Van Gogh heeft dubbelganger
in Ids van der Krieke
final*
Jonge acteurs stoeien met toneel
AANGRIJPENDE
TV-SERIE
Vincent bezig aan een portret van Antonin, wiens rol in de tv-serie wordt gespeeld door Michel Weinstadt.
HILVERSUM - Zo opvallend is
de gelijkenis, dat Vincent van
Gogh in levende lijve lijkt rond te
lopen in de NOS/BRT-film 'Langs
de kant van de weg' over het leven
van deze schilder. Te beginnen op
vrijdag 6 april (Ned. 3, 20.20 uur)
wordt de film in vier delen uitge
zonden. De vertolker van deze rol,
Ids van der Krieke - een geboren
Fries die in Havelte woont -
neemt vooralsnog een afwachtende
houding aan over de waardering
voor zijn werk. Hij moest méér
dan een figuur neerzetten; wat van
hem werd verlangd was dat hij een
tot in zijn diepste wezen geteisterd
mens uittekende.
Het was voor NOS en BRT een nood
zaak om een 'dubbelganger' van Van
Gogh te vinden. Regisseur Jan Keja:
„De kijkers moeten kunnen zeggen, dat
ze in de werkelijkheid ervan geloven.
Zonder Ids zou deze film nooit tot stand
gekomen zijn. Hij lijkt zo sprekend op
Vincent, dat je hem inderdaad een dub
belganger zou kunnen noemen. Ik kan
me geen enkele andere Nederlandse ac
teur in deze rol voorstellen. Iedere kijker
kent Van Gogh van zijn zelfportretten.'
Ze gaan natuurlijk vergelijken. En ze
moeten dan niet kunnen zeggen: dit lijkt
nergens op. In de film zie je trouwens
geregeld zelfportretten. Ik voelde me dan
ook opgelucht toen ik na lang zoeken de
juiste man vond".
Ids van der Krieke, vroeger autoverko
per en pas later acteur geworden: „Ik
wist van mezelf niet dat ik een dubbel
ganger ben van Van Gogh. Daar ben ik
nooit op attent gemaakt en het is ook
nooit tot me doorgedrongen. De grimeur
gaf mij een rossige baard en verfde mijn
haar wat bij. Toen keek ik in de spiegel
en moest ik zeggen: Ja, het is waar, ik
lijk echt op van Gogh. Althans volgens
het zelfportret, dat ik er naast hield".
Van der Krieke roept met een uitspraak
overigens enige hilariteit op. Het is be
kend dat Van Gogh zijn leven lang wor
stelde met het vinden van de juiste pen
seelstreek. Maar Van der Krieke niet:
„Die penseelstreek had ik snel te pak
ken".
Wat overigens niet betekende dat daar
mee alle voetangels en klemmen waren
omzeild. Vincent van Gogh blijft een ge
compliceerde. moeilijk in te schatten fi
guur, hoeveel brieven hij ook schreef en
hoeveel films en biografieën ook aan
hem zijn gewijd. Op aanwijzing van
Keja speelt Van der Krieke hem deels
ingehouden, deels agressief en aangrij
pend in zijn uitbarstingen. De ver
scheurdheid van zijn ziel, de gebroken
heid'van zijn geest in zijn laatste levens
jaren; deze raak te schilderen, daarmee
staat of valt een biografische film.
Op zaterdag 31 maart op Ned. 3 om
20.20 uur wordt de serie voorafgegaan
door een film over de aanmaak van de
tv-produktie. Daarin is te zien hoe regis
seur Keja de schrik van zijn leven kreeg,
toen hij bij aankomst in Arles voor het
werken op locatie moest constateren dat
het door Van Gogh geschilderde ophaal
bruggetje over de Rhone in zijn oor
spronkelijke vorm niet meer bestond.
Jan Keja: „Kom je met een andere brug
in je film, dan ga je af. Iedereen kent dat
bruggetje. Wat te doen? De BRT-deco-
Ids van der Krieke in de rol van Van Gogh: „Nooit geweten dat ik zoveel op i
niemand had me daarop attent gemaakt".
rist Paul Degueldre wist raad. Hij liet
het schilderij van Van Gogh op een glas
plaat overbrengen. Wat er nog over was
van wat Van Gogh had geschilderd,
spaarde hij daarin uit en hij plaatste die
plaat voor de camera. Zo ontstond de
volmaakte werkelijkheid van toen. Ik
spoorde ook nog een oude calèche op en
liet die over het bruggetje gaan, precies
zoals Vincent die schilderde".
Volgens de opzet wil de tv-serie zich on
derscheiden van alle andere films over
Van Gogh. Het gaat niet om een door
timmerde biografie, maar om een gedo
cumenteerde en gedramatiseerde portret
tering: Vincent van Gogh, zoals zijn
vrienden, vijanden en verguizers hem
zagen.
Scenarioschrijver Ger Beukenkamp put
te daarvoor uit brieven, maar ook uit
mondelinge overlevering van anderen.
Regisseur Keja zocht daarbij de figuren
die met Vincent zijn opgetrokken. Zeker
diens broer Theo, een rol van Kees
Scholten. Volgens kenners kwam er tus
sen die twee een symbiose tot stand, een
ware verknochtheid van ziel, met even
veel ruzies als verzoeningen. Theo over
leed vrij kort na Van Goghs zelfdoding.
Jean-Loup Wolff zet Paul Gauguin neer,
in Frankrijk de schildervriend van Vin
cent. Diane Lensink staat in het begin
van de film als de Haagse vrouw Sien,
met wie Vincent geruime tijd optrok.
Voorts ziet men Fabienne Perineau als
zijn latere vriendin Marguerita in Frank
rijk, Betty Schuurman als de vrouw van
Theo, in wier huis alle schilderwerken
van Van Gogh terechtkwamen, waar
niemand een cent voor over had (Lode-
wijk van Deijssel werd erbij gehaald om
de honderden schilderijen en tekeningen
te taxeren. Hij kwam binnen, wierp één
blik op de overvolle zolderkamer en ad-
viseerae: „Gooi al die waardeloze rom
mel maar op een brandstapel in je tuin
tje"). En verder speelt Julien Schoe-
naerts de rol van Karei Verlat, directeur
van de Antwerpse Academie, die geen
goed woord voor Van Gogh over had.
Verzonnen
Zelf werd hij om zijn academische schil
derwerk koninklijk onderscheiden, maar
zijn werken staan nu vergeten op ee v\N
stoffige zolder van een Antwerps mi N
seum.
In de serie loopt één verzonnen figui v
rond, de dichter Antonin (Michel Weii iv
stadt). Met hem deelt Van Gogh zij
leed tijdens zijn verblijf in de inrichtin
voor geesteszieken in St. Remy. Schri f-
ver Beukenkamp heeft die erbij gehaa 1
om tijdens wandelingen door de velde
Van Gogh die dingen te laten zegge
waarover hij mijmerde en die hij aa
zijn broer Theo schreef: zijn theorie!
over schilderkunst en zijn constaterin
dat hij in het gevoel leefde, dat het vo
begreep wat hij schilderde.
De scène waarin Van Gogh zijn oorl
afsneed heeft Van der Krieke tien kei
moeten overdoen. „De ene keer glee deel
het stukje namaak-oorlel uit mijn han
de andere keer schitterde het scheermi
onvoldoende dreigend in het licht v«/|
de lampen". I
De tv-serie van 2,8 miljoen gulden wei J_.
al aan diverse landen verkocht en i
ook op het filmfestival in Cannes
koop worden aangeboden. Mocht 1
van der Krieke als filmacteur wereldl f 1
roemd worden, dan heeft hij er ge v-'
problemen mee om net als Rutger Hai
op internationaal aanbod te reageren.®
Voorzover er Frans wordt gesproken,
de film ondertiteld. Vincent wordt
volgd op vele herkenbare locaties, in T
derland. Frankrijk en Belgiè. Hij is I
zien in het Haagse Panorama Mesdag,
het Mauritshuis. Dan raakt hij verzeijle
in Antwerpen, Parijs en Zuid-Frankrijls
terwijl hij op zijn weg figuren ontmo|nan<
als Toulouse Lautrec, Seurat, Clauipom
Monet, Auguste Renoir en anderen.
In elke aflevering groeit Van Gogh vei
der uit tot de kunstenaar, die via divert
schilderstijlen uiteindelijk zijn eigf
handschrift vond. In elke aflevering d
nieuwe fase. Tenslotte kon hij ten diel
ste zichzelf en zijn levensgevoel in klej
en vorm uitdrukken, de tragiek ook
zijn zielsziekte.
Deze biografische film blijft boeien l
de laatste beelden, door Vincents niet!
dragen lijden aan het leven, het zelfgekr
zen radicale einde, in alle soberhq
hartverscheurend helder verbeeld,
kogel door het hart.
TON OLIEMULLEl
HILVERSUM - Ludieke mensen liggen
Berend Boudewijn al jaren na aan het
hart. In de couveusetijd van de tv zette
hij zelfbij de KRO de trend met de BB-
show vol bonte prijzen en bitse nieten.
Gedreven door pleziermaker Jos van der
Valk en gedragen door de bourgondische
stem van Pierre van Ostade.
Als directeur van de Amsterdamse
Stadsschouwburg voorzag hij nadien
acht jaar lang de planken van variabel
toncelvertier. Maar bij Joop van den
Ende liep hij als dramaturg vast in het
gedrang van werkdriftig volk. Niks
speels, vond Joop. Het spettert hier uit
sluitend van de energie. Het doen gaat
boven het denken.
Berend /Boudewijn: „Toch heb ik, denk
ik, nu iets leuks uitgedacht, echt iets om
te doen. Ik zei dat in het voorbijgaan
aan een KRO-coryfee, die mij per om
gaande zendtijd bood om mijn ideeën te
realiseren. We hebben er de titel 'Glad
ijs' voor bedacht. Het komt erop neer,
dat zeven jonge toneelspelers voorlopig
wekelijks op mijn aanwijzingen met the
ater gaan stoeien, improviseren aan de
hand van opdrachten. Ik zet ze op de
planken zonder een enkel attribuut.
Niets om zich aan vast te klampen. Ik
vertel wat zij moeten spelen. Zij zullen
daarbij van commentaar en bijval, ap
plaus en gelach kunnen worden voorzien
door een betrokken publiek in een kleine
zaal".
Gisteren was (om 21.00 uur op Ned. 1)
de eerste aflevering te zien.
Stadenland
Verkleedpartijen komen er niet aan te
pas. Het moet allemaal uil de mensen
zelf komen. Berend Boudewijn weet in
middels waar hij aan begonnen is. De af
gelopen maanden heeft hij stad en land
afgereisd om zeven jonge kwaliteitsmen
sen te vinden. Hij denkt hierin vergaand
geslaagd te zijn met Martin de Ruiter,
Carolien Jilessen, Oda Spelbos en John
Visser uit Amsterdam, Patrick Kamoen
uit Heemskerk, Bert Apeldoorn uit Be
verwijk en Ellemijn Veldhuyzen van
Zanten uit Rotterdam. Allemaal hebben
ze verplichtingen elders, maar het spelen
met de mogelijkheden van toneel op tv
vonden ze zo interessant dat ze zich er
voor hebben vrijgemaakt.
Boudewijn: „Het ligt in de bedoeling dat
de spelers met de billen bloot komen en
met de rug tegen de muur. Ik zal ze voor
het blok zetten, maar ze tegelijk als re
gisseur een handje helpen. Zij zullen risi
co's moeten durven nemen waarmee ze
door de mand kunnen vallen. Dan zul je
het zien gebeuren dat zij zich als een kat
in het nauw uit gecompliceerde situaties
moeten zien te redden. Zij moeten daar
bij de adem van hun tegenspelers, maar
ook van het publiek in de nek voelen".
De ideeën van Berend Boudewijn, waar
aan de spelers uitwerking moeten geven,
komen niet uit het luchtledige. Voor een
belangrijk deel komen ze neer op de
huiskamerspelletjes uit de tijd dat er nog
geen tv bestond en er andere dingen ver
zonnen moesten worden om de lange
winteravonden door te komen. Zo komt
een opgave als de volgende aan twee
spelers tot stand: zet een dialoog op over
onverschillig welk onderwerp, waarbij er
op gelet moet worden, dat die een zinni
ge afloop krijgt. Maar de spelers moeten
om en om het alfabet langs met het be
gin van hun zinnen.
Netelig
De eerste letter van het eerste woord
van de beginnende acteur moet een A
zijn, van de tweede speler een B en zo
het hele alfabet langs. Tot en met de Z,
en die moet een sluitend plot opleveren.
De spelers kunnen hierdoor in een nete
lig parket raken. Zij moeten de juiste let
ter van het alfabet oppakken, vervolgens
een antwoord geven dat ook nog iets
met het onderwerp te maken heeft, en
bovendien rekening houden met voor
zeggers uit de zaal, want die krijg je
nooit weg. Dat is volgens Berend ook
niet de bedoeling.
Maar het gaat om het spel, vindt hij,
niet om het pootje haken van elkaar.
„Dus wil je het ludieke, het spel op gang
houden, dan moet de een de ander de
bal toespelen. Een kwestie van geven en
nemen. Een woord, een gebaar, dat tot
een nieuw idee leidt en het begin kan
zijn van een doortastende dialoog".
Boudewijn: „De jonge acteurs die ik uit
gekozen heb, zijn vaklui in de dop, of ik
moet me wel heel erg vergist hebben. Zij
werken niet langs elkaar heen, maar op
elkaar in. Het talent in de een haalt de
sterke kanten van de ander naar voren.
Ik denk dat zij het nog ver kunnen
schoppen, omdat zij kunnen laten zien
hoe emotie ontstaat. Er wordt niet tever
geefs een beroep op hun fantasie gedaan,
maar daarvoor moeten ze wel hun mi
misch vermogen en verbale behendig
heid tot op de bodem aanspreken".
Vlucht
Het wordt de acteurs en actrices inder
daad niet gemakkelijk gemaakt. Zo krij
gen zij bijvoorbeeld de opdracht zich in
te beelden dat ze in een kano zitten in
het Amazonegebied. En dat vervolgens
uitbeelden. Want een kano komt niet op
het toneel. Dat ze erin zitten moeten ze
via hun spel zichtbaar maken. Evenals
alle rampspoed die in dat oerwoud hun
deel kan worden. Zo kan Berend Boude
wijn er ook 'twee op de canapé' zetten
Berend Boudewijn terug bij de KRO met 'Glad IJs'.
zonder dat deze op het toneel komt. Ga
er maar aan staan.
Volgens Boudewijn moet het een speler
gegeven zijn het ongewisse van die ver
beelde werkelijkheid weg te kunnen spe
len. Het is zijn overtuiging datje ook be
ter in het leven komt te staan naarmate
je dat in het eigen bestaan beter vorm
weet te geven. Spel is een vlucht, zowel
in negatieve zin voor dingen waar je
angst voor hebt, als in de positieve op
vatting, dat je het leven er mooier door
kunt maken dan het al is. Dit heeft alles
te maken met houding en gedrag, met de
manier waarop je in het leven staat.
Berend Boudewijn: „In het theater zijn
idi
)be
dingen mogelijk die daarbuiten niifia
waar te maken zijn. Waarbij ook
identificatie een rol speelt; het herke
nen van situaties die bij je eigen levflQjj
horen, emoties en dilemma's. Wie zi< Q p
daar argeloos instort, ontdekt verborg* e
stukken in zichzelf'.
ton oliemulu nd
'CeidócSou^atit1