91 „Ik heb nog geen steen door mijn ruit gehad" Commissaris Patijn bindt de strijd aan met kleinschaligheid ZATERDAG 28 DECEMBER 1991 „Ik heb geen voorstellen voor herindeling gedaan. Ik probeer alleen de mensen aan het denken te zetten FOTO: MILAN KONVAUNKA 1 Noorderkwartier 2 Groot Alkmaar 3 West-Friesland 4 Kennemerland 5 Zaanstreek 6 Groot Haarlem 7 Amstelgemeenle 8 Groot Haarlemmermeer 9 Gooiland 10 Eemgemeente 11 Rijnduinen 12 Groene Hart 13 Vecht-gemeente 14 Groot Utrecht 15 Vallei-gemeente 16 Haaglanden 17 Gouweland 18 West Delfland j 19 Rijnmond 20 Krimpenerwaard O 23 Hoeksche Waard 24 Drechlstad 25 Gneree-Oserllakkee Nog nooit heeft de provincie met zó weinig belangstelling te kampen gehad, als tenminste gekeken wordt naar de opkomst tijdens de afgelopen verkiezingen. Maar ook nog nooit heeft de provinciale poli tiek zó diep ingesneden in het lo kale en regionale bestuur. De Vinex (Vierde nota over de ruimtelijke ordening-extra), hoewel in essentie rijksbeleid van minister Hans Alders van VROM, wordt trouw en punctueel opgedist door de provincie. Zuid-Holland doet er zelfs een schepje bovenop, door een grenswijziging met Wateringen door te voeren ten gunste van Den Haag. En als bestuurlijk nagerecht is daar de Randstadprovincie van de commissaris van de koningin, mr. Schelto Patijn. In het Europa van 1992 zijn het niet de nationale overheden die de dienst gaan uit maken, maar de grote regio's. En dus is er geen plaats meer voor de provincies in de huidige grootte, is zijn credo. Noord-Holland gaf de voorzet met het statenbesluit een fusie na te streven met Zuid-Holland. Patijn kopte vervolgens in met zijn 'na middagmijmering' over samenvoe ging van Noord-Holland, Zuid-Hol land, Utrecht en een deel van Fle voland. Hooguit vijfentwintig ge meenten mogen er overblijven van Patijn, zeker niet meer. Intussen is Rotterdam al zover in het OOR (Overleg Orgaan Rijnmondgemeen ten) en de Regio Haaglanden staat eveneens in de startblokken. Om dat één plaatje ook in de politiek meer zegt dan duizend woorden, heeft Patijn zijn dienst een levens grote landkaart laten vervaardigen met daarop de Randstadprovincie- nieuwe-stijl. En daarmee heeft hij de knuppel in het bestuurlijke hoenderhok gegooid. „Natuurlijk, maar ik heb niet alleen reacties van bestuurders gekregen. Ik krijg ook fanmail uit onverwachte hoek, uit Brabant en van directeuren van grote ondernemingen en zo, die zeggen: Ha, eindelijk. En even later kwamen staatssecretaris Yvonne van Rooy met het NEl-rapport en de Kamer van Koophandel met het boekje 'Wij zijn er klaar voor'. JAN STEEN In het NEI-rapport staat dat de Randstad bestuurlijk gezien' een huishouden van Jan Steen is. „Nou, als dat zo was, zou er in de Randstad helemaal niets gebeuren. Maar het tegendeel is het geval. Er wordt hier als een gek gebouwd, er worden wegen aangelegd. Er zijn drie redenen waarom ik mijn op merkingen over de Randstad heb gemaakt. In de eerste plaats: door de ontwikkeling naar een provin- cievrij Haaglanden, een provincie- vrij Amsterdam, een provincievrij Rotterdam via die BON-exercitie (Bestuur op Niveau), dus de vor ming van regiobesturen, zit je er als Randstadprovincie lelijk tussen. Want ze roepen: Wij gaan be voegdheden aan de regioautoritei ten overdragen en wilt u, de pro vincies Noord-Holland en Zuid-Hol land, de bevoegdheden er dan maar bij doen. Daarmee zou het voor ons een heel klein winkeltje worden. Bovendien: je zou op el- kaars lip gaan zitten. Je zou de oude Rijnmond-situatie terugkrij gen. Daarom is de Randstadpro vincie een absolute must voor het overleven van de provincie. Dat is dus eigenlijk een soort defensieve actie". „Het offensieve is, dat de be stuursdichtheid nu heel groot is. Er zijn veel schijven waarlangs je een besluit tot stand moet brengen. Ik heb voorgesteld het aantal schij ven te verminderen. De derde re den is dat er een zekere zwakte is „In 2001 ga ik met pensioen. Wat zou een mooiere afsluiting zijn dan als er één Randstadprovincie was. Dat zou toch fantastisch zijn. Ik hoef niet meer te solliciteren naar de post van commissaris van de Randstadprovincie. Ik ben zó weg". FOTO: MILAN K op financieel gebied bij grote en kleine gemeenten. Want wat Den Haag de laatste tijd is overkomen, geldt ook voor Spijkenisse, voor Rijnsburg, Gouda, Leiden. Er zijn, temidden van alle welvaart, zéér zwakke gemeenten: Artikel- 12-ge- meenten en gemeenten die daar tegenaan zitten. Met name de ste den, en dat zal in toenemende mate het geval zijn als de bevol kingsprognoses tegenvallen of als we op basis van planoverwegingen gemeenten geen woningcontingen ten meer geven. Dan krijg je dus stagnatie en krijg je op een gege ven moment verarming. In die zin, dat de gemeente verarmt omdat de bevolking vergrijst, scholen dicht gaan, enfin alle verhalen ken nen we". „Verder is er het probleem cen trumgemeente-randgemeente. Al die overwegingen hebben er bij mij toe geleid, dat je grootschalig moet gaan denken. Het is natuur lijk onzin om één grote Randstad provincie te maken en het niveau eronder te laten zoals het is: één Randstadprovincie met 203 ge meenten, ongeveer een derde van alle gemeenten in Nederland Dat zou heel gek zijn". KOP ERAF „Wil je een Randstadprovincie, dan zul je ook op dat lagere niveau wat meer centraal moeten doen. En wat hoor je? Mensen in het West- land die tegen je zeggen: Ja, ei genlijk zijn we het natuurlijk allang met je eens, maar we mogen het niet hardop zeggen. Mensen in de regio Den Haag die zeggen: Na tuurlijk is dat dé oplossing, maar als we het zeggen wordt onze kop afgehakt. Het is mijn functie, al thans zo zie ik het, om soms iets te zeggen waarmee ik vooruitloop op een discussie. Sommige mensen zijn het daarmee gloeiend oneens, maar anderen zeggen: Ja dat vin den we eigenlijk allang". Noord-Holland heeft in de Sta ten besloten aan te sturen op fusie met Zuid-Holland. Hoe valt dat te rijmen met de uitspraak van uw collega commissaris der koningin, mr. Roel De Wit van Noord-Hol land, die zegt: wat Patijn wil is een doodlopende weg? „Dat is een zeer persoonlijke me ning van De Wit, het is niet de me ning van het college en niet die van de Staten. Hij is het niet met mij eens over die vijfentwintig gemeen ten, wel over de nieuwe Randstad provincie. Hij zegt dat hij in de sfeer van de gemeente altijd de beste overheidshuishouding heeft aangetroffen. Dat wordt door mij niet betwist. Ik heb getracht de consequenties van de Randstadprovincie te schetsen en dan kom je op het beeld uit dat ik schetste. Maar ik heb tegen de mensen van de ge meenten gezegd: luister eens, het hoeven geen gemèénten te wor den. Als je vijfentwintig BON-2-be- sturen maakt is het ook goed. Mis schien moeten het er wel vijftien of tien worden. Een gemeente, als je daar een gewest van maakt met een gekozen bestuur vind ik het ook goed. Het hoeft niet per se het opheffen van de gemeenten te zijn. Maar in elk geval mQet duidelijk zijn dat er bestuurslagen verdwij nen en dat zal met regiobesturen niet het geval zijn. Er komt er een bij". „Mijn zorg is ook de kleine ge meente. We moeten wel bedenken dat de meeste kleine gemeenten de was veelal de deur uit doen. Het werk wordt gedaan door bureaus of door grote buurgemeenten of door samenwerkingsverbanden. Dat functioneert op zichzelf heel aardig. Er zit, als het om samen werking gaat, iets vrijblijvends in, je kunt daar weer mee ophouden". „De Bollenstreek wordt het niet eens over een structuurschets voor de regio, omdat Katwijk en Noord- wijk ruziën over huizen en daar wacht dan alles op. Dan zeg ik: nou, nou, daar mag je het nou zo langzamerhand wel 's met elkaar over eens worden als je zegt dat je zo'n goed samenwerkingsorgaan Bollenstreek hebt". „Ik ontken niet dat kleine gemeen ten uitstekend werken. Maar ik kijk naar de situatie over vijftien, twin tig jaar. Wat zal de structuur zijn? Ik denk dat de structuur zal zijn: één Randstadprovincie. Ik denk dat de kleine gemeenten het dan moeilijk zullen krijgen. Als er in het Gemeentefonds ooit herverdeling zal plaatsvinden, dan zal dat fonds zich wijzigen ten gunste van de grote steden, en niet ten gunste van de kleine gemeenten. Die gaan er alleen maar op achteruit. Ik maak mij dus zorgen over de kan sen op zelfstandigheid voor kleine gemeenten op lange termijn. Zie Fleers, directeur VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten), die tot dezelfde conclusie komt". „Het gaat niet meteen over mor gen en ik zeg ook niet dat het per se zo wordt, maar als je een Rand stadprovincie hebt, dan moet de schaal daaronder zich ook vergro ten. Dat is de consequentie ervan en we moeten vermijden dat er vier bestuurslagen komen. Nou ja, die is er toch al met Brussel erbij, maar dat is weer een andere zaak". SNEL Veel kritiek is intussen over de Zuidhollandse commissaris der Ko ningin uitgestort. Over de opmer kingen dat het allemaal te snel gaat en van bovenaf wordt opge legd, waardoor het niet 'gedragen' wordt, zegt Patijn: „Als iemand mij garandeert dat het wél gedragen wordt als het langzaam gaat, dan teken ik daarvoor. Maar dat is niet het geval. Als je het niet wilt, dan zeg je dat het langzaam moet. Ik héb ook niet gezegd dat het snel gaat, ik ben een discussie gestart, een verhaal om na te denken over de toekomst van de Randstad. Mijn criterium is het Europese cri terium. In Europa is maar plaats voor één grote Randstad, niet voor drie provincies. Die Randstad met de twee mainports Rotterdam en Schiphol, moet in Europees ver band concurreren met Rheinland- Westfalen, Beieren, Lyon, Parijs met Parijs zal het vast niet luk ken met het gebied van de En gelse Midlands en andere indus triële centra, via onze twee main ports: Schiphol en Rotterdam. Dat is een hele hijs. Dan moet je zor gen dat je bestuurlijk zo sterk mo gelijk wordt". „In België hebben ze lang geleden in één keer alle gemeenten herin gedeeld. In een klap in het hele land, bij wet. Dat zou hier nooit ge beuren. Dit zal ook allemaal niet zo snel gaan, natuurlijk niet. „Met de vorming van een Rand stadprovincie daarentegen kan het wat mij betreft heel snel gaan. Ik zie dat de statenleden sneller lo pen dan de ambtenaren en GS. Nu er zo'n brede sympathie is voor het idee van de Randstadprovincie zal ik als voorzitter van het presidium van de Randstad wel gek zijn als ik daar niet op inga. Ik heb het niet zelf gelanceerd, die Randstad. Dat hebben we gezamenlijk gedaan. Toen is er een motie gekomen in Noord-Holland dat er een fusie moest komen en die vond De Wit vroegtijdig, en vervolgens is er iets gaan rollen, als een steen vanaf een berg. Laten we het zo zeggen: ik hol erachter aan om het bij te houden". BOZE BRIEF „Nogmaals: wij zijn niet gekomen met voorstellen. Er wordt hier niet stiekem gewerkt aan een plankaart voor vijfentwintig gemeenten, er wordt gewerkt aan een Randstad provincie. En ik heb alleen maar voor de discussie daaronder vijfen twintig gemeenten getekend. Om de gemeenten te laten zien: men sen, dit is het discussiepunt, ik heb die zestig gemeenten voor het hele land ofwel vijfentwintig voor de Randstad niet gelanceerd. Dat was Fleers van de VNG. Hij heeft één boze brief ontvangen. De rest heeft niet gereageerd. De anderen dach ten: nou laten we hem maar dood zwijgen, denk ik". Maar een beetje concurrentie tussen de gemeenten, zoals de Utrechtse gedeputeerde Cees van Oosten beweert, is toch juist goed? „Vindt u de concurrentie tussen Zoetermeer en Den Haag goed? Zoetermeer met honderden hecta ren grond uit te geven, Den Haag met nul. Leve de concurrentie! Dat zijn oneerlijke startposities. Zo kan ik het ook, dat is niet goed. Dat is ten nadele van Den Haag en dus ten nadele van de mensen in de Randstad. Concurrentie is goed als het gaat tussen Katwijk en Noord- wijk wie er met voetballen wint. Dat soort concurrentie houd je toch, ook al zou je de gemeente opheffen. Dan krijg je de gezonde, gezellige concurrentie tussen de dorpen over wie de beste harmo nie heeft. Maar gemeentebesturen die elkaar zitten te beloeren of transportbedrijf X zich aan deze of gene zijde van het grensje tussen de gemeenten vestigt, dat is toch volstrekt irreëel. Mijn schets van de Randstadprovincie met 25 ge meenten wordt door sommige ge meenten als een bedreiging van hun bestaan gezien. Al heb ik echt nog geen steen door mijn ruit ge had met een briefje 'handen af van gemeente X'. „Ik heb ook geen voorstellen voor herindeling gedaan. Ik probeer al leen de mensen aan het denken te zetten, ledereen roept: prachtig zo'n Randstadprovincie en zwijgt dan over 203 gemeenten, vierhon derd samenwerkingsverbanden en achthonderd convenanten. Alsof dat allemaal niet bestaat, alsof dat allemaal zo fantastisch is. Dit zijn de consequenties van de grote woorden, die de gemeenten zelf over hun samenwerking zeggen. Ze roepen toch altijd zo hard dat het zo perfect is in de Bollenstreek, en dat het zo fantastisch is in het Westland. En dan zeg ik: waarom maak je er dan niet één gemeente van? Ik wijs hen op de consequen ties". KLEINSCHALIGHEID „De Randstad leeft, maar de klein schaligheid Als de burgemees ter van Voorburg zegt: eigenlijk moeten we één Vlietstad vormen met Rijswijk en Leidschendam. Na dat ze jaren geprobeerd hebben één brandweerkazerne te bouwen in Leidschendam en Voorburg zet ten ze er vanwege competentieru zies daarna samen twee neer. Dan zeg ik: dat is toch onzinnig. Dat is toch volstrekt weggegooid geld. Delft en Den Haag ruziën erover of er één of twee alarmcentrales moeten zijn. En iedereen denkt dan voornamelijk aan zichzelf. Het is mijn zorg als commissaris om aan het geheel te denken". „Daarom bepleiten wij op heel kor te termijn dat de Wet Gemeen schappelijke Regelingen wordt ver sterkt. Dat als de mensen uit ge meenschappelijke afspraken weg lopen, dat wij het dan kunnen op leggen. Ik ben ervan overtuigd dat die wet zijn vrijblijvendheid zal ver liezen. Dus ais het Samenwerkings orgaan Westland besluit om iets niet te doen omdat ze het niet eens kunnen worden, dat wij dan kun nen zeggen: het gaat tóch door. We leggen het op. Dat is ook de taak van de provincie: te zorgen dat wat gemeenschappelijk moet gebeuren ook gebeurt en dat men niet in vrijblijvendheid blijft ste ken". „Een voorbeeld: taxivergunningen, een bekend heet hangijzer. Waar om doen wij dat? Omdat de ge meenten het vertikken het zelf te doen. We hebben gezegd: wil je het van ons overnemen? Je kunt het zo krijgen. 'Nee, blij dat we van die taximensen af zijn'. Ja, ja Dan kunnen ze met die taxi's voor het provinciehuis staan. Woonwa genstandplaatsen: moeten wij doen. Ze mogen het zó hebben van ons". „In 2001 ga ik met pensioen. Wat zou dan een mooiere afsluiting zijn als er dan één Randstadprovincie was. Dat zou toch fantastisch zijn. Ik hoef niet meer te solliciteren naar de post van commissaris van de Randstadprovincie. Ik ben zó weg".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 31