Leo Wisselink schildert Den Haag in feesttooi Het vroege modernisme van een steeds moderner Barcelona ■£eidóe Qowuvnt' mal Ie l ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1990 Boven: „Een paar jaar geleden, op vakan tie in Portugal, heb ik foto's gemaakt van twee kinderen die in een processie meelie pen als engeltjes. Die heb ik toen overge plaatst naar de arcade van de katholieke begraafplaats aan de Kerkhoflaan". zo graag wil zijn. De aquarel is gemaakt vanaf een duintop bij de Kwartellaan. Je kijkt op de pannendaken van de Vogel wijk". Wereldberoemd is Leo Wisselink nog niet, maar in onze regio hebben velen zijn werk inmiddels onder ogen gehad. Niet op de laatste plaats dank zij de ansichten die deze opmerkelijke schilder van zijn werk laat maken en waarvan er inmiddels 100.000 zijn verkocht. Wisselinks onderwerp is Den Haag. Van buiten en van binnen. Want naast straatbeelden, panorama's en strandgezichten, brengt hij ook interieurs in beeld, en Hagenaars die die interieurs bewonen. De hele maand september worden aquarellen en litho's van zijn hand geëxposeerd bij de Haagse Bijenkorf en bij boekhandel Paagman. In zijn atelier aan de Piet Heinstraat 61in het Zeeheldenkwartier, geeft hij een toelichting op zijn werk levenshouding. „Veel moderne kunstenaars zijn georiën teerd op de troosteloosheid van het be staan. Ze maken dingen die steriel en de primerend zijn. Neem de beeldenten toonstelling die momenteel is te zien in de Paleistuin, hier in Den Haag. Gespo ten Tornado-rekken, jongen. En dat kost dan 7,50 toegang. Wie doe je daar nou een genoegen mee? De gestudeerde criti ci misschien, de museumgeleerden, de kunstpausen. Maar ik garandeer je: als je die dingen twintig meter verderop zet, op het trottoir van de Prinsessewal, en de mannen van het grofvuil hebben even geen tijd - een week later staat het er nóg. Niemand heeft er belangstelling voor. En begrijpelijk. Want wie heeft er nou belangstelling voor dingen waarvan je in de put raakt? Waarvan je nog droe viger wordt dan je misschien toch al bent?" „Als je een schilderij van mij op straat zet. je draait je om en het is weg. Niet omdat ik zo'n geweldig knappe en beroemde schilder ben, maar omdat mijn werk een positieve waarde uit straalt. Een positieve waarde ia, en als ik dat zeg weet ik donders goed dat dat in de oren van de toonaangevende critici en kunstkenners weinig minder dan een vloek is. Daar heb ik dus lak aan. Ik maak wat ik ook zelf aan de muur zou willen hebben en dat zijn dingen die me opmonteren en die me ontroeren. Die mijn gemoed en mijn gedachten bepalen bij de mooie, de bijzondere, de feestelij ke kanten van het leven" „Dus anders dan veel van mijn vakbroe ders ben ik er volstrekt niet op uit men sen een depressie in te jagen. Ik wil ze juist hun depressie uitjagen. Kijk nou 's goed, zeg ik, dan zie je hoe mooi alles eigenlijk is. Soms lijkt het lelijk, maar dan moet je door die lelijke schijn heen kijken. Bijvoorbeeld. Je ziet een mooi stadsgezicht. De Kneuterdijk, het Voor hout, Plein 1813 - wat clan ook. Dat stadsgezicht wordt ontsierd door auto's en hondedrollen, tramdraden en papier bakken. Dan noem ik dat de lelijke schijn. Kijk je door die grauwsluier heen, dan zie je schoonheid. Wanneer ik zo'n beeld op het doek vastleg, laat ik onze welvaartsblikken met de bijbeho rende regimenten verkeersborden dus achterwege. En als een rij mooie oude gebouwen ontsierd wordt door een stuk beton, dan zal ik dat perceel zo niet he lemaal verdoezelen, dan toch wel erg vaag weergeven". „En dan krijg je dus iets moois. Of lie ver: iets dat ik mooi vind. De kunstpau sen moeten er natuurlijk niets van heb ben, maar ikzelf en mèt mij een heleboel anderen herkennen er het positieve in. Ik maak zo'n dertig dingen per jaar en die doeken komen niet bij mij op zolder of in de kelder van een museum te staan. Die hangen bij mensen in de huis kamer. De weergave van mijn werk op ansichtkaarten is in heel Den Haag te koop. Nu heb ik een fotoboek gemaakt met een keuze uit mijn werk. In een op lage van 3000 exemplaren en net als de ansichten uitgegeven in eigen beheer. Al leen al bij voor-intekening heb ik er 2000 verkocht. De tweede druk staat op stapel". „Dus in ieder geval ben ik niet de enige met een voorkeur voor het mooie, het feestelijke, het bijzondere". WILLEM SCHEER Boven: Dit is Huis ten. Bosch op 31 ja nuari, de verjaardag van de koningin. De marechaussee draagt dan ook het ceremo nieel tenue. De verjaarsvisite is nog niet gearriveerd en de koningin verlaat haar huis om per fiets een ommetje te maken in het Haagse Bos". Onder: „Ik heb voorkeur voor h het feestelijke, het bijzondere. Passage in feesttooi". BARCELONA - Modernisme is volgens het Spaanse woordenboek de smaak en voorliefde voor de moderne dingen. Een woord dat goed valt in Barcelona, de stad die met duizelingwekkende vaart op weg is steeds moderner te worden. Het vliegveld, het wegennet en de maritieme faade ondergaan een to tale metamorfose. Nieuwe gebou wen kunnen architectonisch gezien niet revolutionair genoeg zijn en elk nieuw te openen bar of restau rant biedt met zijn interieur het nieuwste van het nieuwste. Maar tegelijkertijd is er de hang naar dat andere modernisme, de vooral architec tonisch beleefde beweging die eind vori ge eeuw en in de eerste decennia van deze eeuw voor een groot deel het beeld van Barcelona heeft bepaald. Twee grote exposities, georganiseerd door de stich ting Culturele Olympiade, moeten eraan herinneren dat Barcelona de onbetwiste hoofdstad is van het modernisme en An- doni Gaudi de eeuwige heerser van die kapitaal. Barcelona heeft zijn toeristische 'boom' van de jaren tachtig voor een groot deel te danken aan de wonderlijke Gaudi. Zestig jaar nadat de architect in 1926 onder een primitieve tram liep en op 75- jarige leeftijd om het leven kwam, ma ken toeristen uit de hele wereld een haast verplichte gang langs en door Gau- di's beroemdste werk: de Sagrada Fami- lia - nooit afgebouwd, al wordt er nog altijd aan gewerkt en dat niet tot genoe gen van iedereen - het park Guell op een van de heuvels van de stad en de twee Casa's aan de Passeig de Gracia in het hartje van de stad. De fameuze kathedraal van de heilige fa milie moest de kroon worden op Gau- di's bijzondere carrière waarin hij zelfs de grenzen van het Catalaanse moder-r nisme durfde te overschrijden. Gaudi stond in feite boven en buiten alles en iedereen en de Sagrada Familia moest daar het bewijs van worden. De kerk moest uit liefst achttien torens gaan be staan: twaalf voor de apostelen, vier voor de evangelisten, eentje voor de moeder Gods en de mooiste en grootste, 170 meter hoog, voor Jezus. Gaudi sliep de laatste jaren van zijn leven zelfs op het bouwterrein, maar toen hij veronge lukte was er nog geen kwart van de ka thedraal voltooid. Levenswerk De pas weer opgelaaide discussie in Bar celona ging jarenlang over het feit of er wel verder moest worden gebouwd aan de immense, maar lege kerk. Vier van de nu bestaande acht torens zijn pas eind jaren zeventig gereedgekomen. De afgelopen jaren is de Catalaanse ar chitect Josep Maria Subirachs doorge gaan met het levenswerk van Gaudi. Su birachs houdt zich vooral bezig met het ontwerpen van beelden op verschillende plaatsen in de Sagrada Familia zonder overigens ook maar over een originele tekening van Gaudi te beschikken. Veel kunstenaars eri architecten in Barcelona zijn al lang felle tegenstanders van de voortzetting van de bouw. „Men pro beert Gaudi te imiteren, terwijl dat on mogelijk is" en „dit is alsof je een arm aan de Venus smeedt" zijn enkele van de reacties. Met meer instemming is de restauratie van het park Guell begroet. Het sprook jespark aan de oostkant van de stad is nog een van de minst bezochte toeristi sche trekpleisters, en het centrale plein, omgeven door een tientallen meters lan ge, golvende bank van mozaïek, staat nu Het sprookjespark Guell aan de oostkant van de stad is nog een van de minst bezochte scheppingen van Gaudi. FOTO: PERS UNIE al jaren in de steigers. Het in de jaren 1900-1914 gebouwde park krijgt een grondige opknapbeurt om weer enkele decennia als speelplaats voor kinderen uit de buurt ën foto-object voor duizen den toeristen te dienen. Ook Gaudi's huizen aan de majestueuze Passeig de Gracia zijn pas gerestaureerd dank zij de financiële hulp van bedrij ven uit de stad die hun bijdrage leveren aan de campagne 'Barcelona, maak je mooi'. Opmerkelijk daarbij was dat het Casa Mila, bijgenaamd La Pedrera (de steengroeve), niet donkergrijs maar licht kleurig bleek te zijn. Vooral de jonge Barcelonezen kenden het enorme hoek huis alleen in donkere staat en toen vo rig jaar de zeildoeken voor de gevel ver dwenen moesten plots ook alle ansicht kaarten worden vernieuwd. Centraalpunt La Pedrera is nu het centrale punt van de eerste van twee exposities over het modernisme. Tot en met november is het huis het uitgangspunt van de open luchtexpositie El Quadrat d'Or (Het gou den vierkant) die de bezoekers langs 150 al dan niet modernistische gebouwen in een centraal deel van de stad voert. Die panden liggen in de Ensanche, het stads deel dat wordt gekarakteriseerd door het rechtlijnige stratenplan, halverwege vori ge eeuw uitgedacht door de ingenieur II- defonso Cerda. Tijdens de economische opleving en uitbreiding van de stad rond de eeuwwisseling mochten met Gaudi modernisten als Luis Domenech i Mon- taner en Josep Puig i Cadalfach (na Gau di de twee bekendsten) zich met talloze bouwwerken uitleven. De Catalaanse bourgeoisie was de grote gangmaker achter de modernistische ar chitectuur. Elk zichzelf respecterende fa milie wilde een pand van een dergelijke originele en revolutionaire signatuur. Het modernisme kenmerkte zich door zijn golvende lijnen en asymmetrie en door het gebruik van totaal nieuwe ma terialen, zoals gewalst ijzer en beton, ge decoreerd met felle kleuren. Het moder nisme was een van de uitingen van de wereldwijde Belle Epoque, abrupt afge broken door de Eerste Wereldoorlog, en had zijn buitenlandse equivalenten in de Modem Style in Engeland, de Art Nou veau in Frankrijk en de Jugendstil in Duitsland. Folder Barcelona en Catalonië vormen de ba kermat van het modemisme, met zo'n tweeduizend opvallende bouwwerken verspreid tot in de kleinste dorpjes en op de meest onverwachte plaatsen. De Ca talaanse regering heeft een folder uitge geven getiteld 'Routes van het modemis me'. Die routes lopen niet alleen door Barcelona, maar voeren tevens door de dorpjes in het achterland van de Costa Brava en de Costa Dorada. Maar zelfs in bekende toeristenoorden als Cadaques, San Feliu de Guixols en vooral Sitges zijn overduidelijke sporen van het mo dernisme terug te vinden. De tweede expositie georganiseerd door de Culturele Olympiade, een stichting die tegenwicht moet bieden aan het sportieve evenement van 1992, wordt op 25 september geopend in het museum van moderne kunst in Barcelona, en richt zich meer op de decoratieve en kunstzinnige kant van het modemisme. Gebruiksvoorwerpen, schilderijen, siera den en meubels zullen de kem van die expositie vormen. Dat alles is bedoeld om de bezoeker aan de Spaanse metropool ervan te overtui gen dat er naast het olympische stadion en dorp ook nog andere opvallende za ken in Barcelona te vinden zijn. Boven dien gaan al die modernistische uitingen in de stadsarchitectuur nog wel wat jaren mee, zodat de openluchttentoonstelling van het gouden vierkant niet eens per se voor de sluiting eind november hoeft te worden bezocht. Immers, het Barcelona van Andoni Gaudi sluit nooit. EDWIN WINKELS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 28