aardering voor vrouwensport lijft achter bij prestaties Laten journalisten zich manipuleren? CcidaeSomant Door zijreflectoren minder slachtoffers ISSENPAKKET WIJST OP ONGELIJKHEID MANNEN EN VROUWEN POLITICOLOOG MAAKT HARDE VERWIJTEN Kwaadaardige cellen makkelijker te herkennen NENLAND DINSDAG 27 MAART 1990 PAGINA 5 dA Rotterdam wil met CDA proberen rERDAM De PvdA in Rotterdam met D66 en het CDA onderhandelen de vorming van een nieuw college, een verdeling moet nog worden ge en, maar het CDA claimt minimaal 2 judersposten, evenals D66. De PvdA in elk geval 4 houden. Gisteravond een informatieve bijeenkomst van evoorzitters gehouden, waarop de kenbaar maakte met wie ze „het" n niet wilde proberen. De komende wordt inhoudelijk verder onderhan- met als inzet om binnenkort een xachtig beleid voor de komende vier an de Rotterdammers te presenteren, uidige coalitiepartner, de VVD, valt voorstel buiten de boot, evenals Rotterdam. PvdA'er Wöltgens vice-president Euro - socialisten DEN HAAG De Federatie van soci- aal-democratische partijen in de EG heeft op een congres in Wenen PvdA- fractieleider Wöltgens gekozen tot 1 vice-president. Federatie-voorzitter 4 blijft de Belg Spitaels. Wöltgens is één van de vijf vice-presidenten. Hij is be last met het beleid inzake de Europese Monetaire Unie. Lid van de Federatie zijn de sociaal-democratische partijen uit de twaalf EG-landen. De zusterpar tijen uit de vrijhandelsorganisatie EFTA (Oostenrijk, Zwitserland, Noor wegen, Zweden, Finland en IJsland), alsmede de onlangs heropgerichte Oosteuropese geestverwante partijen FOTO: DIJKSTRA hebben een waarnemersstatus. Drie maanden cel voor kapitein Borcea ROTTERDAM De rechtbank in Rot terdam heeft gisteren de 61-jarige Roe meense kapitein S.G. G. van het vracht schip Borcea tot drie maanden gevange nisstraf veroordeeld. De rechtbank acht de man schuldig aan het lozen van zware stookolie begin 1988 op de Westerschelde en het kanaal van Gent naar Terneuzen. Tegen de kapitein was zes maanden ge- èist. Voor een veroordeling wegens de dood van vele vogels op zee en aan het strand als gevolg van de lozingen vond de rechtbank onvoldoende bewijzen. De vogelbescherming vindt dat de officier op het punt van dierenmishandeling in beroep moet gaan bij de Rotterdamse rechtbank. Verdachte van moorden meldt zich bij politie AMSTERDAM Een 22-jari- ge man heeft zich bij de Am sterdamse politie gemeld en bekend dat hij vorige week donderdag zijn 16-jarige zuster en haar 20-jarige vriend met pistoolschoten om het leven heeft gebracht. De man was in woede ontstoken, nadat zijn zuster had geweigerd zich te laten uithuwelijken aan een man in Turkije. In plaats daar van was zij in ons land een re latie aangegaan met de 20-jari- ge Turkse man. DEN HAAG Het aantal doden en gewon den onder fietsers bij schemer of donker is met vier procent gedaald sinds de invoering van de verplichte zijreflectoren in 1987. Dat komt overeen met een vermindering van 100 slachtoffers per jaar. Dit blijkt uit een onderzoek dat de Stichting Wetenschappe lijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) over het effect van de reflectoren heeft ver richt in opdracht van het ministerie van verkeer en waterstaat. Een ander gegeven is dat jongeren tussen twaalf en zestien en ou deren tussen 45 en 55 zich het best houden aan de verplichting zijreflectoren te voeren. Het slechtst houden mensen tussen de 20 en 35 jaar zich aan de verplichting. In decem ber 1988 was 73 procent van de fietsen met zijreflectie uitgerust. HEM De sportwe- weerspiegelt de onge- id van mannen en wen in onze maat- ipij. Vrouwen bekle- er nauwelijks be- lijke en leidingge- e functies en vinden lijk ingang in tradi- le mannensporten. ngelijkheid wordt in gehouden door de journalistiek die bij- •heel uit mannen be en weinig aandacht ed aan sportvrouwen, feiten moeten docenten ■rlingen van de hoogste 1 van het HAVO en aan het denken zetten, men uitgebreid aan bod lessenpakket 'Gelijk oor vrouw en sport' dat ïstituut voor Leerplan kkeling (SLO) heeft ge in opdracht'van de Ne- dse Sport Federatie Het lessenpakket is be- voor het vak maat- lijleer, dat vanaf het aar '92/'93 een eindexa- k is en werd vandaag loden aan voorzitter G. uden van de Emancipa- rgewicht i zijn groter dan vrou- ebben meer spieren en vet. Ze zijn daardoor en sneller. Vrouwen hebben een grotere flexibiliteit en coördinatie dan mannen. Ze hebben daarbij voordeel in (ritmische) gymnastiek, ballet en schoonspringen. De licha melijke verschillen tussen mannen en vrouwen maken dat een turnster zich altijd sierlijker beweegt dan een tur ner, de beste wielrenner altijd sneller is dan de beste wiel- renster en een mannelijke krachtpatser altijd meer ge wicht boven zich zal kunnen torsen dan zijn vrouwelijke collega. Zo zal het vederge wicht in de boksring het altijd afleggen tegen het zwaarge wicht. Maar is de prestatie van het vedergewicht daarmee van minder klasse? „Als mannen aan topsport doen kunnen vrouwen dat natuurlijk ook. Alleen kan ik me niet voor stellen wat het zwakke ge slacht in sommige krachtspor ten ziet. Een kogelstootster vind ik bij voorbeeld een aan fluiting, dan doe ik liever mijn ogen dicht", zei wielrenner Hennie Kuiper eens. De Ne derlandse pers is ook weinig onder de indruk van de sport prestaties van vrouwen. Uit onderzoek is gebleken dat slechts 13 procent vgn de sportberichtgeving in dagbla den over vrouwen gaat. De manier waarop er over vrou wensport geschreven wordt, wordt door vrouwen niet zel den ervaren als 'discrimine rend en denigrerend', aldus onderzoekster Saskia de Man. Dr. C. Klaassen, hoofddocent Onderwijskunde aan de Ka tholieke Universiteit Nijme gen, ergert zich elke maandag groen en geel aan het taalge bruik op de sportpagina's. „Ie dere maandag weer kom je verschrikkelijke voorbeelden tegen. Denigrerend vaak. Lees ik bij voorbeeld een dagblad waarin 'damesschaatsen' be stempeld wordt als 'opperste saaiheid'. Dat is nu een typisch voorbeeld van de sociale waar dering die in de media aan vrouwelijke en mannelijke sportbeoefening gehecht wordt. Het zegt niets over de eigen waarde of de kwaliteit van de geleverde prestatie, maar des te meer over de sek se-gebonden opvattingen, waarden en normen die in de samenleving voorkomen". Opvattingen die door de media worden versterkt, maar al tij dens de opvoeding worden ge vormd. Jongetjes krijgen eerder een voetbal cadeau en meisje een pop. Veel ouders belonen het ravotten van hun zoontje en ontmoedigen de klauterpartijen van hun doch tertje. Zij krijgt een pluim als ze thee inschenkt en hij een meewarige blik als-ie van 'elastieken' houdt. Kinderen weten al heel snel 'hoe het hoort' en versterken bij elkaar de normen en waarden die ze van huis hebben meegekregen. Ze vinden een bevestiging in hun ouders, leeftijdgenootjes, speelgoed, materiaal op school, kinderliedjes en radio- en tele visieprogramma's. Dat de sportprestaties van vrouwen anders worden ge waardeerd dan die van man nen, heeft volgens Klaassen dan ook niets te maken met de biologische verschillen tussen mannen en vrouwen. „De on derwaardering is puur sociaal en historisch van aard". Om zijn uitspraak kracht bij te zet ten, laat hij een grafiek zien waaruit blijkt dat vrouwen op een groot aantal sportonderde len veel meer vooruit zijn ge gaan dan hun mannelijke col lega's. Het wereldrecord op de hon derd meter sprint voor man nen is deze eeuw met een klei ne seconde verbeterd. Vrou wen boekten een tijdwinst van ongeveer 3,5 seconde. Specta culair is de vrouwelijke voor uitgang op de marathon. In twintig jaar tijd heeft de beste vrouw het aanvankelijke ver schil van een uur verkleind tot een kwartier. Evenals bij andere duursporten sluiten wetenschappers niet uit dat vrouwen de prestatie van de mannelijke marathonloper in de toekomst zal evenaren of zelfs overtreffen. Maar dan zullen er wel meer vrouwen aan sport moeten gaan doen en vooral blijven doen. Tot de leeftijd van 12 jaar is de deelname van jon gens en meisjes ongeveer ge lijk, maar daarna haken steeds meer meisjes en vrouwen af. M. Conotte van de NSF: „Ze krijgen een vriendje, hebben geen zin of geen tijd meer of zijn bang dat ze bij voorbeeld spierballen krijgen. Daarnaast blijkt dat meisjes door sociale factoren minder behoefte heb ben om zichzelf te meten met anderen. Ze willen nog wel sporten, maar dan recreatief in plaats van in competitiever band. En op die behoefte zou den verenigingen moeten in spelen". Dat verenigingen en sportbon den weinig oog hebben voor de sportbehoefte van vrouwen heeft volgens Canotte te ma ken met de bestuurs- en ka derfuncties die voornamelijk door mannen worden vervuld. Ongeveer 15 procent van de vrouwen doet georganiseerd aan sport (31 procent mannen), maar slechts 20 procent van de kaderfuncties wordt vervuld door vrouwen tegen 80 pro cent door mannen. Van de 35.000 sportverenigingen in Nederland heeft drie procent een vrouw als voorzitter. Zelfs in de traditionele vrouwen- sport turnen, trekken overwe gend mannen aan de touwtjes. Canotte: „Om de deelname aan sporten te stimuleren moeten er meer vrouwen op leidinggevende posten komen. Zij kunnen een voorbeeld- functie vervullen en de be hoeften van vrouwen duidelij ker naar voren brengen. De belangstelling van vrouwen Ria Stalman, hier op een archieffoto uit 1984, is een van de wei nige vrouwelijke sportjournalisten in ons land. De atlete won in 1984 op de Olympische Spelen in Los Angeles een gouden me daille op het onderdeel discuswerpen. FOTO: DIJKSTRA kan vergroot worden door drempels weg te nemen. Vere nigingen moeten vrouwen be ter informeren, actiever wer ven, curssussen aanbieden en rekening houden met verga dertijden en kinderopvang". Pas dan kan volgens Canotte en Klaassen gesproken wor den van een 'gelijk spel' en zullen mensen genuanceerder gaan denken over vrouwen- sport. Vooralsnog blijken er nog veel vooroordelen te be staan over vrouwensport, zo bleek uit de eerste testen met het lessenpakket. MONIQUE VAN DE VEN PvdA-BESTUUR: „Wim Kok niet verantwoordelijk voor nederlaag" (Van onze parlementaire redactie) AMSTERDAM Het bestuur van de PvdA heeft geen en kelvoudige verklaring kunnen vinden voor de grote neder laag van de partij bij de ge meentelijke verkiezingen. „Het is niet zo dat Kok of Wöltgens of Sint hun werk niet goed hebben gedaan", zei PvdA-voorzitter Marjanne Sint gisteravond na een verga dering in Amsterdam met de complete partijtop. Volgens mevrouw Sint hebben verschillende factoren een rol gespeeld. „We hebben tegen elkaar gezegd: het is in elk ge val een aansporing om het contact met de eigen kiezers te verbeteren. We moeten veel duidelijker over het voetlicht brengen waarom we bepaalde besluiten nemen, waarom sommige dingen niet zo lopen als de kiezers misschien op voorhand van ons hadden ver wacht". De voorzitter denkt dat het daaraan heeft geschort en dat veel mensen de PvdA daarom niet hebben herkend als de partij die voor hun belangen opkomt. „Het partijbestuur' heeft geconstateerd dat daar voor de gehele partij verant woordelijk is". Sint wil niet de indruk wek ken dat de nederlaag de schuld is van de lokale PvdA- 'ers. „Dat is maar op een be perkt aantal plekken het geval geweest". Het laatste woord over de nederlaag is overigens nog niet gesproken. Wanneer er meer bekend is over de re denen van veel mensen om niet te gaan stemmen, komt het partijbestuur nog 'ns op de zaak terug. „Om te kijken of we ook daar iets aan kunnen doen", aldus Sint. lentaire journalisten, hier aan het werk in de Tweede Ka- ouden zich volgens politicoloog Kleinnijenhuis bij de keuze it nieuws meer laten leiden door berichtgeving in andere dan door feiten. FOTO: DIJKSTRA DEN HAAG Wie of wat bepaalt het politieke nieuws? Is het de politicus die met zijn uitlatingen de journalist (lees: het nieuws) als het ware ma nipuleert? Of is het de journalist die, door de fei ten met eigen vooroorde len en verwachtingen te doorspekken, het nieuws bijkleurt? Net als met de vraag: 'wat was er eerder: de kip of het ei?' is het antwoord niet te geven. Toch is de Amsterdamse poli ticoloog J. Kleinnijenhuis, do cent aan de Vrije Universiteit, ernaar op zoek gegaan. Giste ren legde hij zijn proefschrift, getiteld: 'Op zoek naar nieuws - onderzoek naar journalistie ke informatieverwerking en politiek', voor aan een kritisch gehoor van parlementaire journalisten. Het onderzoek beslaat het po-: litieke nieuws uit de periode 1969-1984. Voor een parlemen tair redacteur die probeert zo objectief mogelijk haar werk te doen, zijn de resultaten in zekere zin schokkend. „De media laten zich minder vaak leiden door feiten dan door ei gen vooroordelen en politieke grootspraak" concludeert Kleinnijenhuis. Bovendien wordt volgens hem het politieke nieuws niet zo zeer door de feiten bepaald alswel door de berichtgeving erover in andere media. Het papegaaien-circuit wordt dat ook wel genoemd. Verder zou den interpretatie van de feiten in het politieke circuit en vooroordelen en verwachtin gen van journalisten een grote rol spelen. Volgens Kleinnijenhuis blijkt dat wat de media, in een pe riode van 10 15 jaar, 'hoog of laag' of 'veel of weinig' vin den, vaak aan dusdanig grote verschuivingen onderhevig is dat veranderende journalistie ke kwalificaties de feitelijke ontwikkeling miskennen. Zo constateerden de media ten tij de van het kabinet-Den Uyl (1973-1977) dat de inkomens verschillen door het gevoerde PvdA-beleid steeds kleiner werden. Die berichtgeving werd vooral ingestoken door de socialisten zelf. Zij gingen, aldus Kleinnijenhuis, prat op de 'realisatie' van het socialis tische credo gericht op sprei ding van inkomen, kennis en macht en de journalisten na men het klakkeloos over. Ach teraf moet men echter consta teren dat er tijdens het kabinet Den Uyl minder werd geni velleerd dan daarvoor. Overschrijven Een andere bewering van Kleinnijenhuis is dat journalis ten de meest nauwkeurige le zers van andere kranten zijn. Hoewel de promovendus nog net niet zegt dat de kranten*el kaar overschrijven, plaatst hij toch vraagtekens bij de pluri formiteit. Het gaat vaak over hetzelfde, zij het dat men aan het nieuwsfeit steeds probeert een andere draai te geven, zegt hij. 'Dank je de koekoek', zegt dan de parlementaire redacteur. Nieuws is nieuws. Het zou een rare zaak zijn als een krant een bericht niet meenam, om dat het al in een andere krant heeft gestaan. Een ander verwijt. Eén van de belangrijkste geboden in de journalistiek, het toepassen van 'hoor en wederhoor', is volgens Kleinnijenhuis geen garantie voor objectieve ver slaggeving. Journalisten wor den dagelijks overspoeld, zegt hij, door een stroom aan be richten, waaruit zij een selectie moeten maken. Veel van die berichten worden afgelegd als 'geen nieuws'. Maar dat neemt volgens Kleinnijenhuis niet weg dat machtige politici de onderwer pen voorschrijven waarover journalisten nieuws maken. „De media verlenen via hoor en wederhoor het grootste ge zag aan de onderwerpkeuze van de meest spraakmakende politici. Uiteindelijk blijkt men niet te kunnen ontkomen aan de zuigkracht van dominante meningen in het politieke cir- Wederom haalt de parlemen taire journalist de schouders op. De nieuwswaarde van de reactie van de fractievoorzitter van de grootste regeringspartij is nu eenmaal interessanter dan de mening van een onbe- Wereldbeeld Tenslotte gaat de promoven dus in op de vooroordelen en verwachtingen van journalis ten. Volgens hem moeten jour nalisten zich, teneinde dage lijks trefzeker nieuws te kun nen brengen, steeds laten lei den door hun eigen verwach tingen omtrent toekomstige nieuwsfeiten. Hij noemt als voorbeeld hoe de opstelling van de westerse media ten aanzien van de Sovjetunie in een. paar jaar tijd veranderde. In 1984 zet de media zich nog af tegen de Sovjetunie en is men pro-Roemenie (Ceausescu negeert destijds de anti-wes terse Sovjetunie door toch als Oostblokland aan de Olympi sche Spelen mee te doen). Een paar jaar later zijn de menin gen 180 graden gedraaid als gevolg van het aantreden van Gorbatsjov en het feit dat het Roemenie van Ceausescu zich tegen zijn hervormingen keert. De onderzoeker trekt hieruit de conclusie dat journalisten zich laten verleiden tot de be schrijving van een stereo typ wereldbeeld: vrienden van vij anden worden veelal als vijan den gepresenteerd, vijanden van vijanden als vrienden. Ge lijk heeft hij. Een diep 'mea culpa' is hier op zijn plaats. Aan het einde van zijn proef schrift stelt Kleinnijenhuis de vraag of de media wel iets wij zer worden door wetenschap pelijk onderzoek naar hun be richtgeving. De politicoloog geeft gelukkig niet zelf het antwoord maar laat (terecht) het oordeel hierover aan de journalisten zelf. Daar gaat'ie dan. Dr. Kleinnij enhuis zou er goed aan doen de politicologie 'ns even nauw keurig onder de loep te nemen als de journalistiek. Politicolo gie is namelijk geen weten schap zoals wiskunde, maar hooguit een poging om verkla ringen te vinden. Het gaat dus niet aan een hele beroepsgroep naar de vuilnisbelt te verwij zen. alleen omdat er natuurlijk af en toe wel eens iemand in de fout gaat. MARGA RIJERSE KE EN WISKE DE BEZETEN BEZITTER (c) Standaard Ultgeverij/Wavery Productions INTERNATIONAAL CONGRES OVER LEUKEMIE IN ROTTERDAM ROTTERDAM In de strijd tegen leukemie wordt deze week een be langrijke stap gezet tijdens een internationaal, congres in Rotterdam. Gedurende drie dagen zullen weten schappers en artsen uit binnen- en buitenland hun nieuwste ontdekkin gen en toepassingen pre senteren. Wellicht de be langrijkste is het herken nen van kwaadaardige leukemiecellen als ze zich in heel kleine hoeveelhe den in het menselijk li chaam ophouden. „Die allerlaatste leukemie-cel zullen we nooit vinden", luid de gistermiddag het oordeel van de Rotterdamse hoogle raar hematologie Löwenberg. „Je neemt immers een punctie op een bepaalde plaats in het lichaam waardoor je nooit weet of er ook op andere plaatsen nog cellen zitten". Maar de toepassing van de zo geheten polymerase kettingre actie die in Amerika ontwik keld is, lijkt een enorme stap vooruit in de bestrijding van leukemie. De techniek komt er simpel weg op neer dat leukemiecel len in zeer kleine concentra ties herkend kunnen worden. Met dat gegeven is het voor artsen mogelijk een beslissing te nemen of een therapie voortgezet, geïntensiveerd of gestopt moet worden. Of zoals dr. A. Hagenbeek van de Dr. Daniel den Hoed kliniek het populair zei: „Je moet weten hoeveel leukemiecellen nog aan boord zijn om je richting te bepalen". In de tot nu toe bekende me thoden konden leukemie-cel- len alleen in relatief grote hoeveelheden onderscheiden worden, een situatie die zich voordoet als de ziekte zich openbaart. Door het toedienen van een chemokuur, hetgeen de meeste leukemie-patiënten snel ondergaan, daalt het ni- /veau meestal onder een zekere herkenningsgrens. Onder die limiet moesten artsen tot voor kort gissen of de patient nog nauwelijks zieke cellen in zijn lichaam had óf dat het niveau net onder de kritieke, nog net waar te nemen grens zat. Met de wetenschap over de hoeveelheid kunnen artsen be ter inschatten welke therapie moet worden toegepast. Kort weg zijn daarvoor vier moge lijkheden: voortzetten van een chemokuur, beenmergtrans plantatie van een broer of zus, transplantatie van beenmerg van een andere plaats uit het lichaam van de patiënt (auto- loge transplantatie) en trans plantatie van beenmerg van een 'vrijwillige' donor. Vooral die laatste vorm van trans plantatie is voor beide Rotter damse artsen een interessante optie die nog maar kort wordt toegepast. Löwenberg: „De re sultaten zijn vrijwel even gun stig als die van transplantatie van beenmerg van een broer of zus. Maar niet iedereen heeft familie (lie daarvoor in aanmerking komt en dan bie den de donorbanken, zoals in Leiden, een ideale uitkomst. Zij beschikken over gegevens van duizenden mensen, ook uit het buitenland, en kunnen in de computer iemand vinden met precies dezelfde witte bloedgroepen". Tijdens het congres in Rotter dam zal ook veel aandacht zijn voor een methode met groei factoren, een stof die de aan maak van nieuwe bloedcellen bespoedigt. Vooral in de moei lijke perioden van transplanta tie en chemokuur zorgt deze stof ervoor dat de noodzakelij ke rode en wittebloedli- chaampjes sneller worden aan gemaakt en de patiënt in korte tijd weer een redelijke weer stand heeft opgebouwd. LUCAS BOLSIUS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 5