Afrika staat voor een nieuwe ramp EEN SCHREEUW OM HULP D H - A m frika staat voor een nieuwe ramp: M help. Die noodkreet ontvingen Ne- derlandse hulporganisaties de vorige i^H^^iweek per telex van wanhopige Britse ontwikkelingswerkers. In de hoorn van Afrika (Somalië, Etiopië, Su dan), maar nu ook opnieuw in de Sahel, in Malawi; Mocambique en Liberia dreigen miljoenen en miljoenen mensen aan ondervoeding te sterven. Droogte, burgeroorlogen, dictators die een wanbeleid voeren, de snel om zich heen grijpende virusziekte aids, brengen de bevolking van een heel continent in nood. De samenwerkende hulporganisaties willen begin januari een grote Afrika-actie houden. Het succes hangt - helaas - af van de medewerking van de media. Daar wordt nu, nog zo kort na de actie Help Rusland de winter door', gepraat over de vraag of er wel sprake is van een 'calamiteit'. Jacques Willemse kent Afrika. Hij zat begin dit jaar onder meer met de ker kelijke organisaties en de strijdende partijen in Etiopië aan tafel om de voedselhulp door de vuurlinies te krij gen. Hij kent de achtergronden van de burgeroorlogen in Sudan, Etiopië, Li beria en Somalia. „Militaire dictaturen hongeren Afrika uit. Zij lossen conflic ten met geweld op. In Sudan zouden christenen tegen de islamieten, het Noorden tegen het Zuiden, vechten, maar de werkelijkheid is veel ingewik kelder". radities Zuid-Sudan is het grote gebied geweest waar de Arabische wereld in de negen tiende eeuw zijn slaven vandaan haal de. Dat heeft de relaties tussen de Ara bische bevolking en het zwarte zuiden ernstig verstoord. Een andere oorzaak voor de conflicten ligt in het feit dat de Britse kolonisatie zich op het Noor den richtte. Bij de onafhankelijkheid in het begin van de jaren zestig was er in Zuid-Sudan nauwelijks onderwijs, geen infrastructuur; het Noorden had dat wel. De economische macht ligt dan ook geheel in het Noorden en al les wordt vandaaruit geregeld. In het Zuiden vatten ze dat op als een kolo nisatie. Zo ontstond er een afschei dingsoorlog die in 1974 is beslecht met een vredesverdrag in Addis Abeba, maar dat heeft de problemen niet op gelost. Jacques Willemse: „Als je in het Zuiden, in Juba, komt zie je dat direct: de banken zijn in handen van het Noorden, het enige schip dat over de Nijl vaart is eigendom van een noordelijke transportmaatschappij. Deze economische overheersing is be langrijker dan de religieuze kwestie. De religie in Zuid-Sudan is een dun vernisje over de bestaande traditionele stamculturen of hët nu christelijk of islamitisch is". ten belang bij heeft, maar we kijken toe hoe dictators Afrika uitmoorden. Een hypocriete houding. Je hoort mij niets vriendelijks over Saddam Hu- sayn zeggen, maar in zijn rederingen 'meten met twee maten' en 'de Pale stijnse kwestie' zit natuurlijk een grond van waarheid". V roogte Sudan wordt nu behalve door de bur geroorlog ook getroffen door droogte in het centrale deel van het land, waar het meeste graan wordt geproduceerd. De regen is geconcentreerd op een steeds smallere gordel, een natuurver schijnsel. Het uitblijven van die regen heeft onmiddellijke effecten. Willem se: „In andere landen niet, want daar kunnen ze terugvallen op voorraden, er kan toch ook nog geproduceerd worden en bovendien is er geld om het een en ander te importeren. Door een samenloop van omstandigheden, waarbij de' natuur vaak de laatste druppel is, is nu ook Sudan terugge vallen van een zelfvoorzienend tot een afhankelijk land. Een combinatie van factoren trekt Afrikaanse landen in een neerwaartse spiraal: de schulden crisis, een slechte infrastructuur, wan beleid van de regering en conflicten die een land uitmergelen. De burger oorlog verjaagt de boeren van hun land: zij gaan geen land bewerken dat vol ligt met mijnen. Oorlog, droogte, wanbeleid zórgen voor honger". Hij was in Juba, de hoofdstad van Zuid-Sudan, een gebied van twintig vierkante kilometer in handen is van de regeringstroepen, maar is omsin geld door het Zuidsudanese verzet. Dit gied wordt wordt al sinds 1988 door de lucht bevoorraad, de enige manier om er te komen. Er zitten 650.000 mensen, onder wie een kwart miljoen vluchtelingen. Voor die tijd stond er op elke vierkante meter iets te groeien. Willemse: „Als er geen oorlog was, zouden dë mensen met de seizoenen meetrekken. Droogte is er natuurlijk altijd al, maar de vorming van staten heeft de boel ontregeld. De mensen kunnen niet meer onbelemmerd naar vruchtbaardere gebieden gaan om te zaaien". Ook de nomaden van Somalia trokken met de seizoenen mee tot diep in Ke nya, totdat het land met Etiopië in aanvaring kwam, het land werd volge- gooid met mijnen en waterbronnen werden vergiftigd. De nomaden zitten nu opgesloten in een gebied dat welis waar zes keer zo groot is als Neder- ongjaar Vorig jaar hebben de samenwerkende hulporganisaties een hulpactie voor Afrika gehouden, met name voor Etio pië. Vier miljoen mensen werden met de hongerdood bedreigd. De interna tionale humanitaire organisaties heb ben bijtijds voldoende voedsel ter plekke kunnen krijgen om zo'n massa le sterfte te voorkomen. Ook is voor komen dat de mensen naar honger kampen zijn vertrokken. De organisa ties hebben voor gigantische transport problemen gestaan. Het kost driehon derd dollar om een ton graan van Port Sudan naar de provincie Tigray in Etiopië te brengen. Willemse: „We hebben een doorbraak bereikt in de patstelling tussen de Etiopische rege ring en de bevrijdingsbeweging. De drie grote kerken in Etiopië hebben ge probeerd de strijdende partijen te win nen voor het standpunt de voedsel hulp dwars door de linies heen te laten rijden. Dat is gelukt". Willemse was zelf betrokken bij de onderhandelin gen tussen de kerken en de regering. Dat akkoord houdt nog steeds stand. Er is nu 90.000 ton graan vervoerd: „Dat geeft toch weer hoop: de strijden de partijen hebben zich aan de afspra ken gehouden. We moesten weliswaar onderhandelen over elke liter brand stof. maar zo zijn er toch honderddui zend mensenlevens gered". In Etiopië is de strijd weer aangewakkerd. Voed selhulp lost het oorlogsprobleem niet op. Het verzet is steviger geworden, de regering steeds zwakker, maar die pro beert nu met steun van misschien Amerika harder terug te slaan. Wil lemse: „Er is een nieuwe acteur ver schenen: Israël. Het rampzaligste wat er nu kan gebeuren is steun van Ame rika. Dan begint de hele cyclus weer opnieuw". oop Ondanks alle wanhopige problemen, waarvan overbevolking en aids nog onbesproken zijn gebleven, hoopt Jac ques Willemse op een gunstige wen ding. Afrika is volgens hem niet verlo ren zolang de donoren hun handen maar niet van dit continent aftrekken en de aandacht van Europa niet wordt weggezogen door Oost-Europa: „Er komt nog een lange en moeilijke pe riode. Respect voor mensenrechten, daar draait het om. Of je nu Somaliër, Nederlander of Chinees bent, je wilt bij een demonstratie niet overhoop worden geschoten. En wij mogen ons ermee bemoeien. Je geeft een land geen financiële steun wanneer je weet dat het er wapens voor koopt. Zo grijp je dus in. Inmenging in binnenlandse aangelegenheid zeggen sommigen, neo-kolonialisme. Onzin, binnenland se aangelegenheden zijn er niet in een wereld die als een dorp is georgani seerd. Wij zijn met elkaar verstren geld: als wij hier onze landbouwsubsi dies niet verlagen heeft dat gevolgen voor een boer in Zaire, die zijn pro- dukten dan niet kwijt kan". De landelijke actie vanaf 6 januari moet de Afrikanen de miljoenen geven die zij broodnodig hebben. Willemse: „Ik geloof in het gezond verstand van het Nederlandse publiek. Argwaan omtrent de achtergronden van de hon ger is terecht. Maar ik schat ook het vermogen tot mededogen van de Ne derlanders heel hoog in. Het is duide lijk dat een boer in Tigray zijn lot niet in eigen hand heeft. Mededogen. Maar er is ook de frustratie omdat het on danks alle hulp niet beter gaat. Als je me in het hart kijkt dan denk ik ook vaak: waar doen we het voor? Het ant woord is heel simpel: als we het niet doen sterven er nog meer mensen". MARSCHA VAN NOESEL Droogte, burgeroorlogen, dictators die e< land, maar toch veel te klein is. Want een kameel heeft twintig hectare nodig om zich te voeden en in zo'n schraal gebied heeft een kleine veehouderij al enorme oppervlakten nodig. In het oosten van het land herbergt Sudan nog 600.000 vluchtelingen uit Eritrea, maar ook zij waren in gelukkiger tij den. in zaai- en oogstseizoenen, ge woon migratie-landarbeiders. Eritrea heeft wat voedsel betreft nooit in het eigen onderhoud kunnen voorzien vanwege de slechte klimatologische omstandigheden. Door de oorlog zijn de mensen die vroeger twee keer per jaar in Sudan gingen werken daar nu opgesloten. Clans Somalia valt uit elkaar door een dicta toriaal regime dat ten koste van alles in het zadel wil blijven door onder meer verschillende bevolkingsgroepen wanbeleid voeren, de snel om zich heen tegen elkaar op te zetten. Het grootste deel van Noord- en West-Somalia is in handen van de Somalische verzetsbe weging die haar wortels vindt in een van de clans van het land. Willemse was in juli dit jaar nog bij ontwikke lingsprojecten in Somalia. Hij ziet het land langzaam afglijden tot een diepte punt: „Er is wel één taal, één cultuur, maar er zijn van oudsher familiegroe pen, clans. De grootste clan in het Noorden kan het niet vinden met de president en zo is er een strijd ont staan. In het verleden werd een strijd gevoerd volgens traditionele regels. Het leven van een man is honderd ka melen waard, dat van een vrouw vijf tig. Als de ene clan iemand vermoordt uit de andere clan, dan wordt dat met kamelen afgekocht. Het overleven van de clan in de woestijn is belangrijker dan het individu. Als je te zwak bent om de groep te dienen, ben je ook af geschreven. Op die regels is nu een 'wetenschappelijk socialisme' losgela ten met sterke communistische trekjes ■ijpende virusziekte aids, brengen de bevt en dat verdraagt elkaar niet. De tradi tionele leefwijze van de Somaliërs botst met de ideeën van de dictatuur en dat leidt tot oorlog; tegen de presi dent en tussen clans onderling". De oorlog heeft de basis gelegd voor de honger. Somalia is voor zijn voed sel afhankelijk van het Zuiden, want in het Noorden zijn twee van de drie regens niet gevallen. Willemse: „In het Zuiden zijn twee rivieren en de vallei en zijn zeer vruchtbaar. Maar als je de rijst niet naar het Noorden kunt krij gen omdat de weg wordt versperd, dan krijg je de problemen. Bovendien zijn de prijzen verzesvoudigd, alleen al omdat de vervoerders enorme risico's moeten nemen. Mensen die van ka- melehuiden en geitemelk moeten le ven, hebben geen spaarcenten die ze kunnen inzetten om de ineens zo hoge prijzen te kunnen opvangen. Zo ver armt de bevolking steeds meer". De crisis in de Golf is voor de Somali sche regering als een 'godsgeschenk' gekomen, zegt Willemse. Somalia en iing van een heel continent in nood. ook Etiopië hebben eerst op het ver keerde paard gewed, maar nu staan de dictators achter de Amerikaanse lijn. Zo kunnen zij miljoenen uit Saudi- Arabië verwachten, waarvoor ze wa pens kunnen kopen. Willemse: „In geen van die landen wordt overigens 'enthousiast' oorlog gevoerd. Ik had eens een discussie met een comman dant van het Sudanese verzet over voedselvoorziening. Ons probleem is altijd: wie voed je, alleen de civiele slachtoffers of ook de strijdende partij en. De man zei het heel helder: hij die een geweer heeft, heeft geen honger.' Willemse kijkt met verbazing naar wat er gaande is rond de Golfcrisis. „We zien wat er in Tchad is gebeurd, we weten hoe in Liberia een volk wordt geknecht. Maar Liberia is niet belang rijk. Er is dan ook niemand die zegt: 'Dat kan zo niet'. Maar Irak valt Ku- wayt binnen en we staan gelijk op onze achterste benen. We geven voed- selgarantie aan een land waar het Wes

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 29