Het huisdier wordt mens
UITINGEN EN UITWASSEN VAN LIEFDE
ZATERDAG 6 APRIL 1991 PAGINA 26 I
Op de dierenbegraafplaats is pas goed te zien hoezeer mensen aan hun huisdier gehecht kunnen zijn.
Eeuwenlang hebben we dieren voornamelijk als
object gezien en behandeld. Sinds we (huis)dieren
zijn gaan observeren zijn we steeds meer menselijke
trekjes in hen gaan zien. Veel mensen herkennen
zelfs zoveel van zichzelf in een kat of hond, dat zij ze
ook als mensen zijn gaan behandelen. Als de baas
's avonds trek heeft in een snack, krijgt de hond ei
ook een. En als al die tussendoortjes het beestje dik
maken, krijgt hij een caloriearme maaltijd, net als
het baasje. „Doorgeschoten gedrag", menen
deskundigen.
Over dierenbegraafplaatsen, crematoria,
kattenhotels, krabpalen, light-menu's, honden in
joggingpakjes en andere uitingen en uitwassen van
onze liefde voor het huisdier.
GEEN VOwll^N STRAF
DiFMET ZACHTE HAND
JOUW DRAGEN NAAR
EEN VER EN LIEFLIJK LAND -
EN JOUW EN MIJ
BREEKT HIJ NIET UITELKAAR
DAT NOOIT MIJN SCHAT JE-
IK ZAL DICHTER
BIJ JE ZIJN DAN A'
24-10-'84
JOUW LUCY
Een poes, opgebaard in de rouwkamer van de dierenbegraafplaats. Opdat een ieder die haar heeft liefgehad, afscheid kan nemen.
FOTO'S: MILAN KONVALINKA
DEN HAAG/WAGENINGEN -
Zelfs de Dierenbescherming vond
het een beetje gênant: honderden
mensen die bezorgd bellen over de
met olie besmeurde aalscholvers in
de Perzische Golf. Natuurlijk is het
vreselijk om onschuldige vogels te
zien creperen, maar in hetzelfde
oorlogsgeweld zijn ook honderd
duizend mensen omgekomen en
zijn ontelbare mensen verminkt of
verwond.
De Dierenbescherming heeft het er niet
gemakkelijk mee. Juist nu de organisatie
zich niet langer laat leiden door emoties,
maar door kennis en ervaring, gaan Ne
derlanders gevoeliger om met dieren dan
ooit tevoren. Met huisdieren wel te ver
staan. En dieren die we in de directe
omgeving van het huis zien. Geen kalve
ren of biggen, want die zie je niet als ze
samengepakt in een vrachtwagen op weg
zijn naar het slachthuis. Nee, de bezorg
de telefoontjes die bij de Dierenbescher
ming binnenkomen gaan steeds vaker
over beelden die mensen gezien hebben
van 'zielige dieren'.
Zoals het schaap in de wei bij twee gra
den vorst. „Tja, daar hebben die dieren
dus een vacht voor", verzucht Peter
Vingerling van de Dierenbescherming.
„Je kunt zelfs vraagtekens zetten bij
wintervoedering als je uitgaat van het
gegeven dat de sterksten in de natuur
overleven". Volgens Vingerling komen
veruit de meeste bezorgde telefoontjes
van mensen uit de grote steden. „Als je
op het platteland bent opgegroeid kijk je
heel anders tegen de natuur aan dan ste
delingen, die dieren zijn gaan idealise
ren".
Het is nog niet zo lang geleden dat de
Dierenbescherming zichzelf als 'een ste
deling' gedroeg. In haar 127 jarig bestaan
heeft de organisatie zich zeker zo'n 117
jaar laten leiden door emoties. Tien jaar
geleden nog kreeg de eerste deskundige
binnen de organisatie, een dierenarts,
een fikse uitbrander toen zij terugkeerde
van 'verderfelijke varkensrennen' en
rapporteerde dat deze varkens het véél
beter hebben dan hun soortgenoten die
worden vetgemest voor consumptie.
„Nog steeds werken we vanuit een zeke
re emotionele beleving, maar we probe
ren voortaan op zakelijke argumenten
gelijk te krijgen. We zijn steeds meer
gaan professionaliseren", wijst Vinger
ling op de keur van deskundigen in het
hoofdkantoor van de Dierenbescher
ming in Den Haag.
Zonnebank
Maar tegenover de groeiende deskundig
heid bij de Dierenbescherming staat een
toenemende onwetendheid en 'vermen
selijking' van dieren bij de burgerij. In
Enschede floreert Beparode, het Hilton
voor katten. Van heinde en verre komen
mensen om hier hun poes onder te bren
gen gedurende de vakantie. Directrice P.
Baake vindt het allemaal heel gewoon
dat zij klanten heeft tot in Duitsland en
Scandinavië. „Voor jezelf zoek je toch
ook een mooi vakantieverblijf uit?
Waarom zelf verwend op vakantie gaan
en je poes ergens dumpen? Natuurlijk, er
zijn ook pensions. Maar veel pensions
worden gecombineerd met een asiel en
onze klanten willen nu eenmaal niet dat
hun poes als betalende pensiongast naast
een zwerfdier wordt geplaatst dat mis
schien wel onder de schurft zit!".
Eigenlijk vindt Baake het al ongepermit
teerd dat poezen een ander merk voer
krijgen voorgezet dan ze thuis gewend
zijn. „Hoe zou u het vinden dat uw poes
aan de diarree raakt omdat ze Felix te
eten krijgt in plaats van Miauw?". Geen
standaard hap dus bij Beparode, maar
28 verschillende soorten blikvoer met
elke dag kipfilet, gekookte vis en runder-
hart. De maaltijd wordt genuttigd in een
hok van één bij anderhalve meter, de
slaapkamer. Spelen doen de hotelgasten
in de poezenkamer, die is voorzien van
klimtoestellen, speelkussens, een krab
paal, muziekinstallatie, televisie (Sesam
straat blijkt favoriet) en een zonnebank
(„Dat vinden ze heerlijk. Thuis ligt een
poes toch ook lekker in het venster in de
zon?). Geen van deze faciliteiten vindt
Baake overdreven. Want de klant is ko
ning. „En mijn klanten zijn hele fijne
dierenvrienden. Ze beschouwen hun kat
als huisgenoot waarvoor ze verantwoor
delijk zijn".
En als de huisgenoot dood gaat, geven ze
hem een mooie crematie of begrafenis
op een echte dierenbegraafplaats, waar
van Nederland er inmiddels een tiental
telt. Omdat begraven vele malen duur
der is (vanaf 300 gulden zonder steen tot
duizenden guldens met dure steen) laten
de meeste mensen hun huisdieren cre
meren (40 tot 135 gulden). Honden en
katten, maar ook vogeltjes, konijnen,
schildpadden en slangen. Geld speelt
nauwelijks een rol, weet het echtpaar
Hazenbroek van dierenbegraafplaats en
crematorium te Rotterdam.
Drama's
Het echtpaar heeft bij de teraardebestel
ling van huisdieren zo ongeveer alle dra
ma's gezien die je je bij de begrafenis
van een mens kunt voorstellen. Van vol
ledig aangeslagen nabestaanden die hun
parkiet individueel laten cremeren (het
gros van de mensen kiest voor een geza
menlijke crematie die goedkoper is om
dat de oven dan maar één keer hoeft te
branden) tot panische en gillende men
sen die geen afstand kunnen doen van
hun hond, een steen aanschaffen van
3500 gulden om vervolgens nooit meer
naar het graf te komen. „Maar dat zijn
gelukkig uitzonderingen. De meeste
mensen doen vrij normaal. Wat wel op
vallend is, is dat het hier drukker is met
bezoekers dan op een mensen begraaf
plaats. Sommige mensen zeggen dat hun
dier meer voor ze betekent dan hun ei
gen kinderen. Hoe kan dat nu? Als je ne
gen maanden een kind hebt gedragen in
je buik?".
Cesar is al 21 jaar dood, maar de bloe
men op zijn graf zijn vers. De bazin be
zoekt het graf tweemaal in de week.
Evenals dat van haar poes en twee vo
gels die naast en tegenover Cesar liggen.
Behalve geld, kost de verzorging van de
graven veel tijd en moeite. Zeker als je
op dertig kilometer afstand van de be
graafplaats woont. „Mijn man en ik wil
len zelf gecremeerd worden. Maar niet
onze dieren. Dan zouden we niets meer
hebben om naar terug te keren", zegt de
vrouw. Zij heeft geen kinderen, maar be
schouwt haar dieren als haar kinderen.
„Ik stel dieren niet gelijk aan de mens,
maar stel ze erboven. Waarom? Das mir
der Hund das liebste sei sagst du oh
Mensch sei Sunde, der Hund bietet mir
in Sturmen treu, der Mensch nicht mal
im Winde". Ze glimlacht en raapt wat
blaadjes van de graven van de vogels.
„Die letters wil ik eigenlijk in brons op
gezet, zoals op de steen van Cesar".
VlSSEKOP
In een fraaie boerderij, aan de rand van
Wageningen, woont professor Bouw. Hij
is verbonden aan de faculteit Dierge
neeskunde van de Rijksuniversiteit
Utrecht en begeleidt op dit moment een
onderzoek naar de relatie mens en dier.
Zijn kennis over het dier beperkt zich
niet tot de wijsheid uit boeken. Bouw
leeft temidden van honden, katten, ko
nijnen, vogels en paarden. In de muur
tussen de paardestal en zijn werkkamer
heeft hij een raam gemaakt, zodat hij
zijn volbloed Arabier altijd kan bewon
deren.
,,'s Avonds zet ik het raam open en
steekt hij zijn hoofd naar binnen. Dan
hoort ie er gewoon helemaal bij". Op de
grond ligt een grote runderhuid en ook
de fauteuilles zijn van leer. En vanavond
eet hij gewoon een lekker stukje vlees.
„Zo zit de natuur in elkaar. Een dier eet
een plant op, dieren eten dieren en men
sen weer dieren. De één leeft van de an
der. Zo zit het in mekaar. Wij eten dus
vlees, wij doen daar aan mee. Die koei
en hebben ook allerlei mooie plantjes
opgegeten". En toch is ook Bouw gevoe
liger geworden voor het lot van het dier.
Verrijking
„Toen wij student waren, was het dier
nog object van handelen: je leerde er
door opereren. Wij vonden het heel nor
maal en interessant om het eerste jaar in
een vissekop te snijden. Toen ik docent
was, kwamen de eerste studenten die
weigerden in dieren te snijden. Niet zeu
ren, zeiden wij, dan ga je maar geschie
denis studeren. Wij dachten dat het wel
zou overgaan, maar er kwamen steeds
meer studenten die zich bezonnen op
het gebruik van dieren. Wij willen geen
dierenarts worden ten kóste van dieren,
zeiden ze, en na zoveel jaren hebben we
ze gelijk gegeven. Het docentenkorps
heeft zijn mening bijgesteld, heeft meer
respect voor dieren gekregen. Proefdie
ren zijn heel belangrijk voor medische
ontwikkelingen, maar je moet ze niet op
offeren wanneer dat onnodig is".
Op de Rotterdamse dierenbegraafplaats
liggen konijntjes begraven van een stu
dent diergeneeskunde. Het (huis)dier is
niet langer een object. Een verrijking, ge
boren uit armoede. Bouw: „In deze sa
menleving van individualisering en ver
eenzaming neemt de behoefte aan com
municatie sterk toe. Voor het opzoeken
van andere mensen bestaat een zekere
schaamte, een drempel. Een dier aan
schaffen is natuurlijk veel gemakkelijker.
Een hond bijvoorbeeld, die klaagt niet
en biedt gezelschap. Hij is blij als je
thuis komt, en niet alleen omdat ie eten
en naar buiten wil. Een hond vindt het
ook leuk om jou weer te zien. Hij
springt tegen je aan en likt je gezicht als
ie de kans krijgt: gebaren van genegen
heid die aangeven dat een dier om je
geeft. En dat heeft grote betekenis voor
mensen".
Door dieren in huis te halen zijn we ze
steeds meer in hen gaan zien. Eerst hun
schoonheid en nu hun gedrag. „Zoals die
kat bijvoorbeeld die met zijn hautaine
kop uit mijn paardestal komt, met vuile
poten over mijn papieren loopt, in het
venster gaat liggen en zich geen bliksem
aantrekt van de wereld om zich heen.
Dat intrigeert. Daar hebben we oog voor
gekregen. We zijn gaan zien dat huisdie
ren levende wezens zijn met een eigen
identiteit en praten erover. We zien de
intrinsieke waarde van dieren en hebben
respect voor ze gekregen. Omdat we
onze huisdieren beter zijn gaan leren
kennen, hebben ze meer inhoud en bete
kenis gekregen en is de gebondenheid
met het dier gegroeid. Dat is een verrij
king".
V ermenselijking
Bij een steeds grotere groep mensen
blijft het niet bij het observeren van hun
kat of hond. De schoonheid van dieren
wordt al jaren aangegrepen om handel te
drijven en te wedijveren op tentoonstel
lingen tot meerdere eer en glorie van de
mens. Na de schoonheid heeft de mens
ontdekt hoe boeiend het gedrag van die
ren is. Steeds vaker wordt het gedrag
van Felix of Fikkie benoemd met men
selijke eigenschappen. Bouw: „Een hond
wordt bijvoorbeeld vriendelijk genoemd.
vermenselijkt als het ware. En dat is heel
verklaarbaar. Een hond biedt gezelschap.
Omdat hij van nature in roedels leeft,
die een sterke hiërarchie kennen, heeft
hij de bereidheid om zich te onderwer
pen in tegenstelling tot een kat die alleen
op jacht gaat en onafhankelijker en
egoïstischer is. Honden kunnen en wil
len samenleven, hebben de bereidheid
om te gehoorzamen. Dus je kunt die
hond ook kunstjes leren. Maar hoe ver
ga je daarin? Mensen willen honden
dwingen in een model dat zij voor ogen
hebben. Maar je moet van een dier geen
mens maken. Je moet een dier dier laten
zijn. Voor zover dat mogelijk is althans.
Niet laten plassen dus in huis en niet
bijten, maar dan houdt het ook wel op".
Geen kleurige shampoo's, krabpalen,
met bont gevoerde hondehokken en luxe
verpakt honden- en kattenvoer voor
Bouw. „Wij voeren hier zeugenbrok,
varkensvoer dus. Dat hoef je niet te zeg
gen tegen hondenmensen, maar als je
het voer analyseert bevat het exact de
zelfde voedingswaarde als de blikken in
de winkel. Er zitten alleen geen kleur- of
geurstoffen in en het is drie maal zo
goedkoop".
De commercie springt handig in op de
menselijke gevoelens voor dieren. In de
winkel zijn reeds joggingpakjes te koop
voor honden en caloriearme maaltijden
voor huisdieren die op dieet moeten
omdat ze door het baasje zijn vetgemest.
Vingerling: „Je moetje afvragen hoe een
hondje met een strikje zich voelt als hij
op de bank wordt volgepropt met koek
jes. En de trap op gedragen moet worden
omdat ie de treden zelf niet meer kan
nemen. Persoonlijk vind ik dat dieren
kwelling. Het is vaak onbedoeld. Pure
onwetendheid. Het enige wat we kunnen
doen om de verdere vermenselijking van
het huisdier te stoppen, is denk ik meer
voorlichting geven. Mensen moeten op
houden eigen ideeën en belevingen op
het dier toe te passen. Als jij 's avonds
trek hebt in een snackie, en je vraagt aan
Blackie of ie ook zin heeft in een snac
kie, gegarandeerd dat ie dan hijgend en
springend gebaart dat ie dat wel lust.
Maar daar geef je toch niet aan toe! Een
hond is geen mens. Een hond heeft pijn
en stress op z'n honds en niet op z'n
mens"'.
MONIQUE VAN DE VEN
CcidócSouAOiit'