grote hoeveelheden electriciteit nodig - weet ik nog niet. Zonnecellen, windener gie en ook waterkracht zullen een rol hebben te vervullen, maar vooral bij zonne-enereie en wind praten we over zeer specifieke toepassingsterreinen; ze zullen - ik zie eerlijk gezegd geen enor me technologische doorbraken op deze terreinen plaatsvinden - echter een marginale rol spelen". W erkmaatschappijen Van Wachem geldt als de hoogste man van Shell, maar dat begrip is bij dit be drijf voor velerlei uitleg vatbaar. Offi: cieel is Van Wachem de baas, omdat hij president-directeur is van de Shell Groep, die alle werkmaatschappijen overkoepelt. Dat is dus weer wat anders dan Shell Nederland, waar drs. Hooy- kaas het voor het zeggen heeft. Shell Ne derland is één van de vele werkmaat schappijen en slechts een onderdeel(tje) van de Shell Groep. Als er in Nederland iets gebeurt, dan is dat niet primair de verantwoordelijkheid van Van Wachem, maar van Hooykaas. En zoals de Shell Groep zich niet verantwoordelijk voelt voor doen en laten van Shell Nederland, voelt ze zich dat ook niet voor Shell Zuid-Afrika, Shell Maleisië, Shell Italië en noem al die werkmaatschappijen maar op in de ruim honderd landen waar het bedrijf zit. Gaat er ergens iets mis, dan ligt dat niet aan Shell, maar aan (de leiding van) Shell in het betref fende land. Zo wordt de indruk gewekt dat er niet één, maar vele Shells zijn. Die merkwaardige, nogal ondoorzichtige organisatie heeft te maken met de speci fieke bedrijfscultuur. Shell is een combi natie van een Nederlandse en een Britse onderneming, die aanvankelijk eikaars concurrenten waren, maar in 1907 beslo ten tot samenwerking. Er kwam een overkoepelende Groep, waarin de Ne derlandse afdeling (de Koninklijke) zes tig procent van de zeggenschap had en het Britse deel (Shell Ltd.) veertig pro cent. Daaronder kwamen de werkmaat schappijen met bijna volledige autono mie. Volgens Shell heeft dat als groot voor deel dat het bedrijf wordt gezien als van het betrokken land zelf; autoriteiten noch bevolking beschouwen het als een buitenlandse onderneming. 'Shell hoort hier thuis' is de vaak gehoorde kreet. In het specifieke geval van Zuid-Afrika heeft de Shell Groep ook steeds gezegd, dat dit een zaak is van Shell Zuid-Afri ka. Met andere woorden; Shell is geen centraal gestuurd lichaam en kan dus geen invloed uitoefenen op wat er in Zuid-Afrika gebeurt. Dat lijkt wat onge loofwaardig, maar deze structuur heeft voor het bedrijf als grote voordeel dat nooit goed duidelijk is wie nu eigenlijk waarvoor verantwoordelijk is. Geschiedenis Zo bepaalt de geschiedenis voor een be langrijk deel het huidige beeld van Shell. Een historie, die begint bij lampolie, dat in de vorige eeuw een wereldwijd gewild produkt was. Boerenzoon Aeilko Jans Zijlker uit het Groningse Nieuw-Beerta maakte als 40-jarige administrateur voor de Oost-Sumatra Tabak Maatschappij een inspectiereis in Noordoost-Sumatra. Hij moest schuilen voor een tropisch on weer in een verlaten tabaksschuur. Daar bij viel hem op dat de toorts van de hem vergezellende mandoer rustig brandde en een helder licht verspreidde. De man doer maakte hem duidelijk dat de toorts was gedrenkt in aardwas, die dreef op poelen in de buurt. Zijlker schepte wat drab weg bij de poel en stuurde het op naar Batavia voor analyse. Daar bleek dat de dessah-olie na destillatie ongeveer zestig procent lampolie bevatte. Met veel moeite wist Zijlker geld los te krijgen om proefboringen te laten ver richten, waarvan er maar één echt suc cesvol was. Ondanks vele tegenslagen en aanvallen van opstandige Atjehers op de installaties, kreeg hij steun van koning Willem III om het bedrijf dat hij wilde oprichten de naam Koninklijke Neder landse Maatschappij tot Exploitatie van Petroleumbronnen in Nederlands-Indiè te geven. Op 16 juni 1890, vandaag dus precies honderd jaar geleden, werd de oprichtingsacte ondertekend. Een half jaar later overleed Zijlker in Singapore, onderweg naar Batavia. In de pioniersjaren drukten drie mensen ZATERDAG 16 JUNI 1990 hun stempel op de Koninklijke; Kessler. Deterding en jonkheer Loudin. Ondanks zijn grote verdienste voor het bedrijf - hij wordt de vormgever van de geïnte greerde oliemaatschappij met belangen 'van put tot pomp' - wil Shell toch lie ver niet meer te veel aan Deterding wor den herinnerd. Hij sloeg in de oorlog de verkeerde straat in en bij zijn begrafenis lagen vlaggen met hakenkruisen over zijn kist. Jonkheer Loudon daarentegen wordt min of meer als redder van het bedrijf gezien. Onder zijn leiding werd onder meer het olieveld Perlak gevonden, op een moment dat andere putten vrijwel waren opgedroogd. Daadwerkelijk verbonden met Neder land wordt Shell eigenlijk pas op 22 juli 1959, als in eigen land een gasbel wordt aangeboord. Daarmee is, na het vertrek van pionier Zijlker uit zijn geboortehuis, de Koninklijke weer terug in Groningen en is de cirkel rond. De vondst blijkt één van de grootste ter wereld - hoe groot precies wordt om politieke redenen nooit verteld - en is er indirect ook do aanleiding voor dat de Koninklijke/Shell Groep zich ontwikkelt tot de leidende gasmaatschappij. Imago Nu, in 1990, heeft Shell drie pijlers: olie, gas en chemie. Daarvan is olie in belang rijkheid fors afgenomen en bezorgt che mie het bedrijf nog altijd de nodige kop zorgen. De komende vijf jaar wil Shell ruim vijftig miljard gulden investeren; ongeveer de helft in exploratie en pro- duktie, een derde in raffinage, transport en verkoop en de rest, ongeveer een vijf de, voor chemie. Vooralsnog is niet dui delijk of dat gepaard zal gaan met over names. Tot nu toe is Shell geen opzien barende 'opkoper' geweest, meestal gaat het om kleine firma's of joint-ventures, vooral in landen waar de overheid een vinger in de pap wil houden. In de loop der jaren is het imago van Shell sterk veranderd. Uit het anekdoti sche boekwerkje 'De Olieverkoper' van Oegstgeester C. de Vries blijkt dat ieder een vroeger trots op je was, als je bij Shell werkte. Hij besluit zijn relaas mei de vetgedrukte uitroep 'Shell: een pracht bedrijf en een goeie baas!' Misschien nu ook nog wel, stelt Fokje Zijlstra (in HP van november vorig jaar), maar niemand zegt het meer hard op. Zijlstra werkt voor het bureau dat de reclame voor Shell doet. Er wordt hard gewerkt aan het imago van de firma. Shell helpt, er verschijnen allerlei leuke boekjes - het 100.000 stra- tenboek bijvoorbeeld -, en er zullen nog maar weinig Nederlanders zijn die geen handdoeken hebben gespaard van de ze geltjes. En om ook maar het vermoeden van milieuvervuiler te vermijden, wordt er in een tv-spotje zelfs gesteld dat je ook maar eens vaker de trein moet ne men. Een tricky spotje, dat alleen moge lijk leek nadat Kees Brusse geruime tijd het volk had toegesproken namens Shell. En Brusse kon de aardigste man van Ne derland spelen, dus wat zou er dan mis kunnen zijn aan Shell? Groen Ondertussen doet het bedrijf zelf van al les om zich te positioneren als 'groen'. Eerder dan de concurrenten investeerde het in loodvrije benzine en in 1988 ver kocht het ook nog meer loodvrije benzi ne dan enige andere oliemaatschappij. Topman Van Wachem (van de Shell Groep dus) denkt dat het mes aan twee kanten zal snijden: „Ik geloof met dat de grote aandacht voor het milieu, met daarbij grote investeringen in moderne milieutechnieken, negatief zal werken op de economische groei. Integendeel, het zijn ook vormen van economische acti viteit". Van Wachem is ervan overtuigd dat het milieuprobleem voor een groot deel zal moeten worden opgelost door technische verbeteringen. Hij toont zich daar steeds weer bijna naïef optimistisch over. Het grootste probleem blijft vooralsnog de uitstoot van kooldioxyde (C02). Bijna niemand in het bedrijfsleven, dus ook Van Wachem niet, gelooft op dit punt in een zogenoemde nul-uitstoot. DICK HOFLAND Bronnen: Shell Persdienst. SVP Sijthoff. De Olie- verkoper (C. de Vries: Oegstgeest altijd een synoniem voor vervuiling is. Als voorbeeld daarvoor geldt Oost- Duitsland, waar de levensstandaard aan zienlijk lager is dan in West-Europa, ter wijl de vervuiling er vele malen erger is. W ereldbevolking Voor een bedrijf als Shell is een visie op de toekomst van vitaal belang. Presi dent-directeur Van Wachem zegt daar in een publicatie van het bedrijf dit over: „We hebben intern geprobeerd te analy seren wat de vraag naar energie zal zijn als er een zekere mate van groei is in de wereldeconomie. Laten we een paar za ken als gegeven aannemen: ten eerste dat de wereldbevolking van ruim vijf miljard nu in twintig tot 25 jaar met vijftig procent zal toenemen. Als je dan ruimte wilt zien voor reële groei van de welvaart van de bevolking in de arme landen, dan zul je moeten komen tot zeg een verdubbeling van het Bruto Mondi aal Produkt (BMP). Wij zien niet in hoe dat tot stand kan komen zonder verho ging van de vraag naar energie. Niet na tuurlijk een verdubbeling van de ener gieconsumptie, want er is grote ruimte voor efficiënter energiegebruik. Maar zelfs met inbegrip van die besparing groeit het wereld-energiegebruik. Om een verdubbeling van het BMP mogelijk te maken denken we dat zeker een kwart meer energie nodig is. Nogmaals, daarbij is al een zeer behoorlijke verbetering verondersteld van de energie-efficiëncy in de industrielanden". „Wat betreft de nieuwe energievormen kunnen we vooral moeilijk om kern energie heen. Shell zit niet meer in deze energietak, maar ik zie nucleair als één van de meest veelbelovende additionele of althans groeiende vormen van ener gie-opwekking. Of dat daarna zal leiden tot een waterstof-economie - immers, voor de produktie van waterstof heb je DEN HAAG - De belangrijkste vraag bij een jubileum; is er toe komst? In het geval van Shell bete kent dat: hoe ga je zo zuinig en schoon mogelijk om met olie en gas en wat gebeurt er als die voor raden over enkele decennia zijn uitgeput? In de afgelopen zestig jaar is het energie gebruik in de geïndustrialiseerde landen, dus ook in Nederland, fors toegenomen. De zorg uit het begin van de jaren ze ventig dat de olie- en gasvoorraden snel uitgeput zouden zijn, en dat er een dras tische verandering in het energiever bruik zou optreden, is ongegrond geble ken. Er is nog tot ver in de volgende eeuw genoeg, vooral gas. Pas eind jaren tachtig is er voorzichtig een eind gekomen aan die onbegrensde groei, door enerzijds hogere energieprij zen en anderzijds een actief milieube leid. Deskundigen verschillen van me ning of de vraag naar energie de komen de decennia verder zal afnemen of juist weer zal toenemen. Ze lijken het er wél over eens dat het zwaartepunt in de energie-discussie blijvend bij het milieu zal liggen. Het leven zal veranderen en daarmee ook het omgaan met energie. Volgens sommigen zal in het begin van de volgende eeuw gas de belangrijkste energiebron zijn, ook in het verkeer. Daarna zal zonnewarmte en geothermi sche warmte (aardwarmte) die rol over nemen. Auto's worden uiteindelijk wel licht voortgedreven met waterstof. Weer anderen denken dat de hele volgende eeuw zal worden beheerst door kern energie. In de armere landen, inclusief Oost-Eu ropa, zal de toenemende welvaart ver moedelijk gepaard gaan met een toene mende vraag naar energie. Waarbij Shell als immer aantekent, dat welvaart niet Shell bestaat vandaag precies honderd jaar. Begonnen in Indonesië als de 'N.V. Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot Exploitatie van Petroleumbronnen in Nederlands-Indië'. Uitgegroeid tot één van de grootste bedrijven ter wereld. Qua omzet is General Motors groter, qua winst - jaarlijkse al snel meer dan tien miljard gulden - wint Shell de slag. Op eigen terrein, olie en gas, is het inmiddels Nederlands- Britse imperium door niemand te volgen. Enige serieuze concurrent is Exxon, maar dat blijft zowel in omzetcijfers als winstcijfers ver achter. Shell is in vrijwel elk land ter wereld vertegenwoordigd. Ook in Zuid-Afrika. Wie met olie omgaat heeft niet altijd schone handen. Maar Shell combineert maatschappelijk onbehagen moeiteloos met commercieel scucces. Want, zegt topman ir. Lodewijk van Wachem altijd, je moet een zekere eigenwijsheid tonen, zodat je niet door elke modegril je koers verandert. £eidóc6ou4a/nt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 25