final
Studenten
als
proef
persoon
vaste prik
Thunder
birds:
nostalgie
overwint
alles
£eidóc Qowuvnt
ZATERDAG 3 AUGUSTUS 1991 PAGINA 23
ROL IN GENEESMIDDELENONDERZOEK LEUKE BIJVERDIENSTE:
Directeur A.F. Cohen van de stichting Centrum voor Humaan Geneesmiddelen Onderzoek (CHGO) in Leiden.
LEIDEN - Studenten weten mis
schien niet met geld om te gaan,
maar ze zijn meesters in het vinden
van lapmiddelen. Altijd zien ze wel
een oplossing voor hun geldnood.
De één verdient bij met het tellen
van trampassagiers, de ander staat
in de spoelkeuken van een restau
rant. Weer anderen laten hun li
chaam gebruiken door en voor de
medische wetenschap. Luc Gelinck
is zo'n iemand. De 21-jarige Leidse
student medicijnen leent zich af en
toe voor experimenten; dat gebeurt
wanneer de effecten van een nieuw
medicijn onderzocht moeten wor
den of wanneer een oud medicijn
in een nieuw jasje gestoken wordt.
Deelnemers aan een geneesmiddelenex
periment zijn ooit een keer psycholo
gisch gescreend. Ze bleken over het alge
meen rustig van aard te zijn, met weinig
angst door het leven te gaan en een ho
gere sensatiebehoefte te hebben dan nor
maal. vertelt A.F. Cohen, directeur van
de stichting Centrum voor Humaan Ge
neesmiddelen Onderzoek (CHGO) in
Leiden. Deze stichting voert ongeveer
twintig experimenten per jaar uit. „De
meeste verzoeken tot proefneming ko
men uit de hoek van de promovendi. De
rest komt vanzelfsprekend van de far
maceutische industrie".
De leek vraagt zich al heel gauw af:
moeten er nog nieuwe hoofd
pij nbestrijders komen, als je al tientallen
verschillende soorten hebt? Cohen: „Er
valt nog heel veel te onderzoeken. Zo
hebben we bijvoorbeeld nog geen ge
neesmiddel tegen dementie en genees
middelen tegen epilepsie hebben helaas
nog vervelende bijverschijnselen". Blijft
de vraag waarom een fabrikant dan niet
zelf zijn geneesmiddelen slikt. „Hij zou
dan niet meer in staat zijn objectief te
evalueren. Bovendien heeft de onderzoe
ker net zo veel recht om bang te zijn
voor een prik als de proefpersoon", al
dus Cohen.
Voordelen
Bij de recrutering van de proefpersonen,
over het algemeen mannen, maakt het
centrum voornamelijk gebruik van het
studentenblad 'Mare'. Ook komt het wel
eens voor dat mensen binnen komen lo
pen met de vraag 'of het waar is dat er
binnenkort weer proefpersonen nodig
zijn'.
Luc was één van deze mensen. Bij zijn
eerste poging om mee te doen aan een
experiment werd hij niet toegelaten, na
dat bij de medische keuring gebleken
was dat hij de ziekte van Pfeiffer onder
de leden had. „Ik wist het niet eens, en
door dit onderzoek kwam het boven ta
fel". Hij begint spontaan met het op
sommen van de voordelen van het 'kli
nisch geneesmiddelenonderzoek', zoals
het zo mooi heet. „In de eerste plaats le
vert het natuurlijk geld op. Verder doe
ik het voor de ervaring, zodat ik later als
arts weet hoe het voelt om je bloed te
laten aftappen. Tot slot kan het dus pre
ventief werken, zoals bij mij".
Luc zoekt vooral de experimenten uit
die weinig belasting vormen voor zijn li
chaam.„Het liefst de onderzoeken waar
in mijn rol passief is en ik alleen af en
toe op bed hoef te liggen om mijn bloed
af te laten tappen". Zo probeerde hij
ooit wel een nieuw hooikoortsmiddel
uit, maar deed hij niet mee aan een
proef waarbij hij een combinatie van va
lium en alcohol toegediend zou krijgen.
Dit vond hij een te tijdverspillende
proef. Zijn vrienden deden wel mee en
verdienden binnen enkele dagen hun ga
labal. Luc doet de experimenten het
liefst met een paar vrienden. „Het is be
langrijk dat je goed met je collega-proef
personen kunt opschieten, want je zit
een groot deel van de dag met hen op
dezelfde kamer en tussen de prikken
door moet je je toch kunnen vermaken".
Angst
Cohen heeft de medische eindverant
woording bij de proeven die het CHGO
uitvoert. Hij krijgt wel eens te maken
met verzoeken uit de farmaceutische
hoek die hem te ver gaan. „Wanneer we
testen moeten uitvoeren die niet nood
zakelijk zijn, doen we hier niet aan mee.
We zien onze proefpersonen als mede
mensen, niet als studie-objecten".
Hij heeft weinig behoefte om te praten
over de commercièle onderzoeksbedrij-
ven, die bijvoorbeeld hun proefpersonen
een contract laten ondertekenen waarin
hun opgelegd wordt te zwijgen over
eventuele schadelijke bijwerkingen.
„Daar weet ik te weinig van". Of over
researchbureaus die uitzendbureaus
proefpersonen laten zoeken. Hij beaamt
dat de voorlichting in die gevallen niet
goed is.
Wanneer het begrip 'medische experi
menten op proefpersonen' valt, krijgen
veel mensen visioenen waarin proefper
sonen ter vermaak of ter controle platge-
spoten worden met schadelijke stoffen.
Dat de farmaceutische industrie zou be
staan uit gewetenloze wetenschappers
die gevaarlijke experimenten uitvoeren
op nietsvermoedende vrijwilligers. Co-
hen weerlegt dit beeld met de vaardig
heid van iemand die dit al vele keren
eerder heeft gedaan. „De farmaceutische
industrie heeft er geen enkel motief
voor. Ze verdienen aan veilige genees
middelen, niet aan louche zaken. Moch
ten ze fraude willen plegen door ons be
paalde foute gegevens over de bijwerkin
gen te verschaffen, dan vallen ze uitein
delijk toch door de mand. Alleen wat la
ter, op het moment dat het op de markt
gebracht wordt. Dan raken ze door de
negatieve publiciteit hun goodwill kwijt
en gaan ze waarschijnlijk failliet".
Cohen acht de kans echter niet zo groot
dat de farmaceutische industrie het
CHGO kan bedriegen. „We maken een
studieprotocol waarin we van minuut
tot minuut het experiment omschrijven.
Het middel wordt hierbij minutieus ge
doseerd en geanalyseerd. Dit moet uit
eindelijk door de medisch-ethische com
missie worden goedgekeurd".
Bovendien is er nog de controle van het
College ter Beoordeling van Geneesmid
delen. De farmaceutische industrie moet
vrachtwagens vol papier inleveren bij dit
college, dat valt onder het
WVC. Deze papieren moeten het college
overtuigen van de werkzaamheid, de
veiligheid en de kwaliteit van het mid
del. Uiteindelijk neemt het dan het be
sluit een middel al dan niet op de markt
toe te laten. Er worden per jaar dertig a
veertig nieuwe geneesmiddelen aange
meld. Hierbij komen ook nog eens de
paar honderd oude geneesmiddelen in
een nieuwe vorm. Zo'n dertig procent
van deze aanvragen wordt afgewezen, al
dus een woordvoerder van het college.
Onafhankelijkheid
Een vrijwilliger kan bij het CHGO ge
middeld honderd gulden per dag verdie
nen, ongeveer net zoveel als met een va
kantiebaantje. „Het centrale probleem is
dat betaling de onafhankelijkheid van de
vrijwilliger aantast. Iemand in geldnood
kan niet meer vrij een beslissing nemen
en de vraag roept zich dan op of het nog
wel ethisch verantwoord is zo iemand
als proefpersoon te gebruiken", aldus
Cohen.
„Een aangeboden bedrag kan voor de
ene groep ethisch verantwoord zijn en
voor de andere groep niet". Als voor
beeld geeft hij de situatie in Duitsland,
waar arme Oosteuropeanen zich massaal
aanmelden voor proeven waarbij ze
drieduizend gulden ontvangen. Ze zijn
dan wel voor een maand proefpersoon.
Er bestaat nog geen wettelijke regeling
die het experimenteren met gezonde
mensen in goede banen leidt. Er bestaat
sinds 1986 wél een wet op de dierproe
ven en men zou dus kunnen zeggen dat
dieren op het gebied van experimenten
beter beschermd worden dan mensen.
De directeur van het CHGO vindt dit
een beetje een flauwe vergelijking. „Er
was een situatie waarbij echt iedereen
ratten mocht opereren. Misschien was er
gewoon meer behoefte aan een wettelijke
regeling op het gebied van dierproeven".
Bij Justitie en WVC bezinnen ze zich al
jarenlang op een Wetsontwerp op de
Medische Experimenten. Het ontwerp
regelt onder andere de meldingsplicht.
Voordat de proef begint zal deze gemeld
moeten worden aan de medisch-ethische
commissie. Een negatief advies van de
commissie hoeft echter niet automatisch
te leiden tot annulering van de proef.
„Een vreemde zaak, hoewel er wel meer
vreemde dingen in het voorstel staan",
aldus Cohen. Toch vindt hij het voor
stel. dat waarschijnlijk medio volgend
jaar aangeboden wordt aan de Tweede
Kamer, een goede eerste stap. „Er is dan
in ieder geval een raamwerk". De zelfre
gulatie van nu („als die er al is"), vindt
hij niet voldoende.
Om geen professionele proefpersonen te
kweken stelt het CHGO als norm dat ie
mand maar twee keer per jaar mag mee
doen aan een proef. Luc weet echter nu
al dat hij weer van de partij is na deze
periode. „Het is onterecht dat er zo'n
hoge muur staat tussen wat de buiten
staanders denken en wat het geneesmid
delenonderzoek in wezen inhoudt. Het
is enorm gecontroleerd en er kan prak
tisch niets fout gaan. Het ergste wat ooit
fout is gegaan betrof een proefpersoon
die enkele dagen na een intraveneuze in
jectie nog last had van de beproefde
Op een feestje in een zomerse tuin staan vier mannen bijeen, het glas in
de hand. Ze zijn midden dertig, hebben een goede baan, een eigen huis en
uitdijende families. Hun gesprek gaat over de commissie Stevens, over wat
de belastingherziening betekent voor de hypotheekaftrek en de berekenwij-
ze van het onzuivere inkomen. Totdat er één zegt: 'Hebben jullie eigenlijk
de Thunderbirds nog gezien?' 'Nou en of, antwoordt nummer twee: 'Ik
heb speciale videobanden gekocht om alle afleveringen op te nemen'.
Ook bij de anderen lichten de ogen op. Ach ja, de Thunderbirds! Wie keek
er in z'n jeugd nou niet naar deze poppenserie, waarin vader Jeff Tracy en
z'n vijf zonen (Scott, Virgil, Gordon, Alan en John) de mensheid steeds
weer met hun International Rescue te hulp schoten. Er hoefde maar wat
in brand te vliegen, in te storten of om te vallen en de onverschrokken
Tracy's kwamen terstond in hun Thunderbirds.
HILVERSUM - Tot september
herhaalt de AVRO dertien episo
den van de Thunderbirds die in de
jaren zestig in zwart-wit te zien wa
ren. De mannen van nu (meisjes
vonden er nooit zoveel aan) ont
dekken weer iets van het jongetje
in zichzelf als op maandagavond
de dramatische tune (Thunder
birds are go!') door de kamer
schalt. Dat de bewonderde poppe
tjes van toen houten klazen blijken
met veel te grote hoofden en de
Thunderbirds-modellen zelf over
duidelijk aan glanzende nylon
draadjes zijn opgehangen, doet aan
het plezier nauwelijks wat af: nos
talgie overwint alles.
Bovendien getuigen de schaalmodellen,
de onwaarschijnlijk gedetailleerde decors
en de special effects (vooral de explosies
waren populair bij de makers) 28 jaar na
dato nog steeds van het enorme vak
manschap van Gerry Anderson, de gees
telijke vader van de Thunderbirds.
Destijds werden de afleveringen op film
opgenomen, omdat de trucages dan be
ter tot hun recht kwamen. Daardoor is
de opnamekwaliteit nu nog superieur,
net als de muziek, die zich na één keer
horen meteen weer voor jaren in de her
senkwabben nestelt. Het heeft er alle
maal toe bijgedragen dat de liefde voor
de serie bij veel kijkertjes van toen nooit
helemaal is verdwenen.
Aanhangers
Charley White (39), een Nederlander
van Engelse afkomst, is een van de
meest toegewijde aanhangers van de se-
rie. „De Thunderbirds", zegt hij, „heb
ben m'n leven veranderd. De serie ver
beeldde precies mijn eigen fantasie".
Als puber probeerde hij primitieve lich
teffecten uit tijdens optredens van Gene
sis en Pink Floyd. Omdat er geen droog
brood te verdienen was („Pink Floyd
speelde in die tijd voor zestig man")
leerde hij liever een degelijk vak, dat
van kapper.
Desondanks droomt hij nog dagelijks
van een carrière als special effects-man.
Op zolder knutselt hij sinds jaar en dag
aan modellen van ruimteschepen en aan
horror-maskers.
Charley was elf toen de Thunderbirds
voor het eerst op de commercièle tv
kwamen. Als kleuter had hij zich al aan
Charley White (39) is t
i de meest toegewijde aanhangers van de serie Thunderbirds.
FOTO: FRANS PAALMAN
andere creaties van Gerry Anderson ver
gaapt: de serie Adventures of Twizzel en
Torchy the battery boy bijvoorbeeld.
Anderson bedacht daarna poppenseries
voor de oudere jeugd. Samen met zijn
vrouw Sylvia creeërde hij Super Car, een
auto die kon vliegen, Fireball XL5, een
snelle raketm, en Shipray, een duikboot.
In de Thunderbirds werden alle uitvin
dingen samengebracht. „Het was een
klapper. Samen met de Beatles waren de
Thunderbirds op het schoolplein hèt ge
spreksonderwerp', aldus Charley.
Aanvankelijk dacht hij dat de serie door
Amerikanen was bedacht omdat veel
poppetjes met een 'mid-Atlantic' accent
spraken. Maar dat bleek een trucje om
de afleveringen wereldwijd te kunnen
slijten: de Thunderbirds waren zo Brits
als maar zijn kon. Sterker nog, ze wer
den 'stilletjes' in Charley's eigen woon
plaats Slough gefilmd.
Ap-
films
Charley ging met een vriendje kijken op
het industrieterein waar AP-films, de
produktiemaatschappij, zich geïnstal
leerd had. Het bedrijfje zetelde in een
klein maar modern bedrijfspand. „Bui
ten was niets van de activiteiten te zien.
We mochten snel even binnen kijken. Er
waren twee studio's: eentje voor de grote
decors en een kleinere voor ontploffin
gen en de special effects".
Charley kwam ook in 'aanraking' met de
Thunderbird 2. „Ze hadden vier model
len gemaakt: een heel grote voor de clo
se-ups, twee kleinere voor in de over
zichtsdecors en een kleintje voor de to
taalopnamen". Charley ontdekte dat ook
van de 60 centimeter hoge poppen meer
dere exemplaren bestonden: zo hingen
vader Jeff en de anderen in een lachen
de. een serieuze en een vragende versie
in depot.
„Het was allerminst een wonder dat de
serie een succes werd, want concurrentie
was er nauwelijks in die jaren. Maar ook
de opzet van de Thunderbirds. Er zijn
veel parallellen tussen een ouderwetse
western en de Thunderbirds: je weet van
i dat de slechteriken het onderspit
delven; in die zin was de serie eigenlijk
heel moralistisch van opzet".
Nog steeds heeft de serie alles in zich
om weer populair te worden, zegt Char
ley. die het meent af te kunnen leiden
uit de reacties van z'n zoontje Kevin
(bijna drie), met wie hij elke dag wel een
aflevering bekijkt.
„Als je de hedendaagse kinderprogram
ma's ziet zoals Transformers en Masters
of the Universe met al hun geweld en
gebrul, dan steekt het er nog steeds bo
venuit. Bovendien sluiten de Thunder
birds veel beter aan bij je eigen verbeel
ding: van goed doen, mensen redden en
raketten".
Al jaren vergaart Charley alles wat met
de Thunderbirds te maken heeft. Vol
gens Speelgoed Otten in Amsterdam
wordt er tegenwoordig 'goud' betaald
voor een gaaf exemplaar van toen: een
originele Dinky Toy van de Thunder
birds (de roze Rolls Royce van Lady Pe
nelope en de Thunderbird 2 werden als
miniatuur uitgebracht) doet tegenwoor
dig 500 gulden. Maar ook in de gewone
speelgoedzaak wordt weer om de Thun
derbirds gevraagd.
Veel aanbod is er nog niet. Het gevecht
om de rechten om het Thunderbird-
beeldmcrk te mogen voeren, steekt voor
lopig een spaak in het wiel. Zowel bij
Toy Partners (de inkooporganisatie van
Speelboom) als bij het Volendamse
hoofdkantoor van Bart Smit zijn de in
kopers met vakantie, maar de achterblij
vers gokken erop. dat de Japanners en
de Korcanen nog Wel wat in de aanbie
ding hebben op de jaarlijkse speelgoed
beurs in september; in hun eigen land is
de serie nog steeds populair.
Houvast
Dank zij de Thunderbirds keren veel
fans terug naar een periode die hun veel
houvast geeft, een prettig gevoel. Char
ley White denkt dat er nóg een motief
meespeelt in de verzamelwoede. „Veel
fans van toen willen inhalen wat ze ooit
hebben moeten missen. In de jaren zes
tig hadden de meesten geen' of onvol
doende zakgeld om al die mooie Thun-
derbirds-dingen te kunnen kopen. Relive
what you missed".
Inmiddels heeft hij een hoopvolle blik
op de toekomst gencht. Het gerucht gaat
dat Gerry Anderson op zoek is naar
sponsors voor een nieuwe Thunderbird-
serie. ditmaal met mensen van vlees en
bloed. Ervaring deed hij al op met de
(inmiddels vijftien jaar oude) SF-serie
Space 1999, die sporadisch nog op de
Belgische televisie te zien is. Charlie
hoopt dat het lukt: op die manier kun
nen de Thunderbirds hem ook op z'n le-
venstocht door de jaren negentig verge
zellen.