlijk ook de jongens uit Italië (Van Tig gelen doelt op het trio Gullit, Van Basten en Rijkaard; red.). Ik denk dat die weinig interesse hebben om er nog weer twee jaar aan vast te plakken. Op financieel gebied gaat het voor hun maar om een klein appeltje, dat ze echt niet no dig hebben. Ze zullen net als de an deren toch zelf moeten bepalen 'of het EK voor hen een breukvlak i§. Als je de motivatie voor het Neder lands elftal niet meer kunt opbren gen, moetje stoppen. Zij (de 'Italia nen'; red.) staan zeven dagen per week de hele dag onder ongeloof lijke druk. Ik zou het volstrekt lo gisch vinden wanneer zij op pak weg 32-jarige leeftijd zeggen dat ze na zoveel jaren op internationaal niveau geen zin meer hebben in die stress. Juist zij moeten zo veel dingen verwerken- dat ik best kan begrijpen wanneer zij eerder stop pen dan iemand als ik. Mensen buiten het voetbal denken vaak dat de toppers alleen maar geldte- kens in hun ogen hebben staan, maar dat vind ik veel te simpel ge dacht. Bij voetbal op dermate hoog niveau komt ongelooflijk veel kij ken". Voorbeeld „Neem het afgelopen seizoen van PSV", zoekt Adri van Tiggelen naar een voorbeeld. „Wij speelden op een gegeven moment bedui dend minder goed dan Ajax. En we voelden voortdurend hun adem in onze nek. Slopend is dat. En daar door maakt het op een gegeven moment niet meer uit of je nu te gen FC Utrecht speelt of tegen VW. Elke wedstrijd is moeilijk". Zaak voor een zieleknijper dus, in de zin van een haptonoom als Ted Troost, een sportpsychiater als Ferdi Oyen of een sportpsycholoog als Peter Blitz? Van Tiggelen: „Met het EK in Duitsland is Ted toen ge komen. Breuk (Hans van Breuke len; red.) en Ruud (Gullit; red.) kenden hem. Ik ben toen ook wel een keertje naar hem toe geweest. Al was dat meer om m'n nek lekker los te laten gooien. De masseurs van het Nederlands elftal hielden er niet van om een nek te kraken. En ook Monne de Wit van PSV doet dat niet. Ik denk echter dat als ie mand gevoelig voor zo'n behande ling is en er beter door gaat preste ren, dat je het dan moet toelaten. Het valt me overigens wel op dat juist bepaalde types er kennelijk gevoelig voor zijn. De vedettes, ja. De jongens die onder een grotere druk staan dan verdedigers omdat ze per se moeten scoren". Hans van Breukelen en Adri van Tiggelen zetten na het EK in Zweden naar verwachting een streep onder hun internationale loopbaan. De PSV'ers maakten samen het succesvolle EK van 1988 en hopen op een herhaling. Of ze na Zweden er nog bij zullen zijn, zeggen ze nog niet te weten. Van Breukelen is door de aanstaande bondscoach Dick Advocaat al wel gevraagd om gewoon aan te blijven. Een dubbel-interview met de routiniers die bijna aan de eindstreep zijn. Adri van Tiggelen: „Ik ga niet op een lager niveau spelen. Door de perfecte omstandigheden bij An derlecht en PSV ben ik daarvoor te veel verwend. Ik kan het echt niet meer opbrengen om te trai nen op een veld waar geen gras meer op staat, of zelf m'n kleren wassen". FOTO:ANP Hans van Breukelen: „Dat ik de koningin mocht ontmoeten na het vorige EK vond ik een hoog tepunt. Ik ben blij dat ik mijn va kantie toen heb uitgesteld om naar Den Haag te gaan. Dat was iets unieks. Dat meen ik op recht". FOTO: ANP

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 35