Leidse Courant | 1991 | 5 januari 1991 | pagina 25

'finale

LJ

n

ft

2*>

ft

fc

I

L.

1 r

_J

J L

I

ft

ZATERDAG 5 JANUARI 1991 PAGINA 25

Oplossing vorige puzzel

V

A

A

E

b

V

L

A

G

A

E

1

e

1

F

1

U

A

V

L

i

N

IC

E

ft

fc

ET

L

s

E

e

V

1

L

V0

Ifc

E

L

T

R.

A

A

1 M

E

E

E

L

M

E>

b

'fe

UK

E

kJ

sl'p

L

L

1

N

T

O

1

O

L

1

E

rsl

2b

~r

E

E

A

N

H

A kl

E

F

P

A

A

c

E

Sk

l

S

m

P

O

6

Cs

H

1

Jr

e

1

u

A

O

T

E

R,

fL

i

m

ET |o

e

no

e:

f>

Ie:

I

6

X)

VJ

A

E

kC

E

nI

i|n

G

e

E nrv

E

F

iNl

De winnaars van puzzel nr. 50 zijn:

J. Lovink-Klein, Frans v. Mierisstraat
17a, 2316 AK Leiden.

P. Koek, Noordeinde 21, 2371 CM Roe-
lofarensveen.

Zij krijgen hun prijs binnen drie weken
per cheque toegestuurd

Oplossingen onder vermelding van
puzzel nr. 1 moeten uiterlijk woens
dagmiddag in bezit zijn van:

LEIDSE COURANT,

Postbus 11, 2300 AA Leiden.

Nr. 1

Lettergroepenpuzzel

In elk vakje dienen twee letters te
worden ingevuld, waardoor
woorden van navolgende betekenis
verkregen kunnen worden:

HORIZONTAAL:

1. Apebroodboom.

3. Licht rijtuig met driespan.

5. Watergewas.

7. Kwinkslag.

8. Deel van een kolenkachel.
10. Exces.

12. Zuivelprodukt.

13. Blaasinstrument.

15. Onsierlijk van vorm.

16. Hardrijder.

18. Leerkringen.

19. Klaaglied.

20. Bedachtzaamheid.

22. Hoop.

25. Kraaiachtige vogel.

27. Oude Peruaanse titel.

28. Insnijding.

29. Ongewenste belevenis in het
bedrijfsleven.

31. Rivier in Italië.

33. Vlug.

34. Dierenverblijf.

36. Op zekere plaats.

37. Bewindvoering.

VERTICAAL:

1. Vaartuig.

2. Wachthuisje.

3. Schop.

4. Geraamte.

6. Koker, foedraal.

7. Weidegewas.

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17
19

18

20

21

22

23

24

25

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

""I

37

De lettergroep RK komt voor in

Naam

Adres

Postcode Woonplaats

9. Stad in Pakistan.

11Zijtakje.

12. Plaats in Overijssel.

14. Stad in Duitsland.

15. Deel van een revolver.

17. Lid van verdienste.

18. Droevig.

20. Vak.

21. Ondeskundige.

23. Vrouwelijk dier.

24. Wederkerend voornaamwoord.
26. Nauwsluitend.

28. Deskundige.

29. Listig (ongunstig).

30. Toetsing.

32. Deel van een breuk.

33. Watervogel.

35. Lang wit miskleed.

In welk(e) antwoord(en) komt de
lettergroep RK voor?

Sterrenhemel in januari

Januari is een typische wintermaand:
niet alleen aan de temperatuur is dat te
merken, ook dc sterrenhemel laat deze
maand zijn winterse kant zien. Dat valt
vooral op wanneer u 's avonds rond tien
uur naar de sterrenhemel boven de zui
delijke horizon kijkt. Daar staan de typi
sche wintersterrenbeelden Orion en Gro
te Hond (met de heldere ster Sirius). On
danks het feit dat de nachten alweer wat
korter worden, heeft het firmament veel
fraais te bieden!

VIER PLANETEN

Aan planeten is deze januari-maand ook
behoorlijk rijk. Van de maximaal vijf
met het blote oog zichtbare planeten zijn
er momenteel vier te zien!

De planeet Mercurius is altijd in de
buurt van de zon te vinden. In de perio
de tot 25 januari kan hij kort vóór zon
sopkomst boven de zuidoostelijke hori
zon worden waargenomen. Meestal is
Mercurius met het blote oog slechts
moeizaam te zien; een verrekijker is
daarom een handig, maar niet onmis
baar hulpmiddel. In de vroege ochtend
van 13 en 14 januari staat de smalle
maansikkel niet ver rechts, respectieve
lijk links van Mercurius. Wellicht is dat
een goede aanleiding om de planeet eens
op te zoeken.

Venus, de helderste van alle planeten is
's avonds kort na zonsondergang boven
de zuidwestelijke horizon te zien. Vanaf
de aarde gezien wordt de (schijnbare) af
stand tussen deze planeet en de zon
langzamerhand groter. Hierdoor wordt

de planeet steeds beter zichtbaar. In de
vroege avond van 17 januari vindt er
een samenstand tussen de maan en Ve
nus plaats. Het tweetal is dan te vinden
rond 17 uur; de maan is op dat moment
een smalle sikkel.

De planeet Mars is 's avonds en een
groot deel van de nacht te zien in het
sterrenbeeld Stier, niet ver van de ster-
rengroep der Pleiaden (ook genoemd het
Zevengesternte). De heldere oranjekleu
rige planeet valt vrijwel niet over het
hoofd te zien. Niet ver van Mars staat
de ster Aldebaran. Laatstgenoemde is
echter minder helder dan de planeet. Op
vrijdag 25 januari staat de maan een
klein stukje boven de planeet Mars. Bei
de hemellichamen staan al 's middags
boven de horizon. Het is dan zelfs mo
gelijk om met een verrekijker het tweetal
bij daglicht waar te nemen! Na zonson
dergang is hiervoor geen kijker meer no-

Jupiter, de grootste planeet in ons
zonnestelsel, is met name in de maan
den januari en februari goed te zien. Op
29 januari staat de planeet vanuit de
aarde gezien precies recht tegenover de
zon aan de hemel. Dat moment noemt
men dc oppositie-datum. Jupiter is te
zien als een zeer heldere „ster" in het
sterrenbeeld Kreeft.

MAANSVERDUISTERING

Wie de gelegenheid heeft gehad ernaar te
kijken heeft kunnen zien, dat op 2 janu
ari de bijna volle maan 's avonds vlakbij
Jupiter stond. Zo'n zelfde gebeurtenis
valt te bekijken in de vroege ochtend
(vóór zonsopkomst) van 30 januari. Die
ochtend vindt er bovendien nog iets bij
zonders plaats. De maan beweegt dan
namelijk door de zogenaamde bijscha
duw van de aarde. Zoiets noemen we
een maansverduistering, maar op het
oog is daar in dit geval weinig of niets
van te zien. Een maansverduistering is
pas goed waarneembaar als de maan ook
daadwerkelijk door de kernschaduw van
de aarde trekt: in zo'n geval wordt de
maanschijf (tenminste voor een deel)
duidelijk donkerder. Bij een verduiste
ring in de bijschaduw staat de aarde niet
precies tussen de zon en de maan in,

De sterrenhemel
in januari
omstreeks
22.00 uur.

Mars en
Jupiter zijn
zichtbaar.

hierdoor wordt de maan toch nog door
een fors deel van de zonneschijf besche
nen en wordt het maanoppervlak dus
nauwelijks minder helder.

VERREKIJKER ALS TELESCOOP

Tot slot willen we u nogmaals wijzen op
de mogelijkheid om de planeet Jupiter
met een verrekijker te bestuderen. Juist
in deze maanden is dat erg interessant,
omdat de planeet relatief dichtbij staat.
In dc onmiddellijke nabijheid van Jupi
ter is voortdurend een aantal piepkleine
„sterretjes" te zien. Het betreft hier de
vier grootste manen van de planeet, die
stuk voor stuk ongeveer net zo groot zijn
als onze „eigen" maan. Deze manen
draaien om de planeet heen, waarbij hun
onderlinge posities voortdurend veran
deren. Bij het bekijken van de Jupiter-
maantjes is het raadzaam om de verre
kijker op een stevige ondergrond te laten
rusten.

Meer informatie over deze (en andere)
hemelverschijnselen in de maand janua
ri kunt u vinden in het bekende jaarboek
„De Sterrengids 1991" of kunt u aanvra
gen bij de Stichting „De Koepel", Zon-
nenburg 2, 3512 NL Utrecht. Tel. 030-
311360.

Sij brands

Evenals in het wereldkampioenschap in
Paramaribo van twee jaar geleden, ein
digde oud-wereldkampioen Sijbrands
ook nu op een gedeelde tweede/derde
plaats. Ging hij toen samen met Gant-
warg over de finish, nu zal hij om uit te
maken wie wereldkampioen Tsjizov
mag uitdagen een herkamp moeten spe
len met Valneris. Zonder meer een heel
goede prestatie - de tweede Nederlander,
Van der Wal, eindigde met vier punten
minder op de gedeelde zesde/zevende
plaats -, maar tegelijk is deze uitslag ook
enigszins teleurstellend. Lange tijd lag
Sijbrands namelijk uitstekend in de race
voor de eindoverwinning en zeker toen
Tsjizov een wat ongelukkige klokneder-
laag leed tegen Mac. N'Diaye, leek de
weg naar het heroveren van de wereldti
tel open. Maar waar Tsjizov ondanks
deze tegenslag in de laatste week de ene
na de andere partij won, viel bij Sij
brands de puntenmachine plotseling stil.
En doordat hij in de slotrondes niet
meer dan remises speelde tegen Ba en
Weytsman, liep hij uiteindelijk zelfs een
achterstand van twee punten op de we
reldkampioen op.

Van Sijbrands' verrichtingen zag u reeds
de winslpartij op de Surinaamse groot
meester Autar. Hier nog een drietal par
tijen. Om te beginnen de overwinning
op de Franse kampioen Beyaert:
T. SIJBRANDS-J. BEYAERT
Achtste ronde WK 1990.

I.33-29 17-22; 2.39-33 11-17; 3.44-39 6-
11; 4.50-44 1-6; 5.31-26 16-21; 6.32-28
21-27.

Deze zet wordt zelden gespeeld en dat is
te begrijpen ook: na 7.37-32 zal zwart ge
dwongen zijn het spel met 19-23 8.32x21
23x32; 9.38x27 22x31; 10.36x27 18-23
enz. te vereenvoudigen, want 7...11-16?;
8.32x21 16x27 verliest door 9.36-31
27x36; 10.26-21 17x26; 11.28x17 12x21;
12.29-24 enz. Maar uiteraard wil Sij
brands 'spel': 7.37-31 18-23; 8.29x18
12x32; 9.42-37 8-12; 10.37x28 3-8;

II.48-42 13-18; 12.41-37 18-23; 13.46-41
23x32; 14.37x28 8-13; 15.35-30! 13-18?
Veel beter is het spannende 20-25.
16.28-23! 18x29; 17.33x13 9x18; 18.30-
25. Zwart heeft nu een lastig te hanteren
positie.2-8; 19.42-37 8-13; 20.47-42 4-9;
21.37-32 11-16; 22.32x21 16x27; 23.41-
37 6-11; 24.37-32 11-16; 25.32x21
16x27; 26.42-37 7-11; 27.37-32 11-16;
28.32x21 16x27; 29.38-33!

27-32. Dit kost een schijf, maar de zwar
te stand was al niet meer te houden: 20-
24 (op 29... 18-23 geeft 30.34-29 23x34;
31.40x29 winst). 30.34-29! (Want na

30.33-29 24x33; 31.39x28 22x33;
32.31x11 gaat zwart met 33-38; 33.43x32
12-17; 34.11x22 18x38 verder). En zwart
zal het hopeloze 15-20 moeten doen.

30.34-30 13-19; 31.40-35 9-13; 32.45-40
20-24; 33.33-29 24x33; 34.39x37 19-23;
35.44-39 14-20; 36.25x14 10x19; 37.37-
32 22-28; 38.43-38 28x37; 39.31x42 5-
10; 40.42-37 10-14; 41.40-34 15-20;
42.39-33 17-22; 43.33-29 23-28; 44.38-32
19-23; 45.36-31 20-25; 46.32-27 en zwart
staakte de strijd.

I. KOEPERMAN-T. SIJBRANDS
Dertiende ronde WK 1990.

Een opmerkelijke partij: nadat alle on
derlinge duels tussen deze twee groot
meesters in remise waren geëindigd,
slaagt Sijbrands erin deze partij voor het
eerst in Koeperman te verslaan.

1.32-28 18-23; 2.33-29 23x32; 3.37x28

20-25; 4.41-37 17-21; 5.37-32 15-20;
6.38-33.

Zonder twijfel gespeeld om de meer
theoretische varianten die na 39-33 kun
nen ontstaan te ontlopen. Onlangs heeft
Sijbrands in het maandblad 'Dammen'
immers nog uitvoerig stilgestaan bij de
onvoltooide hekstelling die dan op het
bord kan komen. Toch is de zwartspeler
vermoedelijk niet ontevreden geweest
met de tekstzet. Als gevolg ervan zal na
melijk wits korte vleugel moeilijk tot
ontwikkeling gebracht kunnen worden.

21-26; 7.43-38 26x37; 8.42x31 19-24.
Neemt ook nu de onvoltooide hekstel
ling in. Een taktisch sterke keus, want de
veelvoudig oudwereldkampioen lijkt
zich in dit soort posities niet op zijn ge
mak te voelen. Denk bijvoorbeeld aan
zijn nederlaag in de tweekamp met Van
der Wal in 1979 en zijn verliespartij te
gen Dibman in het wereldkampioen
schap van 1986.

9.46-41 14-19; 10.41-37 10-15; 11.49-43
9-14. Brengt zo een zeldzame vorm van
de hekstelling op het bord: met drie
schijven op de lange lijn ziet men de op
sluiting praktisch nooit gespeeld. Het be
zwaar van 11...5-10 was vermoedelijk
12.29-23 9-14 (op 10-14; 13.28-22 enz.)
en nu 13.34-29 of misschien zelfs 13.34-
30 25x34; 14.39x30; 12.47-42 16-21;
13.31-26 4-9; 14.26x17 11x22; 15.28x17
12x21; 16.32-28 8-12; 17.38-32 6-11;
18.43-38 2-8; 19.37-31.

Beter dan het nu komende vervolg was
wellicht geweest de opmars 36-31-27 en
de ruil 28-23 19x28 33x22 enz.; de witte
stelling blijft dan in elk geval gezonder.
11-16; 20.42-37 21-26; 21.31-27 7-11;
22.48-42 5-10; 23.28-23 19x28; 24.33x22
24x33; 25.39x28 12-18. Door het krach
teloze centrumblok van wit heeft zwart
nu prachtig spel. 26.44-39 20-24; 27.39-
33 14-19; 28.34-30 25x34; 29.40x20
15x24; 30.45-40 10-15; 31.40-34 11-17;
32.22x11 16x7. Schakelt op 'gewoon'
klassiek over. Zie het diagram.

46

1

11

18

H ;§8 1

O

1 xC

O Q m

50

33.28-22? Een blunder in zeer slechte
stand. 26-31! 34.37x26 24-30; 35.34x25
15-20; 36.25x12 8x48 en na nog enkele
overbodige zetten gaf wit zich gewon
nen.

Tot besluit de notatie van de partij tegen
Mam. N'Diaye, een treffen waarin de
Malinese grootmeester volkomen in de
aanval wordt overspeeld:
T. SIJBRANDS-MAM. N'DIAYE
Zestiende ronde WK 1990.
1.33-29 17-21; 2.39-33 21-26; 3.44-39
11-17; 4.50-44 7-11; 5.32-28 1-7; 6.37-32
26x37; 7.42x31 19-23; 8.28x19 14x23;
9.35-30 10-14; 10.41-37 16-21; 11.47-41
21-26; 12.32-28 23x32; 13.37x28 26x37;
14.41x32 11-16; 15.46-41 7-11; 16.41-37
4-10; 17.29-23! 18x29; 18.34x23 17-22;
19.28x17 11x22; 20.48-42 16-21; 21.36-
31 21-26; 22.32-27 12-18; 23.23x12
8x17; 24.27x18 13x22; 25.38x32 6-11;
26.33-28 22x33; 27.39x28 17-21; 28.31-
27 11-16; 29.42-38 14-19; 30.38-33 9-13;
31.44-39 3-8; 32.40-35 2-7; 33.45-40 7-
12; 34.40-34 19-24; 35.30x19 13x24;
36.43-38 10-14; 37.34-29! 12-17; 38.39-
34 8-12; 39.27-22 5-10; 40.22x11 16x7;
41.28-23 21-27; 42.32x21 26x17; 43.37-
31 17-22; 44.31-26 22-28; 45.23x32 14-
19; 46.32-28 12-18; 47.26-21 7-12; 48.21-
16 12-17; 49.28-22 17x30; 50.38-32
24x33; 51.35x22 33-39; 52.16-11 20-24
en zwart gaf op: na 53.11-7 24-30; 54.7-1
30-35 wint 55.49-44! enz.

Bridgewensen

Wat brengt dit nieuwe jaar? Een voor de
hand liggend antwoord van een bridger
is: mooie kaarten. Nu is het zo, dat brid-
gewedstrijden niet worden beslist door
mooie kaarten. Iedereen wordt namelijk
vergeleken met paren die dezelfde kaar
ten gehanteerd hebben. En bovendien:
voor mooie kaarten moet je ook een
mooi biedsysteem hebben en kaartfee-
ling. Daar wordt een mens niet mee ge
boren en een biedsysteem kan nog zo in
gewikkeld en uitgebreid zijn, een gebrek
aan kaartfeeling kan daar 'nooit mee
weggewerkt worden.

Een en ander heeft gevolgen voor de di
dactische aanpak van het spel. Wanneer
de basisregels bekend zijn en de meest
normale handen geboden kunnen wor
den, is het allereerst noodzakelijk om
routine op te doen. Mensen die de twee
basiscursussen hebben gevolgd, moeten
bij voorkeur een poos oefenen. Gewoon
schudden en geven is dan leuk, maar be
ter is het te oefenen met materiaal dat
beheerst wordt.

Leraren zouden de begeleiding moeten
voortzetten door wedstrijden te organi
seren waarbij ze in ieder geval een aantal
spellen van tevoren prepareren. Daar
door wordt de basis - b.v. het in het be
gin zo moeilijke sanscomplex - op het
juiste moment en op de juiste manier
bevestigd.

Bridgers die daarna nog wat hogerop
willen komen, doen er goed aan nog één
a twee vervolgcursussen te gaan volgen
om de fijne kneepjes onder de knie te
krijgen. Daarna is er in boeken en tijd
schriften meer dan voldoende materiaal
aanwezig om zelf hogerop te komen.
Bridge is een fantastische hobby en zo'n
avondje in de week is ook uit sociaal
oogpunt zeer aan te bevelen, maar er
komt duidelijk een dimensie bij wanneer
je na afloop van zo'n avond thuiswaarts
keert met de gedachte: 'Die en die spel
len verliepen bij ons qua bieden, spelen
of tegenspelen zo goed als perfect'. Dat
geeft toch een extra kick.

Dat bieden is vooral in het begin veruit
het moeilijkste. Hier en daar lastige han
den. Het eerste spel is afkomstig uit een
viertallenwedstrijd (eerste klasse). Dit is
de zuidhand waar alles om draaide:

Zo begon aan een van de tafels het bie
den (O/NZ):

WEST NOORD OOST ZUID

Noords doublet is informatief. Wat
moet je als zuid? Of: hoe hoog en-in wel
ke kleur(en) kan er gespeeld worden? Of
is het misschien beter om gedoubleerd
tegen te spelen? (bepaal een antwoord al
vorens verder te lezen).

Aan beide tafels eindigde het spel in een
drama voor NZ.

Aan deze tafel bood zuid, in de hoop op
mooie schoppens bij zijn partner, 4
schoppen (hoe verzint een mens het!).
Die mooie schoppens zaten er, maar niet
bij noords partner...

O/NZ

NOORD

a 5 3

9

H 10 8 2

a 10 6 5 3

WEST

OOST

v b 10

7 2 9

a 7 2

H vb 106 4 3

v 7

6 5 4

4 2

b 9

ZUID

H 6 4

8 5

a b 9 3

H v 8 7

Menig beginnend west zou zuids 4
schoppen mogelijk doubleren, maar dat
soort dingen leer je in je carrière wel af.
Dat noem je 'een gans aan een touwtje'.
Zo'n 4 schoppen moet je alléén maar
doubleren wanneer je alles daarboven
ook kunt doubleren en' dat gaat voor
deze westhand, met een partner die 3
harten heeft geopend, beslist niet op.
Wat had zuid moeten bieden?

Natuurlijk 4 harten. Dat is in de eerste
plaats lager dan 4 schoppen en in de
tweede plaats vertelt het de hand beter.
Wanneer noord na 4 harten 4 schoppen
kan bieden, is het over. Die zal dan wel
een goede vijfkaart hebben, waarmee
wests schoppens eruit gesneden kunnen
worden. In alle andere gevallen dient
noord te kiezen tussen 5 klaver en 5 rui
len en die contracten worden beide ge
maakt! Zelfs 6 ruiten wordt gemaakt,
maar dat is wat ver gezocht.

Aan deze tafel eindigde 4 schoppen en
kele honderden down, terwijl aan de an
dere tafel OW 2 harten precies mochten
maken. Nergens werd deze kaarten dus
recht gedaan en dat is ook een argument
om in gedachten te houden. Die dingen
bepalen ook een zekere verdeling onder
elkaar met een zeker doel...

Nog een aardig voorbeeld, nu uit een pa
renwedstrijd. Dit is de zuidhand:

A 9 5 3
6

H 10 5 2
10 8 7 4

en dit de bieding (O/-):

WEST NOORD OOST ZUID

I Ha pas 1 SA pas

pas dbl. pas

Een merkwaardige situatie. Wat moet
zuid doen? (Oplossing volgende week).
AGENDA: 12 13 januari: Open Indivi
dueel kampioenschap van Nederland
(Bergen, 072-621676). 18-20 januari:
Hooiplukkerstoernooi (Lochem, 05730-
52114). 19 januari: bridgemarathon
(Laag-Soeren, 08830-16327). 17-20 janu
ari: in Des Indes in Den Haag weer het
grote internationale Cap Gemini Panda
ta invitatie-toernooi (met vuegraph).
Correspondentie: p/a Leharstraat 10,
2162 AC Lisse.

Generale repetitie

Om de uitdager van wereldkampioen
Kasparov te bepalen, beginnen deze
maand al de kandidatenmatches. Door
de opmars van de schaakcomputer zou
het een goede zaak zijn, als voor de
nieuwe WK-wedstrijden partijen niet
meer afgebroken worden.

Kasparov en Karpov hebben de afgelo
pen maanden duidelijk gemaakt, dat het
bezitten van een goede computer, in het
bijzonder bij afgebroken partijen, van
veel nut kan zijn. In de zestiende partij
had Kasparov een theoretisch moeilijk
te winnen stelling, maar een sterk com
puterprogramma gaf na een uurtje 'den
ken' de winstweg aan. De enige oplos
sing tegen deze steeds sterker wordende
hulpmiddelen is simpelweg niet meer af
breken. In theorie zou er dan 24 uur
achterelkaar geschaakt kunnen worden.
In de praktijk zal dat wel meevallen; als
je lang genoeg doorspeelt worden er van
zelf meer fouten gemaakt. De lichamelij
ke conditie van een topspeler kan dan dé
doorslag geven, niet het toevallige bezit
van een sterke schaakcomputer.

Timman moet in de eerste ronde van de
kandidatenmatches aantreden tegen de
Duitser Hubner. Beide hadden de afgelo
pen weken hun generale repetitie. Voor
Timman liep dat, in zijn KRO-match te
gen Yasser Seirawan, slecht af. In onder
staande partij zien we daar een illustra
tie van. Hopelijk geldt voor hem dat ge
zegde over een slechte generale; zelden is
hij met de witte stukken zo onder de
voet gelopen.

J. TIMMAN-Y. SEIRAWAN

Vierde matchpartij.

Caro-Kann.

I.e4 c6; 2.d4 d5; 3.e5 Lf5; 4.Pc3 e6; 5.g4
Lg6; 6.Pge2 c5; 7.h4 h5.

In de tweede partij speelde Seirawan
7...h6, maar kwam na 8.Le3!? Db6; 9.f4
Pc6; 10.f5! enigszins in moeilijkheden.
8.PI4 Pc6!?

Bekend is hier 8...Lh7; 9.Pxh5 cxd4;
10.Dxd4 Pc6; 1 l.Lb5 met iets beter spel
voor wit. De tekstzet is uiterst scherp en
mag tegen een Timman uit vorm, een
goede keus worden genoemd.

9.Pxg6 fxg6; 10.Dd3?!

Op deze voor de hand liggende zet was
Seirawan goed voorbereid. Beter was

10.Pe2 met het plan Pe2-f4xg6.

10...cxd4; ll.Pb5 hxg4; 12.Dxg6+ Kd7;
13.Dxg4 Db6; 14.c3 dxc3; 15.1btc3 Ph6;
16.Lxh6!?

Na een damezet volgt 16...Pf5 met een
strategisch verloren stelling. De tekstzet
is wit's beste praktische kans, want
zwart kan het nog op veel manieren fout
doen.

!6...Dxb2!; 17.Ld2 Dxal+; !8.Ke2.

l8...Db2?!

In de perskamer werd een snellere winst
gevonden: 18...d4! 19.Lg2 d3+! 20.Ke3
Lc5+ en zwart wint.

19.Lh3 Te8; 20.Tbl Dc2; 21.Txb7+ Kc8

22.Tbl?!

Een betere kans 22.Tf7.

22...La3!

Verhindert wit's enige tegenkans Tel.

23.Tdl Lb2; 24.Pb5 Kb8; 25.Pd6 Pd4+;
26.Ke3 Txh4; 27.Dxh4 Dxdl; 28.Lg4
Pc2+; 29.Kd3 Pel+.

Wit gaf het op.

Hubner was de laatste tijd beter in
vorm. Op de Olympiade scoorde hij 7
uil 10 aan het eerste bord en in een ra-
pidtoernooi (afvalsysteem) bereikte hij
de finale. Deze verloor hij tegen de
zwakker geachtte, maar zeer gevaarlijke,
Amerikaan Larry Christiansen.

Hoewel in een rapidtoernooi beide spe
lers slechts een uur bedenktijd krijgen is
het niveau van de partijen zeer behoor
lijk. In de finalepartij bleek Hubner niet
op de hoogte van een openingsfinesse.

Ld4 Pf6; 2.c4 e6; 3.Pc3 Lb4; 4.Dc2 c5;
5.dxc5 Pa6!? 6.a3 Lxc3+; 7.Dxc3 Pxc5;
8.b4 Pce4; 9.Dd4 d5!?; 10.cxd5 0-0;
1 l.Lb2?

In dit nauwelijks bekende openingsvari-
antje grijpt de Duitser mis. Na 1 l.PÖ
zou wit zwart's valletje verhinderd heb
ben en beter hebben gestaan.

1 l...e5!; 12.De3.

Wit is direct in moeilijkheden, daar

12.Dxe5 niet ging vanwege 12...Pxf2;

13.Kxf2 Pg4+ enz.

12...De3 Lf5; 13.Ph3 Pxd5; 14.Dd3 Lg6;
15-Ddl Tc8; I6.g3.

Op krachtige wijze profiteert zwart nu
van de onontwikkelde witte stelling.
l6...Pxf2!; 17.Kxf2 Pe3; l8.Dxd8 Pc2+;
l9.Kd2 Tfxd8+; 20.Pd3 Pxal; 21.Lxe5
Pb3+; 22.Ke3 Te8; 23.Lh3 Ted8.
Wit gaf het op, na 24.Kf4 Lxd3; 25.ex<13
g5+; 26.Kf5 Td5; 27.Tel Pd4+ verliest
wit beslissend materiaal.
Correspondentie-adres: Leo Hofland, C.
Fockstraat 113, 2613 DE Delft.

'CfiidócSouaant'