1 Leven, schrijven en van alles daartussen Bas Heijne: De satiricus als onderwerp van eigen spot EcidócSouoont Alleen Ritzen kan studenten nog redded Jonkman pleit voor meer samenwerkin BINNENLAND/ BOEKEN DONDERDAG 29 MAART 1990 PAGIN Q Miljoenenorders groente en fruit verwacht uit DDR HILVERSUM De Hil- versumse handelsonder neming Intact gaat binnen twee weken een kantoor ;openen in Oost-Berlijn om •groente- en fruitexport [vanuit Nederland te be vorderen. Verkoopdirec teur W. Schmidt zegt al voor dertig miljoen gul den aan contracten te hebben gesloten met Oostduitse land- en tuin- bouwondernemingen. Schmidt verwacht dit jaar nog voor in totaal 400 mil joen gulden aan orders voor Nederlandse land en tuinbouwbedrijven in de wacht te kunnen sle pen. Intact is door de Oostduitse onderminister voor landbouw, P. Findeis, aangezocht voor dit doel een consortium op te zet ten. Daarin zullen naast Intact zitting hebben de Cebeco-Han- delsraad, VEK-adviesbureau en de groente- en fruitexpor- teur Cordis in De Lier. Daad werkelijke contracten zijn met dit consortium nog niet afge sloten. Wel lopen al individue le contracten met Nederlandse bedrijven. Intact heeft, als handelsvertegenwoordiger van 225 Nederlandse bedrijven, yoor dertig miljoen gulden or ders geboekt voor aardappel zaailingen, appelbomen, zaden, Yuka-stammen en bloembol len. Volgens Schmidt betaalt het Oostduitse ministerie voor alsnog geen cent mee ^an het initiatief. elke donderdag de bijlage bil uw krant met informatie over films. muziek theater, recreatie, exposities en een complete agenda Aegcn in Leewarden Met gesloten ogen en een grimas opende premier Lubbers giste- vuurpijlen en rook. Naast Ruud Lubbers Aegon-topman drs. ren een nieuwe vestiging van de verzekeringsmaatschappij Ae- J.F.M. Peters en op de achtergrond de Friese commissaris van gon in Leeuwarden. Door het indrukken van een vuurwerk-onste- de koningin Hans Wiegel kingsmechanisme werd de omgeving van het gebouw gehuld in foto: anp ROTTERDAM Het Ambte- narencentrum (AC), een van de vier ambtenarencentrales, vindt dat de vut-regeling bij de overheid zeker nog tot het jaar 2010 moet blijven bestaan. De regeling is onmisbaar als werkgelegenheidsinstrument, zo betoogde secretaris mr. K. van der Hoek van het (onaf hankelijke) AC vandaag op een bijeenkomst van zijn orga nisatie in Rotterdam. Op korte termijn komt er een regerings standpunt over een ambtelijk rapport waarin besparingsmo gelijkheden op de (dure) over- heidsvut worden aangegeven. Die variëren van volledige af- AC pleit voor langdurige vut schaffing tot een hogere vut- leeftijd of een lagere uitkering en flexibele mogelijkheden tot uittreding. Flexibel pensioen lijkt pas een alternatief als het hele bedrijfsleven zou mee doen. Het AC pleit voor meerjarige contracten waarin vut-rechten worden vastgelegd. Het AC meent dat er veel te panieke rig wordt gereageerd op de vraag of de vut tot die tijd nog wel betaalbaar zal zijn. De or ganisatie vindt dat er daarbij moet worden gekeken naar alle gevolgen die de vut heeft op werkgelegenheid en ar beidsmarkt. Het is immers zo dat door de vut arbeidsplaat sen vrijkomen en de doorstro ming wordt bevorderd. Het AC kreeg bijval van directeur arbeidsvoorwaarden van het ministerie van binnenlandse zaken, mr. H. Schrama. Schra- ma zag het liefst meer flexibi liteit in de vut, omdat dan geen sprake is van opgebouw de rechten. Door wijziging in de leeftijd kan gemakkelijk op ontwikkelingen op de arbeids markt worden gereageerd. Bij (flexibele) pensioenafspraken is dat niet mogelijk, omdat het daar om opgebouwde rechten gaat. Woensdag sprak het con gres van de AbvaKabo (de grootste ambtenarenbond in ons land) uit dat de vut-reke- ning niet op het personeel mag worden verhaald, zo lang het nog een werkgelegenheidsin strument is. Ontwikkelt de vut zich tot een recht (rechtsposi tionele regeling), dan kan de ambtenaar wat de AbvaKabo betreft meer betalen, zolang het geen koopkracht kost. BURGERLIJKE STAND LEIDEN Geboren: Suzanne, dr. van J. P. van Teijllngen en I. E. Ver boom; Rutger Alexander Maria, zn. van A. M. M. de Bruljn en A. E. Ma ters; Gabriëlle, dr. van J. W. Heshusi- us en J. C. de Jong; Jan Dirk, zn. van J. de Vries en M. C. Koeleman; Mela- nie, dr. van D. J. Ouwehand en P. A. J. Dekker; Kevin Pieter, zn. van P. Siera en C. E. du Prie; Naslra, dr. van E. M. Mouchih en M. Mouchlh; Abel, zn. van A. Desta Belai en A. Kahssay; Stephania Catharina Wllhel- mina Maria, dr. van A. G. Warmer- dam en C. A. M. J. Buts; Jan Albert, zn. van E. A. Heijnis en R. C. Schuite; Hendrik Pel, zn. van A. van Dode- weerd en E. van de Bijl; Patrick, zn. van J. Rietkerken en K. Berndt; Pas cal, zn. van J. Keijzer en C. J. van Abswoude; Jan, zn. van J. Boom en K. J. Verhoeven; Christian Rutger, zn. van P. Swager en L. A. J. van Schle; Rico, zn. van A. Minke en J. A. M. Plt- ters; Lieza Jacoba, dr. van T. Lamers en J. van Rossum; Iris Carleen, dr. van M. Sijlmans en W. C. E. J. Swart Ranshuysen; Micha, zn. van L. F. C. Engel en M. R. Schoo; Nikki, dr. van P. H. Nibbering en J. A. van Hensber- gen; Ennio Antonio, zn, van A. J. Jan- sen en L. V. de Bruin; llona, di*. van A. Kattenberg en J. A. W. de Goeij; Ani ta Alida Justina, dr. van L. J. M. van der Sande en A. P. Schuitemaker; Jacqueline Denise Michelle, dr. van F. G. de Grave en C. N. E. Raasveldt; Leonle Geertruida Maria, dr. van H. W. Rotteveel en G. T. van Kampen; Melanie, dr. van P. van der Kraan en T. van Rijn; Oktay, zn. van M. Gezici en G. Gezici; Natasha, dr. van E. P. Fort en L. Fort; Tijmen Jan Jacobus, zn. van A. Pronk en H. H. A. Abma; Roland Bastiaan, zn. van C. Vermeu len en C. de Vink; Michiel Johannes, zn. van A. A. M. van den Ingh en J. M. Witteveen; Cuno Arnout, zn. van C. J. M. van der Kraan; Jeffrey Ba rend Jan, zn. van C. Blok en J. H. van Duijn; Ismay, dr. van F. A. J. van Kes- teren en J. H. M. C. van Steijn; Jacob, zn. van D. A. Spaargaren en H. C. Verloop; Denise, dr. van W. Groen en M. Wallaart; Kai, zn. van Y. Ninagawa en J. Ninagawa; Thomas Teunis, zn. van A. N. Guijt en A. W. H. van der Meij; Iris, dr. van P. A. M. Teunlssen en A. H. van den Eljnden; Stefan Dirk, zn. van A. D. Bouwman en G. M. G. Weijers; Daisy Geertruida Adriana, dr. van J. L. van den Broek en G. C. M. Zonneveld; Raoul Rafaël, zn. van R. A. M. Kallendorf en C. J. M. Kemps; Nicolaas Arnoldus, zn. van H. A. Lammerse en A. C. M. Tiem; Bas, zn. van R. van de Water en A. M. van Saase; Tanja Christina, dr. van A. J. H. Beenen en R. L Beenen; Marc Jacobus, zn. van R. H. ten Brin- ke en J. Regeer; Yoah, dr. van H. P. Kerkvliet en J. E. F. van der Steen; Amy, dr. van F. G. Schisano en B. E. S. van Echten; Pieter Johannes Arie, zn. van A. C. den Heijer en A. van Duijvenbode; Yasmin Chiara, dr. van R. E. van West en E. Kevenaar; Maartje, dr. van J. W. Kokshoorn en C. M. van der Voort; Sjors, zn. van H. B. G. van der Wal en M. A. Dijk stra. Herman Brusselmans: „Vlucht voor mij". Uitgeverij Bert Bakker. Prija ƒ29,90. Aan het eind van het relaas, dat je kunt lezen in het nieu we boek van Herman Brussel mans, „Vlucht voor mij", komt de ik-persoon, na een nachte lijke kroegentocht in Gent, waar hij zich laveloos heeft ge dronken, eindelijk weer voor zijn voordeur terecht. Hij klopt aan. Gloria doet hem open. ;,En dan barst ik uit in het ty pische snikken van de dronke man die met zijn leven geen weg wil weten. Gloria klemt zich aan me vast en helpt me binnen, en sluit de deur. „Kom," zegt ze, „er is niks aan de hand..,, er is alweer hele maal niks gebeurd.... Helemaal helemaal niks...." Het zijn zachte, liefdevolle woorden, die de deur voor de lezer hard handig dichtgooien. Wat heeft hij nu gelezen? Een verhaal vol gebeurtenissen? Of een verslag van een leven zonder enig avontuur? Het verhaal van een leven dat uitsluitend in geschreven vorm bestaat? of een fictie over het leven, die daar mee te maken heeft? Waar ligt de grens tussen schrijven en leven? Welke speelruimte is tussen*die twee te vinden? „Vlucht voor mij" bestaat uit vijf delen. Het laatste deel en de eerste vier verschillen on derling in grote mate. Het vijf de hoofdstuk lijkt uiteindelijk het verslag van het leven zelf, de eerste vier hoofdstukken zijn duidelijk de gedachtespin sels van een man achter zijn bureau, die in de nacht drinkt en schrijft en weet dat hij maar een paar passen van het bed verwijderd is, waar zijn Gloria op hem wacht. Die eer ste vier hoofdstukken zijn in briefvorm, gericht aan de ver der niet bekende Victor, een Het Gentse kroegleven vormt het decor van Brusselmans' „Vlucht voor mij". oude man van 84, die niet lijdt aan kanker, al was de schrij ver van de brieven daar eerst van overtuigd. Kroegentocht Het laatste deel is de kroegen tocht door Gent, op een nacht die de schrijver, of beeldhou wer of schilder Herman Brus selmans (want hij verbergt zich onder deze naam steeds in andere gedaanten), doorbrengt in het gezelschap van het dienstertje Dumb Calf. Hij zal bij zijn eigen Gloria, zijn red ster, terugkeren. Intussen heeft hij bijna iets gehad met het Hollandse meisje dat zich zelf Deaf Knee noemt, maar later liever Blind Elbow wil heten, heeft hij vele gin-tonics gedronken, is van kroeg naar kroeg gegaan, waar hij heeft gevochten, kunstbroeders heeft beledigd en radelozer dan ooit is geworden. De eerste vier hoofdstukken van „Vlucht voor mij" zijn werkelijk „literair". De auteur die zich in zijn fantasieën be geeft en daar van alles in kan tewerkstellen. Ze zijn dan ook in briefvorm, gericht aan de reeds genoemde 84-jarige Vic tor, aan wie Brusselmans in mei 1988 brieven begint te schrijven. De eerste gaat vlot, maar langzamerhand gaat er meer tijd in het afronden van deze epistels en met de vierde en laatste brief gaan dan ook maanden heen. Het thema fic tie en werkelijkheid ligt steeds FOTO: SP duidelijker ten grondslag aan deze schrijfsels. Nog sterker: Brusselmans kiest voor een literair procédé, dat bijna pastiche wordt. Hij laat zich leiden door Gerard Reve in diens hoogtijdagen van de jaren zestig, omdat hij zijn brieven in hoge mate model leert naar de briefboeken. „Op weg naar het einde" en „Na der tot u". Dat herken je op bijna elke bladzijde van deze episoden uit Brusselmans' boek. In vele details, zoals het gebruik van initialen en ande re afkortingen, het hanteren van cijfers voor eenvoudige getallen (1 in plaats van „een"), het voortdurend sne ren naar kunstbroeders en - zusters, het gebruik van steeds dezelfde ironische omschrij vingen („het prachtblad H."). Ook Reviaans is het steeds verder wroeten in fantasieën om maar meer ellende te ver zinnen en in somberheid te zwelgen. Zo blijft Brusselmans in zijn vierde brief oeverloos uitweiden over een hondje met twee pootjes, dat gruwe lijk aan zijn einde komt. Ironische variant Maar hij verbergt die Reve- ndbootsing in geen enkel op zicht. „Literatuur, Liefde Dood, maar van die drie voor al de Fictie" roept hij ergens uit en dat is natuurlijk een iro nische variant op Reve's slo gan: „Sex, Drank Dood, maar de meeste van deze is de Dood". Het woord „Fictie" speelt in die magistrale vierde brief overigens een hoofdrol. Steeds weer worden de verhalen, dë verzinsels, de relazen onder broken met de dubieuze en ironische woorden: „Fictie! Fictie!". Ergens wordt daar dan een toegevoegd: „Maar Nooit Leugens!" Brusselmans wil schrijven, maar dat lukt hem niet en die spanning wordt in deze brieven geschre ven. Een roman met de titel „Olifanten met een slurf" wil maar niet op gang komen. Al leen een titel, verder niets. En van een dichtbundel, waarvan hij ook de titel heeft, is er dan één kwatrijn. Hij is natuurlijk op zoek naar „Een Kwatrijn, geschreven ter ere van het Droommeisie", „en dat kwa trijn zou alle kwatrijnen, ge schreven of niet, overbodig maken". Het zal niet lukken. Want in het leven en in het schrijven faalt hij, hoewel Glo ria hem weer zal ondersteunen en bemoedigen. Ondanks Blind Knee, Dumb Calf of meisjes met welluidender na men, Witte wah bijvoorbeeld en vooral ook Mabiche, die we uit eerdere boeken van Brus selmans al zo goed hebben le ren kennen. Nog steeds spoken ze door zijn leven, zijn bewustzijn en zijn fantasieën. Maar Gloria kan daarmee omgaan en krijgt dan ook een groot verjaardagsfeest, dat in de vierde brief wordt beschreven. Zo is vanaf de schrijftafel van alles mogelijk. In deze brieven staat de verbeelding, de fictie, voor geen grenzen. Maar dan zie je in het laatste deel, de kroegentocht van hoofdstuk vijf het omgekeerde: drank, vervreemding, radeloosheid leveren zo'n spankracht op, dat de verbeelding ook hier ongeremd zijn werk doet en de werkelijkheid danig veran dert. Het kroeggebeuren krijgt anderè dimensies, al is steeds de werkelijkheid de basis. Tus sen schrijven en leven is nau welijks ruimte en Brusselmans zoekt naarstig naar die smalle marge en de mogelijkheden die hem daar resten. Dat is ei genlijk heel spannend. Veel vragen Je blijft met veel vragen zit ten. Zoals de vraag wie Victor, de oude geadresseerde van de brieven is. „Jij vermolmde boskabouter," wordt hem er gens toegevoegd. Maar dan be schrijft de auteur in een brief de moeilijkheden die zijn nieuw aangeschafte computer hem oplevert. Schrijven is techniek!" denkt hij daar. En dan geeft hij een staaltje van computer-techniek, tussen haakjes overigens. „(Ik kan ook, doch dit terzijde, het woord „Victor" door het woord „Dood" vervangen, of het woord „God", of zelfs twee woorden: „Iemand, zomaar". Echtwaar, kom kijken.)" En zo zitten er in „Vlucht voor mij" in kleine wendingen veel ont hullingen en ontknopingen. JAN VERSTAPPEN DEN HAAG „Nee, hoor. Lenen wordt heus niet duurder voor stude renden, en ook de schuld hoogte verandert niet. De nadelige gevolgen voor studenten van de overhe veling van de studielenin gen naar banken en ande re financiële instellingen zijn minimaal. Alleen de geldverstrekker is een an dere, voor de rest blijft al les hetzelfde". In dergelijke bewoordingen presenteerde de commissie Verzelfstandiging Studielenin gen gisteren het advies dat aan minister Ritzen van onderwijs is uitgebracht. Strikt genomen heeft de commissie gelijk. Toch zit er een addertje onder het gras. Commissievoorzitter dr. L.J.C.M. (Bart) le Blanc, te vens vice-voorzitter van F. van Lanschot Bankiers, kon niet ontkennen dat de student op den duur aan het kortste eind zal trekken en een hoge re rente, zal moeten betalen. Althans, als Ritzen het voor stel van de commissie-Le Blanc overneemt. De banken, pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappij en zijn namelijk niet van plan leningen te verstrekken op ba sis van het lage rentepercenta ge waartegen de overheid leent (nu ongeveer 8 procent). Le Blanc vindt echter da\t met de privatisering („een com plexe en gevoelige materie") niet te hard van stapel moet worden gelopen. De commissie adviseert Ritzen daarom in de eerste fase van de invoering de studenten bij wijze van overgangsmaatregel te ontzien en de komende twee of drie jaar het verschil tussen het lage percentage van de overheid en het hogere van de banken bij te passen. Een tweede advies over te nemen stappen op weg naar privatise ring volgt later. En zo kon Le Blanc nu met een gerust hart schrijven dat lenen niet duur der wordt en dat de studie schuld niet zal stijgen. Crux Voor de studenten zit de crux nu juist in die tweede, onver mijdelijke stap. Wil de minis ter de bezuiniging van drie vierhonderd miljoen gulden die de maatregel moet opleve ren inderdaad binnenhalen, dan zal de privatisering volle dig moeten worden doorgezet. En dat betekent volgens Le Blanc dat de overheid over een paar jaar haar 'rentesubsi dies' zal moeten stopzetten en dat studenten de rente hele maal zelf moeten betalen. 4Ioewel Ritzen nog niet heeft laten weten of hij het advies, van de commissie zal overne men, heeft de Landelijke Stu denten Vakbond (LSVb) in middels furieus gereageerd op het voorstel. Volgens de bond brengen de hogere kosten van een studielening de toeganke lijkheid van onderwijs in ge vaar. De studenten zijn bang dat met name kinderen van ouders met een klein inkomen zich door de hoge studielasten zullen laten weerhouden van een studie aan een hogeschool of een universiteit. De geschiedenis dreigt zich in middels te herhalen. Net als toenmalig minister Deetman, die het 'bankenplan' bijna twee jaar geleden bedacht, 6 i staat Ritzen nu voor de v lies wie de prijs voor overhev im van de leningen moet gaaijlle" talen. Begin vorig jaar vo n d Deetman afwisselend oviede met de studenten aan de of kant en de banken aan di jngi dere kant. De studenten e kte toen van de minister dash zou vasthouden aan het n nstc percentage van de ovei d Terwijl de banken alleen hoo den meedoen als er aanond próject wat te verdienen Daarvoor moest het renti centage op z'n minst ron tien komen te liggen. Onder grote druk van Tweede Kamer, die ook drong op bewaking vai toegankelijkheid van het ger onderwijs, koos Deet er destijds niet voor de voor de privatisering bi studenten te leggen. Het acceptabel hoge" rentepei I tage was voor hem één va redenen de onderhandeli met de banken uiteindeli staken. Dilemma Minister Ritzen staat nu hetzelfde dilemma. Er is ter één aanmerkelijk ver In de Wet Studiefinancii is bepaald dat studenten d afronding van hun studie K een geringe draagkracht n in staat zijn hun schuld lossen dat ook niet hoevi^j doen. De banken weigerdin de onderhandelingen r*0 Deetman dat risico op de'er} te nemen, omdat niet dui< eni was om hoeveel studente; SL daarbij zou gaan. Ook vai afkoopsom in de vorm - fonds, waarin Onderwijs lijks zou storten, wilde R niets weten. Daarmee w? maat vol voor Deetman. invoering van het 'b; plan' moest nog maai. diepgaand worden gestud bral Op het zogenoemde du®- krachtrisico kan het dezë volgens de commissie meer afketsen. Le Blanc als bankman van overit®1 dat de financiële instelli"111 bereid zijn leningen aan^°' denten te verstrekken. D<*e thoden voor het berek van het aantal studentei zijn studie niet zou kunne lossen zijn volgens Le 1 aanzienlijk verfijnd. Bi dien adviseert hij de eers draagkracht enigszins te oversch waardoor het voor aantrekkelijker wordt ai project deel te nemen. sch due Ritzen heeft dus in één probleem minder da voorganger. Toch blijft h een dilemma zitten, omd niet valt te verwachten financiële instellingen op eis van een hogere rente len terugkomen. Het is be dat Ritzen gelijke kansen iedereen en daarmee de gankelijkheid van het onderwijs hoog in zijn v heeft staan. Als hij dus d denten wil sparen en de ken aan het project wil bi is er voor hem nog maa uitweg: de als tijdelijk b< de 'rentesubsidie' tot in 1 van jaren aan de stud blijven betalen. De It daarvan lijken vooralsno perkt: ongeveer tien m gulden in 1993. De ontvangen de hoge rent ze verlangen en de stud bouwen geen torenhoge dieschulden op. Aan Ritz eer... ELSBETH KI RIJNSBURG F. Jonk man, burgemeester van Rijnsburg en voorzitter van het Samenwerkings orgaan Duin- en Bollen streek (SDB), hield gister avond een pleidooi voor meer samenwerking op regionaal gebied. Hij deed De dertigjarige Bas Heijne is een bedrijvig schrijver. Sinds zijn debuut in 1983 publiceerde hij columns in Vrij Nederland, recensies in NRC/ Handels blad, reisverhalen, en romans. Dat debuut, de roman „Laatste woorden", werd onlangs door zijn vaste uitgever, Bert Bak ker, in een goedkope pocket versie op de markt gebracht, in een reeks waarin ook her drukken van romans van Her man Brusselmans, Tom La- noye, Tim Krabbé en Bert Jansen verschenen. Het betreft hier werken die bij hun verschijnen door pers en publiek gunstig ontvangen werden. Dat gold ook voor „Laatste woorden", dat „droomdebuut" (Het Parool), „verrassend debuut" (De Volkskrant) en „belangwek kend startpunt" (De Stan daard) werd genoemd. Heijne viel de roem ten deel die het hoofdpersonage uit zijn roman, de schrijver Immanuel ('Jojo') Ter Braak, juist zo mist. Zijn eerste en tot nog toe enige roman, „Mijn huis", levert hem voornamelijk uitnodigin gen voor congressen van bin nenhuisarchitecten op. Buiten de kunstenaarskring waarin hij zich beweegt, geniet hij weinig bekendheid. Jojo wil graag een échte schrij ver zijn, maar heeft geen idee hoe hij dat moet worden. Zijn, meestal homoseksuele, vrien den en kennissen gaat het niet veel beter, maar zij hebben ge noeg aan eikaars waardering. Zoals de dichter Otto de Ger main, die zijn bundels in steeds kleinere oplagen laat drukken en van zijn laatste werk nog slechts één exem plaar laat verschijnen dat hij tijdens een feestje tentoonstelt. Of Jacoba van Loevestein die Mozart zingt, maar dan in de versie met de originele pis- en poepteksten, terwijl haar druk-kakelende zuster Geesje flinterdunne, inhoudsloze ro mans schrijft die dan door de critici uitvoerig worden geana lyseerd. Alleen Jojo's vriend, Vincent, is buiten het kringe- 3e succesvol, maar die zingt an ook smartlappen als „Pak me dan, as je kan en „Als de zon schijnt". Het verhaal begint met het vertrek van Vincent naar Ita lië en Jojo's ernstige voorne men in diens afwezigheid nu echt eens een goede roman te schrijven. Vincent komt kort daarop bij een ongeluk om het leven. In de dagen en weken daarna komt Jojo er steeds meer achter wat een egoSt zijn minnaar eigenlijk was. Hij bedroog hem steeds met anderen, had geen enkele ar tistieke integriteit en ver maakte, als klap op de vuur pijl, per testament al zijn geld en rechten aan een stichting te zijner nagedachtenis. Van schrijven komt niets terecht, ni?t alleen door het verdriet om Vincents dood, maar ook omdat het voze en de leegheid van het kunstenaarswereldje hem steeds meer opvallen en gaan tegenstaan. Uiteindelijk vertrekt hij naar Rome om inspiratie te vinden. Daar bezwijkt hij onder een ernstige zenuwinzinking. In het ziekenhuisbed besluit hij nooit meer te schrijven, „geen aanspraak meer te maken op het laatste woord". „Laatste woorden" is een goed-geslaagde satire op een door arrogante leeghoofden bevolkte kunstenaarswereld. In Amsterdamse grachtenpan den, in kroegen en dure disco's en op saaie feestjes en recep ties luisteren deze personages vooral naar hun eigen stem en brallerige theorieën over wat kunst moet zijn, maar helaas nooit is. Elke nieuwe tentoon stelling, film en roman nemen ze in zich op en toch zijn ze niet ontwikkeld. Heijne maakt al zijn perspna- ges belachelijk, inclusief Jojo ter Braak, die alleen door zijn achternaam en in zijn ambities op zijn voorganger Menno lijkt. In Rome, tijdens zijn ineen storting, wil hij, net als Nietz sche, een paard om de hals vallen, maar in de diepgang van zijn gedachten kan hij niet aan hem tippen. Heijne be schrijft dat met veel verve en humor en een vakmanschap dat opmerkelijk is voor een (toen) drieëntwintigjarige. Zijn figuren zijn geen echte personen, maar stereotypen, zoals dat ook hoort in een sati re. Soms echter komt dat ge brek aan eigen karakter op hinderlijke wijze naar voren, zoals bij de linkse journalist Andreas Hokman, een humor loze, gedreven snuffelaar, die teveel lijkt op het beeld dat de gemiddelde Telegraaf-lezer van zo'n man heeft. Heijne slaat trouwens in het algemeen een wat geborneerd rechtse toon aan. „Mijn huis, waar hij meer dan drie jaar aan gewerkt had, was bedoeld geweest als definitieve afreke ning met... de jaren zestig... Ja ren die niets goeds hadden voortgebracht". En de jaren zeventig werden volgens hem gekenmerkt door „een verstikkend klimaat- een waanidee: progressiviteit". Waar Heijne het modieuze van de beide voorgaande decennia aanklaagt, vervalt hij zelf in de 'trendy'-meningen van de eerste helft van de jaren tach tig. Voor een homoseksueel die de jaren zestig niet bewust heeft beleefd, maar zijn vrij heid vooral aan de verande ringen van die jaren te danken heeft, is dat een nogal aanma tigende bewering. Bij zulke uitspraken dreigt de satiricus onderwerp van zijn eigen spot te worden. JEROEN KUIJPERS dit tijdens de laatste gadering van het SD5TE de huidige raadsperio eu Ita Omdat in alle gemeenten menteel druk onderhal wordt over nieuw te vo ot colleges van burgemeest wethouders en de nieuw 07'. meenteraden binnenkort stalleerd worden, was he19 teravond de laatste ver ss'< ring van de SDB in de hi samenstelling. Verschil leden van de SDB verdw^ in hiin respectievelijk gei r», te uit de raad en kunnen om ook geen lid van hetHa' meer zijn. Reden voor voi.8< ter Jonkman om de ver ring van gisteravond te b g ten met een speciaal 2 woord. De SDB-voorzitter von< *5 zeer belangrijk dat de ger ten in de Duin en Bollens h 5 Hillegom, Lisse, Sa [*j heim, Voorhout, Noordwnd hout, Noordwijk, Warif1 Katwijk, Rijnsburg en Va oy, burg ook in de toel C; goed overleg voeren. „Er hoefte aan regionaal i Nu, maar nog meer in dl]8'* komst. We kunnen 'd schaarse gronden maar V keer uitgeven. En of we bij nu de voorkeur gevei m' bedrijven, woningen, b bollen of wegen; we zulle !,6i in meerdere mate in sa» werking en overleg m doen. We lopen anders h sico dat anderen het voo gaan doen", aldus Jonkrn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 8