De eenzame strijd van kapitein Kurt Carlsen 'finale VEERTIG JAAR GELEDEN: DRAMA VAN DE 'FLYING ENTERPRISE* Godsdienst- politie in Saudi-Arabië gaat hard tekeer £eidóc0otucmt ZATERDAG 4 JANUARI 1992 PAGINA 21 Met rooie oortjes zat iedereen veertig jaar geleden bij de radio. Kapitein Hen- nck Kurt Carlsen dobberde eenzaam rond op de zwaarhellende 'Flying Enter prise' op de woedende golven van de At lantische Oceaan. Dertien dagen lang bleef hij op zijn gekapseisde schip, dat hij voor geen goud in de steek wilde la ten, maar dat hem uiteindelijk toch nog ontglipte. Als nu iemand zich in een der gelijke situatie zou bevinden, zou hij niet meer zó alleen zijn. Al heel gauw zou iedereen op de televisie van heel dichtbij kunnen zien hoe een kapitein als Kurt Carlsen - zo die nu nog zou be staan! - zijn heldenstrijd aan boord van zijn schip voerde. Zoals nog niet zo lang geleden de ramp met de veerboot met de soortgelijke naam, de 'Harold Of Free Enterprise', van minuut tot minuut te volgen was. In 1951 was zoiets ondenk baar. De televisie stond nog in de kin derschoenen, zelfs de radioverbindingen met het schip waren nauwelijks in stand te houden. Toch keek iedereen naar zijn krant uit of zat aan de radio gekluisterd om van de radionieuwsdienst te horen of er nog iets bekend was geworden over kapitein Kurt Carlsen. De in Denemar ken geboren 'zeeheld' was in 1938 naar de Verenigde Staten geëmigreerd. Hij werkte van 1944 tot zijn pensioen voor de rederij Export-Isbrandtsen Lines uit New York. Op 11 oktober 1989 overleed hij in zijn woonplaats Woodbridge in de staat New Jersey. AAD VAN HOLSTEIN DEN HAAG - Driehonderddertig mijl ten zuidwesten van Ierland op de Atlantische Oceaan begon veer tig jaar geleden, twee dagen na Kerstmis 1951, tijdens een zeer zware storm een drama dat nog da genlang in het nieuwe jaar de hele wereld in spanning zou houden. De 'Flying Enterprise', een tiendui zend ton metend vrachtschip was in grote moeilijkheden geraakt. Alle opvarenden gingen van boord. Alleen kapitein Kurt Carlsen wei gerde het schip, dat inmiddels zwa re slagzij maakte, te verlaten. December was een stormachtige maand geweest. De ene zware storm na de an dere geselde de zeeen. De 'Flying Enter prise' was aanvankelijk maar een van de schepen die erdoor werd geteisterd. Nog op diezelfde dag verging ter hoogte van Devonshire de 'Nellie Bywater', een schoener die wereldwijd bekend stond om de films waarin dat schip een rol speelde. Negen opvarenden konden wel iswaar worden gered, maar twee perso nen, onder wie de 17-jarige dochter van de kapitein, lieten het leven. In deze vol gens de kranten „een der zwaarste stor men uit de laatste tientallen jaren, die boven Engeland en de Atlantische 1 Oceaan woedde", verging in de Golf van Biscaje, tegelijk met een Zweedse tanker, het Nederlandse vrachtschip 'Gemma'. Het sloeg daar op de rotsen en verloor zijn voltallige bemanning. Omdat voor de Waddenkust ook nog het Duitse vrachtschip 'Irene Oldendorff zonk, na- i dat het daar op een uit de oorlog date rende mijn was gelopen, hadden weini gen op die vrijdag al in de gaten wat er zich op de Atlantische Oceaan begon af te spelen. Slagzij Pas na geruime tijd werd bekend dat de 'Flying Enterprise' - een Amerikaans vrachtschip met een bemanning van veertig koppen en tien passagiers aan boord op weg van Rotterdam naar New York - een slagzij maakte van dertig graden. De antenne waarmee de verbin ding met het vasteland werd onderhou den, brak als een luciferhoutje af, waar door het onmogelijk was nog radiocon tact met het schip te verkrijgen. Opva renden hadden midden in het geraas van de storm gehoord hoe plotseling het dek met het geluid van een kanonschot scheurde. Met zwaar staaldraad en ce ment werd getracht de scheur te dichten. De volgende dag werd het schip echter door een 60 voet hoge stortzee getroffen, waardoor instrumenten defect raakten en een deel van de mast werd losgerukt. Het schip kwam zp in een slagzij terecht waaruit het zich niet meer oprichtte. Een Amerikaans marine-transportschip dat toevallig in de nabijheid kruiste, pro beerde hulp te verlenen, terwijl ook de Britse reddingsmaatschapij in actie kwam om bemanning en passagiers van boord te halen. Ze kwamen op verschil lende voorbijvarende schepen terecht. Later arriveerden zestien van hen met het Amerikaanse schip 'Southland' in de Rotterdamse haven op het moment dat daar met veel scheepsgetoeter het oude jaar werd uitgefloten en het nieuwe ver welkomd. Kapitein Carlsen wees intussen met een heldhaftige hardnekkigheid alle voorstel len van de hand om zijn schip te verla ten. Hij deed dat omdat de 'Flying En- j terprise' anders het eigendom zou wor den van degene die het zou bergen en dat wilde hij tegen elke prijs voorkomen. De maatschappij van de 'Flying Enter prise' zou in het geval dat de kapitein van boord ging een hoge prijs hebben moeten betalen om het schip terug te I krijgen. Er moest zich dus wel iemand ,aan boord bevinden totdat het schip in Kapitein Kurt Carlsen, de kapitein die dertien dagen aan boord v het in de golven ten onder ging. veiligheid was gebracht. Carlsen hield zich daar letterlijk aan. Nieuwe stormen met wel honderd kilo meter per uur brachten niet hem maar wel het schip steeds verder uit zijn even wicht. De positie van het vaartuig werd almaar hachelijker en toen het zestig gra den slagzij maakte, raakte het zelfs vol komen hulpeloos. Inmiddels bevond zich de Amenkaanse torpedobootjager 'John W. Weeks' in de nabijheid van het schip, van waaruit met lichtsignalen be moedigende boodschappen van Carlsens familie en zijn maatschappij naar de ka pitein werden gezonden. Pogingen van de jager om levensmiddelen naar het overhellende vaartuig te brengen, lever den echter geen enkel succes op. Turmoil Inmiddels had op woensdag 2 januari de sleepboot 'Turmoil' vanuit Engeland zee gekozen om te proberen het schip op sleeptouw te nemen. Daags daarna be reikte de sleper pas het door de woeden de golven heen en weer slingerende schip. Tot drie keer toe mislukte het voornemen om in het schijnsel van de geweldige zoeklichten van de sleper een lijn naar de boot af te schieten. Kapitein Carlsen probeerde nog de werplijnen binnen te halen, maar dat lukte hem niet, omdat hij zich gedwongen zag zich met één hand vast te houden, daar hij anders overboord zou slaan. Besloten werd bij daglicht te proberen enkele mannen aan boord van de 'Flying Enterprise' te brengen om kapitein Carl sen te assisteren bij het vastmaken van de werplijnen. De sleeptrossen moesten namelijk aan de achterzijde van het wrak worden bevestigd om te voorko men dat het nog meer water zou maken. Kapitein Parker van de 'Turmoil' seinde ondanks alle tegenslagen naar de wal er vertrouwen in te hebben dat hij het schip bij redelijk weer naar een haven zou kunnen slepen. Maar voorlopig zag het er daar nog niet naar uit. Kapitein Carlsen bleef vol goede moed. Hij speelde het zelfs klaar een minia tuurzender en ontvanger te construeren met behulp van enkele batterijen, die hij uit zijn schip opdiepte. Daarmee hield hij geregeld contact met de Amerikaanse torbedobootjager, die in de buurt bleef om in geval van nood kapitein Carlsen alsnog van boord te halen. Intussen slonk de mondvoorraad van Kurt Carlsen tot het uiterste. Hij leefde tenslotte nog op wat gedroogd voedsel en wat thee. Na herhaalde vergeefse po gingen slaagde de 'John W. Weeks' er toch in een lijn met wat koffie, brood, zoetigheid, sigaretten, kranten en tijd schriften aan boord van de 'Flying En terprise' te krijgen. Carlsen had ook bij na geen water meer en hij leste zijn dorst uit een door hem nog gered vat bier. De eerste dagen van eenzaamheid had hij zich voornamelijk beziggehouden met het lezen van het handboek 'Het recht van de zeeman', waarvan de inhoud hem kennelijk voldoende motiveerde om aan zijn standpunt vast te houden. Hij zat midscheeps, zonder licht of ver warming. Door zijn radiozender vertelde hij hoe hij daar aan boord leefde. „Alles is een probleem", zo zei hij, „want er is alleen maar de mogelijkheid om me kruipend te verplaatsen, met één voet op het scheepsdek en de andere op de scheepswand. Nergens is er een vlakke plek te vinden. Slechts enkele delen van het wrak kan ik bereiken. Van de kom buis of de voorraadkelders ben ik volle dig afgesneden". Toch hield de kapitein de stemming erin. Hij maakte zich zelfs nog bezorgd over alle overlast die hij zijn redders bezorgde. Gezelschap Op de negende dag van zijn eenzame verblijf aan boord kreeg Kurt Carlsen plotseling gezelschap. De eerste stuur man Roger Dancy van de zeesleeper 'Turmoil' slaagde erin met gevaar voor eigen leven aan boord te gaan. Hij wist met grote heldenmoed, toen de 'Tur moil' vlak langs het vrachtschip voer, een neerhangende kabel te grijpen en zich zo aan boord van Carlsons schip te slingeren. Zijn aanwezigheid droeg er aanzienlijk toe bij het vaartuig op sleeptouw te krij gen, hoewel de eerste vijf pogingen toch nog steeds geen succes opleverden. Het weer werd daarna opnieuw ruwer en het werk moest weer worden uitgesteld. De volgende dag, zondag 6 januari, slaagde men er eindelijk wel in vast te maken, waarna de tocht van enkele da gen naar de Engelse havenplaats Fal mouth begon. Maandag bevond het schip zich op 170 mijl uit de kust van Falmouth, waar de bevolking zich al op maakte om Kurt Carlsen een feestelijke ontvangst te bereiden. Warm diner Met het uur kreeg Carlsen - Amerikaan, maar Deen van geboorte - meer ver trouwen in de goede afloop van het avontuur, hoewel de 'Flying Enterprise' inmiddels nagenoeg geheel op zijn bak boordzijde in het water lag. De 'Tur moil' sleepte het schip voort in een hoek van dertig graden met een enkele stalen kabel van ongeveer 700 meter lengte en een breekspanning van slechts 65 ton. De snelheid waarmee de stoet naar Fal mouth opstoomde, bedroeg gemiddeld drie knopen. Hoewel Carlsen volgens de kapitein van de 'Turmoil' het schip ge rust had kunnen verlaten, deden hij en de Britse stuurman Dancy dat niet. Ze bleven aan boord om kruipend over het dek de tros te controleren. Beiden had den zich daartoe stevig ingevet. Tot hun vreugde slaagde de Amerikaanse torpe dobootjager 'Keith', die de "John W. Weeks' had afgelost, erin een warm di ner over de lijn te sturen. Alles ging voorspoedig, tot op woensdag 9 januari in het holst van de nacht de rederij van de sleper 'Turmoil' een alar merend bericht binnen kreeg. Het tele gram bevatte slechts een paar woorden, maar ze waren voldoende om de gewel dige spanning waarin heel de wereld ver keerde over de afloop van dit heroïsche zeemansavontuur, in één klap tot een maximum op te voeren. „Sleepkabel ge broken. Lizard gepeild op 225 graden, tien mijl". De jobstijding over het breken van de kabel op ongeveer negentig kilometer van de Britse kust, volgde vrijwel on middellijk na een geruststellende bood schap dat de storm was geluwd. Vijf uren lang had die de ene huizenhoge golf na de andere over de 'Enterprise' uitge stort. Carlsen had echter een heel laco niek bericht halverwege de storm gezon den: „Het ziet er nog helemaal niet ge vaarlijk uit Zwemtocht Maar in de late namiddag van de tiende januari brak ook zijn weerstand tegen het van boord gaan. Er was geen redden meer aan. Een half uur nadat Carlsen en zijn al even moedige helper Roger Dan cy na een gevaarlijke zwemtocht door de woeste golven veilig het dek van de 'Turmoil' hadden bereikt, ging de 'Fly ing Enterprise' onder in de golven. Op het fatale ogenblik, 17.10 uur, loeiden klagend de sirenes van de schepen die getuige waren van de ondergang en stond kapitein Carlsen, moe en doornat te staren naar de plaats waar de 'Enter prise' langzaam maar zeker verdween. Na een verbeten strijd van dertien dagen heeft kapitein Carlsen het toch tegen de zee moeten afleggen, maar als een win naar werd hij op vrijdag 11 januari 1952 samen met zijn metgezel in Falmouth verwelkomd. Het hele stadje was uitge lopen naar de pier, waar Carlsen door zijn ouders en de burgemeester werd verwelkomd. „Het spijt me verschrikkelijk dat ik er niet in geslaagd ben mijn schip mee te brengen", verontschuldigde hij zich nog. Tegelijkertijd liet zijn baas weten dat de 'American Export-Isbrandtsen Lines' Carlsen het bevel zou geven over een an der vrachtschip met wellicht dezelfde naam van de gezonken stomer, de 'Fly ing Enterprise' die - zonder de lading - voor een miljoen dollar was vezekerd. In het huis van de Carlsens in de VS - waar in New York al voorbereidingen werden getroffen voor een tickertapepa- rade, die zelfs nog geruime tijd moest worden uitgesteld omdat Carlsens vlieg tuig vertraging ondervond - stond nog steeds de kerstboom, zoals die er op de 28e december stond, de dag dat het on geluk over de 'Enterprise' kwam. Idoor NABILA MEGALLI MANAMA - De Golfoorlog was voor Saudi-Arabië een tweesnij dend zwaard: de geallieerden maakten een einde aan de Iraakse militaire bedreiging, maar de scha duwzijde was dat hun „demoralise rende" aanwezigheid het heilig vuur aanwakkerde bij de religieuze politie, de mutawa. Bijna dagelijks doen zich in Saudi-Ara- bie op plaatsen waar veel westerlingen wonen incidenten voor waarbij de in witte gewaden gestoken mutawa is be trokken. „Met name in de grote moder ne winkelcentra zie je hen veel meer en ze treden veel vaker op", zegt een bui tenlandse Arabische in de havenstad Jid- dah. De mutawa (Arabisch voor ordehandha vers) behoren tot het ministerie voor het behoud van de deugd en ter voorkoming van het kwaad. Koning Abdel-Aziz, de grondlegger van Saudi-Arabië, richtte het ministerie in 1932 op. De wetsdiena- ren zijn meestal jonge, bebaarde gods dienstfanatici. Zij vergewissen zich ervan dat eenieder zich vijf maal per dag in gebed naar Mecca buigt, zoals de Koran voor schrijft, en aarzelen niet om tegen over treders de wapenstok te gebruiken. Vrouwen die tegen de regels in een te groot deel van de armen of benen heb ben ontbloot staan ook stokslagen te wachten. Regelmatig valt de godsdienst- politie binnen in videotheken om te controleren of daar geen „decadente" films over de toonbank gaan. Als zij een groot aantal auto's voor het huis van een buitenlander zien staan, houden de agenten huiszoeking naar de in Saudi- Arabië verboden alcoholische dranken. Brochure Amerikaanse consulaten hebben voor hun landgenoten een brochure uitgege ven waarin staat hoe zij zich tegenover de religieuze politie moeten gedragen. „U kunt het best de confrontatie zo snel mogelijk uit de weg gaan. Met een debat over de gevoeliger punten van de islam met de mutawa is weinig te winnen", luidt het advies. „U kunt hen niet van gedachten doen veranderen, maar loopt wel het gevaar een tijdje te worden opge sloten". In Dhahran, het oliecentrum aan de Golf waar de meeste westerlingen wo nen, maakte de mutawa volgens een ooggetuige onlangs een einde aan een verjaardagsfeestje voor een kind. „Ze kwamen naar binnen en schreeuwden dat verjaardagsfeestjes een gruwel uit het Westen zijn en niet in Saudi-Arabië thuishoren". Anderen zagen hoe in de hoofdstad Riy adh een Saudische vrouw, die in een auto met chauffeur op weg was naar haar zieke broer, door de religieuze poli tie werd aangehouden en mee moest om met de zweep te krijgen. Zij had zich volgens de mutawa opgehouden „in een besloten ruimte met een buitenlandse man", in dit geval haar niet-Saudische chauffeur. „Er kunnen zich incidenteel excessen voordoen, maar die zijn dan waarschijn lijk uitgelokt door afwijkend gedrag", zegt dr. Ibrahim ïbn Mubarak al-Juwair. Hij is buitengewoon hoogleraar sociolo gie aan de imam Mohammed ibn Seoud- universiteit in Riyadh, een conservatief bolwerk. „Godsdienst is de steunpilaar van onze maatschappij". Nu het aantal excessen toeneemt, wordt er druk op de autoriteiten uitgeoefend de onruststokende wetsdienaren tot de orde te roepen. Winkeleigenaren in Riyadh hebben gedreigd hun zaak te sluiten, als de mutawa niet ophoudt vrouwelijke klanten lastig te vallen. In de super markt Ash-shu'ala van prins Misha'al, een broer van koning Fahd. werden agenten van de religieuze politie in el kaar geslagen. Aanvallen Sjeik Abdel-Aziz ibn Baz, de meest vooraanstaande theoloog in het land te gen wie veel Saudi's opkijken, veroor deelde vorige week vrijdag godsdienstfa naten. Hij sprak zich uit tegen de bijten de aanvallen tegen de regering in mos keeën en op videocassetes. Hoewel de aanwezigheid van meer dan een half miljoen buitenlandse militairen, met name de vrouwelijke, het verzet van de fundamentalisten tegen de „demorali serende invloed van het Westen" heeft doen opleven, denken anderen dat het niet zo'n vaart zal lopen. Abdel-Qader Tash, de hoofdredacteur van het week blad al-Muslimoon, merkt op: „Sociale onderlinge beïnvloeding vindt pas plaats na een langdurig verblijf van buitenlan ders". Koning Fahd heeft - niet voor de eerste keer - beloofd een adviserende raad op te zetten, waardoor de Saudi's een beetje zeggenschap krijgen in de re gering.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1992 | | pagina 21