Herenigingskoorts daalt snel in DDR Het moeizame contact van twee onhandelbare heren Oostduitse stad Bitterfeld sterft in eigen vervuiling ad sanctos BUITENLAND £eidóe6outti/nt VRIJDAG 16 FEBRUARI 1990 P(- OOSTDUITSERS HALEN MASSAAL GELD VAN DE BANK (Van onze correspondent Rink Drost) OOST-BERLIJN/BONN In de DDR is de stem ming zowel onder de be volking als in regerings kringen op een dieptepunt gekomen. Oorzaak is het teleurstellende bezoek van minister-president Modrow met een aantal van zijn ministers aan de regering van de Bondsre publiek Duitsland in Bonn. Vele burgers staan al voor de openingsuren van de Oostduit se staatsbank in de rij. Ze ge ven daarmee uiting aan de on zekerheid over de toekomst. Menigeen haalt zijn spaargeld op om dit om te zetten in duurzame gebruiksartikelen. De filosofie daarachter: ons DDR-geld is straks bij de in voering van de D-Mark toch niets meer waard. Anderen brengen juist grote sommen zogenaamd 'hoofdkussengeld' naar de bank. Dat is geld dat bijvoorbeeld gepensioneerden hebben overgehouden, maar ook geld dat handwerkslieden zich in de loop der jaren als smeergeld hebben laten beta len en dat ze aan de belasting voorbijgesluisd hebben. Dat ri sico loonde, want het hoogste belastingtarief in de DDR is 95 procent. Hun idee is dat geld op een bankrekening eerder voor inwisseling in aanmer king zal komen dan opgepot geld thuis. Met name bondskanselier Hel mut Kohl heeft het voor veel wachtenden in de rijen ver bruid. Zijn bejubelde beloften van snelle onbureaucratische hulp voor de DDR in nog niet gekende omvang, gedaan in Dresden op 19 december, wor den nu ais holle frasen ge waardeerd. De herenigingskoorts is bij de DDR-burgers pijlsnel gedaald, nu Bonn niet wenst te praten over een solidariteitsbijdrage ter stabilisering van de toe stand in de DDR. Zij geloven dat de Bondsrepubliek erop uit is om de DDR 'voor een appel en een ei' te kopen. „Als het zo moet hoeft die hereniging voor mij niet", meent een boze bankklant in Berlijn die geld voor een nieuwe in de DDR 10.000 Mark kostende koelkast komt halen. „Laat die overige twee miljoen DDR- burgers maar mooi alsnog naar de Bondsrepubliek vertrek ken. Dan hebben we een flink aantal opeters en potentiële werklozen minder en kunnen we met een vrije marktecono mie zelfstandig verder". Verantwoording De officiële waardering van het bezoek aan Bonn door de DDR-regering kan pas maan dag worden verwacht, wan neer verantwoording wordt afgelegd aan de Volkskammer en de Ronde Tafel in Oost- Berlijn. Maar regeringswoord voerder Wolfgang Meyer gaf op zijn wekelijkse persconfe rentie alvast een pittig voor proeve. Hij verweet Kohl het botte afwijzen van ook maar Erich Honecker bekent schuld OOST-BERLIJN De voormalige Oostduitse pre sident en partijleider Erich Honecker heeft de verant woordelijkheid op zich ge nomen voor de vervalsing van de uitslag van de ge meenteraadsverkiezingen, die op 7 mei van het vorig jaar in de DDR werden gehouden. Bovendien heeft Honecker toegege ven verantwoordelijk te zijn voor de politieke en economische crisis waarin de DDR momenteel ver keert. Honecker deed dit in een verklaring die gis teravond door minister zonder portefeuille Eppel- mann voor de tv werd voorgelezen. een deel van de gevraagde so lidariteitsbijdrage, waarmee de stroom landverhuizers tot staan zou moeten worden ge bracht. „De BRD-regering toonde in deze kwestie echter geen tegemoetkoming, hoewel ze bij herhaling had gesproken van solidaire directe maatrege len ter ondersteuning van het stabiliseringsproces in de DDR", aldus Meyer. „Het voorstel van een monetaire unie en een economische ge meenschap kan niet als directe maatregel worden opgevat. Wie dat zo voor doet komen en wie doet alsof het aan de regering-Modrow of aan de Ronde Tafel heeft gelegen dat het in Bonn niet direct is ge komen tot de afsluiting van zo'n monetaire unie en econo mische gemeenschap, die. pro beert de openbaarheid te mis leiden". Aanmatigend In het Westduitse parlement, de Bondsdag, kwam de Duits- landpolitiek gisteren uitge breid aan de orde tijdens de behandeling van een aanvul lende begroting. Regering en oppositie slingerden elkaar verwijten naar het hoofd. In zijn veelvuldig door inter rupties verstoorde regerings verklaring noemde bondskan selier Kohl het aanbod aan de DDR van een monetaire unie en een economische gemeen schap 'een initiatief zonder pa rallellen'. Hij vervolgde: „Voor de Bondsrepubliek Duitsland betekent dit dat we daarmee onze sterkste economische ac- tiefpost inbrengen: de Duitse Mark". De sociaal-democratische op positieleider Hans-Jochen Vo gel bracht daar tegenin: „Het mag niet gebeuren dat de ene groep aan de Duitse hereni ging verdient en de andere groep daarvoor moet opkomen met een verslechtering van haari levensstandaard". Hij verweet Kohl, dat die zich aanmatigend heeft opgesteld tegenover Modrow en diens delegatie. Nederlandse hulp voor Roemeense ziekenhuizen DEN HAAG Het Neder landse Rode Kruis stuurt veertien ziekenhuizen in de Roemeense regio's Neamt, Iasi en Vaslui het komende jaar elk kwartaal een grote zending elementair chirur gisch materiaal. Ook vijftig huisartsen krijgen regelmatig een nieuwe voorraad. Het Rode Kruis financiert de hulp uit de opbrengst van de Actie voor Roemenië. Daar naast geeft het Nederlandse Rode Kruis ook steun aan te huizen voor gehandicapte kinderen. Gebed Tussen de de monstraties om aansluiting bij Pakistan door vinden moslims in de Indiase stad Srinagar elke dag tijd om hun religieuze plichten te ver vullen. De strijd van de moslims, die zich willen los maken van het door hindu's gedomineerde India, heeft de afgelopen we ken aan tien tallen mensen het leven ge kost. FOTO: AP Roemeens protest Woedende demon stranten in de Roe meense hoofdstad Bukarest. Daar werd gisteren door enkele duizenden mensen gedemon streerd voor het vertrek van een aantal ministers en leidende figuren binnen het leger. Zij zouden te nau we banden hebben onderhouden met het bewind-Ceau- sescu. Premier Ro man heeft beloofd een onderzoek in te stellen naar het 'foute' gedrag van zijn ministers. De demonstranten lij ken daar echter weinig vertrouwen in te hebben. FOTO: AFP BITTERFELD Kana len gevuld met onbehan deld chemisch afval stro men langs de huizen, schoorstenen braken gifti ge zwarte en gele rook uit en gebouwen zijn over dekt met een dikke laag aanslag: welkom in het Oostduitse Bitterfeld, de smerigste stad van Euro pa. Zelfs de naam van deze stad wijst op de mi lieuramp die zich hier na de opbouw van een gigan tisch chemie-complex heeft voltrokken. Jarenlang werd de omvang van de milieuproblemen in de 60.000 inwoners tellende stad, op zo'n vijftien kilometer ten noorden van Leipzig, door de communistische autoriteiten verborgen gehouden. Maar door de politieke veranderin gen in Oost-Duitsland wordt de verschrikkelijke toestand van de stad eindelijk openlijk besproken en in de publiciteit gebracht. Volgens milieu-acti visten is Bitterfeld een „cata strofe", een „chemische tijd bom" en een van de meest vervuilde stukken van Euro pa. De stad wordt gedomineerd door de chemische complexen CKB en FKC, die beide in handen van de overheid zijn, en enkele krachtcentrales. In de fabrieken worden herbici den, pesticiden en verf gepro duceerd. In 1968 zijn bij een ontploffing bij CKB zeker ze ventig personen om het leven gekomen. Als er veel wind staat, houden de mensen in Bitterfeld en het nabijgelegen Wolfen de ramen dicht om de penetrante chemische stank tegen te gaan. Metalen Buiten de woonwijken heeft de bruinkoolwinning, die in de DDR in dagbouw geschiedt, grote gaten in het landschap geslagen. Volgens Hans Zim- mermann, een lokale milieu activist, is de bodem ernstig verontreinigd door vloeibaar chemisch afval dat zonder be handeling, zoals in Westerse landen gebruikelijk is, in ri vieren en meren is geloosd. Drie rivieren in de omgeving zijn biologisch dood. In geheime rapporten, die door het Westduitse blad „Der Spiegel" openbaar zijn ge maakt, staat dat de omgeving vervuild is met sulfaten, chloor en kwik. Volgens Zim- mermann is het water waar schijnlijk ook met het kanker verwekkende dioxine ver vuild, maar weet niemand hoeveel en welke soorten che misch afval en zware metalen zich in de bodem bevinden. Zimmermann verklaarde vooral bezorgd te zijn over het feit dat de gevolgen van de vervuiling voor de gezondheid van de bevolking op de lange termijn onbekend zijn. Volgens westerse onderzoe kers is de levensverwachting van de gemiddelde inwoner van Bitterfeld ten minste vijf jaar korter dan in de rest van de DDR en lijdt een groot deel van de bevolking aan long ziekten en kanker. Bij kinde ren komen veel botgroeistoor- nissen voor. „Van alle mensen die hier jong sterven, gaan de meesten dood aan kanker", al dus Heyroth. Melk en vlees voor de bewoners wordt veelal verkregen van koeien die gra zen op stukken land waar ja renlang giftige industriële dampen zijn neergeslagen. Verwaarlozing Oost-Duitsland heeft vanaf de jaren zestig een industriële ex pansie doorgemaakt, maar heeft daarbij stelselmatig de veiligheids- en milieu-aspecten verwaarloosd. De uitstoot van bepaalde giftige stoffen, zoals zwaveldioxide, waardoor bo men sterven, is hoger dan in alle andere Europese landen. Een met bruinkool-gestookte krachtcentrale in de buurt van Cottbus produceert alleen al meer zwaveldioxide dan alle krachtcentrales van Denemar ken en Noorwegen samen. Ongeveer twee derde van de bossen en rivieren van de DDR zijn middelmatig tot ern stig vervuild en een groot deel van de bossen sterft af door zure regen. In de omgeving van Leipzig is 75 procent van de bossen reeds gestorven. De aantasting van de gezondheid door milieuvervuiling is in Oost-Duitsland aanzienlijk: in de omgeving van een mijn in Freiberg werd bijvoorbeeld in de urine van kinderen arseni cum aangetroffen. Voor de catastrofe van Bitter feld zijn twee redenen: de wei gering van de overheid om openbaar te maken welke ge varen de bevolking bedreigen en de driedubbele salarissen die aan de personeelsleden van de chemische complexen werd uitbetaald. Volgens Zim mermann is de bevolking niet krachtig genoeg opgetreden te gen de vervuiling. „Deze stad is onderworpen aan de chemi sche industrie en in dat proces is zij gestorven", aldus de mi lieu-activist. TERRENCE PETTY 3. ForeholtfT bekert dcu VOORHOUT - lN plaatste zich gisterav. de vijfde ronde om n le handbalbeker. houtse handbalsters, gen in De Gaasbak eerste divisie onder; de Bentelo. De 1 sprong halverwege werd in de tweede hf„r. breid tot 17-11. fj rai Ondanks de ruime wwj kon Foreholte niet e v neren. Zeker als bli|'c0 Voorhoutsen na ve%el nuten al een gat hadj n gen van vier punta li Bentelo te veel ontza__ tegenstander toonde hervond de ploeg <1 Henk Kruser zich. Or voering van de metl rol spelende Irma deed Bentelo in h< vervolg weinig onde ervaren speelsters m kemethy. In het beg tweede helft verk|B- gastploeg de achtersle: tot drie punten, maa(e balverlies werd de L uiteindelijk toch ij. Zelfs de persoonlijke* van de met een neij^ mer spelende Mirjat^ kon daar geen verarfn brengen. Collart en fer Leeuwen scoorden ui| elk vijf van de in tobLr tien treffers. Ie Ie l1 nc Dekker zof' jij partijverli" c LEIDEN De squajis Dekker hebben huntet ste competitiewedstijle landelijke eerste divijr partijverlies i" De invaller voor A der. Weerden en kojPt het tweede team, h Bruyn opende metl zege. De tennisleraartf ker werd daarmee drfo een game verloor, vf van de Poel, Grahamf Brian Witherden ble|d de reserves van dp SRC zonder gamevefa d. Na de dames (uit de f eerste divisie) zijn^ heren van de Leid spelend in de derde iT degradeerd. Tegen Vl uit Leidschendam d slechts een theoretisd lijkheid (4-0 winst) o» lagere divisie te Het werd een maxll derlaag, waarbij alleét Verrier twee games jg nen, maar uiteindelijke verloor. li' L Casino Noord wijk lét 3-1 het vijfde teanje Haagse SRC. Na zegfli valler Marcel Knijnfls vaste spelers Ibbel Ai Anton-Will van Zoelfc) Jan van Duin een oir 3 nederlaag accepter^ Dierenartsspreekuur voor minvermogenden Het houden van huisdieren wordt, mede door bepalingen van de overheid, steeds duurder. Vooral de laagstbetaalden in onze samenleving en hun huisdieren worden daarvan de dupe. Daarom zal, bij wijze van proef en uitsluitend op woensdagmiddag, van nu af aan bij dr. F. Muurling, Plantsoen 23 (achterzijde) te Leiden consulten, entingen en behandelingen van zieke dieren worden verricht tegen de helft van het nor male tarief. U hoeft niets aan te tonen. Op uw eerlijkheid wordt vertrouwd. JUfe Comfortabele bungalows lesétoiles in een prachtig natuurgebied aan de maas met een overdekt zwembad/disco-bar/ bowling/restaurant/supermarkt/pianobar/ tennis/minigolf/kinderspeeltuin/lllm- en congreszalen. Zeer voordelige weekend- en weektarieven. Les Etoiles: een berg vakantieplezier Bel nu GRATIS met onze Nederlands sprekende reserveringsafdeling: 06/0228044 2 Rue de l'Eglise 5542 Blaimont MÉÊÊÈÊÈMv-.-. NA VIJFTIG JAAR HEEFT M'N TROUWE SPIJKER HETDAN EINDELIJK OPGEGEVEN. MORGEN MAAR 'NS IN DEKRANT KIJKEN. BRIEFWISSELING TUSSEN ELSSCHOT EN BOON „Als een onweder bij zomerdag" - de briefwisseling tussen Louis Paul Boon en Willem Elsschot. Bezorgd door Jos Muyrens en Victor van de Reit. Uitgave Querido. Prijs 29,90. Toen Willem Elsschot in be langrijke mate had bijgedra gen tot de eerste erkenning van de indertijd nog jonge schrijver Louis Paul Boon, on derhielden deze twee auteurs gedurende een zekere tijd enig kontakt met elkaar. Het liep op niets uit, zoals blijkt uit de feiten: zij wisselden tussen ja nuari 1943 en december 1952 26 brieven, vaak korte. Els schot overleed in 1960, Boon in 1979. Ze zagen geen aanleiding meer om langer kontakt met elkaar te hebben. Hun werel den waren mijlenver van el kaar verwijderd. Wie dat alle maal eens wil lezen, kan te recht bij een uitgave van Que rido, met de titel „Als een on weder bij zomerdag", waarin de korte briefwisseling tussen de twee schrijvers is gepubli ceerd, met nog een aantal bij komende stukken, een inlei ding en toelichtingen. Ook boeiende illustraties vinden een plaats in het boekje, dat onder redaktie stond van Jos Muyres en Vic van de Reit. Het kontakt tussen Boon en Elsschot heeft een paar boei ende kanten, ook al heeft het niet tot veel geleid wat betreft vriendschap of wederzijdse waardering. Boon blijkt mede door Elsschot zijn eerste echte waardering als literator te hebben verkregen. Hij ontving in 1942 de Vlaamse literatuur onderscheiding, de Leo J. Krijn-prijs voor zijn manus cript van „De voorstad groeit", dat in 1943 zou verschijnen. Elsschot had zitting in de jury, hetgeen nogal opmerkelijk ge noemd wordt, omdat hij zich steeds verre hield van het lite raire leven. Toen hij Boons manuscript onder ogen kreeg, gaf hij zich na 60 pagina's ge wonnen. Hij schreef Angèle Manteau, uitgeefster en mede jurylid, een kort briefje waarin hij ziin voorkeur voor dit ge schrift te kennen gaf. Een paar dagen later kreeg Boon te horen dat hij deze prijs in ont vangst mocht nemen. De twee schrijvers ontmoetten elkaar daarna bij een diner ter gele genheid van de prijsuitreiking, in Brussel. Twee maanden la ter begon Boon brieven te schrijven aan Elsschot. Er ont stond volgens de redacteuren van het boekje „een corres pondentie die de sporen van een wat moeizaam verlopen vriendschap draagt". Mooi is dat je beide auteurs zo aardig herkent in hun brieven. Op 24 maart 1947 schrijft Boon aan Elsschot: „Ge stelt me weer voor een probleem!... Maar, laat ik u eerst zeggen wat er met uw vorige brief is gebeurd: ik komt thuis en mijn vrouw wijst met haar ogen naar de tafel, 'een brief van Willem Elsschot' en aan die ogen zie ik dat er iets speciaals is. En?... vraag ik. En... zegt ze, hij beweert dat gij... enfin ge zult het lezen, maar het heeft me ontroerd, ik heb er een beetje bij geweend. Dit ter il lustratie hoe goed het ons doet, na de gewone snert, ook eens wat waarderende woorden te lezen". Het is het begin van een uiterst belangrijke brief in de relatie tussen Elsschot en Boon, die de beëindiging van hun kontakt inluidt. Intussen zijn er aardige dingen aan de hand geweest in de we derzijdse brieven. Boon begint met Elsschot te verzoeken of hij hem het manuscript van zijn roman „Abel Gholaerts" ter lezing en beoordeling mag toezenden. In mei '43 ontvangt hij dat, nadat hij gevraagd heeft om een handschrift dat „duidelijker getijpt en dus be ter leesbaar zal zijn, want „De Voorstad Groeit" heeft mij veel zweet gekost". Dat manuscript was dan ook getikt zonder kantlijnen en zonder interlinie. In juni van dat jaar stuurt Elsschot zijn be oordeling naar Boon, met een verontschuldiging dat hij het manuscript nog niet kan re tourneren, omdat een van zijn zonen het aan het lezen is. Hij deelt mee dat de figuur van Abel Gholaerts hem sterk aan Vincent van Gogh doet den ken, waar Boon in een latere brief op doorborduurt. Het einde van de correspon dentie heeft een zeer princi piële kant. Boon treedt hief duidelijk op als betrokkene bij het afscheid van Elsschot van het literaire leven. Het gaat om een gedicht van de auteur van „Villa des roses" en van „Lijmen/Het been", dat gewijd is aan de Vlaamse strijder, fla mingant August Borms, die in 1946 ter dood veroordeeld en gefusilleerd werd. Elsschot wond zich hier vol veront waardiging over op. Hij schreef een hekeldicht en stuurde dat rond aan zijn vrienden. Hij verzoekt Boon het gedicht aan hem op te dra gen. In 1947 wijst Boon dit ra- dikaal af. Hij verzet zich tegen elke vorm van nationalisme. In Vlaanderen was dat toen een groot twistpunt. Maar Boon heeft teveel vrienden onder het fascisme zien ster ven! „In Dachau, in Breen- donk en in Buchenwald". Hij voegt er in zijn brief aan Elsschot aan toe: „Ik heb door de trawanten van dat symbool (waarmee Borms bedoeld is - JV) genoeg vrienden weten neerkogelen". Boon probeert een paar jaar later nog eens kontakt op te nemen, door Elsschot een brief te sturen. Maar het wordt niks meer. Elsschot beëindigde na „Het dwaallicht" uit 1946 zijn literaire werk, vooral ook naar aanleiding van de teleurstel lingen rond zijn Borms-ge- dicht. Boon bleef hem op een aantal manieren waarderen en doet in 1952 nog twee kleine, pogingen. Twee briefjes, een ter gelegenheid van Elsschots zeventigste verjaardag en dan in december, wanneer hij ein delijk het boek terugstuurt dat hij vele jaren in leen had van Elsschot. Het is, - de symboliek stijgt ten top, - „Van den Vos Reinaerde", de oertekst van Willem Elsschot FOTO: PR spotternij over de maatschap pij van een Vlaamse auteur, die van zowel Elsschot als Boon voorvader en inspirator was. Boon schreef naar aanlei ding van dit middeleeuwse verhaal, dat hij in leen had van Elsschot, zijn „Wapen broeders". De grimmige ironie waar Vlamingen hun sterkste kant in vinden, ten top. Na de weergave van de 26 brieven tussen Elsschot en Boon volgen enige illustraties. Portretten en facsimiles. De laatste afdeling van dit boekje bevat een aantal teksten, die Boon wijdde aan Elsschot. Het zijn recensies en andere noti ties. In „De Roode Vaan" be sprak Boon in 1946 „Het Dwaallicht". Hij heeft het over „dat gesmeedijzeren proza van Elsschot", dat hij op een heel persoonlijke manier benadert. Dat is heel boeiend. De hoofd persoon Laarmans beschrijft Boon als „de eeuwige Cha plin", „het mysterie dat lacht en weent en waarvan ge nooit weet of hij dramatisch dan wel komisch aan het doen is". En iets verder: „Nog immer heerscht de wet van het oer woud. Die niet de kracht heeft om te dooden, zal zelf gedood worden. Laarmans weet dit, en al bloedt zijn hart, hij schopt. Hij bedriegt misschien, en hij verdient geld. Maar des ondanks weet hij met dat I geen weg. Gisteren f diende hij geld met te j men", vandaag laat hij zici sleeptouw nemen door I doodarme onbekende niki zichzelf verwenschend gek, voor nimmer-iets-te-1 en dwaas". In 1976 komt Boon in Vlaams Weekblad nog een Elsschot terug, in een ont rend stuk: „Misschien wa in die dagen wel een onl delbaar jongetje, missel was ook de maagzweer er zaak van, maar ik kon geen mens in aanraking men of ik kreeg er ruzie i Nog steeds schaam ik me de ruzie met Willem schot...." In de volgende keert hij het weer om: ik moet erbij zeggen dat schot al even onhandell was als ikzelf". Twee onhandelbare he twee eigenzinnige schrijv die elkaar willen respecte maar die keer op keer be fen dat ze in heel verschil de werelden leven. Een 1 schil van generatie, van ei ring, van cultuur. Het boi over deze onmacht en het| sef daarvan van Muyres Van de Reit is in veel m dan literair-historisch opzl onthullend en verrijkend. JAN VERSTAPF

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 6