finale
Voedselhulp voor honderdduizenden onbereikbaar
EXTREME DROOGTE MAAKT BEDELAAR VAN MOZAMBIQUE
Wehkamp groot
geworden door
Brits kapitaal
Idoor
RAYMOND HASSELERHARM
MAPUTO Kanovaren was ja
renlang een van de geliefde
sporten op de Limoporivier in
Mozambique. Nu is de brede wa
termassa verdroogd tot een geel-
stoffige bedding waar mannen
ritmisch graven naar water in de
diepte. De ontblote bovenlijven
glimmen en op de achtergrond
pruttelt een oude pomp het zan
derige water naar wat dorre ak
kertjes.
Wat verderop zitten twee oude vrou
wen als mollen te wroeten naar water.
Ze schrapen met een leeg EG-voedsel-
blik over het bodempje vocht dat te
weinig lijkt om hun verdampte zweet te
compenseren.
Mozambique is een van de landen in
Zuidelijk Afrika die momenteel wor
den getroffen door de meest extreme
droogte sinds mensenheugenis. Van
Namibië tot Zimbabwe en van Malawi
tot Zambia zijn de oogsten verdroogd
en mislukt. Er dreigt een ramp die door
deskundigen wordt omschreven als veel
omvangrijker dan de hongersnood die
tien jaar geleden de bevolking van Etio-
pië en Somalië op de knieën dwong.
Zimbabwe is inmiddels door de droog
te vervallen van grootschalig maisex-
porteur tot een bedêlaar die in leven
moet blijven door de giften van het rij
ke Westen.
Maar nergens in Zuidelijk Afrika is de
droogte zo dodelijk als in Mozambique,
een land dat al is verziekt door een
doelloze burgeroorlog en nu definitief
dreigt te bezwijken door vochtgebrek.
Meer dan twee miljoen van de vijftien
miljoen inwoners van Mozambique zijn
al aangewezen op buitenlandse voed
selhulp en dat aantal stijgt elke dag. „Ik
heb nachtmerries waarbij ik honderd
duizenden Mozambiquanen zie ster
ven", zegt Mark Latham, directeur van
de organisatie Wereld Voedsel Hulp.
„Het grootste probleem is het versprei
den van voedsel dat via de havens wordt
aangevoerd. Door oorlog zijn veel dis
tricten pnbereikbaar geworden en ook
corruptie en incompetentie verkleinen
de levenskansen van miljoenen honge-
rigen", aldus Latham.
Hoop vervlogen
„Ik wil graag wat tijd in Mozambique
doorbrengen. Het is heel leuk om er
een week of twee te zijn en verliefd te
worden op de mooie meisjes", zong
Bob Dylan in 1975. Nu is die tijd over
duidelijk voorbij maar toen was er nog
hoop. Mozambique werd in 1975 onaf
hankelijk na een felle strijd tegen de
Portugese overheersers. De Portugezen
verlieten het land en daarmee vertrok
ken kennis, geld en apparatuur. Ze lie
ten geen goede wegen of industrie ach
ter en de lokale bevolking was nooit
toegestaan zich te scholen. Nog geen
tien procent van de Mozambiquanen
kon lezen en schrijven en alsof die erfe
nis nog te groot was, saboteerden de
rancuneuze Portugezen vitale voorzie
ningen. In Mozambique staan nog altijd
de geraamtes van niet voltooide flatge
bouwen waar de liftschachten zijn vol
gestort met beton en in de haven herin
neren half gezonken schepen aan de
vernielzucht van de Portugezen.
De marxistische Frelimo-regering die
het bestuur van de Portugezen over
nam, werd vanaf het begin bestreden
door het guerrilla-leger van het Rena-
mo, gefinancierd en getraind door blan
ken in het voormalige Rhodesië. Later
nam de Zuidafrikaanse apartheidsdic
tatuur die rol over als straf voor de
steun die Mozambique gaf aan het
ANC. In 1984 tekende Mozambique
noodgedwongen een akkoord met
Zuidafrika en het ANC werd conform
die afspraak het land uitgezet. Maar
Zuidafrika hield niet zijn woord en
bleef het Renamo steunen. Inmiddels is
het marxisme in Mozambique afgezwo
ren maar Renamo vecht, met zijn leger
tje van 25.000 man, verder als een doel
loos monster dat door niemand kan
worden gestopt. Een Amerikaanse on
derzoekscommissie vergelijkt het ka
rakter van de guerrillastrijd met de
wreedheid van het Cambodjaanse Pol-
Pot-regime en de massaliteit van de
slachtingen in de Tweede Wereldoor
log.
Het Renamo beheerst een groot ge
deelte van het platteland en bestookt
ook steeds vaker de buitenwijken van
de steden. „Bij de laatste aanval twee
maanden geleden werd een vrouw in
ons dorp gedood en al ons voedsel werd
gestolen", zegt de 32-jarige Jose Mond-
lane. Hij deelt zijn huis van zachtboard-
platen in Ndlavela met dertien familie
leden. Om nieuwe aanvallen te ontlo
pen gaan ze elke middag om vijf uur
naar het centrum van de hoofdstad Ma
puto om daar in de straten te slapen.
Elke dag lopen ze, in een rij met kinde
ren en geiten, dekens over de schou
ders. Twee uur heen en in de vroege
ochtend twee uur terug, uit angst voor
de oorlog. Die oorlog is volop aanwezig
in het centrale ziekenhuis van Maputo.
Er zijn te weinig bedden voor de oor
logsslachtoffers en sommigen liggen op
matrassen op de grond.
Een zevenjarig meisje ligt met gaas om
huld te huilen in een hoek. Is het de
pijn van haar schotwonden of de een
zaamheid? Haar ouders zijn omgeko
men bij een Renamo-aanval. In onge
wassen bedden liggen mannen met om
wikkelde stompen in plaats van benen.
Trieste records
De ziekenhuisgangen ruiken naar ont
smettingsmiddelen en aan de muren
zijn glazen potten met water bevestigd
waarin bladeren wortel moeten schie
ten. Er is te weinig eten en familieleden
moeten elke dag voedsel meebrengen
voor de patiënten. Door landmijnen en
geweerschoten zijn honderdduizenden
Mozambiquanen invalide geworden en
naar schatting een miljoen mensen
werd gedood. Een derde van de kinde
ren sterft voor het bereiken van de vijf
jarige leeftijd en de Mozambiquanen
worden gemiddeld niet ouder dan 42
jaar. Het zijn trieste wereldrecords voor
dit land dat inmiddels officieel de status
heeft van 'armste land ter wereld'.
Het plaatsje Dombo werd in november
vorig jaar aangevallen door de 'Rena-
mo-bandieten', zoals ze worden om
schreven in de volksmond. „Ze kwa
men midden in de nacht met zo'n vijf
honderd guerrilla's", beschrijft dorps
hoofd Elias Vurande. In het dorp was
een legerkamp met 115 regeringssolda
ten, maar die moesten na een urenlang
gevecht vluchten. „Het Renamo ver
brandde duizend hutten en nam zes
honderd inwoners gevangen", zegt Vu
rande. Hij wist zelf te ontsnappen sa
men met enkele honderden anderen en
ging op zoek naar eten en water. Het
enige voedsel dat ze tegenkwamen in
het verdroogde landschap waren man
govruchten en vijfendertig van de
vluchtelingen bezweken door voedsel
gebrek en uitputting. De overlevenden
kwamen uitgemergeld en in lompen ge
huld aan in Nhambana, een gehucht dat
onder regeringscontrole staat.
Maar in het dorpje is geen eten en de
vluchtelingen staan met lege schalen in
de rij bij een bevoorradingspost waar
nu al een week geen voedsel is binnen
gekomen. „We staan hier te sterven",
zegt een man die zich moeizaam staan
de kan houden. De kinderen om hem
heen hebben opgezwollen buikjes door
vitaminegebrek en baby's huilen omdat
ze geen melk kunnen krijgen uit lege
moederborsten. De ogen van de men
sen zijn dof, ze hebben hun strijdlust
verloren. Een oude vrouw, gekleed in
een jutezak, vermaalt met een steen en
kele keiharde boomvruchten en ande
ren kauwen op suikerriet, het enige
overgebleven voedsel. In een hut iets
verderop ligt een kind te sterven zonder
dat iemand er zich iets van aantrekt; de
moeder van het tweejarige meisje is de
dag ervoor overleden. We brengen het
kind naar het provinciale ziekenhuisje
iets verderop maar dat blijkt geen ver
betering.
Wanhoop
„'We kunnen niets meer voor ze doen",
zegt arts Manuel Macazuani terwijl hij
wijst in de zaal. Een uitgemergeld kin
derhoofdje kucht vanonder een smeri
ge deken en een ander kind huilt aan
doenlijk als ze door de arts wordt on
derzocht. Het ziekenhuis heeft te wei
nig eten voor de patiënten en zit al twee
maanden zonder elektriciteit. „De ste-
rilisatie-apparatuur werkt nu niet, we
kunnen geen analyses maken, bevallin
gen moeten we 's nachts bij kaarslicht
doen en medicijnen kunnen we niet
koel houden", zegt de wanhopige arts.
Het ziekenhuis heeft wel betaald voor
de elektriciteit maar de regionale admi-
nistateur heeft dat geld, evenals de bij
dragen van de boeren in de omgeving,
in eigen zak gestoken. „Hij heeft drie
jaar lang geld gestolen en daarom zit nu
de hele streek zonder stroom", zegt de
directeur van een bouwbedrijfje.
„Naast de oorlog vormen corruptie en
diefstal de grootste problemen als het
gaat om het transporteren van voed
sel", zegt Mark Latham van de Wereld
Voedselhulp; „Begin dit jaar was er een
transport per trein van zo'n duizend
ton, maar op de eindbestemming kwam
maar honderdveertig ton mais aan, de
rest was gestolen". Een suikertransport
vanuit het naburige Swaziland arriveer
de nooit en westerse donoren schatten
dat vorig jaar slechts veertig procent
van de voedseltransporten op de plaats
van bestemming eindigde. „Wij zijn een
land in honger waar mensen vechten
voor overleving", zegt president Joa
chim Chissano gezeten in de tuin van
zijn verblijf in Maputo. „We kunnen al
leen corruptie en diefstal voorkomen
door een goede organisatie en tijdig
voldoende voedsel aan te voeren. Sa
men met de hulpverlenende organisa
ties proberen we dat probleem op te
lossen", meent de president.
Bureaucratie is een ander probleem in
Mozambique en een schrijnend voor
beeld daarvan is te vinden in het plaats
je Murraca in de Sofala-provincie.
Door de omringende oorlog afgesne
den van de buitenwereld is Murraca
volledig aangewezen op voedseltrans
porten met vliegtuigen. Maar er is nu al
drie maanden geen voedsel binnenge
komen en de mensen proberen in leven
te blijven door te kauwen op suikerriet.
Vrijwel alle kinderen in het dorp lopen
met bolle buikjes en hier en daar liggen
oude mensen uitgedroogd en machte
loos voor hun hut. De lokale winkel is
gevestigd in een roestige scheepscon
tainer maar de eigenaar heeft alleen
nog maar lucifers te koop. De mensen
in Murraca kreperen terwijl er geen re
den voor is. „Er is voldoende voedsel in
de haven van Beira en de Nederlandse
regering heeft onlangs geld gegeven
voor het transport naar plaatsen zoals
Murraca", zegt Admasu Haile van de
Verenigde Naties. Hij wijt het uitblij
ven van voedsel aan technische proble
men.
Heffingen
Indirect ontstaan dergelijke situaties
door druk van organisaties als de We
reldbank en het IMF op Mozambique
om haar financiën op orde te krijgen.
Overheidssubsidies moeten verdwijnen
en vliegvelden en havens moeten door
voldoende eigen inkomsten zelfstandig
opereren. Het gevolg van dat beleid is
dat veel vliegvelden hoge heffingen be
rekenen per ton voedsel dat de luchtha
vens verlaat. Dat geldt ook voor de gra
tis buitenlandse hulp en door de heffing
worden de toch al peperdure luchttran
sporten vrijwel onbetaalbaar. De dono
rorganisaties zijn boos, weigeren de be
lasting te betalen dus liggen de waren
huizen in Beira vol voedsel dat onbe
reikbaar is voor de hongerigen in dor
pen als Murraca. Nu, na maandenlang
onderhandelen, is een oplossing in
zicht. „Wij zijn bereid om een uitzonde
ring te maken voor gratis voedsel en
hebben bijna een akkoord bereikt met
de donoren", zegt president Chissano
die lijkt te zwichten onder buitenlandse
druk. Hij zegt dat de regering over
weegt om zelf de belasting te betalen
aan de luchthavens.
Maar als dit probleem is opgelost zal er
weer een volgend ontstaan voor de
door de oorlog en honger getraumati
seerde bevolking. „Zolang de oorlog
doorgaat kunnen we voor veel mensen
niets doen", zegt Mark Latham. Hij
schat het aantal dat woont in gebieden
onder Renamo-controle op twee mil
joen. Hun situatie is nog ernstiger dan
die van de overige Mozambiquanen,
die met voldoende buitenlandse hulp
over wegen of desnoods met vliegtui
gen bereikbaar zijn. Er is hoop dat de
droogte Renamo zal dwingen toegeef
lijker te zijn tijdens de al twee jaar
voortslepende vredesonderhandelin
gen in Rome. De guerrilla heeft inmid
dels enkele konvooien van het Rode
Kruis toegelaten in haar districten,
maar moet nog instemmen met voor
stellen van de Chissano-regering om
meer voedselkonvooien van de Vere
nigde Naties en het Rode Kruis te laten
passeren. „Er stroomt nu wel buiten
lands voedsel naar Mozambique maar
voor honderdduizenden is dat voorals
nog onbereikbaar", zegt mark Latham.
ZATERDAG 6 JUNI 1992 PAGINA 25
Idoor
KEES VAN OOSTEN
ZWOLLE Postordergigant
Wehkamp viert dit jaar z'n 40-jarig
bestaan. Op 29 februari 1952 liet
oprichter Herman Wehkamp een
advertentie in de NCRV-gids
opnemen waarin matrassen werden
aangeboden; de start van het
postorderbedrijf.
Ruim 10 jaar later verkocht diezelfde
Herman Wehkamp drie kwart van
zijn aandelen aan het in Londen
zetelende Great Universal Stores
GUS. Een jaar later verkocht hij de
overige 25 procent, waarmee
Wehkamp dus volledig in Britse
handen kwam. Een transactie die
hem in staal stelde te gaan
'rentenieren'. Drs. H.J. Toebes.
topman van het postorderbedrijf
Wehkamp te Zwolle, 'biecht' eerlijk
op: zonder GUS had Wehkamp niet
kunnen bestaan, althans niet in de
huidige omvang. „Er was veel geld
nodig voor debiteuren en het
financieren van de voorraden. En de
banken willen zich wel vijfdubbel
indekken voordat ze met een krediet
over de brug komen. Dank zij GUS
hebben we fors kunnen investeren,
zonder dat het ten koste is gegaan van
ons eigen gezicht".
Bom
Herman Wehkamp, van oorsprong
onderwijzer, verdween in het niets.
Hij is inmiddels 73 jaar en woont
teruggetrokken in Brabant. Van een
interview wil hij niets weten. Wel
heeft drs. Toebes hem onlangs
bezocht en bij die gelegenheid
stemde hij er in toe 'z'n oude bedrijf
eens te bezoeken.
Ondanks het feit dat Herman
Wehkamp nooit meer een stap in
bedrijf heeft gezet, is z'n naam toch
altijd verbonden gebleven aan het
Zwolse postorderbedrijf. GUS heeft
nooit getornd aan de naam, die
immers een grote naamsbekendheid
met zich meebracht. Op de
achtergrond speelde het concern
echter wel een hoofdrol.
Wehkamp werd een begrip, niet in de
laatste plaats door enkele zeer in het
oog springende tv-spotjes met ondere
anderen Adèle Bloemendal in de
hoofdrol. Ook in negatieve zin kwam
het Zwolse postorderbedrijfjn het
nieuws. In 1982 beschuldigde de
toenmalige Vara-ombudsman, Frits
Bom, Wehkamp van onfrisse
praktijken. Zo zouden mensen in
bepaalde 'zwakke' buurten op de
zwarte lijst staan. Ook zou de service
te wensen overlaten.
Terugkijkend zegt Toebes: „Het was
allemaal heel vervelend, maar die
kritiek heeft ons scherp gemaakt. We
zijn nog beter naar onze klanten gaan
luisteren. Natuurlijk, op dat moment
kwam het hard aan. Het was echt heel
vervelend. Maar achteraf zeg ik: we
hebben er ons voordeel mee gedaan".
Crescendo
Met Wehkamp zelf ging het ook niet
altijd crescendo. Na de jaren '50, '60
en '70, jaren van ongekende groei en
bloei, kwam de terugval in de eerste
helft van de jaren '80. De
detailhandel kreeg het in die periode
zwaar voor de kiezen door de recessie
en daardoor afnemende koopkracht.
De ene na de andere winkel legde het
loodje. Wehkamp bleef overeind,
mede door de financiële armslag van
het moederbedrijf, waardoor sterk
geïnvesteerd kon worden in een
betere dienstverlening aan de klant.
In de tweede helft van het afgelopen
decennium trad een duidelijk herstel
op. Nu is er een vertraging in de
groei. „We zitten nu op hetzelfde
niveau als vorig jaar. Dat is in feite
een achteruitgang als je de inflatie
meerekent", licht de Wehkamp
topman toe.
De eerste tekenen van recessje zag
Toebes vorig najaar. Toen ging het
plotseling wat minder bij Sanders
Meubelstad. Een teken aan de wand,
zo weet de Wehkamp-topman uit
ervaring. „Meubels zijn aankopen die
je kunt uitstellen als je denkt dat het
wat minder wordt. Je kunt er de klok
op gelijk zetten dat dan later andere
duurzame goederen volgen". Aldus
geschiedde. Niet alleen in Nederland,
maar ook in de andere Europese
landen waar GUS zijn vleugels heeft
uitgeslagen. „Je ziet overal dezelfde
tendens. Het gebeurt plotseling en je
kunt er niks, of althans heel weinig,
aan doen. Je kunt alleen hopen dat
het niet lang duurt. Maar hoe lang en
hoe diep die dip is, nee, daar kun je
geen zinnig woord over zeggen. Je
kunt alleen constateren dat we op de
Angelsaksische landen achterlopen,
waar al geruime tijd een recessie is.
Duidelijk is, dat 1992 en 1993 niet
eenvoudig zullen worden".
De Wehkamp (en GUS)-topman
voorspelt dat het huidige tijdvak in
het teken zal staan van de verwende
consument. „Hij kan kiezen uit een
gigantisch aanbod. De concurrentie
is moordend. Daar zie je nu al
tekenen van. In de stad is iedereen al
aan het opruimen, terwijl het seizoen
nog maar net begonnen is".
Mozambique is een van de landen in Zuidelijk Afrika die momenteel worden getroffen door de meest extreme droogte sinds mensenheugenis.
FOTO: AP