Mee met de TGV Kanaaltunnel: veel treinen na veel tegenwind Ceidóc (Sowtwnt UTRECHT Bijna twee eeu wen is er over gedacht, ge droomd en vooral geruzied: een vaste verbinding tussen de Britse eilanden en het Europese vaste land. In september '93 is de ver binding met de opening van de Kanaaltunnel een feit. Dan verbinden per uur maximaal veer tig treinen (twintig heen, twintig terug) het Verenigd Koninkrijk met het conti-, nent. Eurotunnel, het internationaal consor tium dat de tunnel exploiteert, mikt in eerst instantie op 13,5 miljoen tunnel reizigers per jaar en zeven miljoen ton goederen. Over een paar jaar moet dat vervoer ten minste verdubbeld zijn. De aanleg van de 50 kilometer lange Kanaaltunnel bestaande uit twee spoortunnels en een servicetunnel die in noodgevallen als vluchtroute kan worden gebruikt heeft bijna 30 mil jard gulden gekost en zeven mensenle vens. Er was ook zeer veel overredings kracht nodig. Vooral om de Britten mee te krijgen. Want zij blijven eiland bewoners die een vaste verbinding met het continent diep in hun hart toch een beetje griezelig vinden. De Britse pers speelde daar gretig op in door met grommende koppen te suggereren dat via de tunnel hondsdolheid en ander continentaal ongerief naar het eilan denrijk zou worden geëxporteerd. De inmiddels van het toneel verdwenen Britse premier Margaret Thatcher, toch al geen vurig voorstander van de Europese Gemeenschap, was een van de laatste dwarsliggers van formaat. Zij wilde eerst helemaal geen tunnel en vervolgens als het dan zo nodig moest alleen een autotunnel. Gebroken Het verzet is echter gebroken en vanaf september '93 moeten de eerste treinen gaan rijden. Waarmee niet gezegd wil zijn dat dan alles precies volgens het boekje verloopt. Integendeel. Want vanwege technische problemen gaan speciaal aangepaste Franse hogesnel heidstreinen (de TGV's) niet al in sep tember '93 maar pas in juni '94 via de tunnel in drie uur tijd Londen met Brussel en Parijs verbinden. Het lukt niet om dat materieel eerder klaar te krijgen omdat de 38 TGV's geschikt moeten worden gemaakt voor de bonte variatie aan stroom- en railsystemen die op Britse, Franse en Belgische bo dem vigeren. Als er geen mouw aan ge past wordt, betekent dat voor Eurotun nel een forse inkomstenderving van een kleine 700 miljoen gulden. Een andere kink in de kabel dreigt voor het nachttreinennet. Vanaf midden '94 zouden er luxe nachttreinen (hoteltrei- nen) gaan rijden die bijvoorbeeld Am sterdam met Londen in een kleine tien uur met elkaar zouden moeten gaan verbinden. Deze European Night Servi ce» (ENS) dreigen echter op dood spoor te belanden omdat de EG moei lijk doet. Terwijl notabene EG-com- missaris Van Miert, die over transport gaat, zeer enthousiast is over het pro ject ligt een EG-commissie onder lei ding van de Brit sir Leon Brittan dwars. Hij vreest dat de vijf spoorwegmaat schappijen en Eurotunnel (ET) onder een hoedje spelen en een monopolie voor het nachtelijk railnet claimen. Hetgeen ET en de spoorwegen brie send van woede ontkennen. „Onzin. We hopen dat de 'common sense' in de Common Market toch zal zegevieren", aldus manager B. Goote van ET. De Britten hebben in afwachting van een beslissing in Brussel een bestelling voor 139 luxe rijtuigen (waarde 350 miljoen gulden) voor de ENS in de ijskast gezet. Ook zijn er troebelen over de financie ring van het project tussen Eurotunnel en de banken omdat de bouwkosten in de loop der jaren flink uit de hand zijn gelopen. Inmiddels bedragen die bijna het dubbele van de oorspronkelijke ra ming. ET heeft echter goede hoop dat aan die problemen een mouw kan wor den gepast. „Er is al zoveel geld in het project gestoken. Niemand kan nog te rug", aldus ET-zegsman Goote. Shuttle Als de TGV's en de nachttreinen voor lopig op zich laten wachten, hoeft ove rigens niet gevreesd te worden voor lege tunnelbuizen. Want via de tunnel gaan ook zeer frequent zogeheten shuttle-treinen rijden voor passagiers (vier keer per uur) en vracht (drie keer per uur). Aan de ene kant rijden (vracht-)auto's de trein in en 35 minu ten later rollen de voertuigen er aan de andere kant van het Kanaal weer af. In clusief in- en uitladen vergt het opont houd in totaal circa 50 minuten en daarna kan weer op eigen wielen wor den verder gereden. De shuttles, waar voor ET 38 zware locomotieven heeft besteld, worden door ET zelf geëxploi Wellington in het grijs verleden de Franse keizer Napoleon uitrangeerde. In de loop van '95 zullen de Franse TGV's nog verder op Britse bodem doordringen want dan worden recht streekse TGV-verbindingen (om Lon den heen) voorzien van Folkstone naar ondermeer Schotland en Birmingham. De ferryrederijen (waaronder P&O) zien de opening van de Kanaaltunnel zonder grote zorgen tegemoet. Ze den ken dat de tunnel maar een klein deel van het totale kanaalvervoer (74 mil joen reizigers, 86 miljoen ton vracht in I '94) zal afsnoepen. ET mikt na een be scheiden start op termijn op eem mart- kaandeel van ruim 30 procent in het reizigersvervoer en 17 procent in het vrachtvervoer. Dan blijft er voor de schepen nog voldoende klandizie over. Bovendien zal het vervoer via het Ka- f naai jaarlijks volgens de prognoses fors P toenemen met vier tot vijf procent. Dus de vervoersruif blijft redelijk gevuld J voor iedereen, is de verwachting. Eurolink Nederland speelt in het hele verhaal maar een vrij kleine rol. Eurotunnel denkt dat het aandeel van ons land in het totale vervoer door de tunnel een bescheiden vier procent zal bedragen (zowel passagiers als vracht). De Shutt le is wel interessant voor de Nederland- l se automoblist maar de trein is voor de Nederlander zonder eigen vervoer die snel in Londen wil zijn voorshands niet I zo erg aantrekkelijk. De rechtstreekse I nachttrein Amsterdam-Londen die wellicht dus nog even op zich laat wach- ten is wel leuk voor de verwende za- L kenman die niet zo gek veel haast heeft. Maar de dagverbinding is niet recht streeks. Altijd moet er worden overge stapt in Brussel en het is voorlopig een vrij lange zit. Zolang Nederland en Bel gië geen HSL-lijnen hebben duurt de reis Amsterdam-Londen per spoor straks dik 6 uur. Pas als ook het Belgi sche en het Nederlandse spoorwegnet HSL-rijp zijn, gaat de reis ruim vier uur duren. Om reislustigen met tunnelangst niet kopschuw te maken broedt men mo menteel op een andere naam voor de |j Kanaaltunnel, waarbij het begrip 'tun nel' moet worden omzeild. Het ei van Columbus heeft men nog niet gevon den. Maar vooral in Engeland doemde op busjes en dergelijke de naam „Euro link" al op. Maar het begrip „link" (En gels voor verbinding) zal vermoedelijk Nederlandstalige tunnelvrezenden niet echt op hun gemak stellen. ZATERDAG 9 MEI 1992 Idoor KARIN SWIERS PARIJS Aan de noodrem trekken bij een TGV op volle snelheid heeft geen zin. De Franse hogesnelheidstrein heeft bij zo'n noodstop drie kilometer nodig om tot stilstand te komen. Niet gehinderd door deze kennis stapt de verslaggever in de cabi ne van de machinist. De rit duurt een klein uur. Het traject loopt van Parijs (Montparnasse) naar het 217 kilometer zuidelijker gelegeji Tours. De TGV Atlantique (Parijs- Bordeaux) is pas twee jaar volledig in gebruik. Toch is de hogesnelheidstrein al goed voor 35 miljoen passagiers. Frankrijk nam in 1981 de eerste TGV- lijn in gebruik: Parijs-Lyon, Sindsdien kozen 168 miljoen passagiers voor de TGV Sud-Est. De Fransen barsten van de plannen voor hun paradepaardjes. De in totaal zestien öp stapel staande projecten worden aangeduid met klin kende namen zoals TGV Méditerra- née, TGV Rhóne-Alpes en TGV Bre- tagne. Nu ligt er zo'n 700 kilometer TGV-rails in Frankrijk, het moeten er 11.000 worden. De TGV Nord, richting de Kanaaltunnel, wordt volgend jaar operationeel. De machinist zit er ontspannen bij. Zijn passagier mag er naast gaan staan. Het wachten is op het groene licht. Een voor deze gelegenheid eveneens in de cabine geklommen woordvoerder van de Franse spoorwegen (SNCF) maakt duidelijk dat de machinist niet gestoord mag worden. „Hij moet goed geconcen treerd blijven". De machinist is gekleed in een rode trui en een spijkerbroek. Een groot verschil met de strak in het pak gestoken machinisten van de Ne derlandse Spoorwegen. Hij draagt met opzet geen uniform, legt de woordvoer der uit. De SNCF wil geen onderscheid maken tussen de machinisten van de boemeltreinen en die van de TGV's. KEURKORPS Het kweken van een keurkorps zou niet alleen kwaad bloed zetten bij de overi ge machinisten. Het zou de SNCF ook meer geld kunnen gaan kosten. Een keurkorps stelt namelijk hogere salaris eisen. Nu worden de TGV-machinisten nog even 'slecht' betaald als hun boe melcollega's. Officieel worden over het salaris geen mededelingen gedaan, maar de blik van de machinist spreekt boekdelen. Het verkeerslicht staat inmiddels op groen. De conducteurs controleren of de deuren van de rijtuigen dicht zijn. Met 'dink-dink' wordt het sein veilig ge geven. De machinist draait aan het wiel in het midden van het paneel en geeft stroom. Het is 10.45 uur, vijf minuten later zijn diverse geluidswallen, een werkplaats voor TGV's en diverse korte tunnels gepasseerd. De teller staat op 200 kilometer per uur. De TGV duikt de 'Tunnel de Villejust' in. Het is aardedonker in de cabine. De vergelijking met de cockpit van een vliegtuig dringt zich op. De tunnel loopt dwars door de heuvels van het vermaar de wijngebied Vouvray. De wijnboeren in dit gebied hadden eerder geprotes teerd tegen de aanleg van een nieuwe spoorlijn voor de TGV. Ze vreesden het ergste voor hun wijngaarden. Met de vijf kilometer lange tunnel is deze vrees echter weggenomen. Bij ervaren treinreizigers staat de tunnel bekend als 'de oorpijntunnel'. Een bijnaam die blijkt te kloppen, want de oren gaan er goed van dichtzitten. De trein raast met 260 kilometer per uur de tunnel uit. GEEN STREPEN Bewaakte of onbewaakte overwegen komen op dit traject niet voor. Al het verkeer kruist het spoor via viaducten. Voor de dieren zijn speciale wildvia ducten gemaakt. Hekken langs de rails moeten mens en dier tegenhouden. De SNCF-woordvoerder zwijgt, als ant woord op de vraag of dat ook daadwer kelijk gelukt is. Opvallend is dat er langs de route nauwelijks bebouwing is. Glooiende grasvelden, koolzaad- en korenvelden zorgen voor een aange naam landschap. Ter vergelijking: op het Belgische traject voor de hogesnel heidstrein zijn de woningen bijna tegen het spoor aangebouwd. De communicatie met de controlepost in Parijs verloopt via een klein scherm in de cabine. Getallen, symbolen en kleuren geven de machinist aan of het veilig is om sneller te gaan rijden, of dat juist moet worden afgeremd. Een klein kwartiertje na vertrek licht het magi sche getal 300 groen op. De machinist geeft een beetje stroom bij. En dan blijkt dat bij 300 kilometer per uur het landschap niet verandert in gele, beige en groene strepen. De natuur kan uit gebreid worden bewonderd. Probeer alleen niet de bordjes bij de stations te lezen, dat lukt namelijk echt niet. En datzelfde geldt voor het tellen van de voorbij flitsende hoogspanningsmasten. Wie strepen wil zien, moet letten op passerende TGV's uit tegenovergestel de richting. Het traject loopt een klein stukje langs de Franse autoroute richting Bordeaux. Dan pas valt op hoe ontzettend hard zo'n TGV eigenlijk gaat. De auto's lij ken vooruit te kruipen. Een splitsing wordt met 300 kilometer per uur geno men. Flauwe bochten eveneens. De woordvoerder meldt met gepaste trots dat de trein het traject volgt waarop het wereldrecord is gebroken. Op 18 mei 1990 reed een TGV Atlantique tussen Courtalain en St'. Cyr 515,3 kilometer Reizen met de TGV is zoeven over en onder viaducten, door 'oorpijn- tunnelsen langs gras-, koolzaad- en korenvelden, m FOTO: PR per uur. Let wel, zonder passagiers en bergafwaarts. „Een airbus kan met een snelheid van 400 kilometer per uur al de lucht in", merkt hij op. „Tijdens proeven met deze hoge snelheden dachten onderzoekers ook dat de trein bij 445 kilometer per uur ging 'liften', maar daar praat men bij de SNCF lie ver niet over". Slakkegangetje Plotseling toetert de machinist. Er staan twee spoorwegarbeiders vlakbij de rails. Ze zwaaien vriendelijk, maar stappen geen meter opzij. Verder ge beurt er helemaal niets onderweg. Ei genlijk is het gewoon saai. Om 11.25 uur lichten de lampjes op het scherm voor de machinist weer op. De advies snelheid is 270 kilometer. Dat betekent dat het stadje Tours in de buurt is. Wil de TGV rustig tot stilstand komen, dan moet toch zo'n twaalf kilometer voor het station al worden begonnen met af remmen. Met een slakkegangetje duikt de trein een tunnel in, althans zo lijkt het, want op de teller wordt 150 kilome ter per uur aangegeven. Een Neder landse sneltrein bereikt hoogstens 140 kilometer per uur. Vlakbij Tours rijdt de TGV verder op bestaand spoor. De machinist toetert nogmaals, ditmaal iets driftiger. Een Fransman steekt doodgemoedereerd, fiets aan de hand, het spoor over. Hij loopt geen seconde sneller. Kennelijk zijn de Fransen al aan het snelheids monster gewend. Dan glijdt de TGV het o zo gewone stationnetje van Tours binnen. Het is 11.40 uur. de TGV is dertig hele seconden te vroeg. „En we hebben niet eens zo hard gereden", grinnikt (opeens) de machinist. Frankrijk vanuit de cockpit van een TGV: dan blijkt dat het landschap niet verandert in gele, beige en groene strepen. FOTO: PR Treinen, treinen en nog eens treinen. De vi teerd. Daarnaast rijden er (in beide richtigen) dagelijks maximaal 38 gewo ne goederentreinen door de tunnel; een activiteit van de spoorwegmaatschap pijen zelf. Ten behoeve van de 'shuttle' wordt mo menteel zowel in het Franse Calais als in het Engelse Folkestone de laatste hand gelegd aan gigantische terminals van enkele honderden hectaren die zijn voorzien van hotels, restaurants, tax freeshops en dergelijke. De 800 meter lange shuttle-treinen voor passagiers vervoer bestaan uit 12, uiteraard over dekte, dubbeldeks wagons die per stuk 10 personenwagens kunnen vervoeren. De reizigers kunnen, als ze dat willen, van de ene naar de andere wagon lo pen, maar ze kunnen ook tijdens de overtocht in hun auto blijven zitten. Bo vendien bestaan de passagiersshuttles er lange Kanaaltunnel krijgt er uit nog eens 12 enkeldeks wagons voor bussen. De vrachtshuttles bestaan elk uit 28 enkeldeks wagons plus een res tauratiewagen waar de chauffeurs een hapje en een drankje kunnen halen. Waterloo De Franse TGV's, die straks op de lijn van Londen naar Brussel en Parijs heen en weer gaan zoeven, zijn gemaakt om 300 kilometer per uur te rijden. Dat tempo kunnen ze echter alleen maar op de trajecten Parijs-Lille-Calais waar maken omdat de andere trajecten nog niet geschikt zijn voor dergelijke hoge snelheden. Daar sukkelen de TGV's tot rond het jaar 2000 voort met een gange tje van circa 160 kilometer per uur. Dat betekent dat de supertrein tussen Lille en Brussel voorlopig als boemel door het leven moet. veertig per uur te verwerken. m FOTO: SP In de tunnel zelf en ook op het traject Folkestone-Londen rijden de TGV's de komende jaren niet harder dan 160 ki lometer per uur want ook het Britse traject is nog niet rijp voor zeer hoge snelheden. De Britten zijn wel een net voor de hogesnelheidstreinen aan het bouwen maar het Britse materieel haalt amper 225 kilometer per uur, een vaar tje waarbij de Franse TGV en ook de Duitse ICE net een beetje op gang be gint te komen. De Britten moeten dus voorshands voor lief nemen dat het Kentse landschap uitsluitend doorsne den wordt door Frans vernuft. Alleen de naam van het Londense station waar de „tunnellijn" eindigt maakt voor het Britse nationaal gevoel weer een beetje goed. Dat station heet Waterloo en is genaamd naar het Belgische plaatsje Waterloo waar de Britse maarschalk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 28