Klik wilde een
oek schrijven
at ruikt naar
ers gebakken
rood"
Bere(n)boeken doen het beregoed
[icUcSommit
KINDERBOEKEN
slaagd
eenpeace
iderboek
V
Duveltje uit een
kartonnen doosje
VRIJDAG 27 SEPTEMBER 1991
'BEVRIJDING' VAN SELMA NOORT
391
Selma Noort: „Zomaar fantaseren over iets volkomen absurds of abstracts kan ik niet"
INSEMS
IERDORP Selma
waarschuwt:
•ijf nou niet dat ik ij-
'oor meer fantasie en
>r in kinderboeken,
ind dat alles moet
Het een heeft
neer waarde dan het
Dat de Leidse
fster zelf nu het pad
Ie humor en de fan-
bewandelt, doet hier
afbreuk aan. Zij
het 'probleemboek',
drukwerk voor de
over kommer en
dat vooral in de ja-
zeventig triomfen
aan de kant gezet,
opig althans, ze weet
;rs nooit wat de toe-
zal brengen.
naar Wilhelmus Poot
n kleindochter' is haar
boek, dat dit jaar ver
bij uitgeverij Leopold,
lerjongste pennevrucht
ïeimwee' is in aan-
bereikt in januari de
In beide boeken heeft
het knellende korset
erkelijkheid uitge-
n, waar zij vroeger niet
kon. „Ik vond destijds
de realiteit nauwkeurig
beschrijven. Ik obser-
beschreef bijvoorbeeld
hoe iemand een hand-
kte, de deur opende en
om de hoek keek. Die deur
kon niet plotseling uit zijn
hengsels vallen. En ik vond
het ook irritant om zoiets in
andermans boeken te lezen.
Nu zeg ik: waarom moet de
wereld zijn, zoals zij is. Ik
schrijf toch het boek, ik creëer
de figuren, zij leven toch door
mijn pen. Waarom zou ik niet
een wereld scheppen, zoals ik
hem zie? Ik heb nog een lange
weg te gaan. Maar 'Wilhelmus
Poot' was een eerste stap naar
wat ik noem het absurdisme.
Of het de juiste term is weet ik
niet, maar het is absurd ge
noeg. In 'Eilandheimwee' ga
ik veel verder. Dat is bijna
sprookjesachtig. Ik heb hierin
een kind gecreëerd dat ik zou
willen hebben met ouders die
ik zou willen zijn. Het is voor
heel jonge kinderen, de jongste
lezersgroep voor wie ik ooit
heb geschreven. Ik heb ervan
genoten. Ik kon het verse
brood en de zee ruiken, de
gordijntjes zien wapperen voor
de ramen. En als het kind 's a-
vonds naar bed ging, was het
heerlijk om ook mijn hoofd op
een kussen te leggen. Het was
een gevoel dat ik vroeger had,
toen ik Astrid Lindgren las.
Buiten sneeuwde het en wreef
je een gaatje door de ijsbloe
men op de ruit. Je keek naar
buiten en hoorde het geluid
van de sledebelletjes in de ver
te. Dan kreeg je een enorm ge
luksgevoel. Ik dacht: nou wil
ik een boek schrijven dat ruikt
naar vers gebakken brood. Het
is helemaal mijn eigen creatie,
niet beïnvloed door wat dan
ook".
Ondanks haar huidige Jiang
naar de fantasie heeft Selma
Noort de navelstreng met de
realiteit niet doorgesneden. En
dat wil zij ook niet. „Bij mij
gaat het om het creatief invul
len van de werkelijkheid. Zo
maar fantaseren over iets vol
komen absurds of abstracts
kan ik niet. Er moet een aan
leiding zijn, een gegeven dat
ik kan sublimeren".
Frustraties
Schrijfster Miep Diekmann
verweet ooit een jongeman,
die het manuscript van zijn
kinderboek ter lezing gaf, dat
hij fantasiefiguren gebruikte.
Dat was in de jaren zeventig,
de fantasie was uit. Veel au
teurs kozen voor een openhar
tige benadering van de levens
problemen, voor de soms har
de confrontatie met de werke
lijkheid. Dikwijls gingen de
kinderboeken dan ook over
echtscheiding, de dood, het on
gelukkig zijn binnen het gezin,
discriminatie, oorlog enzo
voorts. Het was ook de tijd
waarin schrijvers hun eigen
frustraties loslieten op het kin
dervolkje. Zelfs in de boekjes
voor de allerkleinsten werd
het mode om in kinderlijke
termen te laten doorklinken
„dat het thuis ook niet alles
is". Nu mag het fantasiever
haal weer.
Selma Noort (geboren in 1960)
bracht haar eersteling 'Ik hoef
niet op schoot' ook bij Miep
Diekmann. Zij schoot in de
roos, de schrijfster introdu
ceerde haar bij Leopold. Maar
Selma's eerstgeborene was dan
ook overduidelijk een pro
bleemboek, waarin zij gebruik
maakte van de nare ervarin
gen uit haar eigen jeugd. „Ik
was gewoon een kind van
mijn tijd", zegt Selma. „Ik had
een boek geschreven dat in die
tijd paste. Het werd door een
recensent bestempeld als 'een
kommer- en kwelboek'. Ik
was stomverbaasd toen ik dat
las. Ik dacht kommer en kwel,
hoe zo?. Dat hoort toch zo".
Kweekschool
Na haar debuut volgde meer
„kommer- en kwelboeken",
waaronder 'Meer dan een
zwijgend schoolkind' (1988).
Naar aanleiding hiervan zei zij
in een interview met deze
krant onder meer: „Het is voor
elk kind toch heerlijk over je
zelf te lezen, als je met jezelf
overhoop ligt? Je krijgt ant
woorden, je voelt je opgelucht
en je krijgt een paar inzichten
waar je zo'n behoefte aan
hebt".
Selma nu: „Op de kweek
school (zij studeerde aan de
Haanstra Kweekschool in Lei
den) kreeg ik onder andere te
maken met de opvattingen
van professor Lea Dasberg
over kinderliteratuur. Dat
ging over problemen. Eind ja
ren zeventig ben ik zelf gaan
schrijven. Ik schreef toen wat
ik dacht dat geschreven kon
worden. En ik vind het nog
steeds goed dat er probleem
boeken zijn. Alleen kan ik mij
best voorstellen dat kinderen
die zelf in de ellende zitten
niet op zulke boeken zitten te
wachten. De beste reactie
kreeg ik dan ook altijd van
kinderen, die zelf de door mij
beschreven problemen niet
hadden. Terwijl kinderen die
het zelf moeilijk hadden het
een stom boek vonden. Dat is
een bekend verschijnsel. Lea
Dasberg zei al: ik heb geen zin
in een boek over een beugel-
jong omdat ik zelf in een rol
stoel zit".
Spuitbussen
Het probleem-kinderboek
heeft zich niet geïsoleerd ont
wikkeld. Op de basisschool
krijgt het kind ook een flink
portie ellende voorgeschoteld,
bijvoorbeeld de milieu-proble
matiek. Selma vindt dat leer
krachten te vanzelfsprekend
naar dit soort problemen grij
pen. Zij graaft ter illustratie
een afschrikwekkend voor
beeld op uit haar eigen jeugd.
Ze was eind-zesdeklasser lage
re school. De meester sprak tot
haar klas: „Straks gaan jullie
naar de middelbare school,
daarom spelen jullie op de af
scheidsavond een toneelstuk
over spuitbussen". Selma: „Het
ging over de ozonlaag. We
moesten de vergelers spelen.
Achteraf denk ik: een walge
lijk trendy stukje. Konden ze
dan niets vrolijkers verzinnen
voor een afscheidsfeestje. Een
paar jaar geleden zag ik op de
televisie kinderen zingen voor
een betere wereld. Het had ge
loof ik iets met Unicef te ma
ken. Ik dacht: kijk die kinde
ren daar eens kwelen. We za
delen hen op met problemen
die wij veroorzaakt hebben.
Wij hadden daar moeten staan
FOTO: WIM VAN NOORT
zingen. Een kind bepaalt toch
immers niet of hij bont draagt,
in de auto stapt, vlees eet. Wat
moeten zij in hemelsnaam
doen met Irak, de oliecrisis, de
vervuiling. Daar staan zij
machteloos tegenover. Wijs
hen op hun verantwoordelijk
heid op eigen niveau: gooi
geen troep op straat, maak
geen dingen kapot. Dat soort
dingen".
Pubertijd
We bladeren terug naar Wil
helmus Poot. Wilhelmus is een
opa van een meisje van vijf
tien, die een ufolocksysteem
bouwt. De reporters van de
plaatselijke pers zien hierin
een kunstwerk en zo wordt
Poot op zijn oude dag tot kun
stenaar gebombardeerd. Het is
een boek vol actie overgoten
met een flinke lading humor.
Selma: „Ik wilde iets leuks
schrijven voor kinderen in de
pubertijd. Vooral voor pubers
is er heel weinig op de markt
dat humoristisch is. Ik vond
dat ik genoeg had geschreven
over problemen uit de puber
tijd. En je moet op een gege
ven moment ook kunnen
schrijven over een ander in
plaats van jezelf. Dat is een
van de sprongen in mijn
schrijverschap, die ik als heel
bevrijdend heb ervaren. Op
een gegeven moment doet
mijn hoofdpersoon iets, dat ik
nooit zou doen. Wat een op
luchting. Het is heerlijk als je
een ander kunt creëren, ie
mand die wezenlijk anders is
dan jezelf. Daar word je alleen
maar rijker van".
1,50
yijck
DEN HAAG Beren
doen het goed dit jaar. Zo
is er een nieuwe tijdschrift
'BeerBericht' genaamd. In
december zal het Rijks
museum het Rembrand-
tjaar openen door beren
aan te kleden zoals op De
Nachtwacht en ook het 5e
Cinekid-Filmfestival in de
herfstvakantie staat in het
teken van dit dier. Ook in
de Kinderboekenweek
1991 staat een flink aantal
nieuwe herenboeken in
de belangstelling.
Zo is onlangs bij de uitgeverij
Lemniscaat het boek 'Bor en
de zwerfberen' verschenen. In
honderdzestig bladzijden be
schrijft Tilde Michels beertje
IENNY
IfJü ^alv
Bor die van slapen houdt. Zo
dra de zon onder is kruipt hij
lekker onder het dekbed en
slaapt een diepe berenslaap.
Maar op een avond liggen er
tot zijn grote verbazing drie
kleine beren in zijn bed. Het
zijn de zwerfberen Mokke,
Kili en Bim. Ze gaan dan weer
hier, dan weer daar naar toe
maar besluiten voorlopig bij
Bor te blijven wonen. Elke
avond voor het slapen gaan
vertelt Bor verhaaltjes over
zijn jeugd, ouders en tantes.
Op een dag krijgen Mokke,
Kili en Bim weer de zwerf-
kriebels. Ze halen Bor over
mee te gaan, de wijde wereld
in. Onderweg beleven ze op
windende avonturen. Het boek
is geschikt voor kinderen van
zes en zeven jaar (prijs: 24.50
gulden). Andere nieuwelingen
uit de Lemniscaat-stal zijn
'Brammert en Tissie zijn
Kwekkie kwijt' van Gabrielle
Vincent voor kinderen tot vijf
jaar (prijs: 19.90 gulden) en de
mmm
piepkleine versie van het boek
'Welterusten Kleine Beer' van
Martin Waddell en Barbara
(prijs 7,50 gulden). Splinter
nieuw is eveneens het door-
kijkboekje van uitgeverij Co
con met 'Boris Beer' (prijs: 9.90
gulden) en 'Een Beer van een
baby' uit de stal van uitgeverij
Holkema Warendorf (prijs:
22.50 gulden). Dit boekje
wordt aanbevolen door de kin
derjury 1992. Geschikt als eer
ste leesboekje is 'Beer Bot
maakt Boot' van uitgeverij
Zwijsen (prijs: 8 gulden) In de
categorie tot vijf jaar is ook
'Prins Beer' uitgekomen. Het
is een prentenboek van Helme
Heine met tekst van Willem
Wilmink. Het boek begint heel
veel jaren geleden toen de
sprookjes nog jong waren...en
elk koningskind in een beer
kon veranderen. En andersom.
Ze hoefden elkaar alleen maar
een kus te geven. Zowel de be
ren als de prinsen en prinses
sen vonden het heerlijk af en
toe te ruilen. Tegenwoordig
veranderen prinsen niet meer
in beren. Hoe dit komt vertelt
Helme Heine met schitterende
aquarellen in dit Gottmer-
prentenboek (prijs: 21,50 gul
den)
In de Bas en Bieke reeks geeft
uitgeverij Infodok het nieuwe
boek 'Verstoppertje spelen' uit
(prijs: 9,90 gulden) is geschre
ven door Claude Dubois. Hek-
kesluiter, maar daarom niet
minder leuk, is 'Kleine IJsbeer
wat is er mis' door Hans de
Beer van uitgeverij De Vier
Windstreken. Het prenten
boek gaat over Lars die spelen
op de Noordpool heel leuk
vindt. Maar alleen is maar al
leen, denkt de kleine ijsbeer.
Een broertje of zusje zou hem
wel uitkomen. Op een dag zien
hij een ander klein beertje.
Maar., dat is niet echt. Het is
een val! Lars beleeft een ang
stig avontuur, voordat hij weer
veilig thuiskomt (prijs: 22,50
gulden).
Walvis komt op be-
het eerste prenten-
een reeks, die door
«ace Nederland in sa-
rking met Kluwer
«eken wordt uitgege-
e reeks is bedoeld oip
linderen (5-8 jaar) op
ike manier het een en
)ij te brengen over het
eu en de strijd om het
ervan.
rste deel mag bijzon-
laagd heten. Prachti-
eurpotloodtekeningen
hand van Jenny Col-
ïseury bepalen het
De vlotte, heldere
van Rob Zadel, een
im voor schrijvers
inpeace.
prhaal gaat over de
iVallie, die op bezoek
izijn nicht dolfijn Dol-
Noordzee. De walvis
ch niet zo lekker en
Alle helpen mee om
los te krijgen. Solo de
uw (het verbindende
r in de serie) haalt
eace erbij en zo loopt
ig goed af.
I
Illustratie uit
een 'Brammert
en Tissie' uit
de
Lemniscaat-
stal.
FOTO: PR
Rooie pleeborstel
'Rooie en verhalen over mijzelf en
mijn klas' door Willem van Toorn,
uitgave Querido, prijs 21,90 gulden.
'Rooie' is het eerste jeugdboek
van schrijver Willem van den
Toorn. In het boek staan acht
verhalen over de dagelijkse
schoolbelevenissen van Walter
en zijn klas. De verhalen spe
len zich af in de jaren zestig.
'Rooie', zo heet het eerste ver
haal van de bundel, gaat over
Rob, een klasgenoot van Wal
ter. Rob verliest vanwege een
ziekte zijn haar en schaft een
rode pruik aan. Dit is toch niet
zo praktisch als het eerst leek,
dat wordt duidelijk wanneer
de klas een roeitocht maakt en
Rob door twee wildvreemde
jongens wordt uitgescholden
voor 'rooie pleeborstel'. Geluk
kig komt Robs eigen haar na
verloop van tijd wel weer te
rug.
De school waar Walter op zit,
is trouwens geen gewone
school. De leerlingen hebben
meer vrijheid dan normaal.
Het schoolhoofd, meneer van
Akker, heeft eigenlijk maar
één regel waaraan iedereen
zich moet houden, namelijk:
jouw vrijheid houdt op waar
die van een ander begint. Dat
lijkt simpel en gemakkelijk
maar Walter begrijpt al gauw
dat je alles onder die regel
kunt laten vallen en dat doet
meneer van Akker dan ook.
'Rooie' bevat geen spannende
verhalen, dat niet, maar ze zijn
wel boeiend om te lezen, om
dat er veel herkenbare situa
ties worden beschreven.
Speelgoedkameel
'De mechanische kameel' ('Elno' nr.
2) door Jan Vervoort, uitgave Big
Balloon, prijs 8,95 gulden.
Tihaman studeert in Neder
land aan een Technische
Universiteit. Elno loopt let
terlijk tegen haar aan en dat
is de inleiding voor het twee
de avontuur van deze 'gewo
ne' jongen'. Tihamahs vader
is leider van een leger in
Saudi-Arabië. Tijdens diens
ziekte wil Tihamahs oom de
macht en het fortuin van de
groep overnemen. Dankzij
Elno wordt dat verhinderd.
Een speelgoed kameel blijkt
een centrale rol te spelen.
Tin Machine rekent af
met solo-verleden Bowie
It
i
David Bowie wilde terug
naar de wortels van de rock
roll en het resultaat was
Tin Machine. Een kwartet
stoere rockers, dat op bruta
le wijze afrekende met de
niet altijd even overtuigende
soloplaten van Bowie in de
jaren tachtig. De meningen
over het twee jaar geleden
verschenen debuut van Tin
Machine liepen weliswaar
nogal uiteen - sommige criti
ci vonden dat Bowie van
trendsetter tot trendvolger
was geworden - maar inmid
dels is wel duidelijk dat Bo
wie zijn draai helemaal heeft
gevonden.
Dat bewijst hij met zijn band
op 'Tin Machine II', een al
bum vol met heerlijk spette
rende rock 'n roll. Een cd
bovendien die David Bowie
weer op één lijn brengt met
zijn oude makker Iggy Pop.
'Tin Machine II' is het le
vende bewijs dat beide muzi
kanten uit hetzelfde nest ko
men, iets wat David Bowie
tot dusverre door het hante
ren van uiteenlopende stij
len nog wel eens wilde ver
geten. Maar het is kennelijk
tijd om open kaart te spelen.
Hoewel 'Tin Machine II' een
aantal typische Bowie-songs
bevat 'Betty Wrong', 'A Big
Hurt') en de meeste compo
sities dan ook van zijn hand
zijn is de nieuwe cd, zo
wordt telkens benadrukt,
een echt groepsalbum. Bo
wie is maar één van de vier,
al kan niet ontkend worden
dat zijn aanwezigheid stimu
lerend werkt, zowel op de
verkoop van de cd als op de
prestaties van de drie andere
leden. Waar het debuut soms
niet iets te opgeblazen rock
bevatte zijn de structuren op
het tweede album wat dui
delijker. Dat leidt tot sterke
re melodieën en interessante
instrumentale bijdragen,
vooral van gitarist Reeves
Gabrels. Maar het meest op
vallende is wel de speel
vreugde, die van het album
uitstraalt. Ook als Tin Ma
chine uitwijkt naar een
bluesje ('Stateside', met Bo
wie terug op saxofoon), een
ballad (het door drummer
Hunt Sales geschreven en
gezongen 'Sorry') of een aar
dige cover van Roxy Music's
'If There Is Something'. De
rest is vooral Bowie als van
ouds. En dus: Tin Machine
op z'n best!
Mock Turtles
Schildpadjes zijn in tegen
woordig. Werden we op het
filmdoek al doodgegooid met
de avonturen van de Teena
ge Mutant Ninja Turtles,
heel wat interessanter zijn
de verwoede pogingen van
de Mock Turtles zich op het
popfront een vooraanstaan
de plaats te verwerven. Ik
hou wel van de Mock Turt
les. Ging hun vorig jaar ver
schenen debuut-cd 'Turtle
Soup' nog een beetje mank
aan sprankelende ideeën, de
belofte die dat album inhield
wordt via de tweede cd 'Two
Sides' voor een groot deel
ingelost. Klaterende gitaar
pop met leuke hooks en fris
se melodieën, afgewisseld
met prachtig ingetogen
werk; de Mock Turtles ko
men zo vriendelijk over dat
het moeite kost ze niet in je
armen te sluiten. Ze weten
nu hoe een compositie moet
klinken en dus werden twee
van de beste nummers van
het eerste album, 'Can You
Dig It?' en 'And Then She
Smiles' opnieuw opgenomen
en in Engeland op single uit
gebracht. Niet zonder succes.
Ongetwijfeld mede omdat de
Mock Turtles zich niet met
het dance-circuit inlaten.
Maar gewoon op zoek gaan
naar de perfecte niet-meer-
uit-je-hoofd-te-branden gi
taarmelodie. En een paar
aardige staaltjes van die
jacht komen we op 'Two Si-
des' tegen.
Hessel...storend vals.
Hessel komt niet uit de verf
Voor sommige dingen geldt:
je moet erbij geweest zijn om
het te kunnen waarderen.
Dat is zeker het geval met
de cd 'Hessel Live Ahoy '91'.
Ik was niet bij het optreden
en de cd kan mij dan ook
niet bekoren. Het blijft na
tuurlijk weinigen gegeven
om twee avonden Ahoy vol
te krijgen, maar dat heeft
Hessel beslist niet aan zijn
zangkwaliteiten te danken.
Hij is groot geworden door
het kweken van een prima
sfeer. Als zanger komt hij
over het algemeen maar zeer
matig uit ae verf. En op de
Ahoy-registratie soms zelfs
storend vals.
Het is maar goed dat hij in
Rotterdam de beschikking
had over een groep prima
muzikanten om de zaak op
peil te houden. Bijvoorbeeld
in 'There's love down here'
en 'The song unsong'. Vooral
dat laatste nummer wordt
gered door de gitaristen Paul
Deneer en Guido Eyman.
Ook de blazerssectie doet
goed werk, zoals op de Huey
Lewis covers 'Power of love'
en 'Hip to be square'. Het in
middels tot volkslied verhe
ven 'Terug naar Terschel
ling', waarmee hij in de hit
parade staat, vormt wel een
vrolijk slot. Verder is het al
lemaal erg vlak wat er op
'Hessel Live Ahoy '91' ge
beurt met als treurig diepte
punt het om zeep helpen
van Tom Waits' 'Jersey girl'.
aangeduid, en waar een we
derzijdse maar nooit voortge
zette 'jongensliefde' mee be
staat. Maar dat is allemaal be
laden met angsten: onzeker
heid over de bedoelingen van
Z. en de vrees dat anderen het
zullen merken.
Lanoye beschrijft de ellende
en heldhaftigheid van zijn
moeder, die met een branden
de frituurpan de straat op
loopt, waaroij ze vreselijk veel
oploopt. Dat zijn erge, aangrij
pende taferelen. Maar daarna
komt de seks. Eerst allerlei
wilde verhalen dan de aan
trekking die de jongen Z. op
hem uitoefent. Het puberale
geknoei op logeerkamertjes.
Noem maar op. Grappig ge
daan, ja, dat wel. Maar puur
karton. Vaak is er met grap
pigheid en op enorm vlotte
manier verteld, zodat Lanoye
als een duveltje uit zijn kar
tonnen doosje lijkt te komen.
Maar buiten dat spelletje is er
weinig aan de hand.
Tom Lanoye, de Vlaamse au
teur voor wie de karakteris
tiek „een jonge wildebras" al
veel te lang opgaat, heeft al
twaalf boeken geschreven en
nu is er dan zijn dertiende,
met de mooie titel 'Kartonnen
dozen'.
Dat valt nogal tegen, het zijn
kennelijk dozen die beter
dichtgeplakt hadden moeten
worden en daarna op een zol
der langzamerhand zouden
verteren.
Niets daarvan, want Tom La
noye vertelt over zijn puber
teit en wat daar nog bij komt.
Gedoe over ontwakende seks.
Dat wordt allemaal heel vro
lijk op het papier gezet. Ja, er
is natuurlijk wel het grote dra
ma van de passie voor de me
descholier die met Z. wordt