Dennis Krijgsman past zich moeiteloos aan DIJK; „TIJDENS DE EERSTE TRAINING KENDE IK ER MAAR WEINIG" LEIDSE COURANT WOENSDAG 29 AUGUSTUS 1990 PAGINA 7 ALPHEN AAN DEN RIJN Ajax, Feyenoord en Roda JC, het zijn drie betaald voetbalor ganisaties die het vorig jaar bij ARC aanbelden. Reden was de verrichtingen te volgen van de talentvolle buitenspeler Dennis Krijgsman. „Die inte resse van de profclubs kwam op een moment dat ik nog bij de jeugd speelde. Uiteindelijk is er niets uitgekomen. Bij Roda kwam het nog wel ver, maar ook daar heb ik lange tijd niets meer van gehoord". Zijn ambities om ooit eens in het profcircuit werkzaam te zijn moet de blonde aanvaller nog even uit zijn hoofd zetten. Toch is Dennis Krijgsman er zelf niet slechter van geworden. Bij de Alphense Racing Club maakte hij het afgelopen seizoen een snelle opmars door. Als zeventien-jarige junior stapte hij de afgelopen win ter van de jeugd over naar het tweede. Geen vier maanden later zette trainer Bert Jansen het licht op groen voor een debuut in de hoofdmacht van de Alphense club (waarin zijn vader en oom eerder ook acteerden), met de oefenwed strijd tegen het Nederlands elftal als voorlopig hoogtepunt. De entourage van die 21ste mei is niet te vergelijken met de huidige sfeer in de kantine. Krijgsman heeft zojuist een onderling oefen wedstrijdje achter de rug, gadege slagen door zo'n dertig man in plaats van de 9250 bezoekers op die hete maandag. De inmiddels achttien jaar geworden Krijgsman heeft er geen moeite mee om zich weer aan te passen aan de realiteit van de dag. Stoere woorden van „ik eis een basisplaats" zijn hem vreemd. „Ik hoop er alleen maar op. Het ligt volledig aan het sys teem dat de trainer wil spelen en welke voetballers hij daarvoor no dig denkt te hebben. Door de komst van een aantal nieuwe spe lers is er ook meer competitie on derling, dus ik weet gewoon niet wie het eerste haalt", drukt Krijgs man zich zeer voorzichtig uit. Niet vreemd, want voor de positie van buitenspeler is de concurrentie al leen maar toegenomen. Van GSV kwamen Manelito van der Want en Mohammed Baali naar ARC. Het middenveld kreeg versterking in de personen van Arjan Wilting (Lei den), Arjan van der Laan (Nieuw koop) en Hendrik Jan Kila (Feye noord). Met name van de laatste twee heeft Krijgsman hoge ver wachtingen. Zij zullen er misschien voor kunnen zorgen dat ARC in de streekder- by's een beter resultaat boekt dan in het afgelopen jaar. „Ik geloof dat wij alleen maar van FC Lisse thuis hebben gewonnen. Waar dat aan ligt? Ja, zij kunnen het gewoon als het erop aankomt en wij komen dan waarschijnlijk net te kort". Het enige smetje op het zo succes vol verlopen vorige seizoen (vijfde plaats), moet in de ogen van Krijgsman dit jaar weggewerkt worden. In de seizoensopening ligt de eerste kans. Dan gaat ARC op bezoek bij (ook in de ogen van Krijgsman) kampioenskandidaat Quick Boys. Een jaar ook waarin de Alphenaar weer in de belangstelling van de profclubs hoopt te komen. „Dat wereldje trekt me wel. Al mag het niet ten koste van alles gaan. Ik wil ook graag mijn school afmaken", zegt de student, die na het behalen van zijn havo-diploma aan de Al phense meao begint. RIJNSBURG Het voetbalseizoen 1989/90 zal door iedere Rijnsburger met een geel-zwart hart worden gekoesterd tot in de lengte van dagen. De algemene zaterdagkampioen was voetbaltechnisch zeer zeker niet de beste van het stel, maar toen de prijzen verdeeld werden, stond de formatie van Arie Kurver vooraan. Hoewel de bollenstrekers een ijzersterk Col lectief vormden, sprong de individuele klasse van Ron Carli er toch bovenuit. De snelle, balvaardige linkerspits besliste vele wedstrijden en mag terugkijken op een uitstekend seizoen. Ron Carli is er de man niet naar om zichzelf op de borst te slaan. Hij schrijft de successen van Rijnsburgse Boys liever toe aan de prestatie van de gehele selectie en praat het liefst uit het oogpunt van het collectief. „Het was natuurlijk een top jaar voor Rijnsburgse Boys", beaamt Carli volmondig. „Afde lingskampioen, zaterdagkampioen. Het is nogal wat. Toch ge loof ik, dat wij de voorgaande jaren attractiever voetbal heb ben gespeeld, maar qua resultaat hield het toen niet over. Vo rig jaar hebben we behoudender gevoetbald, maar het rende ment was groter". „Het sterkste punt van Rijnsburgse Boys was de saamhorig heid. We vormden een vriendenploeg en hadden daardoor in het veld net dat kleine beetje extra voor elkaar over. Het is niet alleen de basis-elf geweest, maar juist de hele selectie van achttien man. Door de vele blessures, hebben we al die mensen nodig gehad en ze stonden er dan ook. Er is vorig jaar maar één moment geweest, dat ik dacht: nu is het voor bij. Dat was na die gelijkmaker op Nieuw Zuid. In de laatste minuut scoorde Gert Aandewiel voor Quick Boys 1-1". De nu 28-jarige Ron Carli stond tijdens het seizoen 1984/85 onder contract bij Feyenoord, dat het jaar daarvoor met Cruyff kampioen was geworden. Hij redde het niet bij de Rot terdammers en weet zelf waarom. „Ik speelde gewoon niet goed genoeg om een vaste plaats in het eerste af te dwingen. Daarnaast ging Libregts halverwege dat jaar weg en werd op gevolgd door Ab Fafié, die het niet in mij zag zitten. Ik heb wel veel geleerd bij Feyenoord. Niet zo zeer qua voetbal, maar qua mentaliteit. Harder geworden, hè. Na dat jaar ging ik te rug naar PPSC, waar ik Kurver weer tegenkwam. Hij vroeg mij op een gegeven moment of ik meeging naar Rijnsburgse Boys. Vond ik wel een uitdaging, ja. Ik wilde me waarmaken bij een echte topamateurclub". Het komende seizoen wacht Rijnsburgse Boys een zware op gave, want adel verplicht. Carli denkt, dat de ploeg tegen die druk is bestand. „Vorig seizoen presteerden we ook op de momenten dat de druk het grootst was. Die ervaring komt ons alleen maar ten goede. Het is een uitdaging om die prestatie dit jaar te herhalen. Quick Boys? Eén van de zes tot zeven titel-gegadigden. Het is een topploeg, die het vermogen heeft om Rijnsburgse Boys te evenaren. Mooi gezegd, hè". Dijk in het doel van Noordwijk. Hij krijgt de moeilijke taak om Dick Dortmundt op te volgen. wilden ze dat ik de keeperstraining van Frans Hoek ging volgen, waar op Ajax interesse in mij kreeg. Dat duurde echter allemaal zo lang, het ging gewoon niet meer. Ajax kwam voor mij duidelijk te vroeg. Ik was immers pas twee jaar weer serieus met keepen bezig", zegt Van Dijk, die daarvoor alleen bij de E- en D- junioren onder de lat stond en ver volgens tot zijn achtiende ging voetballen. „Maar door die periode bij Ajax kreeg ik wel in de gaten dat het aardig ging, daarom heb ik me bij Noordwijk aangemeld". En daar houdt hij nu rekening met een goed seizoen. Ondanks de vele nieuwe gezichten in de selec tie is hij optimistisch gestemd. „Noordwijk moet zeker bij de eer ste vier kunnen eindigen". mijn knie met zijn borst in aanra king kwam. Het was rot voor hem". Van Dijk stelde zich die beginpe riode in de hoofdmacht dus wel anders voor, al wist ook hij uit eigen ervaring dat er nu eenmaal een groot verschil tussen het eer ste en tweede zit. „Toen ik nog bij Foreholte speelde, werd ik met het tweede kampioen, waarna ik Paul van der Zwaan in het eerste op moest volgen. In het begin ging het niet zo lekker door het niveauver schil". En over zijn overstap nu zegt hij: „De handelingssnelheid is hoger en het gaat er allemaal fana tieker aan toe. Je merkt dat er meer op het spel staat". Zijn overstap van Voorhout naar Noordwijk ging via een omweg over Amsterdam. „Bij Foreholte De meest SP®' aanhangers van sen wijk zu"en zich tijdens n(rste competitiewedstrijd Zit edelijk in de ogen wrij- iarUele oudgedienden heb bel ij de eersteklasser plaats m ikt voor vers bloed. ie de eerste training ouwr ik er maar weinig", be- 3n. p°b van Dijk. keeper ook betrekkelijk is fbij Noordwijk. Pas aan het epaan het vorig seizoen maakte definitief zijn opwachting „Toen gedacht werd niets meer op het spel viel goed tegen". Een opmerking die niet alleen van toepassing is op de misvatting van Noordwijkse club - de achter stand van één punt op latere kam pioen Rijnsburgse Boys groeide in het paasweekeinde opeens tot vier punten - maar ook op het spel van Van Dijk zelf. „Ik was te gretig, wil de mezelf bewijzen en dan ga je voor elke hoge bal. De laatste drie wedstrijden ging het beter. En dat heeft me toch vertrouwen gege ven", aldus de keeper, die ook nog in het nieuws kwam door een on gelukkige aanvaring met Jaan de Graaf van IJsselmeervogels. Van Dijk reageert nuchter als hij wordt herinnerd aan het kortstondige heroptreden van één van Neer- lands beste amateurs. „Het was gewoon dom van Jaan dat hij doorliep. Ik was al in balbezit toen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 25