naie
Ecologisch reveil van
een groot-industrieel
II
ALLERD STIKKER ZET ZICH NU MET HART EN ZIEL IN VOOR HET MILIEU
hJsterdam "^n mijn periode bij
to en RSV nam ik milieuproblemen
OU4 serieus. Ze vormden een sluitpost in
SchiiP denkwereld, een factor waar ik kor-
g op reageerde als het ter sprake
2n panning
„Ik zou het
zeer
onhandig
vinden als
de mens
zijn eigen
ondergang
zou
bevorderen"
Damascus
Microscoop
Vlinder
Kamer 322
■£«idóc sou^a/nt"
na dertig jaar lang was Allerd Stikker werkzaam in de
lustrie. Hij bracht het tot lid van de raad van bestuur van
So en president van de raad van bestuur van Rijn-Schelde-
>rbe#olme. Toen het einde van het concern, dat schepen en
ite machines bouwde, door financiële moeilijkheden nog
ie lel kwestie van tijd was, stapte Stikker in 1983 op bij RSV.
,rdeijt was meteen het einde van z'n industriële loopbaan.
kele jaren later duikt z'n naam weer op. Maar nu in
voojband met pleidooien voor een herstel van het evenwicht
.sen economie en ecologie. Nog deze eeuw moeten er
er' (rijpende wijzigingen plaatsvinden in het denken en
igenndelen, anders loopt het verkeerd af met de mensheid, zo
nkt zijn apocalyptische boodschap. En dat vereist een
hii pndige mentaliteitsverandering. De hoop dat dat nog steeds
hetP. 's een belangrijke inspiratiebron voor zijn pogingen om
desastreuze effecten van de onstuimige bevolkings-,
- i "(duktie- en consumptiegroei zichtbaar te maken.
uitrwijl in het Amsterdamse Stedelijk Museum,
araanstaande industriëlen, bankiers, wetenschappers,
repstenaars en religieuzen de komende week het materialisme
.weren, reist Stikker morgen af naar Apeldoorn om in de
u Tgentessekerk kond te doen van zijn 'ecologisch reveil'.
ZATERDAG 8 SEPTEMBER 1990
/poi
im". Sinds hij z'n industriële carrière
RSV beëindigde is ir Allerd Stikker
j geheel anders over gaan denken,
aandeweg ben ik er achter gekomen,
de ecologische problemen de belang-
CJVisie zijn van de huidige fase in de
- ilutie van de mens. Dat is op zich
originele gedachte, maar voor mij
iet een ontdekking geweest".
r: fe ontdekking leidde een nieuwe fase
;guldn het leven van de 62-jarige chemi-
orp en gewezen industrieel. Al zijn tijd
energie besteedt hij sindsdien aan het
Ier de aandacht brengen van de mi-
iproblemen. Hij reist er de hele we-
voor rond. Hij zegt in Londen te
i gaan wonen, omdat de Britse hoofd-
ll een groot internationaal knooppunt
Voor zijn missie kan Stikker z'n con-
ten in Nederland niet missen. Van-
ir dat hij regelmatig verblijft in z'n
iterrain aan één van Amsterdams
chten. De tuin en een schilderij met
dere kleuren aan de muur maken het
een kleine oase van rust. Een uitste-
^Bide plek voor bezinning op de toe-
^Bpd van de wereld.
'oor een proces niet zichtbaar te ma-
r* i kunnen er een hoop dingen fout
n in de wereld", is Stikkers bood-
&É?£p. Zonder het concern bij name te
[r^men, moet hij RSV in gedachten
Iben als hij zegt: „Ik heb in mijn car-
;e ook meegemaakt dat ik processen
T herkend heb, en dat deelnemers in
L, H proces niet tijdig hun bakens verzet-
als ze de fouten wel signaleerden. Op
£3$ gebied van de ecologie zien we nu
het misloopt en we weten wat de fac-
■|^en zijn voor verbetering. Als je dat
t|TdeIijk maakt, kan er hoop zijn dat er
ld werkelijk iets gaat gebeuren",
nafh
uit
kkers belangrijkste project op dit ter-
n is de samenstelling van een ecologi-
-Iaeie kaart van Taiwan geweest. Zaken
rui een order voor twee onderzeeboten
ij rpr RSV in de wacht te slepen) en stu-
JLM (van de taoistische filosofie) brach-
l_l g hem eind jaren zeventig en begjn ja-
i tachtig diverse keren naar dat eiland.
n daarbij was me opgevallen dat de
J :ht, het water en de steden zo ver-
irikkelijk vervuild raakten. Ik kreeg
idee dat er iets ernstigs aan de hand
iwan is met z'n 36.000 vierkante kilo-
ïter bijna even groot als Nederland,
twintig miljoen mensen moeten op
■eveer een derde van die oppervlakte
[nen, omdat tweederde door bergen en
isen onbewoonbaar is. Dat geeft een
•rme concentratie van mensen. Ver
heeft Taiwan de afgelopen dertig jaar
li groei gekend van het bruto nationaal
bdukt van acht tot tien procent per
ir.
konomische groei was het enige dat
ird nagestreefd. Voor dè ecologische
nsequenties had men geen oog of geen
H of geen geld. Dat is dus een mooi
Ddel om de spanning tussen economie
ecologie zichtbaar te maken".
.peikker trad in het project op als organi-
tor en fondsenwerver. Bij dat laatste
'OOl zijn industrieel verleden hem be-
ald niet in de weg. Want naast enkele
tenom meerde onderzoeksinstituten
|s de Rockefeller Brothers Foundation)
kill/amen de Taiwanese vestigingen van
lilips en KLM met geld over de brug.
sseji de regering stuitte Stikker aanvanke-
k op veel onbegrip. „Ecologie was
istej0r de oudere leden van de regering
jbespreekbaar. Van het idee dat het
,Stepnomisch wonder van het Verre Oos-
een ecologische ramp van het Verre
rdePsten zou worden, moesten ze niets
pben".
f (pi brede onderzoek mondde uit in het
pport 'Taiwan 2000, economische
oei en milieubescherming'. Daarin
ïrd de deplorabele toestand van het
yilieu beschreven (vrijwel dode rivie-
n, ontbreken van een rioolsysteem,
j jen plek meer voor de stort van groei
ende afvalstromen, ernstige luchtvervui-
i j tig, een groei van het autopark met 700
t)cent tussen 1977 en 1985, etcetera),
orig jaar is het rapport uitgekomen en
ndsdien is er al het nodige veranderd
i Taiwan. Terwijl er in '85 nog geen
Hibbeltje op de begroting werd uitge-
bkken voor het milieu, is er nu een
bst van ruim zeventig miljard gulden
bgevoerd om de komende tien jaar de
anlilieuschade aan te gaan pakken. Ver-
Ér is er een milieuministerie gekomen
veï zijn diverse deelnemers aan i het
pderzoeksproject in dienst getreden
in de regering als milieu-adviseurs,
kker voelt er niets voor om de plui-
Allerd Stikker: „Door een
proces niet zichtbaar te
maken kuhnen er een hoop
dingen fout gaan in de
wereld"
FOTO: PERS UNIE
men van dit resultaat op z'n hoed te ste
ken. „Een direct causaal verband wil ik
het niet noemen, maar er zit wel een as
pect van synchroniciteit in", beschouwt
hij eufemistisch.
De ommekeer in het denken van Stikker
roept associaties op met de geschiedenis
van Saulus, die voor de poorten van Da
mascus het licht zag, zijn fanatieke ver
volging van christenen staakte en zich
van de ene op de ander dag met dezelfde
tomeloze inzet stortte op de verspreiding
van Jezus' boodschap.
Bij nader inzien blijkt de bekering van
Stikker minder plotseling dan het lijkt.
Al in zijn studiejaren, zo schrijft hii in
zijn boek 'Tao, Teilhard en Westers den
ken', begon hij te twijfelen aan de heer
sende denkpatronen. In de jaren dat hij
bij Akzo werkte begon hij Teilhard de
Chardin te lezen. Deze Franse jezuïet
ontwikkelde eerder deze eeuw de idee
dat de kosmos zich in een voortdurend
proces van creatieve verandering be
vindt. De mens draagt daar aan bij door
zijn persoonlijke ontwikkeling.
Stikker is verder sterk beïnvloed door de
oude Chinese filosofie van het taoïsme,
die hij leerde kennen tijdens zijn bezoe
ken aan Taiwan, onder meer om voor
RSV een order voor twee duikboten te
verwerven. De basis van deze filosofie is
dat alles eenheid is. Aarde, mensheid en
kosmos maken deel uit van één en het
zelfde systeem. Hieruit volgt dat de
mens deel is van de natuur en er niet
boven staat.
Nadat Stikker zijn voorzittershamer bij
RSV in de wilgen had gehangen, ging hij
de studeerkamer in om zich verder te
verdiepen in deze filosofieën. Hij stelde
onder meer yast dat zich tussen 800 en
200 jaar voor Christus een breuk in de
menselijke benadering van de werkelijk
heid heeft voorgedaan. In Griekenland,
Palestina, Perzië, India en China ont
stonden in die periode denkwijzen die
radicaal braken met de taoistische een
heidsgedachte. Dit mondde in het chris
telijke geloof uit (in „een onderscheid
tussen lichaam en j ziel, wereld en God,
materie en geest",'aldus Stikker.
Zijn studie was eigenlijk bedoeld om z'n
eigen ideeën meer handen en voeten te
geven. Dr Ursula King van de universi
teit van Leeds haalde hem echter over
om er een scriptie van te maken. Dit
leidde er toe dat de 'master of science'
Allerd Stikker in '86 ook nog 'master of
arts' werd. Deze samenvoeging van een
'harde' en een 'zachte' academische
graad spreekt hem als bewonderaar van
het taoistische principe dat schijnbare
tegenstellingen elkaar in feite aanvullen,
De studie van Tao en Teilhard bracht
Stikker tot het besef dat de mensheid
zich op een cruciaal moment in de evo
lutie bevindt. „In het verleden voltrok
de evolutie zich als een chemisch, fy
sisch, biologisch en genetisch proces,
zonder dat de objecten die het betrof
daar over nadachten of over konden na
denken. De mensheid heeft nu echter
een dusdanige graad van complexiteit
bereikt, dat mensen ingrijpen in het evo
lutieproces. Het heeft miljoenen jaren
geduurd voordat het gezichtsvermogen
in de natuur is ontstaan. Wij mensen
hebben dat vermogen in vijftig jaar tijd
met telescopen en microscopen gigan
tisch vergroot. Daarmee hebben we het
evolutieproces een versnelling gegeven".
„Dit betekent dat wij een hele duidelijke
functie hebben. We staan op een punt in
de evolutie dat het zowel verkeerd als
goed kan gaan. Het gaat verkeerd als we
met de groei van de wereldbevolking, de
produktie en de consumptie op het hui
dige wijze doorgaan. Als we die drie fac
toren niet aanpassen, krijgt het evolutie
proces een minder gunstige wending".
„Rampen waarbij levende organismen
zijn verdwenen zijn vaker voorgekomen.
In de afgelopen 250 miljoen jaar is het
vijf keer voorgevallen dat door klimato
logische of geologische veranderingen of
door natuurrampen zo goed als alle
soorten zijn verdwenen. Dat is dus niet
nieuw, maar ik zou het bijzonder onhan-,
dig vinden als wij het als mensheid zou
den bevorderen".
„Ik stel vast dat er in het evolutieproces
steeds ontwikkelingen zijn geweest, die
een bepaalde grens bereikten. Ik noem
dat de tolerantiegrens. Wordt die grens
dicht genaderd, dan kan er niet meer ge
groeid worden. Gebeurt dat wel, dan
valt het systeem uit elkaar. Je ziet het
ook bij atomen, moleculen en cellen. De
mensheid zit nu ook dicht tegen de tole
rantiegrens aan. En dan is de typisch
Westerse vraag: 'En wat gebeurt er dan?'
Tja, dat wisten de atomen, moleculen en
cellen ook niet. Er komt iets nieuws als
we de bakens niet verzetten... Wat wel
duidelijk is, is dat we dan te maken krij
gen met honger, ziekte en andere ellen
de".
Stikkers analyse doet klinisch aan, bijna
meedogenloos. Maar dat is allerminst de
bedoeling. Hij heeft zich niet verzoend
met het dreigende einde van de mense
lijke soort. Om te overleven is in zijn
ogen een nieuwe mentaliteit noodzake
lijk, die gebaseerd is op het inzicht dat
economie en ecologie nauw met elkaar
samenhangen. „In ons denken heerst
nog het idee dat het om twee elkaar be
dreigende factoren gaat. Dat is er de af
gelopen eeuwen flink ingehamerd".
Die verandering van het bewustzijn ver
eist het verruimen van de economische
en technologische modellen die worden
gehanteerd bij de inrichting van de sa
menleving. „Met die modellen hebben
we gedacht dat we de natuur naar onze
hand te kunnen zetten. Dat enorme mis
verstand heeft tot veel ecologische ont
wrichtingen geleid. We dachten dat we
de natuur konden regelen, maar hebben
het in plaats daarvan ontregeld. Die mo
dellen zijn namelijk veel te eenvoudig.
Ze houden geen rekening met het crea
tieve, het inspiratieve, het onvoorspelba
re, wat de natuur juist zo leuk maakt".
„Stoorfactoren zijn door de modellen
bouwers geschrapt, omdat ze niet in het
plaatje pasten. Maar stoorfactoren zijn
de belangrijkste oorzaken van ontwikke
lingen in de natuur. Het is het verhaal
van de vlinder van Lorenz. Wanneer
een vlinder in zeg maar Zuid-Afrika een
slag met z'n vleugels maakt, kan dat al
lerlei processen op gang brengen ten ge
volge waarvan er later een grote storm
over New York komt. Bij de pogingen
het weer te voorspellen blijkt ook tel
kens weer dat de modellen te simpel
zijn. Want er tal van beweginkjes zijn,
die grote veranderingen teweegbrengen.
Zo zijn ook economie, mens en natuur
niet te voorspellen".
Volgens Stikker is er een groeiende aan
dacht voor dit soort inzichten. Hij
noemt het rapport van de commissie
Brundtland, waarvan de titel 'Our com
mon future' een aanwijzing is voor het
toenemende milieu-bewustzijn in de we
reld. „Het geeft aan dat er naast het lo
kale belang oog is voor het mondiale be
lang. Je ziet dat ook terug bij de interna
tionale overeenkomst om de produktie
van chloorfluorkoolwaterstoffen (cfk's)
te stoppen; die is tot stand gekomen na
dat was aanvaard dat een lokale uitstoot
een nadelig effect voor de hele wereld
heeft".
En ook al wil het met de daadwerkelijke
aanpak van de milieuproblemen in Ne
derland nog niet erg vlotten, de manier
waarop het Nationaal Milieubeleidsplan
(NMP) tot stand is gekomen noemt Stik
ker een doorbraak. „Er is namelijk door
vijf departementen aan meegewerkt. Dat
is. uniek in de wereld. In de meeste ge
vallen maakt het ministerie van milieu
een plan, dat vervolgens door de rest
voor kennisgeving wordt aangenomen.
Daarna wordt het heel moeilijk de ande
re departementen er nog bij te betrek
ken. Want dan wreekt zich dat in onze
Westerse samenleving alles in hokjes is
ingedeeld. Bij de overheid is dat niet an
ders. Departementen hebben allemaal
hun eigen cultuur, denkmodel en hob
by's. Daar is nauwelijks door heen te
breken. Met het NMP is dat wel gelukt.
Dat is erg belangrijk, want ecologie is
een holistisch principe, wat inhoudt dat
alles met alles samenhangt. De door
braak die het NMP heeft bewerkstelligt
is voor mij een aanwijzing dat er een be
gin is van een nieuwe mentaliteit".
Voortbordurend op de noodzaak om de
hokjesgeest onderuit te halen, vindt Stik
ker het zeer wenselijk dat er een interna
tionaal opleidingsprogramma wordt op
gesteld voor bedrijfsleven en overheden.
„Je moet het zien als een nascholing of
bijscholing van juristen, financiers, mar-
keting-mensen, noem maar op, die in
toenemende mate met ecologie te maken
krijgen. In plaats van nieuwe specialis
ten op te leiden die je naast deze mensen
zet, is het nodig dat de professionele ex
perts zich ecologische principes eigen
maken. We moeten ervan af dat er
wordt gezegd: ik ben ingenieur; voor de
ecoloog moet u op kamer 322 zijn".
En dat de professionals inmiddels begin
nen te twijfelen aan rechtlijnige, beperk
te visies op de samenleving, weet Stikker
zeker. Hij verwijst naar de overweldi
gende belangstelling voor symposia over
'filosofie in management', waar hijzelf
voordrachten houdt. „Dat betekent iets.
Je gaat niet een hele dag voor een niet
onaanzienlijk bedrag naar lezingen luis
teren over een onderwerp dat je niet in
teresseert. Kennelijk is er belangstelling
voor het toevoegen van een nieuwe di
mensie aan het werk. Ik leid daar uit af,
dat het filosofische aspect bij het nemen
van technische en economische maatre
gelen meer en meer een rol gaat spelen".
Stikker bestrijdt met klem dat het bij de
door hem waargenomen mentaliteitsver
andering om een beperkt deel van de sa
menleving gaat, namelijk een hoger op
geleide elite. „Als je de deelnemerslijsten
van de symposia ziet, zie je dat er heel
veel mensen die gewoon in de harde
praktijk van de dag zitten, mensen uit
produktiebedrijven, keiharde 'down to
earth'-bedrijfsmensen, en niet alleen
stafmensen en lange-afstand-planners".
De wens van de komst van een nieuwe
mens lijkt bij Stikker de vader van de
gedachte. Het vormt voor hem in ieder
geval de drijfveer om te proberen de
mensheid nog wat extra eeuwen te ge
ven. „Je moet inderdaad optimist zijn
om dergelijke gebeurtenissen te vertalen
in de constatering dat we op de goede
weg zijn. Maar ik kijk liever naar de din
gen die goed zijn en ontleen daar mijn
inspiratie aan. Dat wil overigens niet
zeggen, dat je de slechte dingen moet
ontkennen. Dat is al te veel gebeurd in
onze samenleving: het ontkennen van
problemen, waardoor ze alleen maar er
ger werden".
FRANS BOSSCHER