Molens met uitsterven t bedreigd NATIONAAL PRONKSTUK IN LAMLENDIGE CONDITIE £etdóc@ou/umt lil Nederland telt nog 950 molens met wieken, aldus cijfers van de Vereniging De Holland- sche Molen. Het feit of een molen al dan niet wieken heeft is volgens de vereniging hèt criterium voor een molen om molen te mogen heten. Ruim 650 molens in ons land zijn nog in bedrijf, de rest staat stil of wacht hoognodig op renovatie voordat weer kan wor den gedraaid. Zuid-Holland heeft 218 functionerende, traditionele windmolens, en is daarmee de dikst bewiekte provincie van ons land. Ruim een halve eeuw geleden waren er in het land nog 2370 windmolens. Qua omvang staan de grootste 'wiekendragers' ter wereld in Schiedam, het zijn korenmolens voor de graanjenever. De provincie Zuid-Hol land is eigenaar van elf molens. Gemeenten hebben 52 molens en de waterschappen hebben er dertig. Er zijn 34 particulieren die in Zuid-Holland de baas zijn over een eigen molen. Diverse stichtingen beheren 91 molens. De Rijnlandse Molenstichting is de grootste met 37 molens en de Stichting tot instandhouding van Molens in de Alblasser- waard en de Vijfheerenlanden heeft er 22. Steeds meer molens in de Randstad moeten in Voorburg kwam er na een spectaculaire relatief goed van af. hebben niet meer", herhaalt hij. Het droeve lot van veel molens lijkt in feite al bezegeld, want het rijk schaft vanaf 1 januari volgend jaar ook de zogeheten BW A-maatregel af (Wet Bescherming Waterstaatwerken in Oorlogstijd). Op basis van deze bijzondere status kwa men 32 molens in Zuid-Holland elk jaar in aanmerking voor een subsidie van 16.000 gulden. Het Rijk financierde 75 procent van het bedrag en de provincie de rest. Volgens Halleen heeft afschaf fing van de regeling, een besparing van 512.000 gulden, te maken met het ver dwijnen van de Koude Oorlog. Calami teiten zijn niet meer te verwachten en mochten de Russen, of anderen, alsnog een keer besluiten te komen, dan gooien de molenaars om het algemeen belang te dienen de gemalen toch wel dicht. Volgens Halleen zijn er dringend ingrij pende maatregelen nodig om de molens van de ondergang te redden. In een nog niet verschenen concept-nota aan Gede puteerde Staten staat dat GS in de toe komst ook duidelijker moeten afspreken wat de rol van de gemeenten is als zij een molen aan eet) stichting of particu lier van de hand doet. Sommige burge meesters hebben slapeloze nachten van de molen in hun gemeente. Onderhoud kost immers geld. Hoe kan een doorsnee dorp met een paar duizend gulden rijks subsidie per jaar een honderdduizend wijken voor nieuwbouw. Molen 'De Vlieger' verhuizing over een spoorweg in 1989 nog gulden kostende molenrestauratie bekos tigen? Er is altijd wel een idealist die met anderen een club formeert en de molen wel wil hebben. De 'armlastige' gemeente verkoopt dan dikwijls de molen voor het symbolische en ogenschijnlijk vriendelijke bedrag van één gulden. Vaak koopt de club dan een kat in de zak, want de molen deugt niet. Halleen: „In de nota wordt voorge steld dat de gemeente in alle gevallen een bruidsschat moet betalen, zodat de nieuwe eigenaar niet voor verrassingen komt te staan. Doet een gemeente dat niet, trap er dan niet in, luidt het ad vies". Voorts moet de provincie overwegen zijn middelen over te dragen aan een aparte nog in het leven te roepen stich ting. Niet om op die manier van de pro blemen af te zijn, aldus Halleen. „Een aparte stichting, bij voorkeur een waarin het woordje 'redding' voorkomt, kan veel daadkrachtiger werken. Het behoort immers niet tot de taak van de provincie om bijvoorbeeld sponsors te werven. Wij kunnen wel de regels vaststellen waarbinnen het geoorloofd is met spon sors te werken". Halleen denkt bij recla me niet aan zuilen of borden van Coca Cola of Stender in de wieken van onze Zuidhollandse molens. „Geen gezicht", zegt hij. Chef-cultuur Halleen: „Een be scheiden vlaggetje in de buurt van de molen moet voldoende zijn". Molen 'De Herder' in Leiden dreigt het 'slachtoffer' te worden van getouwtrek tussen gemeente en eigenaar. Intussen staat de molen wel op instorten. M DIA'S: STEPHEN EVENHUIS cie op onderzoek uit. Het veld in, zoals dat heet. Vellekoop: „De cijfers waren schrikbarender dan wij hadden ver wacht". Om de ruim tachtig krakkemikkige mo lens in Zuid-Holland weer enigszins te fatsoeneren, is volgens het hoofd van het provinciale afdeling Cultuur, Guido Hal leen, in 1992 alleen al 16 miljoen gulden nodig, exclusief kleine beurten aan ge zonde molens en renovatie van vijf exemplaren die Zuid-Holland in feite al heeft afgeschreven. „Zoveel geld hebben we niet". Omdat molens het volgens Halleen beslist moeilijker hebben dan andere monumenten van gewone bak steen en dakpannen, blijft het op lange termijn niet bij 16 miljoen gulden. Triest Vellekoop: „Het is in-en-intriest als ik weer een molen moet afkeuren. Dat komt vaak voor. De meeste molenaars zijn bovendien verrekt eigenwijs. Zo van: vandaag deed 'ie het nog, morgen zien we wel weer. Bedrijfsblindheid. Dat komt overal voor, maar bij de molen is het tóch net even anders. Gevaarlijker. Kleine ongelukken in en rondom de mo len bestaan niet. Zodra er iets fout gaat, dan betekent dat in negen van de tien gevallen ernstig letsel. Het mag een won der heten dat zich nog geen ongelukken met fatale afloop hebben voorgedaan. Verroeste molenroeden, de metalen spij len in de wieken, dat komt vaak voor. Zet roest door, dan worden wieken steeds zwakker. Oppassen geblazen dus". Alle molens in Zuid-Holland - op één na, die in Delfshaven - behoren tot be schermde rijksmonumenten. Op cultuur goed moet je, aldus Halleen en Velle koop, zuinig zijn. Houtzaagmolen 'De Herder' in Leiden is volgens de woordvoerders van de pro vincie ook zo'n triest geval. Die molen staat volgens zo'n beetje op instorten. De balken in het onderstel van het vier kant, de benedenverdieping van de mo len, zijn ingerot. „Ik heb al vaak een alarmerend geluid laten horen", zegt de provinciale moleninspecteur. „In 1990 vonden wij het niet meer verantwoord de molen te laten draaien. Maar dan gaat de kwaliteit helemaal met sprongen achteruit. Een molen die niet draait is te vergelijken met een opgezette vogel". Voor alle duidelijkheid, 'De Herder' in Leiden is het slachtoffer van getouwtrek tussen gemeentebestuur en de eigenaar, architect Proper. De laatste wil rondom de molen 16 bungalows bouwen. De nieuwe bewoners zouden, aldus plannen van Proper, circa duizend gulden per jaar extra betalen en een beherende stichting vormen. Die 16 mille per jaar zou voldoende zijn om de molen te on derhouden. Omdat het gemeentebestuur zo'n financiële transactie niet wil en de bungalows bovendien niet passen in het bestemmingsplan kan de architect voor lopig geen cent in de molen steken. Vel lekoop: „Binnenkort gaat er weer een brandbrief naar de gemeente. Vandaag of morgen valt die molen om en dan zijn we helemaal slecht af'. Miljoenen 'De Herder' is zomaar één van de trieste voorbeelden. In Rijnland, het gebied tussen Leiden en Zoetermeer en alles wat noordelijker ligt tot aan de provin ciegrens, staan tientallen molens met een dergelijk maal verbod. Het doét Velle koop pijn over waardeloze molens te praten. Hij ziet liever gezonde, fiere ob jecten. Molenaars trouwens ook. Op de halfjaarlijse gildedag van molenaars in Haastrecht wordt tussen de pilsjes en ge haktballen door steeds vaker over onge makken in en aan de molen gepraat. „Het wordt er dus op die bijeenkomst niet gezelliger op", aldus Vellekoop. Tot voor kort besteeddeZuid-Holland per jaar ongeveer 8 ton aan molenonder- houd. Daar komt nu een half miljoen bij, dus er is slechts 1,3 miljoen. Dan is er nog een apart potje van circa 100.000 gulden. Daaruit krijgen de molenaars geld als hun molen meer dan 75.000 om wentelingen per jaar maakt. Op het pro vinciehuis wordt voor het gemak gespro ken over een Wentelsubsidie. Alle 218 molens zijn uitgerust met een meterop- nemer. Aan het begin van het jaar wordt de stand opgenomen en wordt een X-be- drag uitgekeerd. Is de conditie van de molen slecht en heeft de molenaar een provinciaal maalverbod, dan is de toe komst van de wiekendrager helemaal onzeker. Halleen geeft toe dat een half miljoen extra inderdaad niet veel is. „Maar we Sommige wieken staan op instorten; funderingen deugen niet en houtworm heeft gena- ieloos toegeslagen, aldus recent onderzoek van Zuid-Holland. poging. Hij wil in 1992 jaarlijks een half miljoen gulden extra beschikbaar stellen voor 'zielige molens'. In het najaar komt hij met een reeks maatregelen op de proppen waarover het provinciebestuur dan besluiten mag nemen. Wie denkt dat vijf ton voorlopig genoeg is, is óf malende, óf heeft een klap van de molen gehad. Vijf ton is de bekende druppel op de gloeiende plaat. Een doorsnee molen renovatie kost al gauw een miljoen. Een voorbeeld: molen 'De Salamander' in Leidschendam, 900.000 gulden. Kortom, er is veel meer geld nodig, anders sterft de molen uit. )EN HAAG - Molens zijn zo'n Vanzelfsprekende verschijning, dat het Nederlanders niet eens opvalt dat ze langzaamaan het loodje leg den. Dat het slecht gaat met het pronkstuk van ons nationaal cul tuurbezit is wellicht de reden dat iota bene het Nederlands Bureau voor Toerisme (NBT) onlangs aan kondigde op zoek te zijn naar een jnieuw beeldmerk... In Zuid-Holland, de provincie met de meeste molens in ons land, is de condi tie van ten minste eenderde (80 stuks) lvan de 218 molens, ronduit lamlendig, ttn die situatie is elders al niet anders, «ldus recent onderzoek van de afdeling cultuur van de provincie. Wieken staan )p instoren, funderingen deugen niet en etin veel gevallen heeft houtworm genade- oos toegeslagen. 1 Het instrument dat onze voorouders Iroge voeten gaf wordt een bedreigd mo- 10 ïument. Slechts met de grootste moeite zijn de laatste wip-, weide-, zaag- of wa- ermolens te behouden. Gedeputeerde i^ool (D66) van Zuid-Holland doet een Noodklok Het driekoppige moleninspectieteam van de provincie heeft haar handen vol aan al het leed langs de waterkant, in de polderlandschappen of gewoon midden in de stads- en dorpskernen. De advi seurs zijn dag-in-dag-uit in touw om de conditie te controleren en eigenaren van molens (stichtingen, gemeenten of parti culieren) kosteloos te adviseren. „Het is echt huilen met de pet op", zegt Leen Vellekoop, zelf bewoner van 'De Drie gang', een van de drie molens in Leid schendam. Vellekoop werkt sinds 1959 bij Zuid-Holland. Hij inspecteert ook. Toen hij en collega's vorig jaar de nood klok luidden, mochten ze van de provin-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 21