daarom er geen heiligen meer zijn Fukuyama's theorieën zijn misleidend OPINIE ^dóaOowvarit ZATERDAG 14 MAART 1992 k Francis Fukuyama (40), tot twee jaar terug beleidsadvi- f seur van het Amerikaanse ministerie van buitenlandse I zaken en nu onafhankelijk onderzoeker bij de Rand I Corporation, is de gelauwerde en verguisde auteur van I Het Einde van de Geschiedenis en de Laatste Mens. Met I de val van het communisme heeft de vrije-markteco- nomie in combinatie met de westerse democratie in principe gezegevierd, schrijft hij. Een beter systeem is wereldwijd niet denkbaar en levensvatbaar gebleken. Hieronder volgt een bespreking van dit boek. Pierre Leilouche, buitenlands-beleidsadviseur van de Franse oppositieleider Jacques Chirac, heeft hiertegen zijn bedenkingen. Hij schreef De Nieuwe wereld. Van de orde van Jalta tot de wanorde der naties. Daarin stelt hij dat de wereld juist op de drempel kan staan van een zeer tragische fase in haar geschiedenis. Gelukkige volkeren heb ben geen geschiedenis, zei ooit de Duitse filosoof Georg Hegel. Op een mo ment dat alle behoeften bevredigd kunnen wor den is immers het motief om te strijden en om oor log te voeren verdwenen. Hegel voorzag dat dit mo ment binnen niet al te lan ge tijd bereikt zou kunnen worden. De reden: de Franse revolutie had in de toonaangevende landen van zijn dagen een samen levingsvorm mogelijk ge maakt die in principe de behoeften van voormalige meesters en onderdanen in een nieuw sociaal con tract had geregeld. Francis Fukuyama knoopte drie jaar geleden opnieuw bij deze opvatting aan in een arti kel in een klein Amerikaans politicologisch tijdschrift The National Interest waarvan de kop luidde The End of Histo ry? (Het einde van de geschie denis?) De Berlijnse Muur was nog niet gevallen, maar in het aangezicht van het zwaar kwakkelende communisme concludeerde Fukuyama dat democratie het enig aanvaard bare regeringsmodel was. De principes daarvan konden ei genlijk niet langer ter discus sie gesteld worden en de kans dat de democratie alsnog door autoritaire systemen kan wor den overweldigd, is uiterst klein geworden. Hegel en vooral diens Franse interpreet, Alexandre Kojeve die als pro fessor aan de Parijse Sorbonne in de jaren dertig de fine fleur van de Franse intelligentsia aan zijn lippen had hangen (Aron, Merleau-Ponty, Lacan) was daarbij zijn leidraad. In de euforie die na de val van de Muur ontstond, werd Fu kuyama als een nieuw soort profeet verwelkomd. De ge schiedenis in de zin van een eindeloze strijd tussen volke ren die van verschillende in richtingsmodellen voor hun samenleving uitgaan leek in het voordeel van de democra tie beslist. Maar zijn opvatting leidde ook meteen tot groot on begrip en spot, en wel omdat velen bij het woord geschiede nis aan iets anders dachten dan Fukuyama en verder om dat de meesten, zowel bewon deraars als kritici, van dat arti kel in dat betrekkelijk obscure tijdschrift geen kennis hadden kunnen nemen of slechts een samenvatting ervan hadden gelezen in de krant. Nu bijna drie jaar na het verschijnen van het artikel heeft Fukuya ma zijn opvattingen opnieuw uiteengezet in een omvangrijk boek. Een fascinerend boek omdat het poogt een realisti sche en toch samenhangende visie te ontwerpen op mensen in hun laatkapitalistische sa menlevingen. Het vraagteken dat zijn artikel over het einde van de geschiedenis begeleid de is verdwenen en er zijn uit voerige beschouwingen toege voegd 'over de (laatste) mens die in een democratisch sy steem moet leven waarin con flicten op rationele wijze in be dwang worden gehouden. Critici (die zijn werk meestal niet hebben gelezen) hebben Fukuyama gezien als een re presentant van het Ameri kaanse imperialisme dat zijn pretenties aan de hele wereld probeert op te dringen. Niets blijkt echter minder waar te zijn voor wie bereid is kennis te nemen van zijn kritiek op ditzelfde imperialisme, op de realpolitiker die in een onver anderlijke wereld plegen te ge loven en tenslotte ook op het beperkte achttiende-eeuwse gedachtengoed dat de Ameri kaanse democratie mogelijk maakte. Oude vraag De grote uitdaging waarop Fu kuyama in zijn boek wil reage ren is de beantwoording van een oude vraag, die van de gro te Duitse achttiende-eeuwse verlichtingsfilosoof Immanuel Kant. Aan het eind van zijn le ven vroeg hij zich af of er een universele geschiedenis van de mensheid is te schrijven. Met andere woorden: is er in de wirwar van elkaar opvol gende en bestrijdende civilisa ties een verborgen betekenis te vinden? Hegel meende het antwoord gevonden te hebben: de Franse revolutie is er in ge slaagd de christelijke idee dat alle mensen gelijk zijn voor God te doen zegevieren. (Het geen onverlet laat dat niet- ge seculariseerde christenen zelf het einde van de geschiedenis pas gerealiseerd zien in het hiernamaals bij het Laatste Oordeel). Fukuyama probeert aan te to nen dat de geschiedenis van de afgelopen vier eeuwen, zeg maar sinds de ontdekking van de wetenschappelijke metho de aan het einde van de zes tiende eeuw, een samenhan gend verloop heeft. De moder ne natuurwetenschappen heb ben ons uitgerust, aldus Fu kuyama, met een mechanisme dat door zijn geleidelijke ont plooiing de laatste paar eeu wen richting en samenhang geeft aan de menselijke ge schiedenis, zelfs als er twijfel mogelijk is over de zedelijke vooruitgang van de mens. Dit mechanisme van de verwe tenschappelijking van de sa menleving die de ongekende economische vlucht heeft mo gelijk gemaakt en de verschil lende groepen in de (interna tionale) samenleving hechter dan ooit tevoren op elkaar heeft weten te betrekken, is overal aan het werk, ook in de Derde Wereld. Weinigen zullen deze opvat ting bestrijden. Maar dit is niet voldoende om Fukuyama's stelling te onderbouwen waar om een hoogontwikkelde sa menleving per se zou moeten kiezen voor democratie. Er zijn ook nu samenlevingen, Singa pore bijvoorbeeld, die wel hoogontwikkeld zijn maar niet democratisch. Daarvoor grijpt Fukuyama in het spoor van Hegel terug op een beschrij ving van de mens bij Plato: be halve strikt natuurlijke be hoeften en het streven naar overleven, (motieven die zo veel Oosteuropeanen voor het kapitalisme hebben doen kie zen) heeft deze ook een be hoefte aan erkenning of nega tiever geformuleerd, een be hoefte om zich te doen gelden, dat wat de oude Grieken de „thymos" noemden. Deze thymos die in wezen irra tioneel is, blijkt in zijn uitwer king op de samenleving een ui terst grillig fenomeen. Die be hoefte aan zelfrespect heeft bij absolute heersers tot ongeken de rampen geleid. Evenzeer zijn er autoritaire heersers uit de geschiedenis bekend die een weldaad waren voor hun samenleving. Precies deze behoefte aan er kenning en zelfrealisatie is nu in de liberale staat, waarin de meester-slaaf relatie kon wor den afgebroken, gekanali seerd, zo stelt Fukuyama. Dat schijnt althans de regel te zijn, want wat aan te vangen met Hitier, die zijn opkomst maak te in een hoogontwikkeld (maar overigens nauwelijks democratisch ontwikkeld) land? Een bepaalde vorm van thymos kan dus alsnog hele sa menlevingen doen ontsporen. De getemde „thymos" is als het ware de ontbrekende scha kel voor het verhaal waarom democratie in het Westen heeft gezegevierd. Onafhankelijk van het feit of men deze stelling wel of niet zou willen onderschrijven mag zijn boek uiterst instructief en verfrissend heten waar het analyseert waarom democra- Francis Fukuyama tieën in bijvoorbeeld Latijns Amerika zo slecht functione ren, in het angelsaksische Amerika wel zijn aangeslagen en. op heel andere gronden, in Azië een succes konden wor den. Na de geschiedenis Fukuyama maakt een onder scheid tussen die delen van de wereld waar de democratie vei lig is geworteld in wat hij noemt de posthistorische we reld (grote delen van Europa, Amerika, Australië, Oost-Azië) en die delen waar dat niet het geval is, de posthistorische we reld (Afrika, Azië), waar con flicten onderling zullen blijven voortduren en ook hun effect zullen hebben op de posthisto rische wereld. Dit zou overigens best wat na der hebben kunnen worden uitgewerkt. Want de verschil len tussen het rijke Noorden en het arme Zuiden zijn na tuurlijk gigantisch en kunnen in de toekomst voor nog zeer veel conflictstof zorgen. Het lijkt er sterk op dat de au teur na zijn model voor een universele geschiedenis te hebben uitgewerkt alsnog een soort haastig postscriptum heeft geleverd bij de beroerin gen in het Midden-Oosten en in Zuidoost-Europa. Zullen die ontwikkelingen in dat laatste geval dat model niet alsnog aantasten? Maar dan zal men het toch met hem eens zijn dat het effect van nieuwe nationa listische conflicten in Joego slavië onmogelijk vergelijk baar is met wat een Servische nationalist in 1914 ontketende toen deze de Oostenrijks-Hon gaarse troonopvolger dood schoot en daarmee de Eerste Wereldoorlog ontketende. Het is niet onredelijk te veronder stellen dat de nationalistische strijd in Joegoslavië een over gang is naar een situatie waar in nationalisme juist wordt ge relativeerd hetgeen in de hoog- I FOTO: CHRIS VAN HOUTS Zegeningen Uitgaande van het model dat de liberale staat overal zal ze gevieren, welke zegeningen heeft deze dan in petto voor de burger die in zo'n egalitaire, rationele samenleving op groeit? De eerste die voor die situatie oog had was de Franse denker Alexis de Tocqueville, die in de vorige eeuw de demo cratie in Amerika beschreef. Hoge strevingen zullen die burgers niet kennen, heiligen zijn daar niet op hun plaats want hun strevingen zijn een bedreiging voor de stabiliteit van die samenlevingen. Tole rantie is de voornaamste deugd, de ene geloofsovertui ging is de andere waard. Op (gelijkiwaardigheid zal de na druk liggen, maar wat is zij ei genlijk waard als niets meer van waarde is dan alleen ge lijkheid en rationaliteit? Zal de thymos dan wel bevredigd kunnen worden of nieuwe uit wegen zoeken? Daaraan wijdt Fukuyama een van zijn meest interessante hoofdstukken (Mensen zonder borst). Deze pagina's logenstraffen ook de opvatting dat Fukuyama, leer ling van Allan Bloom die zo treffend de teloorgang van het Amerikaanse onderwijssys teem heeft beschreven, een kille rationalist zou zijn. Het menselijk bestaan, schrijft Fu kuyama, kent een merkwaar dige paradox. Het schijnt on recht nodig te hebben, want de strijd er tegen roept het beste in de mens wakker. Is het ein de van de geschiedenis dan wel zo zeker, zo kan men zich afvragen. Het vraagteken blijft wel degelijk op zijn plaats. Francis Fukuyama: Het einde van de geschiedenis en de laatste mens. Uitgeverij Con tact. Prijs/ 49,90. rlijnse Muur gaat open. Amerikanen zijn wonder baarlijke optimisten. Aan gezien ze geen verleden hebben, missen ze wat de Franse socioloog en politi coloog Raymond Aron 'het besef van de tragedie in de geschiedenis' placht te noemen. En aangezien zij alleen een toekomst hebben, kan de hunne, als die van het uitverkoren volk, er alleen maar een zijn van geld, vrijheid en vrede. Waar zou de wereld als ge heel anders naar een mo del moeten zoeken dan juist daar? De wereld kan vanzelfsprekend alleen maar de geweldige Ameri kaanse 'way of life' navol gen: dan zal de wereld be slist ook vrij, welvarend en dus vreedzaam wor den. Na iedere grote wereldoorlog deze eeuw en de Koude Oorlog was dat per slot van re kening ook kwamen de Amerikanen met het goede nieuws. In 1918 beloofde presi dent Wilson wereldvrede door middel van gerechtigheid, ont wapening en nationale zelfbe schikking. Hoe liep dit af? Het Amerikaanse isolationisme, de economische crash van de ja ren dertig en de dwaasheid van de Franse en Britse diplomatie hadden Hitier tot gevolg en de ramp die daaruit voortvloeide. Na 1945 bedacht een nieuwe groep Amerikaanse optimis ten de VN, vrije handel (het GATT en het IMF) en sprak zich nogmaals uit voor ontwa pening en gerechtigheid. Dit keer gingen evenwel de groot moedige ideeën ten onder in de ideologische en nucleaire logica van de Koude Oorlog. Nu de Koude Oorlog voorbij is en het 'rijk van het kwade' dat de Sovjetunie was eindelijk ineengestort is, zijln we getuige van een derde vlaag van Ame rikaans optimisme. De droom van een 'nieuwe wereldorde' gebaseerd op de zege van het kapitalisme, de VN en de triomferende Amerikaanse strijdkrachten wordt opnieuw gepresenteerd als het volgen de 'wereldstelsel'. Over de hele wereld hebben commentatoren en politici het over een 'unipolaire' of 'mono- polaire' wereld georganiseerd rondom de Amerikaanse macht. Het is dan ook geen wonder dat in de euforie het boek van Francis Fukuyama een onmiddellijke bestseller is geworden. De mensen - zelfs niet-Ame- rikanen - zijn dol op goed nieuws. En Fukuyama geeft ze precies wat ze willen horen door de definitieve zege van de democratie westerse stijl te voorspellen een perfecte promotietechniek, toegepast op buitenlandse politiek. Het probleem met deze rooskleuri ge theorieën is dat ze niet al leen niet opgaan maar ook -ge vaarlijk misleidend zijn voor onze landen. De nieuwe wereld wordt helemaal niet democra tisch en vreedzaam, maar pre cies het tegenovergestelde. In plaats van de zege van het Amerikaanse (dat wil zeggen het in Europa uitgevonden) model van democratie en eco nomisch liberalisme, zou het einde van de Koude Oorlog heel goed het einde kunnen betekenen van vijf eeuwen westerse dominantie; vijf eeu wen waarin de ideologieën, su perieure wapens en technolo gie van de blanke man de rest van de wereld beheersten. Denkfouten Zowel Bush als Fukuyama maakt zich schuldig aan een reeks denkfouten die allemaal verband met elkaar houden. Stap nummer 1: ondanks Fu kuyama zal het communisme overleven, al is het alleen maar omdat het een parasitaire doc trine is die een voedingsbo dem zal blijven vinden in de inherente ongelijkheden en gebreken van het democra- tisch-liberale systeem. Ook al is het waar dat het communis me, een negentiende-eeuwse politieke en economische doc trine, hopeloos ongeschikt is gebleken als regeringsmetho de voor moderne, 'hi-tech' sa menlevingen, het zou heel wel kunnen voortbestaan in ande re vormen en in andere, arme re delen van de wereld. China bijvoorbeeld is het perfecte voorbeeld van een conserva tief communistisch systeem dat op politiek niveau pragma tisch genoeg is om op produk- tieniveau, van landbouw tot wapenindustrie, in hele gebie den (zoals de Kanton en Shanghai) een gedecentrali seerd kapitalisme te tolereren en zelfs aan te moedigen. Stap 2 is een nog grotere mis vatting: het communisme is dood, zo krijgen we te horen, omdat de democratie heeft ge wonnen. Weer fout. Wat ge wonnen heeft - en dat is een cruciaal verschil - is het ka pitalisme, en niet de democra tie. De volkeren van Oost-Eu ropa of Rusland gingen de straat op omdat ze gewoon be ter wilden leven en wilden con sumeren. Wat gezegevierd heeft in dit tijdperk van hoogtechnologi sche industriële revolutie, van Korea tot Brazilië, van Frank rijk tot Polen, is het liberale, kapitalistische model. Bete kent dit dat iedere natie die een liberale economie invoert automatisch ook 'democra tisch' wordt - democratisch Europese stijl? Natuurlijk niet. Zijn Taiwan en Korea demo cratieën? Is Japan een echte democratie? De waarheid is dat, wanneer Europeanen of Amerikanen over democratie praten, wij aannemen dat iedereen het zelfde culturele referentieka der heeft of overneemt. Toch is dat duidelijk niet zo. Een van de hamvragen voor de toe komst is bijvoorbeeld of de is lam, met meer dan een miljard aanhangers, zich uiteindelijk vreedzaam in het zegevieren de kapitalistische systeem zal inpassen, ook al is dat sinds de twaalfde eeuw niet gebeurd. Ten tweede vereist de ontwik keling van een democratie een minimale economische basis. India en Brazilië zeggen tot de grootste democratieën van de wereld te behoren, maar de enorme sociale verschillen in die landen trekken die stelling gewoonweg in het belachelij ke. Wat is er dan voor democra tie voor de miljarden van de komende drie decennia? Hoe democratisch is een nieuwe wereld waar een miljard rijke (en voornamelijk blanke) men sen vier vijfde van de wereld- produktie zal blijven consume ren? Kwetsbaar Stap drie is het goede nieuws: de democratie zal zegevieren. En democratieën, dat weet ie dereen, vechten niet met el kaar. Ergo, er zal wereldvrede komen. Weer fout. Fukuyama zou naar de tragische geschie denis van Europa tussen de oorlogen moeten kijken om te zien hoe kwetsbaar democra tieën zijn, zowel van binnen als van buiten. Misschien zouden hij en zijn medeoptimisten wat recente kranten moeten lezen over de opkomst van vreemdelingen haat, antisemitisme en fascis me in het Europa van vandaag Om nog maar te zwijgen over Joegoslavië: onze democra tieën hebben er vrede mee op slechts twee uur van Maas tricht een middeleeuwse bur geroorlog te laten voortduren, daar waar we toch een 'Nieuw Europa' hadden bedacht. Fukuyama's neo-hegelianisme kent eenzelfde automatische zekerheid wat betreft de 'bete kenis van de geschiedenis' als de marxisten (en dat is ook lo gisch, daar het marxisme ge worteld was in Hegel). Fukuya ma, en ik vermoed ook George Bush, gelooft dat in de ge schiedenis alleen de zege van óns model mogelijk is. zoals Lenin in Stalin in hun model geloofden. In plaats van te spelen met messiaans goed nieuws, zou den onze landen eens goed moeten kijken naar de onple zierige realiteit van de harde nieuwe wereld die op ons af komt. Het zal een wereld zijn zonder een almachtige Ameri kaanse bankier en politiea gent; Amerika is bankroet en heeft een schuld van 3000 mil jard dollar. De Amerikaanse strijdkrachten trekken zich wereldwijd terug. Het zal een wereld zijn met een ontzagwekkend moeilijke en gevaarlijke - overgang in Oost-Europa en de voorma lige Sovjetunie; vergeet niet dat de eerste Russische revolu tie negentien jaar heeft ge duurd, van 1905 tot 1924, en dat misschien twintig miljoen mensen de dood vonden. En de Russen hadden toen nog geen kernwapens. Het zal een wereld zijn waar een grootschalige herverde ling van de macht zal moeten worden doorgevoerd, zowel on der de rijke landen - op nieuw opkomende, maar wis pelturige mogendheden als Duitsland en Japan zullen nieuwe eisen stellen - en tus sen het Noorden en het Zui den. Wat betreft het Zuiden bid ook ik dat de acht of negen miljard mensen van 2025 uiteindelijk een welvarend, democratisch en vreedzaam leven zullen kennen. Maar op het moment zie ik alleen destabiliserende factoren als een explosieve be volkingsgroei, armoede en ver snelde militarisering. Het Zuiden zal spoedig in staat zijn de rijke noordelijke lan den te bestoken met massaver nietigingswapens, waaronder kernraketten voor de lange af stand. Een van de belangrijk ste kenmerken van de nieuwe wereld zal zijn, dat het spel van de nucleaire afschrikking wordt omgekeerd en zich te gen de rijken van het Noorden zal richten. Geen hegeliaans goed nieuws dus in dit betoog. Ik betwijfel daarom of er naar geluisterd zal worden. (c) The Times, Londen (De auteur is adviseur voor buitenlands beleid van de Franse oppositieleider Jacques Chirac.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 9