Joegoslavië op
de rand van... 818
Wetten tegen discriminatie op arbeidsmarkt zijn geen lnx(
Aardverschuivingen in onze gezondheidszorg
Een open ein<
bij debat over
Defensienota
[TE
OPINIE CeidócSouoCMlt dinsdag is juni 1991 pagé—
fje
ZAI
Idoor van de beroepsbevolking. Dus: bestaat de helft van Verenigde Staten dezelfde ervaring had, is men soneelsbestand bij de overheid uit migranten te zwarte bevolking als klant willen, dan zupste'
PAUL ROSENMÖLLER de stad uit zwarte mensen, zorg dan ook dat je per- daar tot wetgeving overgegaan. In Canada duurt doen bestaan, worden alleen maar verlaagd en dan ook aan de andere kant van de balie zwara te
soneelsbestand voor de helft uit zwarte mensen be- dat beleid nog maar kort, zo'n vijf jaar en is het in nóg niet gehaald. sen moeten staan. Meer vanuit een economil^cu<
Zo af en toe bestaat er de mogelijkheid de Haagse
burelen te ontstijgen en wel in de meest letterlijke
zin van het woord. Ik had het genoegen met zeven
collega's uit de Tweede Kamer een reis te maken
naar Canada en de Verenigde Staten, om daar het
minderhedenbeleid onder de loep te nemen. Juist
dat beleid, omdat niet ontkend kan worden dat dat
in Nederland nog steeds een groot probleem is. En
ik verwacht dat die moeilijkheid de komende jaren
alleen nog maar groter zal worden. Immers, de
werkloosheid onder migranten stijgt almaar, ter
wijl de werkloosheid in z'n geheel ongeveer gelijk
blijft. De toegankelijkheid tot het onderwijs levert
problemen op.
De vraag is dus hoe je daar nu eindelijk iets aan
kunt doen. Wij bezochten nu juist Canada en de
Verenigde Staten omdat daar wetten bestaan die
erop gericht zijn de positie van minderheden (de
zwarte bevolking natuurlijk, maar ook vrouwelijke
gehandicapten en in Canada de oorspronkelijke
bewoners) te verbeteren. Ook wordt het bedrijfs
leven gestimuleerd tot een personeelsbestand te
komen dat een afspiegeling is van de samenstelling
1 de beroepsbevolking. Dus: bestaat de helft van
de stad uit zwarte mensen, zorg dan ook dat je per
soneelsbestand voor de helft uit zwarte mensen be
staat.
De vraag is natuurlijk of wij iets kunnen leren van
de manier waarop die landen het probleem hebben
aangepakt. Het antwoord daarop is volmondig 'ja',
waar ik echter direct aan toevoeg dat zij op een
aantal terreinen (denk aan de sociale zekerheid)
nog veel van 'ons' kunnen leren.
Hardnekkig
Een paar opmerkelijke conclusies: De bestaande
discriminatie is zowel hier als daar een hardnekkig
verschijnsel. De minister-president erkende on
langs nog dat op de arbeidsmarkt gewoon gediscri
mineerd wordt door werkgevers. Maar het is te
simpel om te veronderstellen dat je dat kwaad met
alleen wetgeving zou kunnen bestrijden; daar is
een meer omvattend beleid voor nodig, gericht op
integratie, waarbij werk, scholing en huisvesting
belangrijke sleutelwoorden zijn.
In Nederland hebben we de afgelopen tien jaar op
een vrijblijvende manier getracht de positie van de
allochtonen te verbeteren. Dat beleid heeft nauwe
lijks iets opgeleverd. Omdat men in Canada en de
Verenigde Staten dezelfde ervaring had, is
daar tot wetgeving overgegaan. In Canada duurt
dat beleid nog maar kort, zo'n vijf jaar en is het in
opgaande lijn.
Dit in tegenstelling tot de VS. Daar is het in de
zestiger jaren als gevolg van de Civil-Rights-bewe-
ging (denk aan de niet-gewelddadige acties onder
leiding van Martin Luther King) tot wetgeving ge
komen om discriminatie te verbieden en de achter
gestelde zwarte bevolking (zo'n dertig a veertig
jaar geleden kende men daar nog een soort apart
heid) een handje te helpen. Reagan en Bush heb
ben de laatste tien jaar een dikke streep door dat
beleid gehaald. De Democraten, maar vooral ook
de zwarte bevolking zelf, zijn uitermate pessimis
tisch en cynisch over de nabije toekomst. In de VS
is men dus duidelijk op de terugtocht.
Goede voorbeeld
De overheden in de VS en Canada geven wel het
goede voorbeeld. Zowel uit de statistieken als uit
onze persoonlijke ervaring blijkt dat op de departe
menten en gemeentehuizen daar veel zwarten en
vrouwen werken. In Nederland is dat absoluut niet
het geval. Onze vrijblijvend geformuleerde doel
stellingen om een bepaald percentage van het per
soneelsbestand bij de overheid uit migranten te
doen bestaan, worden alleen maar verlaagd en dan
nóg niet gehaald.
Dat de overheid het goede voorbeeld geeft, is i
Canada van groot belang, omdat één van de wet
ten zegt: wil je als particulier bedrijf in aanmer
king komen om zaken te doen met de overheid
(het leveren van materiaal of diensten, het ver
richten van onderhoud en dergelijke) dan worden
er eisen gesteld aan je personeelsbestand. Daar
moeten dan ook jaarlijks rapporten over gemaakt
worden, zijn er klachtenprocedures, sancties etce
tera maar is er ook een hoop bureaucratie. Indien
je als overheid in de positie wilt verkeren om eisen
te stellen, moet je natuurlijk wel eerst zelf je zaak
jes op orde hebben.
Veel bedrijven in Canada hadden grote weerstand
tegen dit soort wetgeving. In Nederland is dat nog
zo. Werkgevers bij ons wijzen alles af wat niet vrij
blijvend is. Toch zijn in Canada en de VS de weer
standen verminderd nu die wetten er eenmaal zijn.
Diverse bedrijven, zoals Coca Cola en banken,
gaan zelfs verder. Zij hebben gemerkt dat een be
leid gericht op het in dienst nemen van meer min
derheden en meer vrouwen 'good business' is. De
redenering van de bank bijvoorbeeld is: als wij de
zwarte bevolking als klant willen, dan
ook aan de andere kant van de balie zwarij
sen moeten staan. Meer vanuit een economic
vanuit een sociaal motief kom je toch op 1
uit.
In de VS is de werkloosheid onder de zwf'
volking wel groter dan onder de blankeif
zijn de verschillen onder de mensen die
ken kleiner dan in Nederland. Daar i
een probleem dat vrouwen en zwarte menj
aantrekkelijke, slecht betaalde baantjes veifc
en dat ze minder promotiekansen hebben, f
kennen wij in Nederland, maar onze zorg n
één is toch dat zoveel allochtonen helemaj
baan hebben.
Een reis van zo'n dag of elf leidt ook tot \l
derlinge discussie. Het minderhedenvraagstl
Nederland geen zaak van één partij. Het vri
een eensgezinde aanpak. Ik hoop en vertroJ
dat het bezoek aan de VS en Canada niej
voor ons kamerleden leerzaam was, maar
de minderheden in Nederland er zo snel r
de vruchten van plukken. Aan mij zal het
gen.
Serviërs zijn niet
meer welkom in
hun
vakantiehuisjes
op Silba, een
Kroatisch
eilandje voor de
kust van
Silba is een eilandje voor
de kust van Joegoslavië.
Het behoort tot de repu
bliek Kroatië. Silba is een
(nog) rustig vakantieoord.
De zomerhuisjes zijn ei
gendom van Kroaten en
Serven, die in de weeken
den en de vakanties de
oversteek naar het eiland
maken.
Vorige maand hebben de Ser
vische eigenaren allemaal een
brief in hun bus gevonden met
een hoogst onaangename in
houd. Hun huiqes blijken met
onmiddellijke ingang te zijn
onteigend en de Serviërs
wordt gezegd zich niet meer
op Silba te vertonen. De brief
was ondertekend door hun
Kroatische 'ex-buren' op Silba.
Ik kreeg een kopie van de
brief, toen ik onlangs in Bel
grado was, en stond even te
knipperen met m'n ogen. „Ge
zien alle schade die de Servi
sche politiek heeft aangericht
in Kroatië, hopen wij dat u
zult begrijpen niet langer meer
te kunnen verblijven in „uw"
huis in Silba... Het is niet no
dig enig woord vuil te maken
aan uw Byzantijnse ziel, maar
toch adviseren wij u nog eens
te kijken naar het beestachtige
gedrag van uw Tchetniks (Ser
vische royalisten). Zij gedra
gen zich als Indianen. U bent
solidair met hen, terwijl zij dat
in dag uit belangrijke objecten
in Kroatië opblazen en de hui
zen van onze intellectuelen
vernielen. U, Serviërs, hebt
nooit tot Europa behoort. En
zoals u zich nu gedraagt, bent
u er ook niet welkom. Dus is u
de toegang tot Silba bij deze
ontzegd. Wij raden u aan geen
dwaasheden te begaan en niet
te denken dat iemand u hier
nog vriendelijk tegemoet zal
treden".
De priester Lecic van de Ser
visch orthodoxe kerk, met wie
ik in Belgrado een lang ge
sprek voer, is een levend be
wijs van de diepe kloof -
„haat", zegt hij zelf - die er
bestaat tussen Kroaten en Ser
ven, in het bijzonder tussen
Kroatische katholieke en Ser
vische orthodoxe christenen.
De RK-kerk in Kroatië is uit
hetzelfde hout gesneden als
die in Polen, zo betoogt hij.
Haar roeping is te doen wat
het volk haar vraagt te doen.
En dat kan tot een godsdienst
oorlog leiden. De priester
overhandigt mij een kopie van
een brief die de bisschoppen
van Kroatië in februari '91
hebben gestuurd aan alle ka
tholieke bisschoppen over de
hele wereld. De brief is een
lange aanklacht tegen de on
derdrukkingspolitiek van de
Serviërs, vanaf 1918 tot heden.
Met geen woord wordt gerept
over de vreselijke gebeurtenis
sen, in de jaren 1941-1945, toen
Kroatië onafhankelijk was, zij
het onder een fascistische dic
tatuur. Behalve op de joden
werd toen ook volkerenmoord
op de Serviërs gepleegd;
800.000 mensen werden ge
dood. In de bisschoppelijke
brief heet het dat de Kroaten
in die jaren leden onder de
aanvallen van gewapende
FOTO: PR
groepen Serviërs (Tchetniks),
waarop het Kroatische regime
(Ustacha) wraak nam op de
Servische bewoners van Kroa
tië. Priester Lecic heeft de
kantlijn bij deze passage in
vette letters geschreven: „Leu
gen". Oorzaak en gevolg zijn
hier bewust omgekeerd en het
harde feit - volkerenmoord! -
wordt verzwegen. Tot op de
dag van vandaag heeft de RK-
kerk geen berouw getoond
over wat toen gebuerd is. In
hun afkeer van Servië gooien
de bisschoppen de Byzantijnse
cultuur en het communisme
op één hoop, als zij de situatie
na 1945 beschrijven. „De toe
passing van Byzantijnse prin
cipes in de communistische po
litiek tegenover de RK-kerk...
was bedoeld om de (westerse)
culturele identiteit van de
(Kroatische) natie te vernieti
gen en de integratie in een
oosterse cultuur te bewerkstel
ligen".
Als ik even later langs m'n
neus weg vraag, welke toe
komst priester Lecic voor Joe
goslavië wenst, houdt hij een
pleidooi voor de terugkeer van
de monarchie. Een samenspel
tussen patriarch en koning ziet
hij als de enige garantie voor
het behoud van het oosterse
christendom. Dus. toch! En dat
geldt, volgens Lecic, niet al
leen voor Joegoslavië, maar
even zo goed voor Rusland.
Plein
Het hoofdkwartier van de
Kroatische Democratische Ge
meenschap (HDZ), de regeren
de partij in Kroatië, is gelegen
aan het 'Plein ter herinnering
aan de slachtoffers van het
fascisme'. Althans, volgens de
plattegrond van Zagreb die ik
in mijn hotel heb gekregen.
Maar het plein moet herdoopt
zijn, want de naam die ik ont
cijfer betekent zowel als het
'Plein van de grote Kroatische
heersers'. Op z'n zachtst ge
zegd onkies, en ik neem me
voor de algemeen-secretaris,
Ante Beljo, van de HDZ te
vragen om opheldering. Deze
wuift m'n bedenkingen weg.
Men overweegt immers om el
ders in de stad een ander plein
te „reserveren". Maar dit
plein, in het hartje van Za
greb, moest een „natuurlijke"
naam krijgen. Want alle stra
ten die er op uitlopen dragen
de namen van Kroatische
heersers uit de tijd dat Kroatië
onafhankelijk was; dat was in
de tiende en elfde eeuw na
Christus.
Ik staar nog even op m'n plat
tegrond en merk wat zuur op
dat ik nog nooit gehoord heb
van koning „Socijalisticke re-
volucye". Maar ook die straat
zal binnenkort wel een andere
naam krijgen. Ante Beljo is
sinds een half jaar terug in
Kroatië, na 21 jaar in Canada
te hebben gewoond. Hij heeft
een bliksemcarrière in de par
tij gemaakt en behoort naar éi
gen zeggen tot de kleine groep
intimi rond president Tucman,
die tussen haakjes zich op een
publieke bijeenkomst heeft la
ten ontvallen dat hij blij is dat
zijn vrouw „joods noch Ser
visch is". Ik vraag Beljo welke
boodschap ik mee moet nemen
voor thuis. Dat de onafhanke
lijkheid van Kroatië een feit
wordt, zo zegt hij. Verder
overleg met Servië heeft geen
zin meer. Het is tijdverspilling.
Ondertussen vernietigen de
Serviërs onze economie. De
culturele verschillen zijn te
groot om samen verder te
kunnen. „Kroatië heeft een
westerse cultuur, want bij ons
staat het individu centraal.
Maar in het Byzantijnse Servië
denkt men in collectiviteiten
en dicteert de staat". Nog voor
het einde van deze maand zal
Kroatië zich onafhankelijk
verklaren, net als Slovenië. Ik
heb gehoord dat het met de
persvrijheid maar pover ge
steld is in Kroatië. Maar Ante
Beljo ontkent dat de staat, dus
zijn partij, enige invloed op de
pers uitoefent. De communis-
ten-van-gisteren controleren
de media nog steeds, zo be
weert hij. (Een paar dagen la
ter koopt de Kroatische rege
ring overigens vrijwel alle
kranten op). Als blijk van
waardering van het bezoek dat
ik breng, geeft Beljo mij een
vrijkaartje voor de eerste para
de van het onafhankelijke
Kroatische leger, in het Za-
greb-stadion. De kleur van de
uniformen is gelijk aan die
van het Hongaarse leger uit de
18e eeuw.
Ontslagen
Dragovic Veselinu Petar is sa
men met 15 collega's op staan
de voet ontslagen. Hij werkte
in een electronica-fabriek in
Sibenik. Op zijn werk waren
geen aanmerkingen. Zijn te
kortkoming lag elders: hij is
Serviër. Op 3 mei '91 heeft de
ondernemingsraad van de fa
briek besloten dat alle werk
nemers een loyaliteitsverkla
ring aan de republiek Kroatië
moeten ondertekenen. Drago
vic weigerde dit, want hij is
voorstander van het behoud
van de Joegoslavische federa
tie. Op 7 mei kreeg hij een
brief, ondertekend door Petar
Rajevic, de directeur van de
fabriek. De weigering om de
loyaliteitsverkaring te onder
schrijven betekent, zo schrijft
de directeur, „dat deze werk
nemer de staatsstructuur en
het wettige systeem van de re
publiek Kroatië niet erkent...
en dat betekent dat hij ook de
regels in de fabriek niet res
pecteert en daarom wordt zijn
werkverband beëindigd. Want
met zo'n houding schept deze
werknemer een ondraaglijke
relatie voor zijn collega's, hij
brengt hét produktieproces in
gevaar en de persoonlijke vei
ligheid van de andere werkne
mers... en daarom moet hij wel
ontslagen worden".
Er is een mogelijkheid in
beroep te gaan tegen dit be
sluit, binnen twee weken. On
dertussen blijft het besluit wel
van kracht en de beroepsin
stantie is dezelfde onderne
mingsraad die eerder besloot
Dragovic en zijn 15 Servische
collega's in één klap de deur te
wijzen.
Het deugt niet in Kroatië. En
over Servië of Slovenië zou ik
soortgelijke ervaringen kun
nen vertellen. Loopt het dus
uit op een burgeroorlog in Joe
goslavië? Ik durf het niet te
zeggen. Als ik er naar vraag,
krijg ik steeds ten antwoord:
"Dat is toch te gek in deze
tijd". En ik proef inderdaad
geen oorlogsstemming. Toch
broeit er iets.
(Mient Jan Faber is algemeen
secretaris van het Interkerke
lijke Vredesberaad. Hij heeft
een boek over de ontwikkelin
gen in Oost-Europa in voorbe
reiding en reist daarvoor vaak
door het Oostblok. In onze
krant doet hij maandelijks tus
sentijds verslag van zijn erva
ringen.)
Wanneer er gesproken
wordt over de stelselher
ziening in de gezondheids
zorg, is alles nog niet con
creet. Het gaat om te be
ginnen over hoofdlijnen.
Wat al die veranderingen
voor gevolgen hebben,
blijft voorlopig onduide
lijk.
Het doel is, dat het nieuwe
ziektekostenstelsel op iedereen
van toepassing zal zijn. Het on
derscheid tussen ziekenfonds
en particulier verzekerden zal
verdwijnen. Absolute duide
lijkheid over de inhoud van de
nieuwe zorgverzekering kan
nog niet worden verschaft. De
eindsituatie is mede afhanke
lijk van de onderweg opgeda
ne ervaringen.
Als alles volgens plan ver
loopt, zal volgend jaar een
aantal belangrijke wijzigingen
van kracht worden. Invoering
van de nominale premie in de
Ziekenfondswet is niet de eni
ge of de laatste wijziging in het
stelsel. Momenteel zijn wijzi
gingen bij de Eerste en de
Tweede Kamer in behande
ling, die ervoor moeten zorgen
dat diverse starre structuren
in de gezondheidszorg een
stuk flexibeler worden. Mark
twerking is een kreet die in
dit verband vaak opduikt: ver
zekeraars en zorgverleners
moeten door het introduceren
van competitie-elementen
doelmatiger gaan werken.
Gevolgen
Een van de in te voeren ver
anderingen bestaat uit het af
schaffen van de voorgeschre
ven werkgebieden van de zie
kenfondsen. Hierdoor wordt
het mogelijk dat verzekerden
kunnen kiezen uit meerdere
ziekenfondsen, die hen op
grond de acceptatieplicht zul
len moeten accepteren.
Het belangrijkste onderdeel
betreft, het schriftelijk vastleg
gen van de aanspraken van
verzekerden. Dit lijkt onbe
nullig, want mondelinge af
spraken tussen een verzekerde
en zijn verzekeraar heeft
waarschijnlijk niemand ooit
voor serieus gehouden. De be
tekenis van de schriftelijke
vastlegging van de aanspraken
is niet gering. Om die gevol
gen te onderkennen, moeten
we eerst een zekere ordening
in de gezondheidsbrij aanbren
gen.
De nieuwe zorgverzekering
valt in twee delen uiteen. Het
eerste deel betreft de 'inkoop
van zorg'. Een verzekeraar
koopt, met het oog op het vol
doen aan de aanspraken van
zijn verzekerden, bij zorgaan
bieders de benodigde zorg in.
Het tweede deel betreft de
'verkoop' aan de verzekerden
van de door de verzekeraar in
gekochte zorg. Het spreekt
vanzelf dat deze transacties
door de ondernemende verze
keraar schriftelijk worden
Het zijn immers normale over
eenkomsten, die elke andere
onderneming sluit. Maar zult u
zeggen, dat gebeurt nu toch
ook? Ja, met het verschil, dat
de huidige zorgverzekeraar de
minister is, die de overeen
komsten voor ons allen sluit.
Vandaar de aanduiding van
een volksverzekering ten ziek
tekosten.
Dat er een nauwe band bestaat
tussen de inkoop en verkoop
overeenkomst die de verzeke
raar sluit, zal geen verbazing
wekken. In deze schriftelijke
overeenkomsten vindt immers
de 'vertaling' plaats van de
wettelijke zorgaanspraken
naar het concrete geval van de
verzekerde. Deze overeen
komst krijgt dezelfde beteke
nis en vorm als de huidige
particuliere polisvoorwaarden.
Aangezien de handen van de
verzekeraars aan de kant van
de inkoop niet meer strak zijn
gebonden, zal er wat te onder
handelen zijn aan de kant van
de verkoop, dat wil zeggen bij
het sluiten van zorgpolissen
met verzekerden. Niet langer
wordt door de minister en de
tail voorgeschreven wat er in
de overeenkomst met de ver
zekerde moet staan. Hierdoor
hebben de verzekeraars de
ruimte gekregen in overleg
met de verzekerden zelf deze
in te vullen. De verrassende
consequentie van deze ruimte
is, dat eenzelfde wettelijk
recht op zorg, er niet meer
voor alle verzekerden hetzelf
de zal hoeven uit te zien. Voor
particulier verzekerden, is het
niet zo bijzonder dat de ene
polis van de ander afwijkt.
Men moet echter bedenken,
dat het bij particuliere verze
keringen gaat om schadever
zekeringen. Maar de nieuwe
zorgverzekering blijft een on
derdeel van het stelsel van so
ciale zekerheid. Zo krijgt de
verandering in de gezond
heidszorg door de overheve
ling van de inkoop en verkoop
van zorg, de kenmerken van
de privatisering van PTT en
Postbank. Goedbeschouwd zal
binnenkort in stilte een aard
verschuiving plaatsvinden.
(K. Tuinstra is lid van de
Tweede Kamer voor het
CDA).
IC
1
jat
De taken van de krijgs
macht in de nieuwe vei
ligheidssituatie zijn nogal
veranderd. Het einde van
de Koude Oorlog heeft
weliswaar rust geschapen
in de betrekkingen tussen
de Verenigde Staten en de
Sovjetunie, maar de kans
op kleine conflicten is toe
genomen. De wereld, ze
ker buiten Europa, is er
niet veiliger op geworden.
Vandaar het toenemend be
lang van crisisbeheersing. De
toekomstige krijgsmacht wordt
hiervoor toegerust. Mobiliteit
en flexibiliteit staan daarom in
de Defensienota van minister
Ter Beek voorop. Een lucht
mobiele brigade, transport- en
gevechtsvliegen, fregatten en
mariniers (met amfibisch
transportschip) vormen hier
voor de ingrediënten. Inzet
kan niet alleen binnen het
NAVO-verdragsgebied plaats
vinden, maar ook daarbuiten.
In het laatste geval is de WEU
de organiserende instantie.
Ook de kans op het uitvoeren
van 'peace-enforcing' operaties
(Korea, Golfoorlog) is toegeno
men. In die situatie vindt uit
voering plaats onder auspiciën
van de VN.
Nu politiek over andere mili
taire instrumenten kan wor
den beschikt dan vroeger,
dringt zich de vraag op welke
consequenties dit heeft voor
het politieke besluitvormings
proces, de krijgsmacht en de
maatschappij. De snelheid van
de politieke besluitvorming
kan bepalend zijn voor de ef
fectiviteit van het militaire op
treden. De politieke discussie
tijdens de Golfcrisis heeft dit
aangetoond.
Lering
Toen na bijna vijf maanden er
enige bereidheid was om troe
pen te sturen, bleek uiteinde
lijk de militaire voorberei
dingstijd het knelpunt te zijn
om de politieke besluitvor
ming om te zetten in daden.
Hieruit dient men lering te
trekken. Inzet van snelle, mo
biele inzetmiddelen verdraagt
zich niet met lange besluitvor
mingsprocedures. Herziening
van bestaande procedures die
nog gebaseerd zijn op het uit
breken van grootschalige con
flicten, is daarom gewenst.
Snelheid mag echter niet ten
koste gaan van zorgvuldig
heid. Ook behoeft dit niet te
leiden tot aantasting van poli
tieke bevoegdheden. Het kan
wel leiden tot verantwoor
dingsplicht achteraf in plaats
van toestemming vooraf. Hier
bij wordt dan niet zozeer ge
dacht aan de beslissing over de
uiteindelijke inzet van de een
heden, maar de reeks van acti
viteiten die hieraan vooraf
gaan (aanwijzen eenheden,
personele en materiële voorbe
reiding, coördinatie met ande
re landen enzovoort).
In de nota van Ter Beek
wordt voor optreden buiten
het NAVO-verdragsgePe°
voorkeur uitgesprokejstr€
het VN-verband. Tijdi
debat erover in de
Kamer werd gezien d^eri
mende kans op dergelij'"sJ
raties wel verzocht ea£exj
tair attaché bij de VN
York te plaatsen. Er w^ 8e
ter niet gesproken ofan
consequenties voor d»6er
macht en de politieke j
ties van toekomstig pqrrV
forcing optreden. Eén P
organen van de Veilj
raad is het Generale i, "l
mité. Zijn taken zijiH* -■
meer het opstellen vaDl
nen voor gebruik vaif*--!
pend geweld en inzet
bevelvoering over deD J
Veiligheidsraad ter liaan
king gestelde strijdkó he
Inhoud aan deze takfleen
het Generale Staf-Coga i
nu toe nog niet gegei om
tijd is er nu rijp voorJat
lijkheid vooraf over dingei
ties waaronder en dj sti
waarop eenheden woiiTAI
gezet is gewenst.
Geen inzicht hk"
Tijdens de behandeling
nota in het parlement5
nog eens herhaald dat I 1S
zicht kon worden gegj0/1*
mogelijke toekomstige? *?e
ties. De diffuse veilighp
atie is hier debet aL
neemt niet weg dat ckj ij
del van 'contingency p|-
de onzekerheid kan IS e
teruggebracht. Het v#aro
dat extra tijd benodigd'1 v
in situaties waarin diePen-
schikbaar is. De gef"06
omstandigheden stell(
extra eisen aan de krijg™'
Behalve materiële is 3, 1
sonele flexibiliteit vef Ju
situaties waarin voor irf ei
eenheden een grote bei0™1
aan dienstplichtig P^j
kan dit een knelpunt t.£e
Van hieruit is dan ookü^st
recte relatie met helLo
schappelijk draagvlalme
een dergelijke inzet. ren-
risatie vooraf schept dl
duidelijkheid voor i
krijgsmacht als samenfiei
In de jaren zestig \|ch
grond van de NAVO-!
van de 'flexible respto
krijgsmacht en met lij^,
landmacht geherstrucjg m
De strategie, waarin ^001
plaats was ingeruimd tjerj.
bruik van tactische ^ter
pens, leidde tot bijstel£,stc
het politieke en militL
sluitvormingsproces. U
lijk waren het bezuiiLer
die een vroegtijdigkren
maakten aan dit hei
ringsproces.
kn 1
Deze keer staat men
begin van een tweedL
pende operatie. Ook i
er een wijziging op irij
schikbare militaire nj'
(zij het gelukkig van c
heel andere orde) dieh
tiek ter beschikking s£at
lessen uit de jaren zeLt^
gen hierbij niet verlor}
(Lui tenan t-kolonel
Doel is verbonden
deling onderzoek i
derlands Instituut voi
nationale Betrekkingej
gendael" te Den Haag\
Minister Ter Beek van defensie.