mensen „Veel zwijgen oorlogs ervaringen dood Godsdienstvrijheid ligt in verlengde van dienst aan God Eerbied COMMENTAAR JT £cidóc6outcwit GEESTELIJK LEVEN/OPINIE CetdoeSomxmt ZATERDAG 4 MEI 1991 PAGIN/ Bijna 10.000 minder gereformeerden LEUSDEN Het aantal leden van de Gerefor meerde Kerken in Nederland is in 1990 gedaald met bijna 10.000 leden. Het kerkgenootschap telde per 1 januari 1991 officieel 784.463 leden. Met de vermindering van het aantal leden wordt de trend van de afgelopen tien jaar voor gezet. De afneming van het ledental leidt niet tot een vermindering van de inkomsten van de kerk. zo blijkt uit de nieuwste statistische gege vens. De gereformeerden gaven in 1989 ruim 237 miljoen gulden voor het kerkelijk werk, 4 miljoen meer dan het jaar daarvoor. De stijging is vooral zichtbaar bij de vaste vrijwillige bij dragen, zoals onder meer via de actie Kerkba lans: 3 miljoen gulden meer. De gemiddelde vaste vrijwillige bijdrage voor het kerkewerk per lid steeg van 176 gulden naar 180 gulden. Door te twijfelen komen wij tot de waarheid Universitaire opleiding geestelijke verzorging GRONINGEN De Rijksuniversiteit Groningen begint per 1 september 1991 met een doctoraalopleiding geestelij ke verzorging, als afstudeervariant binnen het doctoraal godgeleerdheid. De universiteit is daarmee de eerste in ons land met een wetenschappelijke opleiding voor geestelijk verzorgers. De decaan van de faculteit godgeleerdheid, prof.dr. G.P. Luttikhuizen, verwacht dat de nieuwe opleiding, die zich voorlopig alleen richt op de geestelijke verzorging in de ge zondheidszorg, jaarlijks zo'n tien tot twintig studenten zal trekken. Het idee om een dergelijke opleiding te beginnen komt na een pleidooi van de Nationale Ziekenhuisraad (NZR) voor een wetenschappelijke vorming van geestelijke verzorgers en een verzoek van de vereniging van geestelijke verzor gers. De Groningse universiteit vindt het voor de taakuit oefening en de identiteit van de geestelijke verzorger van belang dat hij een adequate wetenschappelijke vorming en- opleiding heeft genoten. De faculteit godgeleerdheid werkt voor het nieuwe initiatief nauw samen met de faculteit der geneeskunde. „Wereldraad moet niet alleen met Vaticaan spreken" UTRECHT De Acht Mei Beweging vindt het on juist dat de Wereldraad van Kerken het Vaticaan een vetorecht toekent bij de keuze van zijn rooms-katho- lieke gesprekspartners. Zo wordt tekort gedaan aan de vele bewegingen in de RK kerkdie geen kerkelij ke goedkeuring hebben, maar wel zeer veel katholie ken vertegenwoordigen, heeft voorzitter W. Stael- Merkx aan secretaris-generaal dr. Emilio Castro van de Wereldraad geschreven. De beweging reageert daarmee op een oproep van de Amerikaanse feminis tische theologe Rosemary Ruether, die deze kwestie bij een aantal progressieve katholieke groeperingen in de Verenigde Staten, Engeland en Nederland aan hangig heeft gemaakt. De Wereldraad beschouwt de Vaticaanse Congregatie voor de Eenheid onder de Christenen als zijn rooms-katholieke gesprekspart ner. De Wereldraad wil ook dat het Vaticaan katho lieke gesprekspartners voor de raad „keurt". door Marinus van der Berg Een lezeres die me schreef heeft mij nog eens weer aan het denken gezet over: 'eerbied voor je ouders.' Het is niet de eerste keer dat ik op een indringende wijze de ervaringen hoor van, met name vrouwen en een enkele keer een man, die tot in hun meest persoonlijke intimiteit zijn geschonden. Ik heb er waarschijnlijk nauwelijks enig idee van wat het is om door een van de ouders misbruikt te zijn, om incest- slachtoffer te zijn. De ontmoetingen met hen die mij hierover hebben verteld, hebben me wel meer laten aanvoelen hoe verwoestend en vernederend dit kan zijn. Machtsmisbruik door ouders in relatie tot kinderen richt een niet te onderschatten vernieling aan. Allereerst vernieling van gezond zelfrespect, maar ook vernieling van vertrouwen in relaties, in andere mensen. Ik ben me er de laatste jaren ook bewuster van geworden dat in de geloofsverkondiging er te éénzijdig is gesproken over eerbied voor de ouders. Eerbied kan ten diepste nooit worden afgedwongen of worden opgelegd, maar eerbied is wat je ontvangt als je ook eerbied-waard bent. Meer ouders, dan dat we tot voor kort wisten, blijken eerbied geschonden te hebben en dus niet eerbiedwaardig te zijn. Dat is een schokkend gegeven. Uit de gesprekken met slachtoffers die in hun persoonlijke intimiteit zijn geschonden, is me ook duidelijk geworden dat het bijzonder moeilijk is om met je ervaring, je pijn, naar buiten toe te komen. Nog moeilijker is het om deze ervaring in gesprek te brengen met de pleger van incest, de ouder. Toch kan dat noodzakelijk zijn om zelf te overleven. Het is bekend dat sommige mensen die tot zelfdoding komen incestslachtoffer zijn. Het kan dus levens-noodzakelijk zijn om je ouders pijn aan te doen als gevolg van de pijn die jou is aangedaan. Met je verhaal, dat soms zolang verborgen is gebleven en als een tijdbom in je heeft getikt naar buiten komen, is bijzonder moeilijk. Je loopt het risico om te stuiten op een muur van ongeloof, ontkenning, woede en zelfs uitstoting. Ballingschap. Slachtoffers hebben niet zelden schuldgevoelens nadat zij naar buiten zijn getreden. Die schuldgevoelens zijn als de boeien die een onschuldige gevangene vastbinden en belemmeren om vrij te worden. Incest-slachtoffers hebben directe en onomwonden steun nodig. Het ontbreekt ook in kerkelijke kring soms aan moed om dit lijden duidelijk ter sprake te brengen. De godsdienst heeft helaas soms de indruk gewekt dat zij meer aan de kant van de daders stond dan aan de kant van de slachtoffers. Het is ook bijzonder pijnlijk om te lezen dat de briefschrijfster niet meer gegroet wordt door de pastor sinds zij hem haar verhaal heeft verteld. Is dat onmacht of verlegenheid? Ik heb er behoefte aan om er voor te pleiten dat we ons vanuit het pastoraat zeer serieus verdiepen in deze pijn. Ik noem daarom ook het boekje 'Pastoraat en incest' uitgegeven bij Gooi en Sticht te Hilversum. Een verslag van een studiedag voor pastores. Ik wil er ook op attent maken dat er goede professionele hulpverlening bestaat voor incestslachtoffers. Waar wenselijk wil ik voor wie hulp zoeken in alle anonimiteit graag bemiddelen of een eerste luisterend oor zijn. De lezeres die me heeft geschreven heeft mijn besef versterkt van de eenzaamheid en de pijn van hen die geen eerbied hebben ondervonden waar wel eerbied verwacht mag worden. NAALDWIJK Leo Ge- leijnse (nu 63 jaar oud) was nog een kind toen hij tijdens de .Tweede We reldoorlog in een Jappen kamp in Indonesië ernstig werd mishandeld. De wonden op zijn lichaam verdwenen grotendeels, maar de psychische pijn bleef. Niets hielp, psychia ters niet, de kerk niet. De kentering begon toen Ge- leijnse in contact kwam met de hervormde predi kant ds. Gerrit Jan Loor, destijds in Hasselt. Nog steeds is Geleijnse niet vergeten wat de Japan ners hem hebben aange daan. Toch kwam het slachtoffer van de oorlog tot het besef dat hij zijn vijand moest vergeven. Met dat doel bracht hij onlangs zelfs een bezoek aan Japan. Ds. Loor (43), sinds zesenhalf jaar predikant in Naaldwijk, maakte van dichtbij de ont wikkeling van haat naar ver geving mee die zich in Ge leijnse voltrok. In 1978 komt de jonge predikant Loor in aanraking met Leo Geleijnse, die toen ten einde raad was. Nachtmerries, waarin hij tel kens weer ziet hoe de kamp beul een knuppel op zijn rug kapotslaat, maken normaal functioneren onmogelijk. De haat tegen de Japannners die hij jarenlang heeft weten te verdringen, komt in alle he vigheid terug en richt zich te gen de mensen in zijn omge ving. Ook angst houdt hem zo zeer in de greep, dat hij zich constant bedreigd voelt. Het huwelijk van Geleijnse blijkt hiertegen niet bestand en loopt op de klippen. Na de scheiding ziet hij zijn kinderen niet meer. Zijn baan als vor mingswerker raakt hij kwijt. De ellende is compleet. Al rondzwervend zoekt hij wanhopig naar steun. In de kerk heeft hij echter het ge voel tegen een muur op te lo pen, de verhalen over verge ving van de vijand wil hij niet horen. Vanwege afschuwelijke ervaringen met de hervormde kerk, waarover Geleijnse ver der niet wil uitweiden, breekt hij met het geloof. Diverse vormen van therapie mogen ook niet baten. Op een bepaald moment komt Geleijnse in een opvangcentrum in Hasselt te recht. De jonge predikant Loor, die in het Overijsselse dorp zijn eerste standplaats had, bezocht dit opvangcen trum regelmatig. Hij probeert met het oorlogsslachtoffer te praten. Geleijnse: „Ik kon hem wel wégkijken. Na mijn nare ervaringen moest ik niets van hem hebben. Alles wat met het geloof te maken had scheerde ik over een kam". Al snel beseft Geleijnse dat ds. Loor anders is, dat hij open staat voor de problemen waar mee het oorlogsslachtoffer worstelt. „Hij werd een klank bord, iemand die er gewoon altijd voor mij was", zegt Ge leijnse. Het feit dat de dominee tegenover Geleijnse schuld be lijdt voor wat de hervormde kerk hem aandeed, opent de weg naar een innig contact. Vanaf die tijd gaat het evange lie steeds meer voor hem bete kenen. Genezing In de jaren die volgen nemen de haatgevoelens van Geleijn se geleidelijk aan af. Door zijn ontmoetingen met een Zuida- frikaanse evangelist in 1978, een jonge Japanse vrouw in 1985, en zijn bezoeken aan Is raël komt hij tot het inzicht dat er maar één manier is om te genezen van het kamptrau ma, en dat is via vergeving en verzoening. Niet alleen ds. Loor, maar ook de vermaarde 1 1 Ds. G.J. Loor FOTO: m. Ü8SS& STEPHEN EVENHUIS HtËSSSSl professor Bastiaanse van het Centrum 1940-1945 spelen een belangrijke rol in dat proces. Vier jaar geleden zette Leo Geleijnse de stap van zijn le ven door in Amsterdam een ontmoeting te regelen met de aartsbisschop van Tokio. De man, die enige jaren voordien vergeving had gevraagd aan alle slachtoffers van de Japan se oorlogsmisdrijven. Geleijnse vergeeft, maar weet dat er maar één plaats op de wereld is waar dat optimaal kan ge beuren: in Japan. In augustus 1990 is het zover. Geleijnse vertrekt op uitnodiging van de aartsbisschop naar Japan. Daar is hij eregast op de 45ste Hirosjima-herd.enking. In het land van de rijzende zon zet Leo Geleijnse zijn angst- en haatgevoelens definitief om in begrip en verzoening. Het geld voor de reis naar Ja pan werd bijeengebracht door christenen, die volledig achter het initiatief van Geleijnse stonden. Iemand uit Naald wijk, de gemeente waar Loor nu zesenhalf jaar predikant is, stelde een groot deel van het geld beschikbaar dat Leo Ge leijnse nodig had om naar Ja pan te gaan. In de Westlandse gemeente begonnen de plan nen voor de grote reis te leven nadat de dominee Geleijnse had uitgenodigd voor het hou den van een lezing. Contact Ondanks het feit dat Leo Ge leijnse in het Friese dorp Eng- wierum woont en ds. Loor in Naaldwijk, onderhouden ze het contact. Als het aan Ge leijnse ligt, blijft dat altijd zo. Voor hem is de dominee een vriend voor het leven. „Het is mede door hem dat ik me steeds sterker ben gaan voe len. Nog altijd kan ik het niet geloven waartoe ik nu in staat ben terwijl ik ooit een wrak was". Bescheiden als hij is, verwondert het ds. Loor tot op de dag van vandaag waarom Geleijnse juist hem deelgenoot maakte van zijn problematiek. „Ik ben na ^de oorlog geboren en kon dus op dit gebied geen ervaringen met hem uitwisse len." Wel had de predikant een sterke affiniteit met Israël en het Joodse volk, ook slacht offer van de verschrikkingen van de oorlog. Hoe goed de predikant Leo Geleijnse ook heeft kunnen helpen, wat de problemen rond de scheiding betreft stond hij machteloos. De predi kant heeft wel contact met de ex-vrouw van Geleijnse, maar dit heeft tot nu toe niets opge leverd. Zij weigert elk contact en ook de kinderen die inmid dels volwassen zijn, blijven bij hun weigering dat ze hun va der niet meer willen zien. Taboe Ds. Loor heeft zich naar aan leiding van het verhaal van Geleijnse niet speciaal toege legd op de begeleiding van In dische oorlogsslachtoffers. „Er rust bij de meeste Indische mensen zo'n taboe op het pra ten over de oorlog. Veel men sen willen er niet aan herin nerd worden. Bovendien heb je specialisten op dat gebied". Terugkijkend op wat er met Leo Geleijnse is gebeurd, zegt ds. Loor: „Leo heeft zijn nek uit durven steken, in tegen stelling tot vele andere men sen die het verleden doodzwij gen. Dat zie ik als zeer positief, mede omdat het anderen tot nadenken stemt". NOTITIE VOOR NATIONALE HERDENKING: DEN HAAG Gods dienstvrijheid in christelij ke zin komt voort uit de dienst aan God, namelijk als het waken over het recht van de vreemdeling. Dat betoogt de gereformeerde ethicus prof dr. G. Manen- schijn uit Kampen. Hij schreef op verzoek van het Nationaal Comité 4 en 5 mei een notitie over het thema van de vrij heid van godsdienst en levens overtuiging. Het is het eerste thema in een serie over de grondrechten van de mens. Manenschijn zegt dat gods dienstvrijheid niet een gunst is, maar een recht. Men hoeft niet aan de overheid toestem ming te vragen om zijn gods dienst te belijden en na te le ven, maar ook omgekeerd: de overheid heeft niet het recht iemand daarin te belemmeren. Vrijheid betekent hier: het recht op niet-inmenging. De in ons land heersende godsdienstvrijheid waardoor christenen, joden en moslims hun godsdienst kunnen bele ven, is er niet 'zomaar', ze is in haar liberale stand van zaken de vrucht van een eeuwenlan ge ontwikkeling. De godsdienstvrijheid hangt zowel historisch als principieel samen met de scheiding tussen kerk en staat. Die scheiding betekent geen onverschillig heid van de kant van de over heid, maar vooral dat voor de staat alle godsdiensten en le vensovertuigingen gelijke rechten en plichten hebben. De ethicus constateert dat de godsdienstvrijheid grenzen heeft; ze wordt ingeperkt door de wetten die in ons land gel- Prof. dr. G. Manenschijn. den. In naam van de gods dienst kan men niet het recht eisen onder en boven de wet te leven. Een godsdienst bij voorbeeld die de gelovigen zou verplichten tot discriminatie, komt in strijd met artikel 1 van de Grondwet: 'Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen ge lijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levens overtuiging, politieke gezind heid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toege staan.' In artikel 6 komen rechten en plichten aan de orde in ver band met de vrijheid van godsdienst. Tussen beide arti kelen kunnen spanningen ont staan, constateert de hoogle raar. Een helder voorbeeld is het feit dat vrouwen in de Rooms-Katholieke Kerk geen priester kunnen worden en in behoudende protestantse ker ken geen predikant. Is dit een FOTO: PERS UNIE geval van discriminatie? Som migen vinden van wel; de be treffende kerken echter beroe pen zich op de godsdienstvrij heid van artikel 6. De godsdienstvrijheid kan, al dus Manenschijn, worden gele gitimeerd vanuit de staat als ook vanuit de kerken. Die le gitimatie valt verschillend uit. De staat bemoeit zich wat be treft de godsdienstvrijheid niet met de waarheid van het ge loof, maar om de waardigheid van de menselijke persoon. Voor kerken is godsdienstvrij heid veel meer dan het zich tot niets verplichtende 'dul den' van minderheden met hun godsdienstige 'eigenaar digheden.' Ook meer dan een neutrale overheid. Het is niet iets negatiefs, eerder is iets po sitiefs: het erkennen en be vechten van het recht van de vreemdelingen. „Theologisch gezien gaat het in godsdienstvrijheid niet om gunsten, maar om rechten. We gunnen de vreemdelingen niet iets en we géven ze niet iets, maar we waken over hun rechten, wetende dat de dienst aan de Here ons daartoe ver plicht. Als Hij in het midden staat, komen de vreemdelin gen nooit in de marge te- „Het erkennen van het recht van de vreemdelingen bete kent echter altijd erkenning van het recht om anders te zijn en anders te geloven. Dat recht berust niet op een of an dere gelijkenis met het chris tendom. Dan zou onze gods dienst de norm worden en niet God zelf. Dan kregen alleen diegenen de meeste ruimte die het dichtst bij ons staan". „Theologisch is dat niet te rechtvaardigen. Theologisch'' is er maar één rechtvaardiging: de dienst aan God en het wa ken over het recht van de vreemdelingen liggen in el- kaars verlengde. Pas dat is godsdienst in christelijke zin", aldus prof. Manenschijn. Het Nationaal Comité heeft aan de Raad van Kerken ge vraagd te bevorderen dat in de kerkdiensten van morgen de thematiek van de vrijheid van godsdienst en levensovertui ging aan de orde wordt ge steld. De Nederlandse Her vormde Kerk heeft aan dit verzoek gehoor gegeven door middel van een brief aan haar kerkeraden en predikanten. Bij die brief voegde het be stuur van de kerk een deel van de notitie van prof. Ma nenschijn. De r.-k. bisschop pensynode liet in dit kader on langs een notitie verschijnen over de thematiek. Daarin wordt onder meer geconclu deerd dat de vrijheid van godsdienst en levensovertui ging de hoeksteen is voor de mensenrechten Vertaalde werken Rudolf Steiner in ambitieus project AMSTERDAM Een gebeur tenis van grote betekenis. Zo omschreef de oud-hoogleraar B. Lievegoed uit Zeist gisteren de presentatie van de eerste delen uit de 'Steiner-bilio- theek', een ambitieus project waarin vertalingen van 48 werken van de Oostenrijkse filosoof en pedagoog Rudolf Steiner (1861 - 1925) worden uitgegeven. Steiner is de grondlegger van de antroposo fie. Lievegoed, een van de be kendste antroposofen van ons land, zei dat veel mensen ken nismaken met alleen de resul taten van de geestesweten schap, bijvoorbeeld via de Vrije Scholen, de biologisch- dynamische landbouw of via de geneeskunst van de antro posofen, maar dat grondslag en methode van de antroposo fie voor velen onbekend blijft. Dat feit hangt samen met de omstandigheid dat de werken van Steiner moeilijk toeganke lijk zijn, omdat ze zijn geschre ven in Duits van decennia ge leden. Bovendien is een deel van zijn werk vakwetenschap- pelijk. Dat laatste geldt bij voorbeeld voor het boek: 'Waarheid en wetenschap', waarin Steiner zich in filoso fisch jargon verzet tegen het denken van Kant. Het Stei- ner-project beoogt een repre sentatieve selectie uit het zeer omvangrijke Steiner-oeuvre uit te brengen voor 'heden daagse Nederlandse lezers'. Er zijn sinds vandaag drie boe ken te krijgen. In 'Waarheid en wetenschap' probeert Stei ner aan te geven hoe de ken nistheorie sinds Kant eenzijdig materialistisch is geworden en hoe de antroposofie een alter natief biedt. De methode voor het verkrijgen van geesteswe tenschappelijk inzicht in de dingen beschrijft Steiner in 'De weg tot inzicht in de hoge re werelden', dat gisteren als tweede deel in het Steiner- project verscheen. Het derde deel is 'Algemene menskunde als basis voor de pedagogie' en omvat voordrachten over het Vrije School-onderwijs. Dodenherdenking A.LS vandaag de vlaggen halfstok hangen, zullen bij Nederlanders heel concrete herinneringen boven komen de oorlogsjaren. Voor deze mensen kan de dodenherdenk een emotioneel moment zijn. Want al doet de tijd pijnli herinneringen vervagen, de littekens verdwijnen nooit. V een groeiende groep Nederlanders is de herdenking ech een verwijzing naar iets waarover ze in de verhalen hebl gehoord en waarover ze hebben gelezen, maar wat ze niet hebben meegemaakt. Naarmate het aantal Nederland dat de oorlog wel heeft meegemaakt kleiner wordt, zal karakter van de herdenking anders worden. Uiteinde komt er een tijdstip waarop niemand in Nederland nog 1 zeggen: 'Ik heb de oorlog meegemaakt'. De vraag kan opkomen, gelet op deze feiten, of en in hl verre het karakter van de dodenherdenking de verwijzl naar de Tweede Wereldoorlog zou moeten overstijgen. In fj te is die vraag al beantwoord; het Nationale Comité 4 e» mei heeft immers aandacht gevraagd voor de grondrecht van mensen. De jongere generaties krijgen daardoor de k$ ,de actualiteit van de oorlog in de wereld te beleven roncty een herdenking die in haar concrete aanleiding voor h niet zo goed invoelbaar is. De recente gebeurtenissen in K wayt en in Irak hebben in het algemeen gesproken; voor deze generaties Nederlanders wellicht een emotionef betekenis dan de gebeurtenissen in de Tweede Wereldoorl VEEL oudere Nederlanders beleven vanavond moeilij momenten; de littekens laten zich dan immers nadrukkel voelen. En er zijn helaas ook mensen voor wie het elke herdenkingsdag is; voor hen is de oorlog gewoon doorgeg De strijd die zij strijden is die tegen het trauma van wri geweld of van verscheurend verdriet. De beste manier als Nederlands volk deze oorlogsslachtoffers tegemoet te tl den, is te laten zien dat de herdenking vanavond niet zom; een traditie is. Het gaat er om de slachtoffers en onszelf) laten zien dat de strijd van toen óók tot gevolg heeft g dat mensen van nu niet willen geloven in de mythe macht en geweld, of in die van het 'beter zijn' dan ander* Zo krijgt het moment van herdenken het perspectief van toekomst. Encycliek Het Westen zou licht in de verleiding kunnen komen zich zelf rijk te noemen nu de situatie in Oost-Europa ten hem. schreiend is. En het Westen zou zich intellectueel de bete| kunnen achten, waar de economie van de voormalige Conl con-landen volledig bankroet is. Paus Johannes Paulus heeft voor die hoogmoedige gedachten gewaarschuwd in z| nieuwe encycliek 'Centesimus annus' waarin hij ingaat op val van de marxistische regimes in Oost-Europa. Het Westu moet die niet beschouwen als een eenzijdige overwinniif waarschuwt hij. Weliswaar biedt de vrije markt de beste g rantie op een redelijke produktie van goederen, maar het allerminst vanzelfsprekend dat die goederen ook eerlijk wc den verdeeld. Het is verademend dat de paus een evenwichtige afwegia van het westerse systeem probeert te geven, waarin 'win j niet langer als besmet woord wordt gemeden, maar juist a stimulans kan gelden voor het welzijn van mensen. Maar y andere kant van de medaille is dat ongebreideld consumptfj me kan worden tot 'een web van valse en oppervlakki verlangens, die het de mens onmogelijk maken aan zijn 1: doeling te beantwoorden'. Het is tekenend voor het doordr ven van de westerse economie, dat dit geluid steeds mind wordt gehoord. Dat het al te gemakkelijk vanzelfsprekei wordt gevonden dat talloze mensen voor de economie zijn i geschreven, dat mensen weggesaneerd worden omdat winsten gehaald moeten worden. Uitgave: Westerpers bv (behorende tot Sijthoff Pers bv). Kantoor: Apothekersdijk 34, Lelden. Telefoon: 071 -122 244. Telefax: 071 -134 941. Postbus 11, 2300 AA Leiden. Hoofdkantoor: Koopmansstraat 9, 2288 BC Rijswijk. Telefoon: 070-3190 933. Telefax: 070-3906 717. Postadres: Postbus 9, 2501 CA Den Haag Directeur/hoofdredacteur: J. Leune. Adjunct-hoofdredacteur: J. Timmers. Chef-redacteur G.- J. Onvtee. Secretariaat directie/hoofdredactie (tel. 070 - 3190 80! Omgeving Leiden (tel. 071 - 144 048): K. van Herpen (chef), F. Buurman, R. Koldenhof, M. Kroft, T. Pieters. Sport Leiden e.o. (tel. 071-144 049): K. v Kunst/rtv (tel. 070 - 3190 834): K. van Wees (chef), G. Ansems, B. Jansma, H. Piët. Geestelijk leven (tel. 070 - 3190 835): L. Kooistra, drs. P van Velthoven. Foto (tel. 070 - 3190 838): M. Konvallnka (chef), S. Evenhuis, S. Pieterse. Redactie-secretaresse (tel. 070 - 3190 819): T. Kors. De Leidse Courant maakt verder gebruik van dè diensten van: - freelance-medewerkers en -correspondenten in zijn verspreidingsgebied; - de parlementaire redactie en de nieuwsdienst van de Stichting Pers Unie, e redactioneel samenwerkingsverband van negen regionale kranten In Nederla en België. De algemene verslaggevers van Pers Unie zijn drs. K. Swiers en M. van de Ven. De parlementaire redactie bestaat uit R. In 't Hout (chef), H. Bij- leveld, D, Hofland, P. Koopman en D. van Rietschoten. - het Algemeen Nederlands Persbureau en buitenlandse persbureaus; - de volgende correspondenten In het buitenland: S. Akkerman (Praag), drs. D. J. van den Bergh (Peking), drs. H. Botje (Tunis), A. Courant (Athene), R. Hasselerharm (Johannesburg), T. Heard (Kaapstad), drs. A. Heering (Rome), B. van Huët (Parijs), M. de Koninck (Washington), H. Kultert (Nieuw Delhi), F. Lindenkamp (Sao Paulo), R. Simons (Londen), drs. R. Vunderlnk (Moskou), W. Werkman (Jeruzalem), E. Winkels (Barcelona), G. van Wljland (Belgrado), F. Wijnands (Bonn), J. Wijnen (Brussel). De Leidse Courant heeft als lid van de Stichting Pers Unie de exclusieve vertaai en publicatierechten van The Times en The Sunday Times of London. Vertaal ster: M. de Cocq. in 08.30 tot 17.00 u i 18.00 tot 19.00 uu Abonnementsprijzen (inclusief 6% btw) Bij automatische betaling: per maand 25,70 per kwartaal 76,60 per jaar 294,30 Het abonnementsgeld dient vooruit te worden voldaan. Advertenties Informatie en tarieven over advertenties tel. 071 - 122 244. Telefax voor uitsluitend advertenties 071 - 134 941. Voor uitsluitend het doorgeven van advertenties kantoor Rijswijk 070 - 3902 702. Bankiers AMRO BANK NV 473 575 515 POSTBANK NV 663 050

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 2