Na een jaar |afzien ga je graag weer leren' f Domme' tuinder Iblijkt steeds meer een manager Zoektocht naar Willy Wortels 33 Schoolverlaters Leidse Courant zaterdag 2 mei 1992 Tuinders werden vroeger beschouwd als domme mensen die eentonig werk leden. Maar vandaag de dag is de tuinbouw een high-tech industrie geworden. Monge tuinders volgen veel curusssen om de ontwikkelingen bij te houden. <i'|Sn omdat het gewoon leuk is om je kennis te verbreden. kkej trol door Dennis Jansen 'Als je niet kunt leren, kan je nog al tijd tussen de tomaten gaan wer ken'. Deze in het Westland immer gebezigde stelling, schreeuwt de laatste jaren om een aanpassing. ^JWanneer je in de tuin werkt, kun je (jJiaarnaast altijd nog een studie vol- ,rofën'- •de-Het imago van 'domme tuinder' be- jtaat niet langer meer. Werkende 'estlanders combineren steeds va- een baan in de kwekerij met een jgiepaalde studie, die hun kennis van tuinbouw vergroot en tevens ;r mogelijkheden biedt met be- ekking tot hun functies. De inte- sse voor het 'bredere' vlak in de linbouw neemt vooral toe bij de oep jongeren, die doorgaans is ge stopt met studeren en daarna öf spijt "-krijgt van een impulsieve beslissing - k)f de leerboeken gewoon weer uit de ast haalt om extra kennis op te 'n hartje Westland is de 23-jarige /illem Honders een goed voorbeeld jjVan zo'n tuinderszoon. De Westlan- jkjder haalde diverse diploma's, MAVO Bn)en Middelbare Tuinbouw School. Hij tgbegon vervolgens aan een kleine ftwerftocht (militaire dienst en ande re werkgevers) om ten slotte te ein digen bij het tomatenbedrijf van zijn vader en oom, waar hij nu in loon- j Jdienst werkt en in de avonduren een 'cursus bedrijfskunde volgt. jjjEén blik op het Naaldwijkse bedrijf -.toont aan dat er de laatste jaren veel investeringen zijn gedaan. Alles glimt en blinkt. Computers hebben veel werk van de mens overgeno men. De tuindersschuur, die desge vraagd twee jaar geleden 'nieuw' blijkt te zijn gebouwd, is schoon, net jes en voor het grootste gedeelte ge vuld met dozen tomaten. „Zeventig procent sorteren we in dozen, de rest gaat nog in kistjes", zegt Honders. Veel Westlanders studeren naast de tomaten „Volgend jaar gaat alles in dozen". Onder de 3,4 hectare glas ademt de groene flora een rustgevende sfeer uit, terwijl Radio III op de achter grond zachtjes meefluistert. Niets wijst op een 'gejaagd' leven, dat zo vaak wordt verondersteld van een bestaan in de kas. Honders: „Nu is het misschien nog rustig, maar straks krijgen we het druk en wordt het heel anders". De Westlander is samen met vier vaste werknemers in loondienst bij fa. Honders, de tomatenkwekerij van zijn vader John en zijn oom Klaas. De twee broers, die vroeger in de winter ook sla 'deden', besloten ruim vijf jaar geleden helemaal over te gaan op jaarrond-tomaten. Voor Willem Honders stond al één ding vast; hij wilde beslist tuinder wor den en zou er alles aan doen om het bedrijf later over te nemen. Anno '92 is de Naaldwijker nog niet helemaal van gedachten veranderd, maar trekt Honders er wel de tijd voor uit om goed over die situatie na te denken. De agrarisch medewer ker werkt thans veertig uur per week, volgt een cursus bedrijfskun de en steekt sedert dit seizoen ook flink wat uurtjes in zijn nieuwe hob by: het wielrennen. Honders, die pas een paar jaartjes op de fiets zit, werd dit jaar amateurwielrenner. Betrekkelijkheid „Je ziet de betrekkelijkheid van het dagelijkse leven in, waardoor je je prima kunt afreageren. Ik wil bin nen driejaar kijken waar m'n gren zen liggen, hoe mijn mogelijkheden zijn en wat ik er uit heb kunnen ha len. Op langere termijn is de kans niet gering dat ik dan in de firma te recht kom of het bedrijf overneem. Wellicht samen met mijn broer Aad, die de dagopleiding van de Hogere Tuinbouw School volgt", aldus Hon ders, wiens bazen het 'draaien-die- ven' en het plukken van tomaten 'uitbesteden' en zelf 'planten laten zakken' en 'bladplukken'. Honders, die nadat hij zijn diploma van de Middelbare Tuinbouwschool in zijn zak stak enige levenservaring Westlander Willem Honders: „Wat mij aanspreekt is dat de cursus sterk op de praktijk is gericht". foto Richard Hogeveen opdeed in militaire dienst, huurde vervolgens een eigen tuin om voor zichzelf te beginnen in de sla ('dat heb ik van huis uit meegekregen') en chrysanten. „Op een gegeven mo ment zag ik daar geen heil meer in en ben ik 'los' gaan werken in het perkgoed", aldus Honders, die uit eindelijk toch weer in het ouderlijk tomatenbedrijf terecht kwam. In september '91 begon hij aan een HBO-studie bedrijfskunde, die twee jaar duurt. „Ik heb gereageerd op een advertentie, want zo'n studie vind ik een goede zaak. Westlanders kijken soms niet verder dan hun ei gen gebied. De opleiding is gericht op de tuinbouw en alles wat daarmee samenhangt. Er zitten dus niet al leen tuinders, maar ook vertegen woordigers en zogenaamde 'mana gers' van bedrijven". „Wat mij aanspreekt is dat de cursus sterk op de praktijk is gericht en dat de gegeven opdrachten betrekking hebben op je eigen bedrijf. Het is een breed pakket, dat je krijgt aangebo den. Het berekenen van diverse kos ten en investeringen, de logistiek-, dus de aan- en afvoer van goederen-, marketing-, bedrijfseconomie-, het personeelbeleid- en verscheidene andere problemen worden aan de orde gesteld", zegt Honders over de invulling van de wekelijkse (dins dag-)avond aan de Agrarische Hoge school in Delft. „Het is voornamelijk een kwestie van luisteren en er is gelukkig niet veel theorie. Opdrachten maken en zaken bespreken met andere men sen vind ik erg belangrijk. Dat diplo ma interesseert me niet zo veel. De kennis, die je opdoet, is veel belang rijker. Een voorbeeld Het bereke nen of een nieuwe sorteermachine wel rendabel is. Natuurlijk zeggen cijfers niet alles, maar je kunt wel nauwkeurig nagaan of zo'n aankoop verantwoord is. Wanneer je zo'n cur sus volgt, krijg je toch een andere kijk op het bedrijf waarin je werkt". Ruim een maand geleden deed Hon ders een andere cursus 'tussendoor'. „Dat waren enkele avonden aan de Haagse Hogeschool. Die informatie avonden gingen over bedrijfsoverna me en de rechtsvorm van een bedrijf. Over NV, BV en firma. Er zaten mensen met verschillende beroepen, zoals tandartsen. Kwam er 'n accountant, zo'n gladde jongen, een en ander over die onder werpen vertellen. Best aardig". „Ik raad iedereen aan cursussen te volgen, want het kan nooit kwaad. Natuurlijk zijn er ook studie- en werkgroepen van tuinders. Dan ko men ze bij elkaar en bespreken ze een aantal zaken. Ook dat soort ini tiatieven is de laatste jaren meer ge groeid. Steeds meer tuinders gaan met de tijd mee en moderniseren de boel. Ze maken het voor zichzelf ook gemakkelijker. Ach, er wordt nog vaak minachtend over een tuinders- bestaan gedaan. Dat vind ik onte recht. Je moet er altijd zelf wat van maken. In elk beroep vind je een vorm van eentonigheid. Natuurlijk laat ik die planten niet m'n hele le ven lang zakken, daarom volg ik een cursus om ook de aandacht te rich ten op andere bezigheden". Bibberend van de kou en alle emoties, staat een lichting kersverse soldaten in onderbroek te wachten op hun uitrusting. Ze zijn zojuist ingeënt, mogen nu 'kloffie en kistjes' passen en gaan straks nog even 'strookjes plassen' bij de legerdokter. De uitdrukking op hun gezichten wisselt van verbazing tot regelrechte verbijstering. De meesten komen vrijwel linea recta uit de schoolbanken en kunnen het geschreeuw van hun superieuren op de Utrechtse Kromhout Kazerne maar moeilijk velen. De veelal gedwongen stap in de wereld die dienstplicht heet, lijkt een onoverbrugbare kloof. door jolande van der graaf Bij de 'uitverkorenen' is de beruchte envelop inmiddels allang in de bus gevallen. Over het algemeen vraagt het merendeel van de dienstplichti gen uitstel aan om na de studie in dienst te gaan. Wie dat een beetje handig speelt, heeft trouwens een grote kans om al over een jaar of vijf aan het leger te ontsnappen: de dienstplicht staat immers op de helling en wordt wel licht al binnen afzienbare tijd afge schaft. Momenteel haakt een steeds groter wordend aantal studenten echter halverwege af, om toch maar eerst in dienst te gaan. Daar kleven uiteraard nadelen, maar wonder- Sergeant-instructeur Hein van Ros- sum (22) uit Utrecht slaat zijn nieu we 'slachtoffers' met genoegen gade. Hij mag ze straks de beginselen uit het handboek van de soldaat bij- I brengen: exercitie, bescherming te gen nucleaire, biologische en chemi sche oorlogsvoering of zelfhulp en kameradenhulp (een soort EHBO). Hoe zelfverzekerd hij ook op de I groentjes mag overkomen; zo zeker staat Van Rossum niet in zijn schoe nen. De sergeant gaf een jaar gele foto Jacqueline de Haas Sergeant-instructeur Hein van Rossum voor een nieuwe lichting (ontblote) soldaten. „Dankzij studie-onderbreking en een jaar buffelen in dienst, weet ik precies wat ik wil". den, volledig van zijn stuk gebracht, de brui aan een studie bouwkunde in Delft. „Ik moest er even uit", herinnert hij zich. „Sukkelde voort, had wel mijn propaedeuse op zak, maar maakte geen vorderingen meer. Sterker nog, het ging steeds slechter. In dienst moest ik toch, dus heb ik bij de direc tie dienstplichtzaken in Kerkrade mijn uitstel ongedaan gemaakt. Op 8 juli vorig jaar werd ik opgeroepen om in Bussum te verschijnen. God, dat was afzien. Ik kwam net terug van een maand vakantie en moest drie dagen later al op bivak. Dat heb ik geweten". Zijn zwakke studentenlijf werd ogenblikkelijk onderworpen aan loodzware marsen. Compleet met bepakking: zo'n 25 kilo. „Het was heavy", vervolgt Van Rossum. „De ontstellende druk, alles moest op de minuut gebeuren. Veldfles, mes, vork, lepel en plunjebaai in vaste volgorde op het veldbed, waarom mag Joost weten. Deed je iets verkeerd, dan werd je verschrikke lijk afgeblaft. In Nederland is alles zo relaxed geregeld. Ik dacht: het valt vast wel mee in het leger. Nou vergeet het maar. Je wordt keihard aangepakt. En even had ik enorme spijt van mijn fc Dat overkwam ook de 24-jarige Christiaan de Leeuw uit Delft, mo menteel bestuurder en woordvoer der van de Vereniging Van Dienst plichtige Militairen (WDM). De Leeuw volgde de studierichting in dustrieel ontwerper aan de Delftse TU en had voor zes jaar uitstel ge kregen. Na vijfjaar kwam hij tot de ontdek king dat hij zijn papiertje niet bin nen een jaar zou halen en wendde zich ook al tot Kerkrade. Een kardi nale fout, bleek later. De Leeuw: „Op dat moment vervalt je uitstel en mag je meteen opdraven. Ontstel lend stom van me, maar dit wist ik echt niet. Vreemd genoeg ben ik ach teraf blij dat ik het gedaan heb. Studie-onder breking voor dienstplicht Nu heb ik nog een jaartje van Ritzen tegoed, anders had ik dat ongetwijfeld ook vol gerot zooid". Het bevalt De Leeuw inmiddels iets beter in het le ger. Niet veel soldaten krijgen dan ook de kans om voor de VVDM aan de slag te gaan. Dat 'luizenbaantje' betekent vrijstelling van alle diens- (17) uit Capelle aan den IJssel is er plichtige zaken. Bovendien hoeft de allang aan gewend, hij ging een jaar Delftenaar zelfs geen uniform te dragen: hij mag als een van de weini gen in spijkerbroek en sweater de kazerne op. „Het is leuk werk, maar we draaien wel werkweken van zeventig uur". Met enige weemoed kijkt De Leeuw terug op zijn studentenjaren. „Hoe je het ook wendt of keert: het is hier knap deprimerend. En na een jaar afzien, wil ik zo weer terug naar de collegebanken. Ik denk dat ik mijn studie straks gewoon weer oppik. Het voordeel van studieonderbre king voor de dienstplicht is en dat geldt voor veel jongens dat je in het leger sterk gemotiveerd raakt om weer terug te keren naar school". De blote solda ten zijn inmid dels in hun nieu we pak gehesen, dat nogal on- wenning aan voelt. Even later worden ze op de binnenplaats in het gareel gezet. Dat kost nu nog moeite. Al weer bevelen, die blijk baar' niet op een normaal volume kunnen worden geuit. Ricardo Ras geleden het leger in en volgt er een opleiding. „Ik zit in een soort leerlingwezen", vertelt hij. „Vier dagen sleutelen in de garage, een dag naar school. Het bevalt uitstekend. Ik heb een lbo-op- leiding gedaan en wilde graag gaan leren en werken. Burgers vangen daar zo'n 700 gulden per maand voor. Hier mocht ik eerst mijn groot rijbewijs halen en verdien ik netto nog eens 300 gulden per maand meer". Over de studiemogelijkheden in het leger valt sowieso niet te klagen. Ook Van Rossum kruipt in zijn vrije avonduren weer de collegebanken in. „Je mag tijdens je dienstplicht elke opleiding volgen die je wilt", licht hij toe. „Het leger betaalt vijf entwintig procent van de studiekos ten. Zijn je resultaten redelijk, dan wordt de helft betaald. Wie binnen diensttijd een diploma weet te halen, krijgt zelfs driekwart van de studie kosten vergoed". Van Rossum stu deert nu kunstgeschiedenis; even iets anders dan weg- en waterbouw. „Totaal anders en eigenlijk heel leuk. Ik denk dat ik er wel mee door ga. Zo zie je maar: is dat jaartje dienst toch nog ergens goed voor ge weest. Heb ik er misschien mijn draai door gevonden". Een schreeuw om nieuwe mensen in technische beroepen. Zo kan de Nationale Techniek Prijs gezien worden. Deze prijs is vooral bedoeld om jongeren, en dan met name meisjes, te interesseren voor technische opleidingen en beroepen. Het is een initiatief van het ministerie van economische zaken, de stichting Het Elektron en de stichting Publieksvoorlichting over Wetenschappen en Techniek (PWT). Uit onderzoek blijkt dat Nederlanders terughoudend zijn als het om techniek gaat. In tegenstelling tot landen als Engeland en Frankrijk waar juist de interesse heel hoog ligt. „In die landen wordt door de overheid veel geld besteed aan voorlichting. In Engeland spendeert de BBC veel tijd en geld aan wetenschaps programma's. De Franse overheid geeft veel geld uit aan weten schappelijke centra om Zo publiek te winnen", legt woordvoerder W. de Lannoy van economische zaken uit. Naar de reden van de terughoudend heid bij de Nederlanders kan alleen maar worden gegist. „Wellicht heeft het te maken met onze sterke aandacht voor land- en tuinbouw en omdat wij in principe sterk gericht zijn op de dienstverlening. De industriesector is wel belangrijk, maar is niet de grootste sector. Daarbij komt ook dat de technologie zich in deze eeuw enorm heeft omntwikkeld en voordat de maatschappij erin meegaat, is er al enige tijd overheen". Om de jeugd toch te interesseren voor techniek heeft het ministerie van economische zaken een aantal activiteiten ontwikkeld, waaronder ook de Nationale Techniek Prijs. Deze onderscheiding gaat naar organisaties of personen die techniek toegankelijk maken voor jongeren van zes tot zestien jaar en activiteiten ontplooien om hen te motiveren voor techniek in het algemeen, voor opleidingen en beroepen in het bijzonder. Tonen dat techniek niet alleen belangrijk is, maar ook gewoon leuk kan zijn. Dat het technisch gerichte onderwijs interessante toekomstperspectieven biedt in een groot aantal beroepen. Momenteel kiezen ook relatief weinig jongeren voor een technisch georiënteerde opleiding. Dat terwyl de vraag naar dergelijke geschoolden juist groeit. „Het reservoir aan jonge mensen is klein en daarvan kiest een nog kleiner deel een technische opleiding", zegt Knip. „Het zal nog wel twee generaties duren voordat het jongerenaandeel weer op peil is, maar dan zitten wij al zo rond de eeuwwisseling en dan is er een Dankzij een krachtenbundeling van overheid, bedrijfsleven en de stichting Elektron is een fonds ontstaan dat het mogelijk maakt jaarlijks zowel een persoon of instelling in de commerciële sector, als een persoon of instelling in de non-profit sector te belonen met de NTP. Voor deze scheiding is bewust gekozen omdat er binnen de beide sectoren verschillende mogelijkheden zijn, vooral op het materiële gebied. Beide winnaars ontvangen naast 25.000 gulden als aandenken de Elektron Trofee. Deze Trofee is al Nationale Techniek Prijs enkele keren uitgereikt door de stichting Elektron als beloning voor bijzondere verdiensten op het gebied van onderwijs en opleidingen met betrekking tot elektronica, telematica en informatica. Nu maakt de stichting Elektron deel uit van het NTP-initiatief. „Elektron ziet de samenvoeging niet als een concurrentieslag, maar als een erkenning van hun initiatief', vertelt Marten Knip van de stichting PWT. Op 8 oktober worden de winnaars van de Nationale Techniek Prijs bekend gemaakt. Tijdens de opening van de Wetenschaps- en Techniekweek in oktober wordt de onderscheiding uitgereikt door de ministers van economische zaken en onderwijs en wetenschappen. Met het uitdelen van de prijs hoopt het ministerie dat de aandacht van de jeugd zal toenemen. „Samen met de andere acties draagt het een belangrijk steentje bij aan de belangen van de techniek", meent De Lannoy. Kandidaten kunnen zich voor 15 augustus aanmelden bij het secretariaat van de stichting PWT, Postbus 171,3500 AD Utrecht, telefoon 030 - 342099.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 33