finale Het ABC van de massale dood ATOMAIRE, BIOLOGISCHE EN CHEMISCHE WAPENS Schokgolf R Ccidóc Sotvtcuit" ZATERDAG 12 JANUARI 1991 Onder de invloed van internationale militaire spanning in het Golfgebied staat ABC-bewapening (atomair, biologisch en chemisch) weer volop in de belangstelling. De internationale troepenmacht, onder leiding van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië, houdt terdege rekening met de inzet van vooral biologische en chemische wapens. Mocht het 'conflict' escaleren, dan is zelfs de inzet van atoomwapens volgens sommige pessimistische scenario's niet ondenkbaar. ABC kan voor iedereen het alfabet van de dood worden. De toepassing van één van de wapens kan in zeer korte tijd tienduizenden, honderdduizenden slachtoffers maken. ien algemene nucleaire oorlog, net gebruik van alle beschikbare ;ernbommen, zou een enorme ver woesting teweegbrengen. Steeds neer wordt ingezien dat zo'n holo- aust-scenario niet beperkt zal blij- 'en tot de betrokken oorlogvoeren- e naties, maar de hele wereld kan edreigen. laarbij wordt, behalve aan de miljoenen oden die direct zullen vallen en de mil- Dencn die op termijn zullen sterven, ooral gedacht aan de nucleaire winter, lij dit fenomeen wordt door de enorme lof- en rookontwikkeling de atmosfeer odamg van het zonlicht afgeschermd, at overal en bijzonder snel een belang- jke temperatuurdaling plaatsvindt, emperaturen van -40 graden Celsius in nze streken en -10 graden aan de eve- aar zijn reële schattingen. Berekeningen ebben uitgewezen dat een herstel van et klimatologische systeem pas na een aar te verwachten is. Maar niemand (eet welke schade een dergelijke nucle- ire winter aan bijvoorbeeld de regen wouden zal aanrichten en wat de daaruit oortvloeiende problemen zullen zijn. )p 6 en 9 augustus 1945 ontploften de erste atoombommen boven Hiroshima Nagasaki. Na de Tweede Wereldoor- jg bouwden de twee supermachten, de 'S en de USSR, een nucleair arsenaal it dat in staat was elkaar wederzijds te ernietigen. Door de diverse ontwape- ingsovereenkomsten en de verbeterde ilaties tussen Oost en West is de actue- nucleaire dreiging tussen beide blok in sterk verminderd. Ion-proliferatieverdragen hebben het tntal naties dat over kernwapens be- chikt kunnen beperken. De kennis om ernbommen te producéren is intussen él algemeen verspreid, zodat een volle- ij> verbannen van het nucleaire wapen _fc\%enlijk nooit meer zal kunnen. Volgens dflkundigen is Irak bijvoorbeeld over cmjaar in staat een eigen atoombom te itrvaardigen. Om een beter idee te krijgen over de uit werking van een kernontploffing, hier een kort overzicht van de gevolgen. Er bestaat tegenwoordig een grote variatie n de vermogens van kernwapens. Zoge naamde slagveldbommen (tactische lemwapens) hebben een twintigste van Ie explosiekracht van de bom die boven lagasaki ontplofte. Aan het andere uit- inde van de schaal zijn er de interconti- lentale strategische kernwapens met een ermogen dat honderdmaal zo groot is Is dat van de bom die boven Hiroshi- na is ontploft. De belangrijke drie effec- en van een kernexplosie blijven wel leeds dezelfde. let grootste deel van de energieverde- ing van een atoombom komt vrij in de orm van een enorm krachtige schokgolf n begeleidende wind met orkaankracht. kze schokgolf kan tot kilometers van iet explosiepunt alles verpletteren. Een nenselijk lichaam wordt getroffen door Ie plotselinge overdruk, maar de meeste etsels worden veroorzaakt door de enor- ne orkaan winden die massa's hoogener- ;etische fragmenten op het menselijk li- haam terecht doen komen, iedurende een relatief korte tijd komt lok een enorme hittestraling vrij. De ijd is kort, maar de geproduceerde ener- ic is fenomenaal groot. Dit effect wordt lelangrijker naarmate het vermogen van Ie bom toeneemt. Zo heeft een niet be- chermd persoon, door de opgelopen irandwonden, slechts vijftig procent Dverlevingskansen als hij zich binnen ten afstand van vijftien kilometer van Een explosie bevindt met een kracht van ien megaton (is gelijk aan de kracht van en miljoen kilogram TNT). adioactiyiteit De radioactiviteit (straling) die vrijkomt tijdens de ontploffing is onder te verde len in initiële en residuële radioactivi- |it. De initiële radioactiviteit duurt minder pan een minuut en wordt veroorzaakt door lekken die ontstaan op het ogenblik van de ontploffing." Vooral het vrijko men van gamma- en neutronenstraling is belangrijk. Deze straling kan honder den meters tot enkele kilometers ver rei ken. Wie dicht bij de explosie de klap Overleeft kan een zo hoge straling heb ben opgelopen, dat hij of zij er na enkele lagen aan overlijdt. Dmdat de mens geen zintuigen heeft om lie radioactieve straling te registreren, de bestraling onopgemerkt. openbaart zich de stralingskater [braakneigingen, duizeligheid, gebrek tan eetlust, hoofdpijn, enzovoort). Daar volgt meestal een rustige tussenperio de van enkele dagen tot weken, waarna lc bestraalde persoon de echte stralings ziekte zal doormaken. Deze stralings ziekte is onder te verdelen in een drietal •yndromen, afhankelijk van de opgelo- *n dosis. Het eerste syndroom (na een lage tot ge dosis) wordt gekenmerkt door Bij een aanval met zenuwgas of ander modern oorlogstuig geldt: gasmaskers op, elkaar goed vasthouden en er het beste van hopen. een verstoring tot de volledige stopzet ting van het aanmaken van bloedcellen. Dit heeft tot gevolg dat het slachtoffer na enkele dagen een tekort vertoont aan witte bloedcellen, waardoor hij zeer ge voelige wordt voor infecties. Later vol gen bloedstollingsproblemen en een te kort aan rode bloedcellen. Bij het tweede syndroom (na een gemid delde tot hoge dosis) wordt ook het spijsverteringsstelsel vernietigd, zodat na een week de darmwand bloot komt te liggen. Daardoor verliest het slachtoffer veel vocht, ondervindt hij/zij zware in fectieproblemen en kan geen voedsel meer opnemen. De meeste slachtoffers sterven ha een tot twee weken. Wanneer het slachtoffer is blootgesteld aan een extreem hoge dosis worden alle cellen van ons lichaam beschadigd. Het centrale zenuwstelselsyndroom is hier van het gevolg. Hiervoor bestaat geen doeltreffende therapie en de dood volgt meestal na een tot twee dagen. Een ander effect, te wijten aan de initiële radioactiviteit, is de elektromagnetische puls (EMP). Dit fenomeen treedt vooral op bij krachtige explosie buiten de atmosfeer en kan zeer grote gebieden treffen (tot een straal van 2500 km). De EMP kan door zijn extreem hoge inten siteit belangrijke schade veroorzaken aan allerlei communicatie- en computer systemen. Wat de residuële radioactiviteit betreft zijn vooral de fall-out of de radioactieve neerslag van belang. Fall-out kan dezelf de ziektebeelden veroorzaken als het hiervoor besproken tweede syndroom, maar kan ook aanleiding geven tot in wendige straling, door het opnemen van radioactieve stof via de luchtwegen of het spijsverteringsstelsel. Zoals iedereen na het ongeval met de kerncentrale van Tsjernobyl weet, is het verwijderen van dit radioactieve stof uit de besmette om geving of uit de. besmette voedselketen bijzonder moeilijk. Zowel bij uitwendige als bij inwendige straling kunnen letsels ontstaan die zich pas vele jaren na de bestraling openbaren. Het gebruik van biologische organismen om een vijand te verzwakken of tot overgave te dwingen is zeker geen uit vinding van deze technologische eeuw. Pest Zo gaat het verhaal dat de Tataren in de veertiende eeuw al, tijdens de belegering van Kaffa, de lijken van aan pest gestor ven soldaten over de muren van de om singelde stad katapulteerden en zo onder de belegerden een epidemie veroorzaak ten. Tot nu toe is er gelukkig nog geen afdoende bewijs dat biologische wapens in een moderne oorlog zijn gebruikt. Biologische wapens kunnen de volgende ziekteverwekkers bevatten: bacteriën, vi russen, schimmels, maar ook vergiften die bijvoorbeeld door giftige slangen, vissen of schimmels worden geprodu ceerd. Om een keuze te maken uit deze moge lijkheden zal een potentiële gebruiker zich laten leiden door de besmettelijk heid, de termijn tussen het contact met de ziekteverwekker en het optreden van de ziekte, de dodelijkheid en de hoeveel heid die nodig is om de ziekte of dood te veroorzaken. Als voor een mogelijkheid is gekozen, moet het middel ook nog worden ver spreid. Als een bacterie alleen slechts werkzaam is wanneer ze via de luchtwe gen het lichaam kan aantasten, dan moet ze door de lucht worden verspreid, bij voorbeeld door de opgeloste ziektekie men te verstuiven. Maar daarmee is het doel nog niet bereikt: kiemen zijn zeer gevoelig voor temperatuurveranderin gen, zodat de invloed van felle koude of hevige warmte moet worden ondervan gen. Bovendien moeten de verstoven deeltjes terechtkomen op de plaats waar ze het beoogde resultaat hebben. Ook het doel waartegen het wapen wordt gebruikt is van belang: mens, dier of plant. Niet alleen moet worden be paald wat als doelwit wordt gekozen, te gelijk moet ook worden vastgelegd wat er mee bereikt wil worden: het doden of buiten gevecht stellen van mensen, of het ontwrichten (door het onbruikbaar maken van landbouwgewassen of veesta pel) van de economie en de sociale vrede. Als deze vragen zijn beantwoord, zal de gebruiker zich terdege moeten do cumenteren over de gemeenschap die hij wil treffen: het is immers zinloos te pro beren een mazelenepidemie te veroorza ken onder een bevolking die massaal is ingeënt. Achtergrond Na opsomming van alle moeilijkheden die bij het gebruik van biologische wa pens moeten worden overwonnen, kan de vraag rijzen of deze wijze van oorlog voeren de moeite wel loont. Het ant woord is helaas positief. In de eerste plaats moet worden gewezen op de grote verscheidenheid aan middelen die in aanmerking komen, daarnaast ook op de grote verscheidenheid van doelen. Bovendien is een snelle identificatie van een biologische verrassingsaanval op het terrein bijzonder moeilijk, zodat het dikwijls de medici zullen zijn die als eer sten een dergelijke oorlogvoering zullen herkennen. Door het gelijktijdig gebrui ken van verscheidene kiemen en door genetische manipulatie kan het vrij lang duren voor een exacte diagnose is ge steld. Tenslotte zullen de medici nog het onderscheid moeten maken tussen een natuurlijke epidemie en een biologische aanval. Vlaanderen Het gebruik van biologische wapens werd al in 1925 door het protocol van Genève verboden. In 1972 werd een stap verder gezet met een conventie die de ontwikkeling, de aanmaak en de opslag van biologische wapens verbiedt en de vernietiging van de toen bestaande voor raden oplegde. Maar helaas bieden deze conventies, net als bij chemische oorlog voering, geen veilige garantie. De 22e april 1915 was in Vlaanderen een zonnige dag, met na de middag een lichte bries vanuit het noordoosten. Om vijf uur zagen geallieerde troepen in de loopgraven van Langemark een geelgroe ne wolk naderen, afkomstig van de Duit se vijandelijke linies. De moderne che mische oorlogvoering was geboren. Sinds die dag werden chemische wapens op talloze plaatsen - over de hele we reld verspreid - ingezet. Terwijl landen als de VS en de USSR hebben afgesproken hun voorraden vrij wel geheel te zullen vernietigen, heeft de Golfoorlog tussen Irak en Iran voldoen de aangetoond dat verspreiding op het gebied van chemische oorlogsvoering moeilijk te stoppen is. Chemische wapens zijn gemakkelijk te produceren en goedkoop. We beperken ons hier tot een viertal dodelijke soor ten, waarvan de grootste dreiging uit- Blaren Yperiet (mosterdgas) werd al herhaalde lijk in oorlogen gebruikt, zeer recent nog in de oorlog tussen Irak en Iran. Het yperiet werd voor het eerst massaal als chemisch wapen gebruikt door het Duit se leger in de Eerste Wereldoorlog (de benaming 'yperiet' verwijst naar het stadje leper waar de eerste gasaanval werd uitgevoerd op 12 juli 1917). Yperiet is een kleurloze tot geelbruine, olieachtige vloeistof. Het produkt ver spreidt een geur van knoflook, mosterd, zeep of vis. De dampen van mosterdgas v zijn zwaarder dan lucht en verspreiden zich laag over de grond (de Eerste We reldoorlog was een loopgravenoorlog). Yperiet dringt makkelijk door vaste ma terie heen: hout, leder, verf en vele soor ten plastic vormen slecht korte tijd een barrière. Het produkt dringt snel door de huid, dit zowel in vloeibare toestand als in dampvorm. De vergiftiging gebeurt door contact en opname, voornamelijk via het ademha lingsstelsel (dampen) en de huid (als damp en als vloeistof). Op het ogenblik dat de symptomen zichtbaar worden, zijn de cellen al aangetast. Yperiet is een stof die zeer vlug letsels veroorzaakt die zeer lang behandeld dienen te worden. De kans op overlijden is echter beperkt (twee procent). Dit overlijden gebeurt meestal een of twee weken na overvloe dig contact met de stof. De symptomen die door yperiet worden veroorzaakt zijn zeer verscheiden. Aan tasting van de ogen is bijna altijd aanwe zig. Enkele tientallen minuten nadat ie mand met het middel in aanraking is ge weest, treden allerlei ontstekingsreacties op. Na het inademen van de dampen raken de luchtwegen ontstoken. De luchtwegen zijn hierbij zeer gevoelig voor bactenële infecties. Ook dood door verstikking is mogelijk. Het doordringen van yperiet door de huid verloopt zonder pijngevoel en is dus zeer verraderlijk. Na een aantal uren wordt de aangetaste huid rood en jeukerig (zoals bij zonnebrand). Op som mige plaatsen ontstaan blaren; op andere plaatsen verkleurt de huid donker. De blaren kunnen openscheuren en geinfec- teerd raken, de genezing verloopt traag. Na opname van het produkt in het li chaam kunnen allerlei organen en syste men worden aangetast: het spijsverte ringsstelsel, het hart, bloedvaten en de hersenen. Door aantasting van de bloed- cellenaanmaak kan het afweersysteem van het lichaam zodanig verstoord wor den dat, in combinatie met een zware aantasting van de luchtwegen, dit de voornaamste doodsoorzaak is. Zenuwstelsel De zenuwgassen of neurotoxische mid delen zijn produkten die vlak voor de Tweede Wereldoorlog werden ontdekt bij het onderzoek naar nieuwe insectici den. Ze vertonen een sterke overeen komst met een hele' reeks insecticiden zoals die worden gebruikt in bijvoor beeld de landbouw. Het zijn vluchtige vloeistoffen (Sarin, Tabun), vloeistoffen (Soman) of zeer weinig vluchtige pro dukten (VX). Zenuwgassen zijn de dodelijkste midde len uit de moderne wapenarsenalen. En kele milligrammen kunnen al dodelijk zijn. De belangrijkste toegangswegen zijn de luchtwegen. Toch kunnen ze ook makkelijk in het lichaam worden opge nomen via de huid. Zoals de naam zenuwgas al doet ver moeden, werken deze stoffen vooral op ons zenuwstelsel in. Ze zijn in staat be paalde systemen van ons zenuwstelsel te ontregelen. In een eerste fase treedt een overstimulatie op waarbij alle spieren ongecontroleerd gaan samentrekken (buikkrampen, pupilvernauwing, beven, stuipen, vernauwde luchtpijp). Bij zware vergiftiging treedt uiteindelijk totale ver lamming op, ook van het ademhalings systeem, zodat de uiteindelijke doods oorzaak verstikking is. Er bestaan doeltreffende geneesmiddelen tegen een dergelijke vergiftiging, tenmin ste als het slachtoffer vlug wordt gehol pen. De manschappen van bijna alle moderne legers beschikken over zoge naamde auto-injectoren. Deze injectie spuiten bevatten steeds atropine. Er is ook een preventieve maatregel mogelijk door driemaal per dag een tablet pyri dostigmine (een carbamaat) in te nemen. Bloed enlongen Alle bloedstoffen bevatten cyaan (-CN). Ze kunnen als gas worden gebruikt en hebben meestal een amandelgeur. Net zoals de zenuwgassen werken ze zeer vlug en kunnen snel de dood veroorza ken. Er is op dit ogenblik nog geen slui tend bewijs gevonden dat deze middelen in oorlogen zijn gebruikt. Het zijn produkten die vooral langs de luchtwegen worden opgenomen en via het bloed naar de cellen in het lichaam worden verspreid. In de cel verhinderen deze stoffen het gebruik van zuurstof als energiebron. Hersencellen zijn voor deze verstoring zeer gevoelig, zodat zeer vlug symptomen optreden en onomkeerbare schade wordt veroorzaakt, vaak met de dood als gevolg. Een laatste groep is vooral voor het ademhalingsstelsel schadelijk. Voorbeel den: chloorgas, fosgeen, difosgeen en chloropictrine. Deze groep heeft de laat ste jaren sterk aan belang ingeboet, maar de dreiging ervan blijft bestaan. Als voorbeeld kan fosgeen worden genoemd, een produkt dat in de Eerste wereldoor log het grootste aantal dodelijke slacht offers tot gevolg had. Fosgeen is gasvormig, veroorzaakt on middellijk na het inademen ervan irrita tie (tranen, hoesten, pijnlijke luchtpijp), waarna een dodelijke aantasting van de longen optreedt (acuut longoedeem). Na twee of drie dagen heeft fosgeen de ver stikkingsdood tot gevolg. W1M KUNST (Bron: EOS jan. 1991)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 37