w
Lesjes in
betrekkelijkheid
oon je daar?
Vlakbij die
Turkenwijk? Ik heb het
meermalen gehoord
als ik bezoekers van
buiten moest
uitleggen hoe ze bij
mijn huis kwamen. De
geringschattende
plaatsbepaling van de
moderne stad.
Alles in de buurt is apart.
Er is een Hindoestaans-
Surinaamse groentewinkel,
een Chinees-Surinaams
eethuisje en de slagers,
zoals de eigenaar van
slagerij Ankara, zijn
islamitisch.
tuur I
Bottei
Vr«
BRUINE
Op weg naar de wijk een echt-Holland
se snackbar. Binnen zit het vol met
gokkende vrouwtjes die van de be
heerster tijdig hun bakjes koffie naast
de eenarmige bandieten krijgen ge
serveerd. Twee mannen aan tafel. Bui
ten in het smalle straatje staat de Por
sche van een van hen. Duidelijk fout
geparkeerd. Hij is blijkbaar huisjesmel
ker en praat erover hoe hij z'n kamer
tjes van water voorziet om ze zo lucra
tiever te kunnen verhuren. Buiten komt
een andere auto met veel moeite
langszij van de Porsche en een donker
meisje stapt wat slordig uit. Raakt ze
de Porsche? De eigenaar ervan sprint
in elk geval razendsnel naar buiten en
roept daar wat. Hij komt hoofdschud
dend binnen en roept hard tegen z'n
kameraad in onvervalst Haags: „Zag
je hoe die bruine daar uitstapte?".
Een plaatsbepaling. Onze dochter
woonde enkele jaren aan die Vaillant-
laan in het achterhuisje van een be
drijfspand, waar de bedrijfsvoerder al
lang geen bedrijf meer had, maar de
gordijnen in het lege kamertje vóór
had laten hangen om zo de krakkemik
kige rest voor veel geld te kunnen ver
huren. De Vaillantlaan zag er in die da
gen uiterlijk wat samenhangender uit,
omdat de sanering nog niet had toege
slagen. Maar een straat voor 'buiten
landers' was het al. Dat wil zeggen:
druk op het trottoir, veel mannen voor
de deur. Op weg van of naar het koffie
huis. Ik herinner me ook een eind van
het jaar van destijds. Terwijl je elders in
Wie creëert
stadsgetto's? D
'buitenlanders',
of onze
maatschappij
die alleen maar
plaats voor ze
heeft op de
rotste en
goedkoopste
plekken van eei
stad.
De Vaillantlaan
ligt erbij als de
mond van een
oude man, op
afbetaling en
kwakkelend op
weg naar een
kunstgebit.
te zingen valt) me, om van verdere uit
leg af te zijn.
m KERSTBOMEN
Het is bar guur weer. Ik houd me op de
been door af en toe een warme winkel
binnen te duiken. Ik verzin dat ik maar
eens op zoek moest naar een cd van
de Colombiaanse salsa-artiest Joe Ar
royo, maar de platenzaak in de Hob-
bemastraat blijkt alleen gespeciali
seerd in muziek uit Suriname en de
Antillen. Want alles in de buurt is apart.
Er is een Hindoestaans-Surinaamse
groentewinkel, een Chinees-Suri
naams eethuisje, de slagers zijn isla
mitisch en alleen de kapper adverteert
'Internationaal knippen'. En dat
- neem ik aan zal wel betekenen
dat de schaar er gelijkelijk in Turkse,
Surinaamse en andere haardossen
wordt gezet.
Verder wordt er ook hier weinig geïnte
greerd. Marokkanen zie je wel op
straat, maar de neringdoenden blijken
hoofdzakelijk Hindoestaans en Turks.
In de laatste Nederlandse lampenzaak
op de hoek van de Van der Venne-
straat kopen twee Turkse mannen
kerstboomlichtjes. Ze zijn weg voordat
ik de gelegenheid heb ze te vragen
hoe dat zit.
Om wat te sleutelen aan m'n contact
gestoorde middag, val ik in arren moe
de maar een Haags café binnen aan
de geografische onderzijde van de
Schilderswijk. De kater is er meteen le
vensgroot. Na een eenzijdige babbel
van een aantal toogzitters tegen deze
nieuwkomer, begint een van hen me
verbaal aan te vallen. Ik keer me van
hem af, let niet meer op. Buiten blijkt hij
me agressief op te wachten, duwt me
weg bij de caféruit omdat hij me liever
door het glaswerk van de buren wil
slaan en grijpt me bij m'n keel. Een
jeugdversje van journalist Jan-Pauf
Bresser schiet me te binnen: „Den
Haag, ik mag je zo graag, met een stuk
in m'n kraag". Ik ben al weg.
JANTJE-VAN-ALLES
Een tocht naar en over de grote markt
aan de Herman Costerstraat brengt
weer eens het bewijs dat de negotie
nog altijd de beste ijsbreker is. De Joe
goslaaf Branko biedt ons kinderdeken
tjes voor vijf gulden aan en vertelt dat
hij getrouwd is en net een dochtertje
gekregen heeft. Naast hem is het even
lachen met een heerlijk opgeruimde
oudere Nederlandse verkoopster van
Mehmed, o 9
werkzaam vcp
een
schoonmaak
bedrijf, werk
in een van
kleurrijke
Ik woon in Den Haag niet ver van de
Vaillantlaan die ooit als een mes van
de -Lijnbaan naar de Parallelweg
sneed. Nu ligt de straat erbij als de
mond van een oude man, op afbeta
ling en kwakkelend op weg naar een
kunstgebit. De helft van de rotte kiezen
staat er nog, daarnaast de open won
den van de vers getrokken tanden ter
wijl her en der stukjes van de nieuwe
prothese zijn verrezen. Het is een wijk
waar de buitenlanders overheersen.
Een stadsgetto als u wilt, al is die naam
eigenlijk te beladen en strookt die niet
met het aanzicht van de nieuw verre
zen straten rond de Vaillantlaan.
De vraag is trouwens wie de getto's
creëert. De 'buitenlanders', of onze
maatschappij die alleen maar plaats
voor ze heeft op de rotste en goed
koopste plekken van een stad. Of de
buitenstaanders die geen structuur
zien, een door de omstandigheden
ontstane leefcultuur niet herkennen en
graag de botte bijl van de ongenuan
ceerdheid hanteren. Mijn opdracht is
die buurt tijdens de donkere dagen
voor Kerst nog eens te verkennen. Het
wordt een hernieuwde kennismaking
in stukjes en beetjes. Met de kennis
van enkele jaren nabuurschap plus
een aantal uitstapjes door de buurt.
Het beeld is kleurrijk, maar dat wisten
we al.
autochtoon Den Haag niet op straat
kon lopen van de ontploffende rotjes,
heerste daar rust. De wijk oogde niet,
dacht je steeds na een bezoek aan je
dochter. Maar dat deed mijn eigen flat
ook niet, waar datzelfde oudejaar vuur
werk en vandalisme alle ruiten in de
hal van de flat hadden doen knallen.
Een lesje in betrekkelijKheid.
Een aantal winkels van toen blijken in
die Vaillantlaan niet meer te bestaan.
Maar er zijn in onooglijke pandjes
evenzovele nieuwe. De weg nu naar
een kop Turkse koffie in een van de
vele grauwe koffiehuizen brengt twee
teleurstellingen. Turkse koffie is er niet,
alleen Nescafé voor een gulden. En
aan de bar, vol met lege flessen van
een onbekend soort whisky, ontwik
kelt zich geen mooi gesprek. De man
nen zitten wat voor zich uit te kijken.
Eén draait aan de knoppen van radio
Ankara, alle tafeltjes zitten vol met
kaartende en opvallend weinig zeg
gende mannen. Ze rea
geren licht op de komst
van de enige Nederlan
der in de zaak. Maar
minder dan wanneer in
een Hollands buurtcafé
klanten met een donke
re huidskleur binnenko
men.
Hoe kom je in contact
met de niet-Nederland-
se bewoners van een
wijk? Toeval. Op weg
naar een pakje sigaret
ten heb ik er eens een
uur zitten praten over de
invloed van Turkse ge
rechten op de Balkan.
De Bulgaarse Baklava,
de Imam Bayildi, de Hal-
va's. En meteen was er
gratis Turkse zoetigheid
bij m'n koffie. Veel Ne
derlandse mannen ko
men niet in die zaken.
Waarom zouden ze ook.
Autochtonen zijn er
vreemder dan allochto
nen in de Hollandse
broodjeswinkel. De Turkse koffie
shops zitten in de middag vol, maar ze
zien er verre van uitnodigend uit. De
deuren zitten potdicht, er is geen glas
om door naar binnen te kijken en een
steelse blik langs de gordijntjes die er
nog hangen van de vorige bestem
ming, brengt je weer dat beeld van
somber kaartende mannen. „Turks
klaverjassen", vertelt een klant van
een Turkse 'bar chantan' (waar weinig
dameskleding en onderweg in de
Hobbemastraat is het weer raak. Ik
was er een dag eerder al opgevangen
door de Turkse Hagenaar Mehmed,
die me een kop thee aanbood in de
winkel waar hij werkt. Hij heeft ooit met
een ploeg schoonmakers gewerkt op
de burelen van de krant - een van de
meest consciëntieuze ploegen wordt
me verzekerd - en daarvan kennen
we hem. De slagerij waar hij werkt ken
nen we evenals de winkel ernaast
een gewone kruidenier met door
de behuizing geremde supermarktnei
gingen - als 'onze zondagswinkels'.
Er is van alles te koop en er tussen de
klanten staan is steeds een genot. Niet
alleen om de kruiden die je niet kent,
de blikken conserven die lekkernijen
bevatten die je proefde in het Turkse
restaurant, en de ouderwetse, gevulde
jute zakken die ik voor het laatst in m'n
jeugd zag bij de grutter in onze buurt,
maar ook om het samenspel tussen
verkoper en koper. De Turkse bazen
spreken prima Nederlands, zijn hier op
school gegaan en doen hun zaakjes
met flair.
Ik keek een paar maanden geleden
mijn ogen uit toen een Nederlandse
dame meer bestelde dan haar porte
monnee kon dragen. „Doet u die twee
dingen er dan maar uit", zei ze wijzend
op de volle plastic zak. „Welnee me
vrouwtje", was de reactie. „Die zes
gulden krijg ik de volgende keer wel".
De mevrouw reageerde verbaasd:
„Maar ik kom hier niet zo vaak. Moet u
m'n adres niet hebben". Nee hoor, de
baas riep iets van 'Komt wel' en ging
verder met de orde van de dag. Goed,
die zes gulden zijn als geld niet veel,
en als klantebinder aanzienlijk waarde
voller. Maar toch, het geeft je even het
goede gevoel van: „We zijn er op de
wereld om mekaar, om mekaar
TURKSE SINT
Mijn echtgenote en ik gaan de islamiti
sche slagerij van Ali binnen voor lams
koteletjes en Turkse kaas, en krijgen
ieder een kop Turkse thee aangebo
den. Deze kant van de straat - zegt
Ali - zal er nog wel een paar jaar-
staan. Hij spuit in de tussentijd zijn re
cept voor lamszadel, wijst op zijn forse
omvang en zegt dat je daaraan de
goede slagers en bakkers herkent. Of
hij veel Nederlandse klanten heeft,
vraag ik. „Eigenlijk alleen Nederlandse
mensen die met een Turkse man of
vrouw getrouwd zijn, of die iets te ma
ken hebben met Turkije. En jonge
mensen, dat wel. Het alternatieve type,
punkers en zo".
H ver
We praten over de komende Ker:
vieren het niet, al weet een van de
dewerkers dat een Turkse kenni:
een kerstboom heeft: „Voor de ki
ren, omdat hij die hetzelfde wil gi
als hun Nederlandse schoolvrien
van hun ouders krijgen". Hij voet 3
verrassenderwijs aan toe: „In Tu
zelf zie je ook veel meer kerstbor
En af en toe zelfs een kerstman
vanwege het geloof, maar voor di
zelligheid. Uit West-Europa oven
men. Evenals Sinterklaas trou*
die zie je er af en toe ook. De
keer dat ik met Kerst in Turkije
keek ik m'n ogen uit naar de lichtji
de mensen thuis. Het leek Nedei
wel".
We proeven bij hem nog een gekfl
en gepekelde vleessoort waarva
vind dat hij sterk op de Amerikai
pastrami lijkt. Slager Ali kijkt verbi
op. Hij geeft de Turkse benaminfc
dan blijkt de Amerikaanse naanf
Turkije afkomstig te zijn. „Net als!
terklaas en de tulp", lacht hij er a
aan.
Ik ga met een beter gevoel naar f)ede
Ik heb van niets anders een bewijs Jej
dat niet alleen de liefde voor de vi
door de maag gaat. Maar tafelkc n
ook een gesprek. Een aantal d r aei
geleden dacht ik nog: Dit ve r' 3*
schrijf ik niet. Ik heb geen zin om
de een voor xenofoob en door d I s
der voor xenofiel uitgemaakt te
den. Een compleet beeld van eer
met veel buitenlanders zal ik nooit
krijgen. Maar ken ik m'n eigen bur ïtelijk
Onderweg naar huis komen we I
een vers geverfd Turks koffiehuis. :T/RTV
Tsjechische echtgenote blijkt te w en/regiÏ
dat het ooit een Nederlands koffn stveru
was. En ze bekent dat ze er na ee
zoek aan de markt ooit voor een rr
me mok is binnengevallen met
(zwarte) kennis van ons uit Eritre
werden geweigerd. „Sorry, alleen
leden", zei de baas zonder verder
gingen tot geloofwaardigheid,
echtgenote had het me destijd
willen vertellen. Maar ik kon me n
aan de indruk onttrekken dat ze
melijk leuk vond d<
opeens een klein
was geworden.
Humor in de Schilderswijk. Via een nep-raam kijken nep-mensen op het
balkonnetje van de buren.