De moeizame evacuatie uit Duinkerken Crisis in onderwijs knaagt aan toekomst Zuid-Afrika Rare oorlog Blessure Onvergetelijk [Openplaatsen Verspilling Absurd Zwarte kranten '£eidóc Sou/tont' GINj DUINKJEiyCEN - Schuine daken net van die herkenbare rode dak- jannen zie je niet veel meer in het :entrum van Duinkerken. In een jramatische episode uit de Tweede Wereldoorlog werd het oude Vlaamse hart van de Noordfranse teehaven verwoest door Duitse ar- illerie en Stuka-bommenwerpers. Tussen 20 mei en 3 juni 1940 dreigde in )uinkerken een ongekend militair deba- :le en ook het einde voor honderddui- :enden Britse en Franse soldaten. Vol- comen verrast werden ze door de snel- leid van de Duitse pantseropmars en de unvoorwaardelijke overgave van de Bel- jsche koning Leopold. Een net van staal loot zich om de latere geallieerden, daar dank zij een meesterlijk geïmpro- riseerde reddingsactie, operatie Dyna- 10, kon het leeuwendeel van de Brits- tanse troepen de dans toch ontsprin- en. Alles wat aan tonnage kon worden ipgebracht, tot raderboten, visserssche- n, reddingssloepen en zeilboten toe, rd naar de belegerde haven gediri- ;rd. Moordende Duitse bombarde menten lukte het niet de evacuatie te he etten van 220.000 Engelsen, de basis hran de Britse strijdkrachten, en 118.000 Fransen en Belgen. Duinkerken werd lan de overzijde van Het Kanaal een symbool van opoffering en hoop. Voor pakkt le Fransen was de nederlaag minder glo rieus, aangezien het gehele centrale front in de volgende dagen ineen zou storten. De weg naar Parijs lag open en op 14 |uni paradeerde de Wehrmacht onder de Krc de Triomphe. Vie zii ien' een. Ti en 's-Gi •chrijvefc "RUM ZATERDAG 26 MEI 1990 PAGINA 27 vakantie ongeveer 80.000 Dunkerquois, zoals de bewoners van de stad worden ge noemd. hebben sindsdien al lang weer nieuwe daken boven hun hoofd. In de wederopbouw tekenden Pa- ij se architecten het ene na het andere >lok. Voor zover ze de stad kenden was iet van de zomervakantie. Ondanks zijn ndustrieén was en bleef Duinkerken ge- iefd vanwege zijn brede stranden en gastvrijheid. Een Franse tegenhanger -an Oostende, inclusief mosselen, frites :n bier. De snelle bouwtekenaars uit de loofdstad hadden echter weinig benul van de gure winters en de zuidwester kjstormen langs Het Kanaal. Net als in botterdam dienden er een nieuwe haven arbeiderswoningen uit de grond te worden gestampt, zij het dan op veel be scheidener schaal. Duinkerken kreeg uniforme wijken en etagewoningen met ilatte daken. „Die heren architecten uit 'arijs hadden vooral haast, met als ge volg dat de huizen van bovenaf wegrot ten doordat het water op de daken bleef staan. En in de meeste straten tocht het doordat ze de huizen niet goed op de wind hebben gebouwd", vertelt Marius Weber (84). De voormalige schooldirec teur en Duinkerken-veteraan is niettemin verknocht aan zijn stad. Tweemaal zag hij haar branden. In juni 1940, toen hij na verschrikkelijke ge vechten een paar uur te laat op het strand aankwam en, samen met 40.000 lotgenoten, de evacuatie naar Engeland miste èn in mei 1945, toen de Duitse stadscommandant, admiraal Frisius, tot na de overgave bleef doorvechten. Mau rice Weber was toen bij het verzet. De Duitsers heeft de joviale Fransman inmiddels veel vergeven. Dat ze in 1870 zijn familie uit Lotharingen verjoegen en in 1914 zijn vader doodden bij een gas aanval op Amiens. Dergelijke tragedies overkwamen talloze Franse families. ,Maar een SS'er de hand schudden lukt nog steeds niet", zegt hij met verkramp te kaken. „In juni 1940 kon ik ze vreten, die moffen. Een vrachtwagen met ge wonde Engelse soldaten staken ze in brand. Levend werden die jongens ge grild". De smadelijke evacuatie uit Duinkerken was het eindpunt van een onafwendbare aftocht. Een serie blunders van de Fran se legerleiding, de grove onderschatting van de Duitse oorlogsmachine en hoog- Alles wat maar varen kon werd indertijd ingezet om de honderdduizenden soldaten bij Duinkerken over te Van Duinkerken was na die eerste oorlogsdagen weinig meer over. varen naar Engeland, voor ze door de Duitsers in de pan werden gehakt. FRANSEN EN BRITTEN HOUDEN GESCHEIDEN HERDENKINGEN Op het strand van Duinkerken hadden de Engelsen vrachtwagens zee gereden als kunstmatige landingsbrug. lopende Frans-Britse meningsverschillen over de te volgen tactiek moesten wel verkeerd aflopen. In de windstille perio de die volgde op de gezamenlijke oor logsverklaring aan Hitier na de inval in Polen (de 'dróle de guerre' of rare oor log, want vooralsnog zonder gevechten) stortten de Fransen hun betonwallen precies; daar waar de Duitse legerleiding geenszins van plan was om aan te val len. De grens met Duitsland heette afge grendeld door de Maginotlinie. Hoe waardeloos die 'onneembare' verdedi gingswerken waren bleek toen de tankdi visies van Von Rundstedt er met een simpele boog omheen gingen. Door de Ardennen en over Zeeland stootten de pantsers door de Franse linies, gesteund door onophoudelijke stuka-aanvallen. De Duitsers hadden de 'Blitzkrieg' uitge vonden en het Brits expeditieleger kon de opmars slechts hier en daar afrem men. Op 19 mei 1940 besloot Churchill tot evacuatie nadat de commandant van het Engelse expeditieleger; Lord Gort, hem de uitzichtloze situatie had geschilderd. De volgende dag al werden de eerste Britse eenheden overgevaren, zonder dat de Fransen daarin waren gekend. De moeilijke verstandhouding wordt rond uit slecht wanneer de Engelsen aanvan kelijk alleen hun eigen soldaten evacue ren. Pas vanaf 29 mei worden ook Fran se en Belgische militairen meegenomen. Onbegrip en traditionele Frans-Britse antipathie zijn dan al zo hoog opgelopen dat het weinig scheelt of de geallieerden schieten op elkaar. Voor Charles Lenglart (76). voormalig loco-burgemeester van Duinkerken en destijds luitenant in het, ingesloten, ze vende Franse legerkorps is de chaotische evacuatie een pijnlijke blessure geble ven. „Van begin af aan klikte het niet tussen ons. Het Engelse expeditieleger was een prima uitgerust keurkorps van beroeps- FOTO'S: ARCHIEF SP militairen. Een beetje hooghartig, maar een koninklijk leger. Daar tegenover maakten wij de indruk van een samen geraapt zooitje, zoiets als het republi keinse leger in de slag bij Valmy en dan nog op klompen. Terwijl wij in bouw vallige boerderijen ingekwartierd waren zaten de Engelse officieren in de 'grands hotels' van Touquet-Plage. Mijn regi ment had de bestelauto van een groente boer als enige vrachtwagen. De Engelsen was dat een zorg; met het beste materi aal zoefden ze langs. Irritaties waren on vermijdelijk. Toen het Franse opperbe vel ons bevel had gegeven te evacueren werden we bij Lille tegengehouden door Engelsen. Ze lieten ons langs omdat het theetijd was. De kuststrook was verdeeld in zones en de Engelsen lieten niemand in hun gebied toe. Naderhand heb ik al les goed begrepen, maar in de situatie van toen was het onverteerbaar. We hadden bevel gekregen zo snel mogelijk naar de kust te gaan en Engelsen wilden ons niet laten passeren. Dat en een beet je propaganda zorgde voor grote span ningen. Waarom zouden Engelsen eerder vertrekken dan de Fransen, vroegen we ons af. Sommigen vonden dat normaal, anderen gingen er van uit dat wie het eerst bij de boten kwam ook kon ver trekken. De Engelsen namen alleen een heden aan boord. Geen individuele sol daten, want dat konden deserteurs of spionnen zijn. Ik was er getuige van hoe een Franse officier een Engelse schild wacht een geweer op de borst moest zet ten, anders had hij ons niet doorgela ten". Een haastig, op 26 juni, gesloten proto col ter verbetering van de samenwerking kon daar weinig aan veranderen. Lord Gort en de Franse generaal Blanchard koesterden een wederzijdse afkeer van elkaar met als gevolg tal van misverstan den. Een dieptepunt werd bereikt toen een Engels konvooi in de nacht van 2 op 3 juni voor Duinkerken aankwam en zonder passagiers rechtsomkeer moest maken. Op de kades stond niemand. Terwijl de Fransen elders wachtten lie ten de Britten twee vrachtvaarders zin ken opdat de Duitsers de haven niet meer konden gebruiken. Consternatie in het Franse kamp. De nacht erop revan cheerde de Royal Navy zich met een hu zarenstukje door ondanks de barricade 26.000 Fransen te evacueren. De brouil le tussen Gort en Blanchard zou de geal lieerden niettemin duizenden krijgsge vangen kosten. Een enorme hoeveelheid materieel moest op de stranden worden achtergelaten. Met 600 andere Franse militairen werd de verbitterde Lenglart uiteindelijk op een mijnenveger naar Sheemess gevaren. „Achteraf beschouwd lieten we ons mis schien te zeer door onze emoties meesle pen. Maar ons land stond in brand, ter wijl de mensen aan de andere kant van Het Kanaal nog konden pootjebaden. Enfin, de Engelsen hadden gelijk, wij waren een verslagen leger". De aankomst in Engeland was voor veel Fransen onvergetelijk. Voor het eerst sinds vele dagen konden de uitgeputte soldaten slapen, zich wassen en er was bovendien genoeg te eten. „Die officiers mess in Sheemess was fenomenaal. Wat een rijkdom en met hoeveel stijl werd je daar bediend", zegt oud-luitenant Len glart. De trots van de Britse officieren viel hem op. „Duinkerken was hoe dan ook een prachtig wapenfeit, want het was gelukt ruim 330.000 soldaten te eva cueren, terwijl men aanvankelijk dacht maar 30.000 man te kunnen overbren gen". Marius Weber heeft de overzijde van Het Kanaal nimmer gezien. Steeds werd zijn vooruitgeschoven regiment door de Duitsers achteruit gedrukt, van Walche ren tot aan Duinkerken. „Telkens moesten we ons ingraven en pas op het laatste moment mochten we ons terugtrekken. Met zware verliezen. Alleen de officieren wisten dat ons regi ment werd opgeofferd om de evacuatie te dekken. De Engelsen hebben daarvoor wel de zwaarste offers gebracht. Je kunt de kerkhoven van Vlaanderen aflopen, overal vind je graven van groepjes En gelsen die bewust werden achtergelaten en tot het einde weerstand hebben gebo den. Ik heb veel Engelse soldaten gezien met een schot in de nek. De SS had de pest aan Engelsen. Logisch dat de Brit ten hun eigen soldaten het eerst wilden evacueren. Bovendien waren driekwart van de bootjes waarmee ze overvoeren Engelse bootjes". Even zuidelijk van Duinkerken schoot Webers uitgedunde regiment de laatste kogels. „In Zeeland had ik ergens op een stadhuis een fiets gevorderd voor een soldaat van 42. Hij kon moeilijk lopen. Tijdens een gevechtspauze vlak voor Duinkerken hebben verschillende solda ten dank zij die fiets nog hun huis of hun familie kunnen zien. Onze eenheid bestond bijna helemaal uit Duinkerkers, veel havenarbeiders. Achter zich zagen ze hun stad en misschien wel hun hui zen branden. De woede zat in hun hart. Van hen zijn er 74 gesneuveld. Het wa ren de beste soldaten die ik ooit gezien heb". Engelsen en Fransen herdenken vandaag en morgen de grootscheepse evacuatie van Duinkerken. Défilés en ceremonies worden, ook na vijftig jaar, echter strikt gescheiden gehouden: vandaag is de Franse dag. morgen de Britse. Marius Weber haalt er zijn schouders over op: „Ieder zijn temperament. De Engelsen zijn zoals ze zijn. Als ze iets organiseren moet het een typisch Engelse manifesta tie worden. Wij denken daar anders over en dat zal altijd wel zo blijven". BOB VAN HUËT jur). DURBAN - Een 'stenen vloer, wanden en dak van metalen golf- ilaten en wat eenvoudig meubilair, •at is in twaalf woorden het :hoolgebouwtje van Godfrey 'Sa leiks' Mdevolawa in een 'squatter'- ijk, even buiten de Zuidafrikaan- se havenstad Durban. Hoe schamel het onderkomen naar Ne- jderlandse maatstaven ook mag zijn, het gebouwtje ziet er veel steviger uit dan |veel van de huizen die er omheen staan. ialeiks' leerlingen wonen dan ook in een J'wijk' die grotendeels is volgebouwd met ikrotten, opgetrokken uit leem, steen, [plastic, metaal en hout. In de met geldelijke steun van de Neder- jlandsc Vastenactie gebouwde school Jgeeft Saleiks sinds begin van dit jaar bij- les aan leerlingen van een nabijgelegen niddelbare school. Daar volgen zij on derwijs in het Engels, een taal die zij Ivolstrekt onvoldoende beheersen om straks met enige kans op succes examen |te doen. |Het is een van de gevolgen van veertig jaar apartheid voor het zwarte onder- Iwijs. „Een crisis. Anders kun je het niet noemen", zegt Iron Rensburg. We spre- Iken hem in wat voor een deel van de Iblanke Zuidafrikanen 'het hol van de w' is: het gebouw in Johannesburg waarin sinds kort, op de vierde verdie- I ping, het hoofdkwartier van het ANC is ■gevestigd. Rensburg zetelt een etage ho- I ger, in het kantoor van de National Edu- cational Crisis Committee, zeg maar het ministerie van onderwijs van het ANC. I „De cijfers spreken eigenlijk voor zich", zegt Rensburg. „De crisis is een direct F gevolg van het aparjheidsbeleid met zijn gescheiden onderwijs voor blank en zwart. Van de zwarte kinderen tussen acht en negentien jaar oud gaat volgens onze schattingen zo'n zestig procent naar school. Desondanks zijn klassen met veertig a vijftig leerlingen geen uitzonde ring. Er is een nijpend tekort aan zwarte scholen, maar tegelijkertijd zijn er in het blanke onderwijs 338.000 onbezette plaatsen. Meer dan tweehonderd blanke scholen zijn gesloten wegens een gebrek aan leerlingen". Die scholen liggen meestal in blanke wij ken en mogen dus op grond van de nog steeds geldende wetten niet door zwarten bezocht worden. Tenzij ze zich omvor men tot gemengde particuliere scholen. Daartegen bestaat nogal eens verzet van blanke omwonenden. Mede daardoor zijn de mogelijkheden voor particuliere scholen beperkt. Bovendien is het. onder wijs voor de meeste zwarten gewoon veel en veel te duur. Het kost Iron Rensburg weinig moeite andere cijfers te vinden die zijn betoog ondersteunen. Cijfers over het onvoqr- stelbaar lage percentage zwarte leerlin gen dat het belangrijke 'matric-examen' haalt, dat recht geeft op een plaats aan de universiteit. Over de vele slecht opge leide zwarte leerkrachten. Over het enor me tekort aan bibliotheken bij zwarte scholen. Over de achterstelling voor wat betreft andere voorzieningen, zoals de gratis schoolboeken. „Aan blanke kinde ren wordt gemiddeld vier maal zoveel onderwijsgeld uitgegeven als aan zwarte. Twintig jaar geleden was dat trouwens nog achttien maal zoveel". Tezelfdertijd gaan vele miljoenen verlo ren door de uiterst merkwaardige wijze waarop het Zuidafrikaanse onderwijssys teem is opgezet. Rensburg: „Als gevolg van de scheiding tussen blanken, zwar ten, kleurlingen en Indiërs en de politiek van de thuislanden zijn er niet minder dan zeventien departementen van on derwijs en veertien ministers. Dat is een ongekende verspilling van geld". De afgelopen jaren van noodtoestand en schoolboycots hebben de crisis in het zwarte onderwijs alleen maar verergerd. Leerlingen bleven massaal weg en talrij ke klaslokalen gingen in vlammen op. Volgens Rensburg waren dat veel min der uitingen van vandalisme dan acties uit pure frustraties over de „enorme puinhoop die het onderwijs toen ook al was". Rensburg: „De jongeren wilden af van het oude onderwijssysteem. Maar inwil liging van die eisen zou in feite afschaf fing van het gescheiden onderwijs bete kenen. Dat ging dus niet en leidde tot grote onrust, want de scholen werden tot een symbool van het apartheidsbewind". Door de massale boycotacties en het harde optreden van de autoriteiten zijn de afgelopen jaren vele duizenden zwar te leerlingen uit de boot gevallen. Een deel van hen behoort tot een 'verloren generatie' die is opgegroeid in een sfeer van haat, geweld en vaak ook ordinaire misdaad. Aan hen is de dramatische op roep van Nelson Mandela „terug te ke ren ,naar school" niet besteed. Een verkeersbord dat waarschuwt voor overstekende scholieren wordt omgeven door wolken traangas. Dat beeld is symbolisch voor de situatie waarin het zwarte onderwijs verkeert. FOTO: UPI Maar duizenden anderen hebben wel ge hoor gegeven aan de oproep: het aantal zwarten dat onderwijs volgt neemt sterk toe. Rensburg: „Wij proberen voorstel len te doen voor een nieuwe toekomst voor het onderwijs. Dat moet gericht zijn op de opvoeding als mens, met om er een zwarte, kleurling of Indiër van te maken. Daarvoor moeten we ook kijken naar de inhoud van het onderwijs. Waarom in de geschiedenislessen wel aandacht voor Jan van Riebeeck, maar niet over de geschiedenis van bijvoor beeld de Zulu's? En wat is het nut van Shakespeare, als we de ongekend rijke Afrikaanse literatuur volstrekt nege ren?". Theo Goggin, adjunct-directeur van het gezaghebbende Zuidafrikaanse Instituut voor Rassenvraagstukken, zei onlangs: „Het is het toppunt van absurditeit dat een regering, die het einde van de apart heid heeft aangekondigd, het onderwijs nog niet heeft aangepakt. De last van ge neraties van half-opgeleide burgers zal nog zwaarder op het land drukken dan de huidige onderwijscrisis". De regering heeft onlangs een bedrag van 800 miljoen rand (600 miljoen gul den) extra uitgetrokken voor het onder wijs, maar om die bedragen kan Iron Rensburg alleen wat meewarig lachen. „Goed bedoeld, maar volstrekt onvol doende. De huidige onderwijsbegroting bedraagt zo'n twaalf miljard rand. Voor het oplossen van de tekorten aan school gebouwen en andere eenmalige voorzie ningen is volgens onze berekeningen 21 miljard rand nodig. Als je aan zwarte kinderen evenveel wilt uitgeven als aan de blanken, en het niveau op peil wilt houden, is jaarlijks negentien miljard rand extra nodig. Dan is achthonderd miljoen een druppeltje op een gloeiende Die druppel is een indicatie dat - of schoon de volledige afschaffing van de apartheid in het onderwijs niet een-twee- dne valt te verwachten - de regering De Klerk de ernst van de situatie wel is gaan inzien. Want welke politieke toe komst het land ook te wachten staat, de huidige crisis in het zwarte onderwijs knaagt nu al aan dat 'nieuwe' Zuid-Afn- ka en de gevolgen ervan zullen decennia lang voelbaar zijn. Dat is ook een van de redenen waarom de zwarte kranten bijzondere onderwijs- bijlagen maken. 'Learning Nation' bij voorbeeld is de wekelijkse bijlage van d.e 'New Nation', de zwarte krant die enkele jaren geleden mede met steun vanuit Nederland (Cebemo/Vastenactie) en de EG werd opgezet. Acht pagina's met ge schiedenis- en biologielessen, wiskunde en een rubriek 'Ken uw lichaam', waarin aanwijzingen worden gegeven hoe vrou wen zichzelf kunnen controleren op knobbeltjes in de borsten. Saleiks leerlingen zijn nog niet toe aan het moeiteloos lezen van New Nation. Nog niet. want drie keer per week ko men ze bij elkaar in de 'school'. Niet al leen de studenten aan de middelbare school, maar ook groepjes jongere, leer gierige kinderen, vrouwen en werklozen, 's Avonds thuis geeft hij dan ook nog eens les aan groepjes arbeiders. Want ook al zijn zij, ieder op zijn hun manier, slachtoffers van de apartheid en de crisis in het zwarte onderwijs, ze weigeren bij de pakken te gaan neerzitten. „De toe komst van Zuid-Afrika", zo zegt Saleiks, „is ook de hunne". JOS TIMMERS (Dit is het derde artikel naar aanleiding van een reis door Zuid-Afrika. Het eerste artikel verscheen zaterdag 19 mei. het tweede in de krant van dinsdag 22 mei).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 27