u 1 F n finali I GENOVA'9 2 m m m m m t £e*dóo,(2owiwnt ZATERDAG 14 JULI 1990 PAGINA 27 Oplossing vorige puzzel De winnaars van puzzel nr. 26 zijn: M.v.d. Fluit, Scholtenstraat 54, 2313 GM Leiden. N.A.M. van der Waart, Noordeinde 26, 2445 XE Aarlanderveen. Zij krijgen hun prijs binnen drie weken per cheque toegestuurd Oplossingen onder vermelding van puzzel nr. 27 moeten uiterlijk woensdagmiddag in bezit zijn van: Nr.27 Lettergroepenpuzzel In elk vakje dienen twee letters te wor den ingevuld, waardoor woorden van navolgende betekenis verkregen kunnen worden. HORIZONTAAL: I. Figuurdans. 3. Licht rijtuig met driespan. 7. Korte mededeling. 9. Lid van de vroegere Oostduitse volkspolitie. 10. Luitvormig snaarinstrument uit de 17e en 18e 12. Schouwburgrang. 13. Uit zand bestaande 15. Rivier in Duitsland. 17. Zijrivier van de Schelde. 18. Onver schrokkenheid. 19. Lekkernij. 20. Massa van vergruizelde steen. 22. Ringvormig koraaleiland. 24. Rechte lijn die twee punten van een cirkelomtrek verenigt (wiskunde). 26. Stad in Duitsland. 28. Stad in Italië. 30. Overschot. 32. Geneesheer. 33. Afdak. 35. Lid van verdienste. 36. Feestmaal. VERTICAAL: 1. Donderaal. 2. Koker, foedraal. 3. Metselspecie. 4. Uit de bladeren en takken van gelijknamige boom bereide etherische olie. 6. Afsplitsing van 8. Zwart paard. 9. Eetgerei. 11. Overtreffende trap van goed. 12. Zijstuk van een jas. 14. Zwarte vogel. 16. Harde, blauwgrijze kalksteen. 17. Erfmaking. 20. Vogel. 21. Europeaan. 23. Klimplant in Z. Afrika. 24. Fijn gehakt 25. Lichte overjas. 27. Houten vat. 29. Open plaats in een bos. 31. Met gretigheid. 33. Hard klinkend. 34. Italiaans eiland. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 czzj 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 EZ 36 In welk(e) antwoord(cn) komt de lettergroep RP De lettergroep RP komt voor in Naam Adres Postcode Woonplaats Via filatelie op zoek naar de wortels van een land „Homeless" is niet alleen de naam van een elpee van Paul Simon maar tevens de titel van de postzegelverza meling van de Ier Geoffrey McAuley. Beide hebben hetzelfde doel: ze geven ieder op hun eigen manier aan dat mensen hun wortels, hun roots mis sen. Oftewel, wat is mijn vaderland? Gezien de vele opstanden in vooral Oostbloklanden (bijvoorbeeld Litou wen, Letland en Estland), maar ook el ders zoals in Zuid-Afrika (verschillen de stammen) een uiterst actueel verza melgebied. Het lijkt een moeilijk filatelistisch the ma. Toch is het de Ier gelukt om het thema in postzegels en brieven uit te drukken. Daarvoor gebruikt hij niet zijn eigen land Ierland, waar het the ma overigens ook best van toepassing kan zijn gezien het feit dat de Ieren pas in 1922 onafhankelijk zijn gewor den. Geoffrey koos voor Tsjechoslo wakije. Een land dat is opgebouwd uit verschillende deelstaten - vroeger lan den - waaronder de bekendste wellicht Bóhmen en Mahren zijn. Die staten hebben tientallen jaren geleden eigen postzegels uitgegeven. Wereldoorlogen liggen ten grondslag aan het „landje pikken", ook in Tsjechoslowakije. Na elke strijd blijkt het land of groter of kleiner te zijn. In middels zijn de oude staten opgegaan in een nieuw land: Tsjechoslowakije. Via verdragen (ter ere waarvan postze gels zijn uitgegeven) en politici (die eveneens op postzegels kwamen) is de opbouw (of afbraak) van een land te beschrijven. JOOD Maar niet alleen via zegels van de oude gebieden en bekende persoonlijk heden laat de Ier zien dat sommige mensen zich niet thuisvoelen of beter gezegd niet thuis mogen voelen in de omschrijving van Tsjechoslowakije. Ten hemel schreiend is een poststuk dat haarfijn maar o, zo spijkerhard aangeeft dat sommige mensen geen thuis hebben. Of in dit geval geen thuis mogen hebben. De Ier beeldt dat uit met de briefkaart, verzonden van uit Nederland, aan een Praagse fami lie. Verzonden in de Tweede Wereld oorlog. De Leidse afzender kreeg het aangetekende poststuk terug. Onbe- stelbaar, we gens deporta tie naar een Judenlager.... „Terug naar de roots" is een van de thema's van de internatio nale tentoon stelling Ge nua in Italië in 1992. Dat wordt een soort wereld kampioen schap thema tische filate lie. Overigens is Genua ge kozen omdat die stad de thuishaven was van Christoffel Columbus die (gerekend vanuit 1992) 500 jaar gele den Amerika ontdekte. Het is de zesde maal dat - onder de vlag van de International Federation of Philately - een dergelijke groots op gezette tentoonstelling wordt gehou den. Gezien de steeds grotere belang stelling voor thematische of verhalen de filatelie - en kwaliteitsverzamelin- Het logo van de Italiaanse tentoonstelling. gen zoals die van de Ier Geoffrey - be looft dat evenement veel. Het is te ho pen voor de Nederlandse filatelie dat daar meer exposanten vanuit ons land zijn dan op de Engelse „World Stamp" waar Nederland maar mager tjes was vertegenwoordigd. Openingsnieuwtjes In vroeger jaren was de partijopbouw van topschakers gebaseerd op veel in zicht en relatief weinig kennis van ope ningen. Niet omdat de oude meesters luier waren, maar er was natuurlijk min der partijenmateriaal aanwezig. Zo'n dertig jaar geleden was het aantal partij en van goede spelers zoveel minder dan nu. dat het bijhouden van een openin genrepertoire een stuk eenvoudiger was. Op dit moment wordt iedere week wel ergens een nieuwe zet of nieuw idee ge lanceerd, dat voor een beroepsspeler be langrijk is. Er zijn mensen die menen dat het schaakspel door deze ontwikkeling te wetenschappelijk en daardoor minder leuk wordt. Er zijn inderdaad openings systemen gekomen die leiden tot doodse stellingen, waaraan het publiek geen ple zier beleeft. Gelukkig zijn er nog genoeg topspelers die bereid zijn om risico's te nemen en daardoor voor prachtige par tijen zorgen. Door de grotere kennis van openingen zal het 'echte' schaken hoog uit een paar zetten later beginnen. Het schaakspel is zo rijk aan mogelijkheden, dat ook in ver uitgeanalyseerde ope ningsvarianten nieuwe zetten te vinden zijn, die kunnen leiden tot prachtige spektakels. Hieronder twee voorbeelden. U. ANDERSSON-A. GREENFELD (Olympiade 1988). Engels, Drierijensysteem. l.Pf3 Pf6 2.c4 e6 3.g3 b6 4.Lg2 Lb7 5.0- 0 c5 6.Pc3 Le7 7.d4 cxd4 8.Dxd4 d6 9.b3 Pbd7 10.Pb5 Pc5 ll.Tdl Pfe4. i i l a «gt u 4 a s 1 0 8 i i Vanwege de dreiging 12...Lf6 werd voor deze partij alleen 12.De3 gespeeld, met als vervolg: 12...a6 13.Pbd4 Pf6 14.b4 Pcd7 15.Lb2 0-0, waarna zwart weinig problemen ondervond. Andersson had iets nieuws gevonden. 12.b4! Lf6 13.De3 Lxal 14.bxc5 bxc5 15.Pg5! De pointe van 12.b4, 15...Dxg5 faalt nu op 16.Dxg5 Pxg5 17.Lxb7 Tb8 18.Lxg5 Txb7 19.Pxd6+ en wit wint. 15...Ld4 16.Pxd4 cxd4 17.Txd4 Pc5 18.Lxb7 Pxb7. Het lijkt alsof zwart zich aardig gered heeft, maar er volgt een nieuwe klap. 19.Pxf7! Kxf7 20.DI3+ Kg8 21.Dxb7 Tb8 22.De4 K17 23.La3 Df6. Zwart moet nog een pion geven, want op 23...Tb6 volgt 24.c5! 24.Lxd6 Tbl+ 25.Kg2 Te8 26.Le5 Df5 27.De3 g5 28.h4 h6 29.g4! Zwart gaf het op, vanwege 29...Dg6 30.h5 Dc2 31.Df3+ Kg8 32.Td7. L. OLL-A. ULYBIN (Rusland, 1989). I.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Lb4 4.e5 c5 5.a3 Voor deze partij werd hier 10.g4 gepro beerd, maar na 10...c4! ll.Le2 Da5 12.Ld2 f6 had zwart voldoende tegen spel. De gespeelde zet was alleen bekend als remisevariant. lO.Lxhó! gxh6 ll.Dxh6 Pf5 12.Lxf5 exf5 13.Ph3 f6. Gericht tegen 14.Pg5. In een eerdere par tij maakte de witspeler nu remise door eeuwig schaak, hij was daarna echter in zijn studeerkamer gekropen en had de volgende fraaie winst gevonden. 14.Dg6+ Kh8 15.Dh6+ Kg8 16.Dg6+ Kh8 17.0-0-0! fxe5 18.Dh6+ Kg8 19.Dg6+ Kh8. Een sadistisch trekje van Oil, hij geeft zijn tegenstander het idee dat er voor wit niets inzit. De klap is daarna des te harder. 20.Td3! f4 21.Dh6+ Kg8 22.Dg6+ Kh8 23.Dh6+ Kg8 24.Tg3ü Een schitterende manier om de h-lijn te openen. 24...fxg3 25.Dg6+ Kh8 26.hxg3 Dh4. Het enige om de h-lijn weer te sluiten; de witte dame is bij de open koningsstel ling echter te sterk voor de stukken. 27.gxh4 Lf5 28.Dh6+ Kg8 29.Pg5 exd4 30.Th3 Pe5 31.Tg3 Lg6 32.Pe6 KT7 33.Pxf8 Txf8 34.Df4+. Zwart gaf het op. EINDSPELSTUDIE De eindspelcomponist Jan van Reek heeft de volgende eindspelcompositie opgedragen aan het OHRA-toernooi 1990. Wit: KJ6, Le3, pion d6. Zwart: Ka5, Tc6, Pg2. De opgave luidt: wit speelt en maakt re mise. Inzendingen, met bank- of gironummer, voor 25 juli inzenden naar Sporthal Theothorne, Callunaplein 85, 6951 CN Dieren. Onder de goede oplossers wordt een prijs van 50,- verloot. Correspondentie-adres: Leo Hofland, C. Fockstraat 113, 2613 DE Delft. Opbouw en hindernissen De vraag waarom je met sommige handen opent en met andere past, hebben we vorige week beantwoord met: om zoveel mogelijk punten te verdienen of... er zo min mogelijk te verliezen. Dat openen kunnen we doen om samen met onze partner een mooi en profijtelijk doel (eindcon- tract) te bereiken maar dat kunnen we ook doen teneinde datzelfde bij de te genpartij te verhinderen. Preëmptieve openingen zijn daar een voorbeeld van. Psyches overigens ook. In de mode zijri nu de zogenaamde 'random preempts' (2 klaver, 2 ruiten, 2 schoppen enzovoort). Even tussen door: de wedstrijdtechnische departe menten van de NBB, de EBL en de WBF zouden hier eens bepaalde be slissingen over moeten nemen, want het is te dol dat er momenteel wèl re glementen zijn ten aanzien van onna tuurlijke manoeuvres op één niveau maar niet voor datzelfde op hogere ni veaus. Vorige week zijn we geëindigd met twee handen, met de vraag wat we daarmee moesten openen. De eerste zal door menigeen niet geopend wor den. Tien punten, waarvan het leeuwedeel nog door vrouwen wordt geleverd ook. Voor 1 schoppen is de hand in feite te zwak, dat wil zeggen daarvoor heeft de hand te weinig defensieve waarde. Hij is wel geschikt voor een zwakke 2 of multi: 2 schoppen of 2 ruiten. Partner heeft hierna een zeer goed overzicht en de tegenpartij moet op flink hoog niveau gaan beginnen met haar onder zoek naar een geschikt contract: dat kan knap lastig zijn. Passen op zo'n hand geeft de tegenpartij te veel ruim- te. De tweede hand is in een natuurlijk systeem niet goed te bieden. A V 10 8 H A H B A B 10 2 Moet je 1 schoppen openen? Stel dat je partner past met: B 5 3 10 8 4 2 V 2 9 5 4 3 Dan mis je mogelijk ook een geheide schoppenmanche! Voor een sterke 2- schoppenopening is de hand ook niet geheel en al geschikt. Als 'compromis' opent men zo'n hand wel eens met 2 SA... Dat loopt wel eens goed maar ook wel eens minder goed. Met dit soort collecties ben je bij conventione le biedsystemen beter af. Met precisie en dergelijke open je 1 klaver en kun je verder rustig - zonder jumpen - je hand omschrijven. Met Romex wor den dergelijke handen met 1 SA geo pend (19-21), eventueel 22, met iedere verdeling!). Ook forcing. Partner zal (verplicht) afwijzen met 2 klaver, waarna met 2 schoppen een kleur wordt geïntroduceerd. Partner zal die kleur één keer steunen (3 schoppen) en daarmee is deze kansrijke manche een feit. Het nadeel van natuurlijke systemen zit 'm onder andere in de handen met 19+ die niet met een of andere sterke twee geopend kunnen worden. Dan moet je wel eens impro viseren. Er is nog een alternatief, dat in bepaal de regio's van Nederland nog vrij veel gespeeld wordt. Dat is de zogenaamde 'puntenkul', waarbij 1 klaver 12-13 aangeeft, 1 ruiten 14-15 enzovoort, terwijl ook de allereerste antwoorden de punten in stapjes aangeven. Na tuurlijk is bridge een puntenspel, maar op een andere wijze dan hiermee wordt gepropageerd. Bridge draait om het scoren van punten. Honneurpun- ten in de hand kunnen heel nuttig zijn bij sansachtige verdelingen, zodra de verdelingen wilder worden, gaat het om slagen. Recent was er wat discussie op een zo- merdrive toen iemand één klaver opende met: A 10 9 2 9 8 8 H V 10 8 5 2 Ten eerste moet iemand dat zelf weten wanneer hij (het was een zij) hiermee 1 klaver opent. Ten tweede valt er wel iets voor te zeggen, mits het bieden van het partnership daarop ingesteld is. Het betrof dit spel: O/NZ NOORD paren- B 8 7 wedstrijd A V 6 4 2 9 6 9 7 3 WEST OOST H V 3 A 10 9 2 H 3 9 8 A 10 7 5 3 2 4 8 A B H V 10 8 5 2 ZUID 6 5 4 B 10 7 5 H V B 4 64 en de bieding ging verder: WEST NOORD OOST ZUID 1 KJ pas 1 Ru 1 Ha 2 KJ 2 Ha 3 SA pas pas pas Na een hartenstart (niet zo mooi in een paren wedstrijd) met drie oversla gen gemaakt. Aan een andere tafel begon hetzelfde spel wat normaler: WEST NOORD OOST ZUID pas pas 1 Ru 1 Ha dbl. 3 Ha Wat moet west in deze situatie bie den? (Oplossing volgende week). Correspondentie: p/a Leharstraat 10, 2162 AC Lisse. Nogmaals Nederland-Rusland Vandaag opnieuw aandacht voor de in terlandwedstrijd Nederland-Rusland. Zag u vorige week hoe Sij brands aan bord 1 zijn Russische opponent Gant- warg versloeg, nu het tweede Nederland se succes: de winst aan bord 6 van Stok- kel op Wigman. De minimatch tussen de Nederlandse kampioen van 1989 en de Russische topspeler droeg een bijzon der karakter. Op de tweede ontmoeting na werden na melijk alle partijen in de Keiler-variant uitgevochten, en wel in de modernste spelgang ervan. De ..discussie" begon in de eerste partij toen de met wit spelende Wigman eerst een nieuwtje introduceer de. later geforceerd een schijf won, maar desondanks de partij toch verloor. W. WIGMAN-J. STOKKEL Eerste ronde Nederland-Rusland 1990. 1.33-29 17-22 2.39-33 11-17 3.44-39 7-11 4.50-44 1-7 5.31-26 16-21 6.32-28 19-23 7.28x19 14x23 8.35-30 10-14 9.30-24 5- 10 10.37-31 20-25 11.24-20 15x24 12.29x20 11-16 13.20-15 7-11 14.40-35 14-19 15.44-40 10-14 16.41-37 2-7 17.33- 29 19-24 18.29x20 14-19. it r n I U M S K R i I Hl ^1 IS s H In dit theoretische verloop is nu 18.35- 30 25x14 19.40-35 het gebruikelijke ver volg. Wigman komt echter met een nieuw idee: 19.34-30 25x14 20.30-25 19- 24 21.39-34 13-19 22.25-20! Natuurlijk kan wit niet toestaan dat zwart het stra tegisch belangrijke veld 24 definitief in handen krijgt: hij moet zich immers rechts speelvrijheid voorbehouden. 14x25 23.34-30 25x34 24.40x20 22-28 25.49-44 17-22 26.26x17 12x21 27.44-39 9-14 28.20x9 3x14 29.39-34. Dreigt met 30.38-33 enz.; een ander idee was direct 29.35-30 8-13. Een belangrijke zet, want zwart geeft hiermee de formatiemoge lijkheid 8/12/17 op. Te overwegen viel daarom ook zeker 19-24 30.35-30 21-27 31.31-26 27-31. Want 32.37-31 of 32.37- 32 28x37 33.42x31 zagen er goed uit voor wit. 32.36x27 22x31 33.43-39 7-12 34.45-40 11-17 35.40-35 17-22 36.38-33 31-36 37.42-38 6-11? Na deze zet, waar aan vermoedelijk een rekenfout ten grondslag ligt (tijdnood?), kan wit zijn tegenstander laten vastlopen. Aangewe zen is 37... 12-17 om vervolgens af te rui len met 38...17-21 enz. 38.48-42 11-17 39.38-32 23-29 Of? 40.33x24 16-21 41.32x23 18x40 42.35x44 14-20 43.42-38 20x29 44.39-33 21-27 45.33x24 12-18. H'v 8 O In deze positie staat wit weliswaar een schijf voor, maar door de slecht opge stelde schijf op 46 en het aanvallende karakter van zijn eigen stand, heeft zwart beslist compensatie. Zo geeft 46.37-31? (46.37-32 17-21 is nog slech ter) na 17-21 47.26x28 18-23 48.31x22 23x43 49.22-18 13x22 50.24x13 remise. Het beste doet wit evenwel 46.47-42! waarna zwart in problemen is: - 46... 18-23 47.37-32! en na 17-21 48.26x28 heeft zwart geen geschikt tempo. - 46...27-31 47.37-32 19-23 48.26x37 36-41 49.37-31 41-47 50.46-41 47x27 51.32x12 18x7 52.30-25 enz. met winst voor wit. - 46...22-28 (lijkt nog de beste). 47.46- 41! 36x47 48.38-32 47x50 (gedwon gen) 49.32x14 met een slecht eindspel voor zwart, dat evenwel misschien nog niet verloren is. In hevige tijdnood speelde Wigman ech ter 46.38-33?, waarop hij na 36-41! 47.47x36 27-31 48.36x27 22x42 49.44-39 42-48 in verloren stand door de vlag ging. Van deze partij was het verloop tot en met 19—25x14 gelijk aan het treffen uit de eerste ronde. Kennelijk zag Wigman niets in een herhaling van zijn nieuwtje, want met 20.40-34 bracht hij het spel weer in de gebruikelijke hoofdvariant te rug. Het verdere verloop was: 22-27 21.31x22 17x28 22.26x17 12x21 23.38-33. Een zelden gespeelde zet; de alternatieven 23.36-31, 23.30-25 en 23.30-24 19x30 24.34-25 treft men veel vaker aan. 8-12 24.33x22 18x27 25.39-33 21-26! 26.43-39 16-21 27.30-24. Niet 27.47-41? of 27.49-43? wegens de dam 14-20 28.15x24 23-29 enz. Omdat wit er ook in het verdere vervolg niet in slaagt greep op de zwarte aanvalspositie te krij gen, moet achter het idee 23.38-33 ver moedelijk toch een vraagteken worden geplaatst. 19x30 28.34x25 11-16 29.45- 40 12-18 30.40-34 7-12 31.33-29 27-31 32.36x27 21x41 33.46x37 6-11. Zwart heeft nu duidelijk voordeel. Mede door het goede verdedigen van wit slaagt hij er in het vervolg niet in beslissend door te drukken. 34.39-33 11-17 35.34-30 23x34 36.30x39 18-23 37.49-43 17-22 38.43-38 12-18 39.39-34 13-19 40.34-30 9-13 41.30-24 19x30 42.25x34 16-21 43.34-29 23x34 44.33-28 22x33 45.38x40 18-23 46.42-38 13-18 47.40-34 18-22 48.35-30 3-9 49.48-42 9-13 50.38-33 23- 28 51.42-38 28x39 52.34x43 13-19 53.43-39 19-23 54.30-24 23-28 55.47-41 en de spelers kwamen remise overeen. J. STOKKEL-W. WIGMAN Vierde ronde Nederland-Rusland 1990. Deze keer dus de Nederlander met wit. Ook hij zag niets in een herhaling van Wigmans nieuwtje, en koos in plaats daarvan in de eerste diagramstand voor de gewone hoofdvariant met 19. 35-30 25x14 20. 40-35 die ook in de derde ron de op het bord was gebracht. Waar Wig man daarin evenwel vervolgde met 23.38-33, speelde de oud-kampioen van Nederland de zet 23.30-25, wat de vol gende partij opleverde: 23...7-12 24.34-30 11-17 25.37-31 18-22 26.38-33 21-27 27.30-24 19x30 28.25x34 13-18 29.34-30 17-21 30.45-40 21-26 31.40-34 26x37 32.42x31 6-11 33.30-24 14-20 34.24-19 23x14 35.15x24 11-17 36.34-29 8-13 37.35-30 14-19 38.30-25 19x30 39.25x34 13-19 40.31-26 9-14 41.46-41 4-10 42.29-24 19x30 43.34x25 18-23 44.33-29 23x34 45.39x30 10-15 46.30-24 3-9 47.41-37 12-18 48.48-42 27- 31 49.36x27 22x31 50.43-38 31-36 51.49-43 18-22 52.43-39 16-21 53.38-33 21-27 54.42-38 9-13 55.37-31 14-19 56.33-29 19x30 57.25x34 en de spelers besloten tot remise.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 27