1
De courant in den oorlog
£eidóc0ou*cmt
ZATERDAG 5 MEI 1990
u een v<
ingcar,
jxembu
m, voor
mburg-
ft, Holl.
j: Gronii
ws bescl
)ad, ten
an en et
Van oproepen ten
strijde te trekken
tegen „den
vreemden
indringer" tot het
dringende advies
zich „loyaal te
onderwerpen aan
het gezag dat thans
boven ons is
gesteld"; of hoe de
Nederlandse
kranten in vijf
dagen veroverd
werden door de
Duitsers. „Ik zeg U
uit naam van het
Duitsche volk dank
en spreek mijn
bewondering uit".
'.h. via II
dgl. var
De feuilletons heten 'De vechtende
gek' en 'Timotheus Klein op oor
logspad', er is nieuws van het front
in Noorwegen en Het Volk, Soci-
aal-Democratisch Dagblad, meldt
dat er in Berlijn „vanmorgen aller-
lei geruchten gingen over een Duit-
235-se inva' *n Nederland".
Vraag
dgn. er
Woensdag 8 mei 1940; in de Nederland
se kranten verschijnen berichten die de
harten van de lezers sneller doen klop
pen. Maar ook reclame voor Purol tegen
huidonzuiverheden, vetwormpjes, puk
kels en uitslag. En geruststellingen. Het
Volk voegt aan het alarmerende nieuws
uit Berlijn toe dat de „Nederlandse neu
traliteit naar alle zijde wordt gehand-
sr in om haafd" en De Volkskrant, dagblad voor
aaden, het katholieke volk in Nederland, meldt
Ned. bf dat het Huis van Oranje zijn post niet
richtlijst) verlaat. „Een aanbod van den in Neder-
15-42071 land geboren schrijver Hendrik van
Loon om zijn huis op Long Island ter
beschikking te stellen van het Neder-
I lands koningshuis in geval Nederland
zou worden binnengevallen, is op hoffe-
lijke maar besliste wijze afgewezen.
'Ónze plaats is hier in Nederland, of er
gevaar dreigt of niet, wij zullen nooit
onze post verlaten', aldus prinses Julia-
knna".
kn. j Mocht dat het gemoed van de lezers nog
kn. nvtt definitief ontlast hebben, dan kun-
kn. 5. nen zij zich de bange vermoedens
kn. /4£ 's avonds uit het hoofd laten jagen in de
bioscoop. Daar draait Beau Geste, met
Gary Cooper. „Harten van mannen, har-
ten van vrouwen, trillen van emotie bij
de herinnering aan dit machtig avontu-
ren-epos, dat thans met den nieuwen,
onvergankelijken hoofdrolspeler, tot glo
rie der Amerikaansche cinematografie,
gloednieuw en schier angstig-aangrijpend
andermaal verfilmd werd!".
Toen werd het oorlog.
Overrompeling
iden.
„Duitsche troepen in ons land gevallen",
luidt de opening van De Volkskrant op
vrijdag 10 mei en ook de andere kranten
melden dat met grote koppen: Neder
land in oorlog met Duitschland (Alge
meen Handelsblad), Duitsche aanval op
Nederland (De Telegraaf), Ons land in
den Oorlog (Haagsche Courant). Het
Rotterdamsch Nieuwsblad voegt eraan
rmi toe dat de 'Duitsche overrompeling' is
mislukt, zulks op basis van het commu
niqué van het Nederlandse opperbevel.
P„Onze grenstroepen volbrengen de hen
opgedragen taak. De Duitsche landings
pogingen zijn gedeeltelijk mislukt, de pa
rachutisten zijn omsingeld en worden
vernietigd". Alle kranten citeren de
boodschap van de Duitse gezant in Ne
derland en ook de proclamatie van ko
ningin Wilhelmina ontbreekt nergens.
„Wij kondigen u den inzet van een ge-
I weldige Duitsche troepenmacht aan.
Elke tegenstand is volmaakt zinloos", al-
W0 dus de gezant. „Ik richt hierbij een
vlammend protest tegen deze voorbeeld-
Hl looze schending van de goede trouw en
^3 aantasting van wat tusschen beschaafde
staten behoorlijk is", aldus de koningin.
Hl Het Volk drukt een strijdvaardig com-
mentaar af, waarin de krant bekend
maakt de „zware taak te aanvaarden om
onze vaderlandsche bodem te zuiveren
van den vreemden indringer". De
Volkskrant kondigt aan dat „wij ons tot
het uiterste zullen verweren" en vindt
■r" het Rotterdamsch Nieuwsblad aan haar
zijde: „Onze gedachten gaan uit naar
k- onze kinderen: jullie vaders zullen jullie
jase weten te verdedigen. Naar onze vrouwen
en verloofden: jullie zult je niet voor ons
behoeven te schamen. Nederlanders, op
ten strijde voor het edelste en het liefste
en het meest grootsche dat wij kennen,
I AC
liteit. e
jk. namelijk ons Vaderland, dat zoo zuiver
is als ons geweten!". Steravit adverteert:
ora- „Luchtaanval. Brandwonden, snijwon-
den, ontvellingen, worden gezuiverd met
Steravit en genezen in korten tijd. Stera
vit, 30 en 60 ct. per doos".
Wat staat er verder in de krant op deze
eld bijzondere dag? Dat niet-noodzakelijke
ter telefoongesprekken verboden zijn. Dat
de luxe soorten brood niet meer geleverd
zullen worden. Dat ieder zorge dat bij
nadering van de vijand alle wijnen of
andere alcoholhoudende dranken tijdig
worden vernietigd. Dat men een jampot
je met 75 gram anti-mosterdgaspoeder
in huis moet hebben. En onder de kop
'Fatale wending' vinden de lezers het
volgende:
„De kleine Mies: U moet er vroeger heel
erg aardig hebben uitgezien, tante".
„Waarom denk je dat, kindlief?".
„Omdat oom u zeker nooit als vrouw
j zou hebben genomen als u er vroeger net
zoo zoudt hebben uitgezien als nu!"
Aanvankelijk werd nog gemeld dat het Nederlands koningshuis er niet aan dacht het land te verlaten. Maar er kwam een dag dat koningin Wilhelmi
na zich alleen nog via radio Oranje vanuit Londen tot het Nederlandse volk kon richten.
„Juist nu is een goede maag noodzake
lijk!", laat de fabrikant van Geblamu-
reerd Magnesium („voor een gezonde
spijsvertering") op zaterdag 11 mei we
ten, maar och, aan het front gaat het zo
slecht nog niet, zo schrijven de kranten.
Mislukt
De overval is in eerste aanleg mislukt,
de aanvallers vergissen zich in hun te
genstanders, ruim honderd vliegtuigen
zijn neergehaald. En het weerbericht
voor de Pinksteren is ook al 'niet ongun
stig'. Geen wonder dat er 'tal van perso
nen zijn, die niet bekend zijn met de
luchtalarmsignalen'. Welnu, „begin van
het luchtalarm wordt aangekondigd met
signalen van verschillende toonhoogte,
een z.g.n. jankenden toon, einde van het
alarm met een signaal van gelijkmatige
toonhoogte". De Openbare Leeszaal en
Bibliotheek van Den Haag meldt te zijn
verrijkt met de volgende aanwinsten:
„Klatter, J. en Cnossen, T.: Twintig ja
ren; Europa van oorlog tot oorlog.
Rauschning, H.: Hitier m'a dit; confi
dences du Führer sur son plan de con-
quete du monde. Alting von Geusau, J.:
Nederland is paraat!".
De eerste kranten die daarna weer ver
schijnen, zijn die van dinsdag 14 mei.
En dan blijkt, alle optimisme ten spijt,
de situatie zodanig verslechterd dat het
koningshuis en de regering het land ver
laten hebben. Op de voorpagina's staat
een proclamatie van Wilhelmina: „Na
dat volstrekt zeker was geworden, dat
Wij en onze Ministers in Nederland niet
langer vrijelijk konden voortgaan met de
uitoefening van het Staatsgezag, moest
het harde, maar noodzakelijke besluit
worden genomen, den zetel der Regeer
ing te verplaatsen naar het buitenland.
Dispereert niet. Doet allen wat U
mogelijk is in 's lands welbegrepen be
lang. Wij doen het Onze. Leve het Va
derland".
„En nu?", vraagt het Rotterdamsch
Nieuwsblad. „De stand der zaken moge
onzeker zijn, het zou onjuist en gevaar
lijk zijn, uit de reis van de Koningin af
te leiden, dat de toestand aanleiding zou
geven ,,tot ontmoediging. Integendeel.
Volhouden! Dat is het parool". Op het
moment dat de krant met deze oproep
verschijnt, brandt Rotterdam. De Duit
sers bombarderen de stad en dwingen
Nederland daarmee tot capitulatie. Van
af nu is het afgelopen met de persvrij
heid en dat is direct te merken.
Bombardement
Het Rotterdamsch Nieuwsblad ver
schijnt woensdag 15 mei in de vorm van
een eenbladig bulletin. De redactie, wier
gebouw door het bombardement zwaar
is getroffen, is erin geslaagd toch een
krant te maken. „De wapens door onze
weermacht neergelegd", luidt de ope
ningskop en direct daaronder staat: „Na
bombardement van Rotterdam. Duizen
den gesneuvelden en tallooze slachtof
fers onder de burgerij". Op de voorpagi
na is de tekst afgedrukt van de radiorede
van generaal Winkelman. „Rotterdam,
dat vanmiddag door de Duitsche lucht
macht werd gebombardeerd, heeft het
droevig lot van den totalen oorlog on
dergaan. Utrecht en andere groote bevol
kingscentra zouden binnen zeer korten
tijd dit lot met Rotterdam moeten dee-
len. Vrijwel geheel aangewezen op eigen
kracht, waren wij niet in staat ons land,
onze burgerbevolking, voor dit geweld te
behoeden. Het waren deze harde feiten,
die mij noopten mijn hoogst ernstig be
sluit te nemen: wij hebben den strijd ge
staakt".
De fel anti-Duitse toon die de krant op
10 mei nog durfde aanslaan, is nu ver
dwenen. De berichten zijn zakelijk, com
mentaar levert de krant niet. Dat doet
de Haagsche Courant wel. „Op ons allen
rust nu de plicht", aldus de krant, „om
met volkomen loyaliteit mede te werken
tot het behoud van rust en orde in het
bezette gebied; de plicht ook om met alle
kracht bij te dragen tot het zoo normaal
mogelijk verloop van het maatschappe
lijk leven. Dat wil zeggen, dat men zich
allereerst loyaal heen te onderwerpen
aan het gezag, dat thans boven ons is ge
steld door den uitslag van den strijd".
De gelijkschakeling van de kranten is op
de voet te volgen. Direct na de machts
overname wordt het ANP verplicht
voortaan louter buitenlandbenchten van
het DNB (Deutsches Nachrichtenbüro)
door te geven en zijn 23 joodse mede
werkers te ontslaan. Op donderdag 16
mei ontvangen alle kranten een verorde
ning van het Duitse opperbevel, waarin
wordt bepaald dat zij het aanzien van
Duitsland en de weermacht niet mogen
schaden, geen berichten mogen plaatsen
over gevechtshandelingen en verplicht
zijn de bekendmakingen van de Duitse
autoriteiten te publiceren alsmede direct
na het drukken drie exemplaren van de
krant bij de Ortskommandant in te leve
ren. Dus valt die dag te lezen dat de
Reichsmark wettig betaalmiddel is, dat
de Duitse zomertijd geldt en dat „vijan
delijke vliegtuigen ook de afgelopen
nacht vluchten hebben gemaakt boven
Duitschland". In Het Volk brengt de
Führer hulde aan de Duitse soldaten:
„Alleen door Uw voorbeeldige samen
werking, door de even vastberaden lei
ding en de dapperheid der soldaten,
vooral echter door het optreden der de
dood verachtende, met parachutes en
met vliegtuigen gelande troepen, is dit
succes mogelijk geworden. Ik zeg U uit
naam van het Duitsche volk dank en
spreek mijn bewondering uit". De lezers
van het sociaal-democratisch dagblad
mogen bovendien over de Duitse in
tocht in Amsterdam vernemen dat het
een „zeer indrukwekkend gezicht" was
„de prachtig uitgeruste eindelooze troe
penreeks door de stad te zien trekken".
Hetzelfde bericht is terug te vinden in
andere kranten, al dan niet uitgebreid
met de zinsnede: „De binnentrekkende
troepen zagen er, zoowel wat persoon als
materiaal en uitrusting betreft, zeer goed
verzorgd uit. De stemming onder de
troepen was uitstekend".
Eerlijk
Vrijdag 17 mei 1940, een week na de in
val. Alle kranten brengen linksboven op
hun voorpagina het volgende: „De Duit
sche militaire bevelhebber deelt mede:
De bladen in Nederland verschijnen
voor den duur der bezetting zonder
voorafgaande censuur. Deze tegemoet
koming veronderstelt een volstrekt loya
le houding der verantwoordelijke uitge
vers en redacteuren". In het Rotter
damsch Nieuwsblad blijkt die loyaliteit
direct. Onder de verplicht geplaatste me
dedeling over het ontbreken van censuur
staat een weergave van de persconferen
tie die de Duitse autoriteiten hebben, ge
geven. „Kapitein Frank", aldus de krant,
„zei te verwachten dat de Nederlandsche
soldaten het Duitsche leger als eerlijk
zullen waarderen". In dat verband „wees
hij erop dat de Duitschers in tegenstel
ling met den Engelschen nooit bij nacht
bombardeerden. Dit omdat men bij
nacht niet goed kan. mikken en dus ook
geen onderscheid kan maken tusschen
burgerlijke objecten en militaire doe
len".
In Het Volk wordt het feuilleton 'De
vechtende gek' vervangen door 'De ge
heimzinnige patiënt', de Haagsche Cou
rant wisselt 'Timotheus Klein op
oorlogspad' voor 'Circus Wenger'. Het
„doelloos rondlopen en staan op straten
en pleinen" wordt verboden, maar niet
getreurd: het voetbal blijft. „Doordron
gen van de wetenschap dat een spoedig
herstel van het binnenlandsch sportver-
keer heel veel kan bijdragen tot verho
ging van het moreel der burgerbevol
king, streeft het bestuur van den KNVB
ernaar een hervatting van de competitie
binnen den kortst mogelijken tijd moge
lijk te maken". Het gewone leven vangt
weer aan, zo luidt de boodschap. Maar
wie de overlijdensadvertenties leest,
weet dat die boodschap vals is. „Inge
volge van een noodlottig ongeval overle
den op 14 mei 1940 onze geliefde zoon,
schoondochter, kleinkinderen, broeder,
zwager en oom, schoonzuster en tante,
nichtje en neefje". En dan volgen zes na
men. Zes eerste namen in wat een lange
reeks van 'noodlottige ongevallen' zal
worden. STEVO AKKERMAN