Zalmforel met tulp; roerei met paardebloemen „Het meest leer je van experimenteren" Namen VIERHONDERD RECEPTEN VOOR 'KOKEN MET BLOEMEN' l£cidócSolwcwvl, Praktijk Stappen Effecten Genieten Arboretum Huiswerk ten die anders alleen maar in het voor jaar en de zomer bloeien en nu het hele jaar beschikbaar zijn. Dergelijke kwekers zijn er wel meer en er moeten er nog veel meer van komen. Je kunt de bloe men natuurlijk ook zelf kweken". Elisabeth waarschuwt niet alleen voor bespoten bloemen maar ook voor som mige bloemen zelf, want ze zijn uiter aard niet allemaal eetbaar. „Ga alsje blieft niet, misschien aangestoken door ons enthousiasme, zelf experimenteren met bloemen waarvan de eetbaarheid niet duidelijk is", waarschuwt ze. „Wan trouw ook boeken over eetbare bloemen, waarin de botanische namen niet staan vermeld. Vaak zijn dat vertalingen en als in die andere taal alleen de populaire naam stond vermeld en niet de botani sche dan kunnen er levensgevaarlijke verwarringen ontstaan. Zelf vond ik eens lelietjes-der-dalen (Convallaria ma- jalis) in een recept en die zijn dus zeer giftig, zoals veel van hun familieleden en ondanks de verrukkelijke geur. Mis schien ontstond het misverstand door de populaire naam van Hemerocallis, die bij ons daglelie heet. Maar als je conse quent de namen die ik in de recepten noem, aanhoudt dan kun je met een ge rust hart in je keuken aan de slag gaan", verzekert Elisabeth die juist een schaal onder de neus geduwd krijgt met ronde gepocheerde stukjes geitekaas met daar bovenop een paars bloemetje, waarvan de naam die ze noemt in het geroeze moes verloren gaat. Dan komt Paul Fagel binnen. Een van de bekendste meesterkoks van het land. ZATERDAG 6 APRIL 1991 VISAGIST PETER FIERET Het resultaat. met lippenstift. De poederkwast erover, en klaar is Isabel. Nu heeft moeder natuur niet iedereen zo goed bedeeld als Isabel. Een goede visa gist weet daarom hoe hij bepaalde schoonheidsfoutjes weg kan werken. Zo kun je met verschillende kleuren ge zichtspoeder een brede neus wat smaller doen lijken, of een kinlijn scherper aan zetten. Met groene crèmes kan coupero se vrijwel onzichtbaar worden gemaakt. Door een donkere kleur oogschaduw aan de buitenkant van het oog aan te bren gen lijkt het alsof de ogen verder uit el- LAREN - Alles went natuurlijk, ook koken met bloemen. Maar dat het echt wel eens een trend zou kunnen worden? Toch staat dat vast voor Elisabeth de Lestrieux. Zij is de schrijfster van het gloed nieuwe, nogal opzienbarende kook boek 'De smaak van bloemen' dat nu in de boekhandel ligt. ,,'n Krankzinnig idee, hè?", zegt ze er zelf van, maar wel met ogen die zeker weten dat het eigenlijk lang zo gek nog niet is. En haar smaakpapillen zeggen vast hetzelfde, want ze nipt intens genie tend aan een champagneglas gevuld met mousserende wijn waarin een bloemetje drijft. „Je hoeft dat niet op te eten, hoor. Het is klimjasmijn, louter en alleen bedoeld als geurversterker". Tal van gasten heet zij de hele middag welkom in Huize Wolterinck, waar alles zo'n beetje Elisabeth de Lestrieux ademt. Geen wonder, want zij is iemand die haar hele leven bezig is geweest met bloemen, planten en tuinen. Maar het is uitgerekend ook zij, zo fluistert een van haar gasten bij de presentatie van haar boek ons in het oor, die de schitterende tuin van deze idyllische, bijna onvindba re typisch Larense villa zelf heeft ont worpen. Ook de hele inrichting van het huis ademt haar sfeer. Het is dan ook niet zo moeilijk haar in deze omgeving aan het praten te krijgen over haar bloemrijke boek. „Ik heb het samen met Jelena de Beider gemaakt", betrekt ze onmiddellijk de an dere helft van het duo erin. „De kunst van het koken met bloemen vinden wij nu eenmaal een groot feest van kleur en geur. Je beleeft er de seizoenen intenser mee. Niet alleen in je tuin of in een boe ket, maar ook op je bord. Je geniet zo veel meer van bloemen, omdat de schoonheid letterlijk kan worden inge dronken". Waarbij ze het glas aan de lip- Ananasbavarois met rozen-extra's. Net als de mode is ook de make-up van het vooijaar geïnspireerd door de jaren zes tig. Dat betekent een vrij zware make-up, die in niets meer lijkt op de natuurlijke' make-up van de vorige zomer. Van zwarte (voor donkere vrouwen) en bruine (voor blonde vrouwen) eye-liner wordt weer grif gebruik gemaakt. Datzelfde geldt voor mascara en valse wimpers. De oogschaduw wordt vanuit de arcadeboog, de plaats waar het oogbeen ophoudt en de oogbol begint, vrij donker naar beneden toe opgezet. Ook hier geldt weer dat donkere types zwarte tinten poeder kunnen gebruiken en blonde types bruine. Alleen rouge wordt zeer schaars gebruikt, op het onzichtbare af. DEN HAAG - De tafel is bezaaid met make-up-artikelen en doet iedere mode bewuste vrouw watertanden. Poeder- en oogschaduwkwasten in allerlei maten liggen op een rij naast tubes en sticks met foundation, lipstick en mascara. Maar het meest in het oog springt een 'toverdoos' met tientallen kleuren Cha- nel-oogschaduw: het basisgereedschap van de Haagse visagist Peter Fieret (27). Isabel is een van zijn modellen. Peter maakt haar stap voor stap op en vertelt over zijn werk als visagist. Even ter verduidelijking. Er is een groot verschil tussen een schoonheidsspecialis te) en .een visagist(e). Zeker, iedere schoonheidsspecialiste kan een make-up aanbrengen. Zij concentreert zich echter op de verzorging van de huid en op het op peil houden van de conditie ervan. Daar bemoeit een visagist zich niet mee. nieken in huis. Die kun je leren bij een van de twee visagie-scholen in Amster dam, maar het echte experimenteren met kleuren en vormen kun je alleen zelf leren". Peter is autodidact. Zo'n negen jaar gele den begon hij met het opmaken van vriendinnen voor feesten. Het experi menteren werd een paar jaar geleden van een hobby een beroep, toen Peter modellen voor modeshows en fotorepor tages ging opmaken. De laatste tijd doet hij dat vooral voor het Haagse organisa tiebureau MPM, een driemansbureau waar hij zelf deel van uit maakt. Waardoor onderscheidt een goede, veel gevraagde visagist zich van een minder begaafde vakgenoot? Peter legt uit: „Het belangrijkste is dat hij alles kan, veel verschillende technieken in huis heeft om een model in verschillende stijlen op te maken. Je moet flexibel zijn omdat je steeds verschillende klanten hebt. Daar naast moet je, om je te onderscheiden, blijven experimenteren. Het lef hebben om met niet zulke voor de hand liggen de kleuren te werken. Zo had ik laatst een combinatie van gele oogschaduw en rode wimpers, heel bizar". Zo'n vreem de combinatie is natuurlijk niet voor de gemiddelde consument bedoeld, maar doet het goed bij fotoreportages en op bizarre feesten. Isabel zit, inmiddels wat ongeduldig, klaar om opgemaakt te worden. Het hele proces duurt een uur, maar ook tijdens de fotosessies en modeshows is Peter continu met een poederkwast op de ach tergrond paraat om glimmende plekken te matteren. Op het nog kale gezicht wordt een dagcrème aangebracht, dan volgt de foundation. Peter vertelt: „Voor een foto moet de huid zelf er nog een beetje doorheen schijnen. De foundation mag niet in de groeven gaan zitten, want op een foto zie ie alles. Overigens: neem altijd een foundation die een tint lichter is dan je eigen huidskleur". Met een nat sponsje wordt de foundation heel secuur over gezicht, oogleden, oren, mond en hals aangebracht. Peter pakt de poeder kwast en matteert het gezicht met gewo ne talkpoeder. Dan begint hij aan de ogen. Eyeliner langs het bovenste ooglid (met een piepklein kwastje, wat een vas te hand en veel oefening vereist), een lijntje oogschaduw in de arcadeboog, witte oogschaduw daarboven („om de ogen wat op te lichten") en donkerblau we eronder. Alle kleuren worden eerst op de hand van de visagist uitgepro- Het onopgemaakte model. beerd, zodat die er aan het eind uitziet als een bont schilderspalet. Ook de wenkbrauwen komen aan de beurt. Een oogpotlood zul je bij Peter niet aantreffen, dat geeft een veel te on natuurlijk effect. In plaats daarvan ge bruikt hij een donkere kleur oogscha duw. Tot slot de lippen, die eerst wor den omlijnd met een lippenpotlood en vervolgens ingevuld met een kwastje Tomatensorbet met Rucolabloemen pen zet en de daad maar weer eens bij het woord voegt. Veel mensen kijken er wat vreemd te genaan: wie gaat er nu bloemen eten? Maar zonder het te beseffen zijn ze er zelf al lang mee bezig. Een bloemkool mag hen het idee geven dat ze groente eten, het is en blijft een bloem, net als trouwens ook de broccoli. Dus zouden we er volgens Elisabeth - door haar vrienden, van wie er hier rijkelijk veel rondlopen, Kaatje genoemd - eigenlijk niet zo van moeten opkijken als nu eens wordt voorgesteld op een andere manier te genieten van de bloem dan alleen als siergewas, pronkend in een mooie vaas. Maar. dat beseft ze wel, zo eenvoudig is de stap van het schikken van bloemen naar koken nu ook weer niet. De twijfe laars zijn immers niet in de gelegenheid op een mooie lentemiddag in Huize Wolterinck zich ervan te vergewissen dat de gerechten waarvan het boek in ruime mate de recepten verschaft, in werkelijkheid ook verrukkelijk smaken. Het schrijversduo - of eigenlijk de uit gever van hun boek - heeft daarvoor dan wel de traiteur Gertjan van der Hoest speciaal uit Brielle naar Laren ge nood. Hij bewijst onomstotelijk dat 'de verfijnde kunst van het koken met bloe- ïhen' een althans door de gasten volop gewaardeerde bezigheid is. De kopers en koopsters van het boek zullen echter zelf in de keuken moeten aantonen dat het geschrevene ook daar in culinaire won dertjes is om te zetten. Elisabeth - beslist geen onbekende voor wie in de bloemen- en plantenwereld enigszins thuis is - publiceerde al meer boeken, waarvan 'Kleur in de tuin', 'Ex tra's in de tuin' en vooral 'Pot Sierlijk' het bekendste zijn. Van de NCRV-tv kennen velen haar als de vaste groenme- dewerkster van het programma Passage. Tot nu toe handelden haar papieren geesteskinderen echter voornamelijk over de tuinbouwkundige kant van het 'omgaan met bloemen en planten'. Pas nadat zij met Jelena de Beider in zee is gegaan kwam het accent op de keuken te liggen. Niet dat Jelena de Beider erop uit was een kookboek te schrijven, wel meer een boek over eetbare planten. Zij is dan ook landbouwkundig ingenieur geboortig uit Joegoslavië. Veertig jaar van haar le ven besteedde ze aan de totstandkoming van het Arboretum (een bomen- en plantentuin) in Kalmthout, net over de grens in België, dat - zo verzekert ze - zeker een bezoekje waard is. Cactusvruchten met zoet vruchtvlees vormen een bedje voor het knisperig versuikerd Roscoea- bloemetje. FOTO's: RU- DOLF BOM Vijfentwintig jaar lang verzamelde zij overal ter wereld zoveel mogelijk gege vens voor experimenten met planten. Ze gaf les aan het (Belgisch) Hoger Archi tectuur Instituut van het Rijk. Dus met niemand beter dan met haar kon Elisa beth een dergelijk standaardwerk samen stellen. Voorzien van werkelijk luisterrij ke illustraties voornamelijk gemaakt door fotograaf Rudolf Bom, die heel speels en uiterst gevarieerd laat zien wat de dames aan culinaire heerlijkheden op telkens weer een andere tafel hebben ge zet. Ook de zo goed als nieuwe kook kunst wordt in het 208 bladzijden tellen de boek op zeer smaakvolle wijze opge diend. Vlier en roos, allium-soorten en lavendel, boerenkoolbloemen en het sel- derij-bloemschermpje, het zijn nog maar enkele voorbeelden van de nog zeker honderd andere lieve of leuke, mooie of spectaculaire bloeivormen die geschikt' zijn voor een feestelijke en vooral sma kelijke manifestatie in zoete of hartige gerechten. Er zijn 'versuikerruikertjes', 'frituurtuiltjes', recepten als bloemravio- li, zalmforel met tulp, goudsbloemsoep, roerei met paardebloemen, lavendelijs, rozenlimonade, acacia- en anjelierlikeur. Het is allemahl niet op te noemen, want er staan maar liefst vierhonderd recep ten in. „Ja, je kunt heel wat bloemen die ik in het boek noem bij de bloemenwinkel ko pen, maar die zou ik maar in een vaas zetten. Ik zou beslist niemand willen aanraden die zomaar te koken en op te eten. Vele staan stijf van de bescher mingsmiddelen die ze erop hebben ge spoten. Veel beter is speciaal ervoor ge kweekte bloemen te kopen. Kijk, daar komt net de kweker binnen, die ze voor mij kweekt. Zo krijg je bloemen en plan- „Ik kan niet zeggen dat het water mij in de mond liep als ik vroeger aan koken met bloemen dacht", bekent hij. „Krui den gebruikte ik wel natuurlijk. Maar nu ik al die recepten in dit boek zie en hier de heerlijkheden proef, vind ik dat ik mijn huiswerk nog maar eens over moet doen. Als ik het boek bekijk vallen me twee dingen op. Ten eerste heeft het heel veel sfeer en ten tweede hebben we er een voortreffelijk culinair schrijfster bij- gekregen". Zelfs Paul Fagel zegt het gevoel te heb ben dat het 'koken met bloemen' wel eens een trend zou kunnen worden. „Koks hebben, als ik het zo bekijk, ja renlang op die borden maar wat afgefrö- beld en geknutseld. Geen wonder dat we daarvoor al eerder zijn teruggefloten, het zag er toch niet uit. Dit boek geeft, op zijn zachtst gezegd, een aardig voorzetje van wat het zou kunnen worden". En wie zou aan de woorden van een zo bij uitstek in de keuken deskundige als Fa gel nog iets willen of durven afdoen of toevoegen? En terwijl we nog zo'n exquis hapje proeven horen we achter ons iemand vragen: „En, hoe smaken de bloemen". Klinkt het gevat: „Nou, dat schikt wel". AAD VAN HOLSTEIN De smaak van bloemen. Elisabeth de Le strieux Jelena de Beider. Fotografie: Rudolf Bom e.a. Uitg. Terra. Zutphen. Prijs: 130 gulden. FOTO'S: STEPHEN EVENHUIS kaar staan. Peter kan er nog uren over doorvertellen. Heeft hij nog raad voor vrouwen die niet dagelijks een visagist naast hun make-up-tafel hebben staan? „Gewoon zelf regelmatig eens wat an ders uitproberen, en de kleuren afstem men op de kleding die je draagt. Over dag naar je werk kun je het best lichte kleuren dragen, 's avonds kan het een stuk uitbundiger. En, als je nieuwe pro- dukten koopt, dring dan vooral aan op monstertjes om het eerst thuis uit te pro beren". CHRISTA VAN DER HOFF Hij heeft het boek als eerste mogen be studeren en komt het nu aan de schrijf sters en fotograaf presenteren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 32