Muiden zal nooit meer worden zoals het was Ganzenhoeders tegen wil en dank Vuilstort dreigt voor vele tonnen oud papiei BINNENLAND Muiden moet er nog duidelijk aan wennen. De sluiting van de kruitfabriek is voor het stadje zo iets als een amputatie. Vrijwel niemand kan geloven dat het be drijf dat drie eeuwen lang hun grootste werkverschaffer is ge weest, nu zomaar failliet is. „Mui den en de fabriek horen bij el kaar", zo laten de ouderen op straat nog wat confuus weten. De 232 werknemers die na maanden van onzekerheid nu thuis duimen draaien, voelen zich zelfs 'bela zerd'. Maar speculanten en beleg gers loeren verlekkerd naar het weidse grondgebied van het kruitbedrijf Muiden Chemie en buurtbewoners constateren verge noegd dat hun huis, na de slui ting van de fabriek, veel meer waard is geworden. Een kijkje in Muiden, waar „het nooit meer zal worden, zoals het was". „WE ZIJN BELAZERD, ZO VOELEN WE HET ALLEMAAL" CeidócSootont De ingang van de kruitfabriek Muiden Chemie. MUIDEN Muiden Che mie is hetzelfde onneem bare fort als weleer. De bewaking is streng. En met reden. Her en der op het terrein ligt 1200 ton ontplofbaar materiaal op geslagen. Maar sinds het faillissement twee weken geleden is uitgesproken, ligt de 288 jaar oude kruit fabriek er verlaten bij. Des te drukker is het ach ter de ramen van de Mui- dense arbeiderswoningen. „We hadden helemaal niet werkloos hoeven worden", luidt daar de al gemene opinie. „De over heid en vooral de aan deelhouders hebben een raar spelletje met ons ge speeld". De 232 personeelsleden van Muiden Chemie, van wie er circa 60 in Ouderkerk en het Friese Kollum werken, heb ben tumultueuze tijden be leefd. De weinig florissante si tuatie van het bedrijf is nie mand ontgaan Er zijn te grote voorraden („Zeker ter waarde van 80 tot 90 miljoen, want ook de magazijnen van defen sie en in Duitsland liggen propvol" en er is een maxi mum aan bankschuld De pro- duktie keldert van 350 ton per maand naar 90 ton. Dan valt de Muur. De ontspanning tus sen Oost en West zorgt voor nog minder opdrachten en, als klap op de vuurpijl, worden de Nato-orders (goed voor 50 ton productie per jaar) terugge draaid. De vakbonden komen met een overlevingsplan om tenminste 140 man aan het werk te hou den. Voorwaarde is dan wel dat de overheid munitie-or ders blijft plaatsen. De bank moet een deel van de bedrijfs schuld kwijtschelden en de aandeelhouders van Muiden Chemie, de Koninklijke Ne derlandse Springstoffen Fa brieken (KNSF) en het Duitse concern Dynamit Nobel, moeten met acht miljoen gul den over de brug komen. Alle betrokkenen weigeren echter. Het stadje Muiden, dat amper drieduizend inwoners telt, komt met een schok tot de ontdekking dat één van de be langrijkste pijlers van haar sa menleving wordt weggeslagen. Wat gebeurt er bij voorbeeld met de plaatselijke voetbalclub die bij gratie van de fabriek bestaat? Wat gebeurt er met de tientallen woningen aan het Kruitpad, de Vechtkade en de Weesperstraat, die allemaal ei gendom zijn van Muiden Che mie? Wat vreemd stil en rustig zal in Muiden worden wan neer er voor het eerst na 288 jaar geen kruit meer wordt verwerkt en er geen vracht wagens meer af en aan zullen rijden. Voorman Klaas de Gooyer (58) was voorman van de rauwe krui- tafdeling en zou dit jaar zijn 40-jarig jubileum op de fabriek hebben gevierd. „Eerst werkte ik op de boterfabriek in Weesp. Toen het daar niet zo goed ging, ben ik via mijn va der, die hier nachtwacht was, in de fabriek terecht gekomen. Ik heb er nooit spijt van ge had. Het was mooi, rustig Luchtfoto van een deel van de kruitfabriek na een ontploffing in 1983. Een werknemer verloor daarbij het leven. foto: anp werk. Wel een beetje smerig, want ik heb jaren in het zwar te kruit gewerkt. Maar daar wen je aan. En onderling had je als personeel een heel goede band. Eigenlijk waren we alle maal vrienden van elkaar". Het Muidense kruit heeft niet alleen in oorlogen slachtoffers gemaakt. De fabriek staat alom bekend als gevaarlijk be drijf. Niet voor niets heet de dichtstbijzijnde woonbuurt in de volksmond 'Klapwijk'. Ze ker zeven keer is de boel in de lucht gevlogen. De 49-jarige Henk Nauta uit Muiden (tot het faillissement werkzaam als brandweerman bij Muiden Chemie) kent de verhalen uit overlevering. De ontploffing in 1947 heeft op Nauta de meeste indruk gemaakt. „Er ging iets mis met een mili tair transport Veel mensen, waaronder drie van mijn ooms, zijn toen de lucht inge gaan. Een oom heeft nog een paar dagen geleefd omdat hij, verbrand en al, in een bak met water is gesprongen. Maar tot zijn dood heeft hij het hele zie kenhuis van de pijn bij elkaar geschreeuwd". Risico Toch beweren Nauta en De Gooyer dat ze nooit bang zijn geweest dat hen hetzelfde lot zal zijn beschoren. „Je schat voor jezelf het risico in. Je weet wat kan en niet kan. In elk bedrijf kan trouwens iets gebeuren. Ook in de bouw kun je een heipaal op je kop krij gen. Daar moetje maar niet bij stilstaan, anders kun je niets in het leven ondernemen". Dat neemt niet weg dat de werknemers in vroeger jaren gevarengeld kregen (vijf tot vijftien gulden per week en in het zwarte kruit dertien cent per uur méér) en er werden strikte veilingheidsnormen ge hanteerd. De Gooyer: „Roken was overal taboe. Vandaar dat er veel mannen tabak pruim den. Op de afdeling van het zwarte kruit lagen dikke kle den op de vloer en moest je sloffen dragen, om het over springen van vonken te voor komen. Dat liep niet zo ge makkelijk. Ik ben tenminste regelmatig met een vaatje kruit in mijn armen de trap afgerold. „Maar als ze in de gaten kre gen dat je die sloffen niet aan had, dan was je nog niet jarig. Ik heb wel meegemaakt dat mensen daarvoor de laan uit gingen of naar het chemische bedrijf in Ouderkerk werden gestuurd. Dat gold bij ons als een soort strafkamp. Iedereen kende ook het motto: Wie niet voorzichtig gaat te werk, wordt gestuurd naar Oude- kerk". De directie van de kruitfa briek hield er destijds nog an dere normen op na. Zo moest iedere werknemer practise- rend gereformeerd of her vormd zijn. („Wie katholiek of, nog erger, niets was, moest maar op de Muidense Bouvy zoutfabriek gaan werken".) Op iedere afdeling lagen dan ook dikke statenbijbels voor de rustige uren en politieke be trouwbaarheid was eveneens vereist. Nauta: „Voordat je op de fa briek kon komen, werd je hele doopceel gelicht. Dat gold ze ker voor mensen die van el ders kwamen. Mijn schoonva der kwam bijvoorbeeld uit Friesland en dan werd de BVD ingeschakeld om te kij ken of hij geen communist was of zo. Ze kwamen ook wel thuis kijken. Zagen ze dan er gens een blad als 'De Waar heid' liggen, dan kon je het wel schudden. Diverse mensen zijn zo op staande voet ontsla gen". Plezierig werken De Gooyer en Nauta hebben zich nooit door deze regels ge hinderd gevoeld. „Overal is wel eens wat. Je werkte ge woon plezierig op de fabriek. Natuurlijk mpest er hard wor den aangepakt. In de ochtend ploeg begon je al om vier uur 's morgens. Toen het afzuig systeem er nog niet was, stond je niet zelden high achter de machines, want door de stof fen die bij de kruitproduktie vrijkwamen, aceton, ether en alcohol, werd je zonder een druppel te drinken binnen de kortste keren hartstikke dron ken. Vooral met mistig weer, als de dampen zo lekker ble ven hangen, was dat erg. Dan liep je in alle vroegte met een paar dekstels achter elkaar aan of je liep elkaar wat heng sten uit te delen. Dat hoorde er allemaal zo bij". In 1972 kwamen er verande ringen. De Koninklijke Neder landse Springstoffen Fabrie ken (KNSF) ging in zee met het Duitse concern Dynamit Nobel. De naam van de kruit fabriek veranderde in 'Muiden Chemie' en de sfeer verander de allengs mee. Zowel directie als personeel werden gecon fronteerd met steeds terugke rende geldproblemen. Zo ont hult oud-directeur W. de Vries vorige week in de Gooi- en Eemlander dat Muiden Che mie vanaf de oprichting voort durend bij de gratie van bank garantie bijeen werd gehou den. Geen blaam Nauta en de Gooyer: „Direc teur De Vries, die in april 1990 met pensioen is gegaan, treft geen enkele blaam. Dat willen we vooral eens gezegd hebben. Die man heeft 37 jaar als een leeuw voor ons bedrijf gevoch ten. Hij heeft de fabriek diver se keren uit de nesten gehaald en voor ons, als personeel, was hij steeds een rots in de bran ding. Maar achteraf blijkt dat het bedrijf door de aandeel houders willens en wetens de nekslag is gegeven". „We zijn gewoon belazerd. Dat gevoel hebben we allemaal. Ook de overheid heeft een raar spelletje gespeeld. Het is natuurlijk mooi dat er ont spanning is in Oost en West. Van ons hoeft geen enkel land te vechten. Maar als we in Nato-verband afsprel legers in stand worde,J den, dan moet er ooi geoefend. Daarvoor nodig, want ze sch eenmaal niet n boog. Met een klein b de wil had ons bedrijU jaren kunnen doo Maar in plaats daar r onze defensie nu met landen in zee. Dat nojn een politiek spelletje' De motieven van de houders om Muiden failliet te laten gaan, personeel inmiddels: Nobel stak liever geldir se activiteiten en K haar kans schoon om dige duit te verdient de gronden van Muic mie, een lokkertje voi3: grage beleggers, op 70 a 80 miljoen gul wijl de KNSF in 11 voor 18 miljoen gul aandelen in Muiden had. Ondertussen wordt van de sluiting van d< briek door het person zaam verwerkt. De „De jongeren komen aan de slag. Maar ou<"a ik vallen nu terug op ale uitkering. Dat is gelag. Je hebt je he,'] hard voor een bedrijf l{ en nu sta je dan int lege handen". Nauta Zk] zelfde schuitje: „Eigen niemand in Muiden hij aan toe is. Veel j van de fabriek wone huis van KNSF. De v{ gen draaiden op het waar onze jongenSp moeten voetballen, is maar de vraag". HELMA VAN BOEREN KUNNEN SCHADELIJKE VOGELS WEL SCHIETEN WORKUM Elk jaar in okto ber, wanneer de kieviten, grut to's en zwaluwen naar het warme zuiden zijn vertrokken, is het weer zover. In Siberië bereiden twee miljoen kolgan- zen. rietganzen, brandganzen en talrijke andere soortgenoten zich voor op een invasie van Midden-Europa. Na een trek tocht van maar liefst 4500 kilo meter verschijnen de vogels in brede V-vorm in de lucht. De nacht brengen ze door op vaste pleisterplaatsen, veelal drassige natuurterreinen van Staatsbosbeheer en It Fryske Gea. Vanuit die pleisterplaat sen zwermen de ganzen elke ochtend naar de omringende weilanden om te fourageren. Het neemt onderhand de vorm aan van een ordinaire sprink hanenplaag, zo klagen de boe ren die de ganzen op bezoek krijgen. „Elk jaar komen er meer. Met een beetje pech veranderen de vogels in een uur tijd een per ceel grasland in een complete modderpoel", zegt Eise Ter- luin. zoon van een veehouder uit It Heidenskip bij Workum. Het boerenbedrijf van de fami lie Terluin ligt op een steen worp afstand van de Fluessen, een meer in de Zuidwesthoek van Friesland Tot april telt deze streek tienduizenden overwinterende ganzen. „In 'net voorjaar hebben we het meeste last van de vogels. Het is gewoon verschrikkelijk wat ze vernielen. Soms moet ik mijn koeien langer op stal hou den omdat de ganzen alle gras hebben weggegraasd. O wee, als er een nat voorjaar komt. Dan moeten we hele stukken land opnieuw ploegen en in zaaien. De grondstructuur trappen ze kapot met hun po ten. Per dag schijt een gans een halve kilo uitwerpselen. Die beesten zorgen voor een nieuw mestprobleem". In het relaas van de jonge boer klinkt wanhoop en moedeloosheid door. De Terluins draaien dui men voor een ouderwets stren ge winter Want hoe dieper het kwik onder nul zakt, hoe min der schade de ganzesnavels aanrichten op het land. Sprankelend plan Het ministerie van landbouw, natuurbeheer en visserij pre senteerde twee maanden gele den een sprankelend plan voor het nationale ganzenbeleid in de komende tien jaar. De Tweede Kamer bespreekt eind van deze maand de voorstellen van Gabor. „Bescherming van Eise Terluin (26), boerenzoon uit Workum, laat de lokganzen zien bij het jachthutje op het land van zijn vader. „Met een beetje pech moeten we onze koeien langer op stal houden, omdat de ganzen het gras hebben opgevreten". foto: pers unie de gans staat voorop, maar de minister heeft ook oog voor de landbouw en de jacht", bena drukte R. van Oostenbrugge, beleidsmedewerker van de di rectie natuurbeheer van het ministerie, onlangs. De over heid wil de soorten die het meest kwetsbaar zijn rot gans, brandgans en kleine riet gans speciale rustgebieden aanbieden. Zulke terreinen moeten worden ontwikkeld in bestaande natuurgebieden èn op landbouwgronden. Agra riërs en jagers moeten op een „vriendelijke manier" de gan zen verjagen naar dergelijke gedoogpercelen. Voor Van Oostenbrugge staat één ding als een paal boven water: „Boeren moeten leren leven met ganzen op hun land". Het Centrum Landbouw en Milieu (CLM) onderzoekt op dit moment hoe ganzenbe heer en landbouw zonder al te veel strubbelingen gecombi neerd kunnen worden. In de Kollummerwaard (langs de Friese Waddenkust) is een pro ject gestart dat ganzenschade aan akkerbouwgronden onder de loep neemt. Dit jaar begint het CLM waarschijnlijk in de Zuidwesthoek in Friesland een onderzoek naar ganzen die op grasland fourageren. CLM-on- derzoeker A. van Paassen heeft hoge verwachtingen: „Succesvol lijken verjagings- draden die dwars over de wei landen worden gespannen. Misschien moeten we extra kunstmest gebruiken op perce len die druk door ganzen wor den bezocht. Waarschijnlijk gaan we in Friesland experi menteren met het lokken van ganzen naar gedooggebieden. Wil zo'n gedoogzone in Fries land enig effect hebben, dan moet het een oppervlakte heb ben van ten minste 750 hecta re". „Maar je kunt de ganzen toch niet dwingen in een aangewe zen gebied rond te struinen?", reageert melkveehouder H. de Jong uit Warns. „Verjagen naar zulke rustgebieden heeft geen zin. Dan strijken de vo gels neer op het land van mijn buurman. Je verplaatst slechts de problemen". Simon de Wit te, regionale ABTB-voorzitter in de Zuidwesthoek, vraagt zich af: „Welke boer wil zijn land opofferen? Het ministerie moet allereerst met meer geld over de brug komen. Anders is het niet aantrekkelijk om scha pen weg te doen in ruil voor ganzen". Vorig jaar keerde het ministerie van landbouw voor 2 miljoen gulden aan schadebe dragen uit aan agrariërs die door ganzenoverlast waren ge dupeerd. De helft van dat be drag ging naar Friesland. Boe ren vinden de huidige vergoe dingen aan de lage kant. Er zou minstens 2000 gulden per hectare tegenover de vernie lingen noeten staan. Knalvuurwerk „Je kunt de hond erop af stu ren, je kunt een verjaagkanon afschieten of knalvuurwerk af steken: niets helpt. De ganzen raken overal aan gewend", vertelt Eise Terluin. „Soms fiets ik wel tien keer per dag het land in om de ganzen te verjagen. Je zou haast een knecht ervoor in dienst ne men". Evenals het gros van zijn collega's heeft de veehou der zijn hoop gevestigd op de jager. Vrijwel elke ochtend weergalmen rond de hoeve van de Terluins de droge scho ten van een dubbelloops jacht geweer. Vanuit een hutje in een sloot vuurt een jager op laag overvliegende ganzen. Met plastic ganzen probeert hij de levende soortgenoten in zijn richting te lokken. „Met suc ces", meldt Eise. „Met hagel en jachtgeweer worden massale groepen ganzen uit elkaar ge jaagd. De beesten schrikken wanneer ze hun broertje of zusje uit de lucht zien vallen. Het scheelt enorm in de scha de, want kleinere koppels zor gen voor minder vernielin gen". Tot spijt van de boeren is de ganzenjacht gebonden aan strenge regels. Er mag slechts worden gejaagd op kolganzen, rietganzen en grauwe ganzen van 1 september tot 31 januari, en dan alleen tot tien uur 's ochtends. Ook op zon- en feest dagen mag er niet worden ge knald. Ten slotte verbiedt de regeling het gebruik van le vende lokganzen. „De slui tingsdatum van 31 januari moet met drie maanden wor den verlengd", vindt boeren zoon Eise Terluin. Voor vogelbeschermers is ver soepeling van de ganzenjacht onbespreekbaar. Zij zijn doods benauwd dat de afschot van ganzen uitmondt in plezier jacht Wat vinden de jagers zelf van de huidige jachtregeling op ganzen? „We zijn prima te vreden", laten enkelen weten. Jaarlijks vallen naar schatting 40.000 ganzen ten prooi aan het jachtgeweer. In Friesland ligt het afschot op circa 15.000 stuks. Met verontwaardiging hebben de vaderlandse jagers kennis genomen van het fi nanciële plaatje bij het toekom stige ganzenbeleid. Staatssecre taris Gabor stelt voor de prijs van de jachtakte met ƒ25,- te verhogen. Dat bedrag, voor de totale jagers 750.000,- wordt dan rechtstreeks doorgesluisd naar het Jachtfonds. „Wij heb ben part noch deel aan de toe name van de ganzenschade, toch moeten we opdraaien voor de kosten", aldus de ja gers. WIM EIKELBOOM Pakhuizen en schuren puilen uit van het oud papier. Door de papierstroom uit het buitenla den de Nederlandse handelaren gedwongen negatieve prijzen te hanteren. i „LANDELIJKE OVERHEID MOET INGRIJPEN DEN HAAG Voor het eerst in de geschiedenis is de waarde van papierafval onder nul ge zakt. Inzamelaars moeten niet gek opkijken wanneer hen binnenkort wordt gevraagd geld mee te brengen bij het in leveren van oud papier bij ver werkende bedrijven. „We kun nen absoluut niet anders", meldt secretaris J.P. Aalbers van de Vereniging van Groot handelaars in Papierafvallen. Het innemen van oud papier wordt volgens hem meer en meer dienstverlening. „De groothandelaren maken kosten en kunnen zelfs dat geld niet meer verdienen bij hun klan ten, de papierfabrieken. Daar geeft men de voorkeur aan pa pierafval uit Amerika en Duitsland, waar de overheden het zwaar gesubsidieerd naar het buitenland laten brengen om maar van de troep af te zijn". „Heel begrijpelijk", vindt Aal bers, „want dat is altijd nog goedkoper dan het papierover schot dumpen op de een of an dere vuilstortplaats of het in een verbrandingsoven gooien. Om over de gevolgen hiervan voor het milieu nog maar te zwijgen. En de industrie in Ne derland vindt het best. Ze krij gen hun grondstof extreem goedkoop en in toenemende mate zelfs gratis thuisbezorgd. Vanzelfsprekend dat de pa pierfabrieken tegenover onze groothandelaren de boot af houden". „Kortom, we worden gedwon gen om negatieve prijzen voor oud papier te gaan hanteren. Want zelfs wanneer we nul cent aanhouden, kan het lang niet uit. Veel papierhandelaren kost het nu al geld om hun voorraad kwijt te raken. Zou den we desondanks op een adviesprijs van nul cent blijven zitten, dan is de hele bedrijfs tak binnen de kortste keren gehalveerd. En zo lang de pa pierstroom uit het buitenland op gang blijft zie ik de situatie niet verbeteren. Hier wreekt zich het feit dat er nog steeds geen Europese milieu-afspra ken zijn gemaakt. In Duitsland en Amerika bijvoorbeeld is het al enige tijd verboden om oud papier met de vuilnisman mee te geven. Dat veroorzaakt in die landen gigantisch schotten, die dan maar grens worden gezet. Ni kost dat ook geld, maai lijk heeft men er c over. En ondertussen i met de gebakken pere schuren en pakhuizen uit". Hét is echt de hoe voor centrale maatrege delijke afspraken, me gezamenlijke papierl ren Aalbers: „Met de g prijzen, die veel gemee Nederland momenteel ren om het oude papie vuilniswagen te houd men we er niet. Wij b straks namelijk te rek( min twee cent. Die zullen onze leden meer op de gegarandee pierprijs in mindering gen. Gemeenten zoud hun inzamelsubsidies verhogen, maar daarin sen we het probleem De landelijke overheid actie komen. Want er 1 tuurlijk geen inzamela over wanneer je geld m brengen. Daarvoor 1 geen helderziende te zi GERARD BERE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 6